Wijzigingswet Wet op het primair onderwijs, enz. (vraagfinanciering schoolbegeleiding en bekostiging onderwijs aan zieke leerlingen)

Geraadpleegd op 21-11-2024. Gebruikte datum 'geldig op' 01-10-2012.
Geldend van 01-08-2006 t/m heden

Wet van 1 juni 2006, houdende wijziging van onder meer de Wet op het primair onderwijs, de Wet op de expertisecentra, en de Wet op het voortgezet onderwijs in verband met de vraagfinanciering voor schoolbegeleiding en de bekostiging van het onderwijs aan zieke leerlingen

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:

Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het wenselijk is de rijksmiddelen voor schoolbegeleiding aan de schoolbesturen toe te kennen en voor de bekostiging van het onderwijs aan zieke leerlingen een structurele basis op te nemen; dat daartoe onder meer de Wet op het primair onderwijs, de Wet op de expertisecentra en de Wet op het voortgezet onderwijs dienen te worden gewijzigd;

Zo is het, dat Wij, de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:

Artikel VII

Onze Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap neemt vanaf de inwerkingtreding van artikel VI de bekostiging van lopende wachtgelden inzake schoolbegeleiding over van de rechtspersoon, bedoeld in de artikelen 183 van de Wet op het primair onderwijs en 169 van de Wet op de expertisecentra.

Artikel VIII

  • 1 Van het bedrag dat met betrekking tot het schooljaar 2005–2006 ten behoeve van schoolbegeleiding voor een bevoegd gezag van een school als bedoeld in de Wet op het primair onderwijs en de Wet op de expertisecentra beschikbaar is, wordt 25% aan het bevoegd gezag van een dergelijke school ter beschikking gesteld, en wordt 75% ter beschikking gesteld aan de schoolbegeleidingsdienst waarbij het desbetreffende bevoegde gezag voor de inwerkingtreding van deze wet was aangesloten.

  • 2 Van het bedrag dat met betrekking tot het schooljaar 2006–2007 ten behoeve van schoolbegeleiding voor een bevoegd gezag van een school als bedoeld in de Wet op het primair onderwijs en de Wet op de expertisecentra beschikbaar is, wordt 50% aan het bevoegd gezag van een dergelijke school ter beschikking gesteld, en wordt 50% ter beschikking gesteld aan de schoolbegeleidingsdienst waarbij het desbetreffende bevoegde gezag voor de inwerkingtreding van deze wet was aangesloten.

  • 3 Van het bedrag dat met betrekking tot de periode 1 augustus 2007 tot 1 januari 2008 ten behoeve van schoolbegeleiding voor een bevoegd gezag van een school als bedoeld in de Wet op het primair onderwijs en de Wet op de expertisecentra beschikbaar is, wordt 50% aan het bevoegd gezag van een dergelijke school ter beschikking gesteld, en wordt 50% ter beschikking gesteld aan de schoolbegeleidingsdienst waarbij het desbetreffende bevoegde gezag voor de inwerkingtreding van deze wet was aangesloten.

Artikel IX

Onze Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap stelt tot 1 januari 2009:

Artikel X

Artikel XIII

Onze Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap zendt voor 1 juli 2009 aan de Staten-Generaal een verslag over de doeltreffendheid en de effecten van artikel IX in de praktijk, alsmede over de besteding van de bijdragen van scholen en gemeenten aan schoolbegeleiding.

Artikel XIV

De artikelen van deze wet treden in werking op een bij koninklijk besluit te bepalen tijdstip, dat voor de verschillende artikelen of onderdelen daarvan verschillend kan worden vastgesteld.

Lasten en bevelen dat deze in het Staatsblad zal worden geplaatst en dat alle ministeries, autoriteiten, colleges en ambtenaren wie zulks aangaat, aan de nauwkeurige uitvoering de hand zullen houden.

Gegeven te ’s-Gravenhage, 1 juni 2006

Beatrix

De Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap ,

M. J. A. van der Hoeven

De Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit ,

C. P. Veerman

Uitgegeven de vierde juli 2006

De Minister van Justitie,

J. P. H. Donner