Beleidsregels normenkader randvoorwaarden GLB

[Regeling vervallen per 01-04-2011.]
Geraadpleegd op 14-12-2024. Gebruikte datum 'geldig op' 01-01-2007 en zichtdatum 13-12-2024.
Geldend van 01-01-2007 t/m 02-06-2007

Regeling van de Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit van 24 juli 2006, nr. TRCJZ/2006/1978, houdende beleidsregels over de toepassing van het normenkader randvoorwaarden in het kader van de directe inkomenssteun aan landbouwers in het kader van het Gemeenschappelijk landbouwbeleid

De Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit,

Gelet op Verordening (EG) nr. 1782/2003 van de Raad van 29 september 2003 tot vaststelling van gemeenschappelijke voorschriften voor regelingen inzake rechtstreekse steunverlening in het kader van gemeenschappelijk landbouwbeleid en tot vaststelling van bepaalde steunregelingen voor landbouwers en houdende wijziging van de Verordeningen (EEG) nr. 2019/93, (EG) nr. 1452/2001, (EG) nr. 1453/2001, (EG) nr. 1454/2001, (EG) nr. 1868/94, (EG) nr. 1251/1999, (EG) nr. 1254/1999, (EG) nr. 1673/2000, (EEG) nr. 2358/71 en (EG) nr. 2529/2001;

Gelet op Verordening (EG) nr. 796/2004 van de Commissie van 21 april 2004 houdende uitvoeringsbepalingen inzake de randvoorwaarden, de modulatie en het geïntegreerd beheers- en controlesysteem waarin is voorzien bij Verordening (EG) nr. 1782/2003 van de Raad tot vaststelling van gemeenschappelijke voorschriften voor regelingen inzake rechtstreekse steunverlening in het kader van het gemeenschappelijk landbouwbeleid en tot vaststelling van bepaalde steunregelingen voor landbouwers;

Gelet op artikel 4:81, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht;

Besluit:

Artikel 1

[Regeling vervallen per 01-04-2011]

Voor de toepassing van deze regeling wordt aangesloten bij de terminologie van de Regeling GLB-inkomenssteun 2006.

Artikel 2

[Regeling vervallen per 01-04-2011]

  • 1 Indien in strijd wordt gehandeld met de verplichtingen, bedoeld in artikel 3 van de Regeling GLB-inkomenssteun 2006, wordt de inkomenssteun, behoudens overmacht, gekort met een percentage dat afhankelijk is gesteld van het aantal geconstateerde overtredingen en het beleidsterrein waartoe de overtreden besluiten of normen behoren.

  • 2 De beoordeling van een niet-naleving geschiedt op basis van vier criteria:

    • a. herhaling;

    • b. omvang;

    • c. ernst;

    • d. permanent karakter.

  • 3 De randvoorwaarden per beleidsterrein zijn opgenomen in bijlage 1.

  • 4 De in het eerste lid bedoelde percentages zijn opgenomen in de tabel van bijlage 2.

Artikel 3

[Regeling vervallen per 01-04-2011]

De te onderscheiden beleidsterreinen van randvoorwaarden, bedoeld in artikel 2 zijn:

  • a. volksgezondheid, diergezondheid en gezondheid van planten;

  • b. milieu;

  • c. dierenwelzijn;

  • d. goede landbouw- en milieuconditie.

Artikel 4

[Regeling vervallen per 01-04-2011]

  • 1 De randvoorwaarden worden benoemd en gecontroleerd op het niveau van de onderscheiden artikelen in de betrokken nationale regelgeving.

  • 2 Indien de feitelijke na te leven eisen in één verordening of richtlijn dezelfde norm bevatten, wordt deze norm benoemd als één te controleren eis.

Artikel 5

[Regeling vervallen per 01-04-2011]

Kortingen worden toegepast op steunaanvragen die in de loop van het kalenderjaar waarin de niet-naleving is geconstateerd, zijn of worden ingediend.

Artikel 6

[Regeling vervallen per 01-04-2011]

  • 1 Bij vaststelling van meerdere niet-nalevingen ten aanzien van verschillende besluiten of normen die tot hetzelfde terrein van de randvoorwaarden behoren worden die gevallen voor de vaststelling van de korting beschouwd als één niet-naleving.

  • 2 Meerdere niet-nalevingen per terrein van randvoorwaarden, worden voor de berekening van de korting beschouwd als één niet-naleving.

  • 3 De maximale korting op alle vastgestelde niet-nalevingen op alle terreinen en over het totale bedrag aan de toe te kennen steun is niet hoger dan 5%, tenzij sprake is van herhaalde of opzettelijke niet-naleving van een randvoorwaarde.

Artikel 7

[Regeling vervallen per 01-04-2011]

  • 1 Indien er sprake is van een herhaalde niet-naleving als bedoeld in artikel 41 van 796/2004, geldt dat het eerder opgelegde percentage voor die eis of norm bij voornoemde herhaling wordt vermenigvuldigd met de factor 3.

  • 2 Het kortingspercentage, bedoeld in het eerste lid, bedraagt in totaal ten hoogste 15%.

  • 3 Bij de toepassing van het in het tweede lid bedoelde kortingspercentage van 15% deelt de minister de landbouwer schriftelijk mee dat een volgende niet-naleving van de desbetreffende eis of norm zal worden beschouwd als een opzettelijke niet-naleving.

Artikel 8

[Regeling vervallen per 01-04-2011]

  • 1 Bij opzettelijke niet-nalevingen bedraagt de korting voor die niet-naleving van een eis of norm in de regel 20%.

  • 2 Op basis van beoordeling op de 4 criteria, bedoeld in artikel 2, tweede lid, kan de minister adviseren het kortingspercentage op het niveau van een randvoorwaardenterrein te verlagen tot niet minder dan 15% of te verhogen tot ten hoogste 100%.

Artikel 9

[Regeling vervallen per 01-04-2011]

De minister beoordeelt de ernst van een niet-naleving aan de hand van het belang van de gevolgen van de niet-naleving, gelet op de doelstelling van de betrokken eis of norm.

Artikel 10

[Regeling vervallen per 01-04-2011]

De minister houdt bij de bepaling van de omvang van een niet naleving rekening met de al dan niet verstrekkende invloed van de niet-naleving, waarbij met name bepalend is of de uitstraling van de niet-naleving tot het landbouwbedrijf zelf beperkt blijft.

Artikel 11

[Regeling vervallen per 01-04-2011]

De minister beoordeelt het permanent karakter van een niet-naleving aan de hand van de duur van de periode waarin de effecten van de niet naleving blijven bestaan, en aan de hand van de mogelijkheden om die effecten te beëindigen.

Artikel 12

[Regeling vervallen per 01-04-2011]

  • 1 De minister beoordeelt aan de hand van de criteria, bedoeld in artikel 2, tweede lid, of er sprake is van een extreem geval van niet-naleving.

  • 2 Onder een extreem geval van niet-naleving wordt verstaan een dusdanig ingrijpende schending van de betrokken norm wat betreft de omvang, de ernst of het permanente karakter ervan dat de betrokken overtreder in redelijkheid niet meer in aanmerking kan komen voor inkomenssteun.

  • 3 In geval van een extreem geval van niet-naleving en in het geval van herhaalde opzettelijke niet-nalevingen, wordt de landbouwer van de betrokken steunregeling uitgesloten voor het lopende en het daaropvolgende kalenderjaar.

Artikel 13

[Regeling vervallen per 01-04-2011]

Deze regeling wordt aangehaald als: Beleidsregels normenkader randvoorwaarden GLB.

Artikel 14

[Regeling vervallen per 01-04-2011]

Deze regeling treedt in werking met ingang van de tweede dag na de dagtekening van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De

Minister

van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit,
overeenkomstig het door de Minister genomen besluit:
de

Directeur-Generaal

,

R.M. Bergkamp

Bijlage 1. De beheerseisen en de GLMC-eisen op grond van de artikelen 3 en 6 van de Regeling GLB-inkomenssteun 2006

[Regeling vervallen per 01-04-2011]

EU-wetgevingskader

Nederlands wetgevingskader

Artikel(en)

Onderwerp van controle

Randvoorwaarden-

terrein

Ernst

Om-

vang

Perma-

nent karakter

Opzet

Vogelrichtlijn (Richtlijn 79/409/EEG)

Natuurbeschermingswet 1998

art.19d

Het verbod om zonder geldige vergunning een project of handeling uit te voeren in een aangewezen Vogelrichtlijngebied of in strijd met de vergunningvoorwaarden te handelen

milieu

3

1

0

nee

Vogelrichtlijn (Richtlijn 79/409/EEG)

Flora- en faunawet

art.9 in samenhang met art.31

Het verbod op doden, verstoren, in bezit hebben, verkopen etc. van beschermde inheemse vogels

milieu

3

1

1

nee

Vogelrichtlijn (Richtlijn 79/409/EEG)

Flora- en faunawet

art.10 in samenhang met art.31

Het verbod op het opzettelijk verstoren van beschermde inheemse vogels

milieu

2

1

0

ja

Vogelrichtlijn (Richtlijn 79/409/EEG)

Flora- en faunawet

art.11

Het verbod op het verstoren of vernielen van nesten van beschermde inheemse vogels

milieu

3

1

1

nee

Vogelrichtlijn (Richtlijn 79/409/EEG)

Flora- en faunawet

art.12

Het verbod op het rapen of bezitten van eieren van beschermde inheemse vogelsoorten

milieu

3

1

1

nee

Vogelrichtlijn (Richtlijn 79/409/EEG)

Flora- en faunawet

art.13

Het verbod op het in bezit hebben van en handel in (producten van) beschermde inheemse of uitheemse vogels

milieu

3

1

0

nee

Vogelrichtlijn (Richtlijn 79/409/EEG)

Flora- en faunawet

art.14

Het verbod op het uitzetten van vogels en eieren in de vrije natuur

milieu

3

1

0

nee

Vogelrichtlijn (Richtlijn 79/409/EEG)

Flora- en faunawet

art.15

Het verbod op het in bezit hebben van of handelen in niet toegestane jachtmiddelen

milieu

1

0

0

nee

Vogelrichtlijn (Richtlijn 79/409/EEG)

Flora- en faunawet

art.37

De verplichting goed jachthouder te zijn

milieu

2

1

0

nee

Vogelrichtlijn (Richtlijn 79/409/EEG)

Flora- en faunawet

art.50 lid 3

Het verbod op het zich voor de jacht in het veld bevinden met niet toegestane jachtmiddelen en doden van beschermde vogels

milieu

2

0

0

nee

Vogelrichtlijn (Richtlijn 79/409/EEG)

Flora- en faunawet

art.53 in samenhang met art.46

Het verbod op de jacht met niet toegestane middelen, op niet toegestane dagen en tijdstippen en op niet toegestane plaatsen

milieu

3

0

0

nee

Vogelrichtlijn (Richtlijn 79/409/EEG)

Flora- en faunawet

art.72 lid 5 en in samenhang met art.5, 6, 7 en 9 van Besluit beheer en schadebestrijding dieren

Het verbod op jacht in strijd met vergunningsvoorwaarden of met niet toegestane (niet diervriendelijke) jachtmiddelen

milieu

3

0

0

nee

Grondwaterbescherming (Richtlijn 80/68/EEG)

Lozingenbesluit Bodembescherming

art.25

Het verbod op het lozen van niet huishoudelijk afvalwater of koelwater in of op de bodem zonder geldige vergunning

milieu

3

1

1

nee

Zuiveringsslib (Richtlijn 86/278/EEG)

