Besluit van 11 mei 2006, houdende regels met betrekking tot de veiligheid van voor
het wegverkeer toegankelijke tunnels (Besluit aanvullende regels veiligheid wegtunnels)
Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau,
enz. enz. enz.
Op de voordracht van Onze Minister van Verkeer en Waterstaat van 23 januari 2006,
nr. HDJZ/I&O/2006-4, Hoofddirectie Juridische Zaken;
Gelet op de Richtlijn nr. 2004/54/EG van het Europees Parlement en de Raad van de Europese Unie van 29 april 2004 inzake
minimumveiligheidseisen voor tunnels in het trans-Europese wegennet (PbEU L 167, gerectificeerd
in PbEU L 201);
Gelet op de artikelen 3 en 12 van de Wet aanvullende regels veiligheid wegtunnels, de artikelen 7, 40a, 120 en 120a van de Woningwet en artikel 14 van de Wegenverkeerswet 1994;
De Raad van State gehoord (advies van 16 februari 2006, nr. W09.06.0003/V);
Gezien het nader rapport van Onze Minister van Verkeer en Waterstaat van 28 april
2006, nr. HDJZ/I&O/2006-591, Hoofddirectie Juridische Zaken;
Hebben goedgevonden en verstaan: