Bijlage 1. Vennootschapsbelasting. Juridische afsplitsing. Inwilliging verzoek om
voorwaartse verliesverrekening bij einde belastingplicht stichting of vereniging.
[Regeling vervallen per 07-02-2015 met terugwerkende kracht tot en met 27-01-2015]
Belastingdienst/<eenheid>
[Regeling vervallen per 07-02-2015 met terugwerkende kracht tot en met 27-01-2015]
Uw brief van:
Datum:
Uw kenmerk:
Ons kenmerk:
<naam geadresseerde>
<adres>
<postcode + plaats>
Onderwerp: Vennootschapsbelasting. Juridische afsplitsing. Voorwaartse verliesverrekening
bij einde belastingplicht stichting of vereniging.
Geachte <naam>,
Naar aanleiding van uw bovenvermelde brief deel ik u het volgende mede.
De Staatssecretaris van Financiën heeft mij in het besluit met nummer CPP2006/19M
toegestaan een beslissing te nemen op uw verzoek namens <verkrijgende rechtspersoonNaam
naamloze of besloten vennootschap vermelden. (LVN)> te <vestigingsplaats> en <naam
afsplitsende rechtspersoonNaam stichting of vereniging vermelden. (LVN)> te <vestigingsplaats>.
Gevolg gevend aan die toestemming deel ik u het volgende mede.
Ik keur goed dat bij de afsplitsing in de zin van artikel 14a, eerste lid, onderdeel b, van de Wet op de vennootschapsbelasting 1969 van de gehele onderneming van de afsplitsende rechtspersoon naar de verkrijgende
rechtspersoon, waarbij als rechtstreeks gevolg van deze afsplitsing de vennootschapsbelastingplicht
van de afsplitsende rechtspersoon eindigt, de aanspraak op voorwaartse verliesverrekening
van de afsplitsende rechtspersoon overgaat op de verkrijgende rechtspersoon.
Aan deze goedkeuring verbind ik de volgende voorwaarden:
In deze voorwaarden wordt verstaan onder:
de Wet Vpb: de Wet op de vennootschapsbelasting 1969;
de afsplitsende rechtspersoon: de rechtspersoon, waarvan de vermogensbestanddelen
in het kader van een afsplitsing worden overgedragen aan de verkrijgende rechtspersoon;
de verkrijgende rechtspersoon: de rechtspersoon, die in het kader van een afsplitsing
vermogensbestanddelen verkrijgt;
het afsplitsingstijdstip: het tijdstip van wanneer af de overgedragen vermogensbestanddelen
worden geacht rechtstreeks voor rekening en risico van de verkrijgende rechtspersoon
te komen;
1. Deze goedkeuring geldt slechts indien de afsplitsing plaatsvindt met toepassing
van artikel 14a, derde lid, van de Wet Vpb.
2. Na de afsplitsing kunnen de verliezen die bij de afsplitsende rechtspersoon onverrekend
zijn gebleven uitsluitend worden verrekend met winsten van de verkrijgende rechtspersoon;
verrekening is echter uitgesloten voor zover de verrekening van deze verliezen op
andere wijze is beperkt.
3. De afsplitsende rechtspersoon en de verkrijgende rechtspersoon verklaren binnen
twee maanden na dagtekening van de goedkeuring schriftelijk aan de bevoegde inspecteur
dat zij instemmen met deze goedkeuring en de daarbij gestelde voorwaarden.
Hoogachtend,
Belastingdienst/<aanduiding kantoor>
De inspecteur,