Besluit kwaliteit en gebruik overige organische meststoffen

art.13 in samenhang met art.14 en 17

Het verbod op gebruik van zuiveringsslib op landbouwgrond, tenzij voldaan aan toetsingswaarden na bemonstering en analyse

milieu

3

0

1

nee

Zuiveringsslib (Richtlijn 86/278/EEG)

Besluit kwaliteit en gebruik overige organische meststoffen

art.18

Het verbod op het gebruik van vloeibaar zuiveringsslib als de maximaal toegestane hoeveelheid droge stof per hectare wordt overschreden

milieu

2

0

1

nee

Zuiveringsslib (Richtlijn 86/278/EEG)

Besluit kwaliteit en gebruik overige organische meststoffen

art.19

Het verbod op het gebruik van steekvast zuiveringsslib als de maximaal toegestane hoeveelheid droge stof per hectare wordt overschreden

milieu

2

0

1

nee

Zuiveringsslib (Richtlijn 86/278/EEG)

Besluit kwaliteit en gebruik overige organische meststoffen

art.23

Het verbod op het gebruik van zuiveringsslib op andere grond dan landbouwgrond of natuurterrein

milieu

3

0

1

nee

Zuiveringsslib (Richtlijn 86/278/EEG)

Besluit kwaliteit en gebruik overige organische meststoffen

art.28

Het verbod op het gebruik van zuiveringsslib op bevroren of besneeuwde grond

milieu

3

1

1

nee

Zuiveringsslib (Richtlijn 86/278/EEG)

Besluit kwaliteit en gebruik overige organische meststoffen

art.28a

Het verbod op het gebruik van zuiveringsslib als dit de gezondheid van dieren en mensen schaadt

milieu

3

1

1

nee

Zuiveringsslib (Richtlijn 86/278/EEG)

Besluit kwaliteit en gebruik overige organische meststoffen

art.28b

Het verbod op het gebruik van zuiveringsslib op natte of ondergelopen grond (waterverzadigde grond)

milieu

2

1

1

nee

Zuiveringsslib (Richtlijn 86/278/EEG)

Besluit kwaliteit en gebruik overige organische meststoffen

art.28c

Het verbod op het gebruik zuiveringsslib tegelijkertijd met het beregen of bevloeien of infiltreren van de grond.

milieu

2

1

1

nee

Zuiveringsslib (Richtlijn 86/278/EEG)

Besluit kwaliteit en gebruik overige organische meststoffen

art.29

Het verbod op het gebruik zuiveringsslib van 1 september t/⁠m 31 januari

milieu

3

1

1

nee

Zuiveringsslib (Richtlijn 86/278/EEG)

Besluit kwaliteit en gebruik overige organische meststoffen

art.30

De verplichting om zuiveringsslib emissiearm aan te wenden

milieu

2

1

1

nee

Zuiveringsslib (Richtlijn 86/278/EEG)

Besluit kwaliteit en gebruik overige organische meststoffen

art.34

De verplichting om zuiveringsslib gelijkmatig over het perceel te verspreiden

milieu

2

0

0

nee

Zuiveringsslib (Richtlijn 86/278/EEG)

Besluit kwaliteit en gebruik overige organische meststoffen

art.34a

Het verbod op het gebruik van zuiveringsslib op steile hellingen (> 7%) met geulenerosie (geulen > 30 cm diep)

milieu

2

1

1

nee

Zuiveringsslib (Richtlijn 86/278/EEG)

Besluit kwaliteit en gebruik overige organische meststoffen

art.34b

Het verbod op het gebruik van zuiveringsslib op niet beteelde gronden met een hellingspercentage van 7% of meer

milieu

2

1

1

nee

Zuiveringsslib (Richtlijn 86/278/EEG)

Besluit kwaliteit en gebruik overige organische meststoffen

art.34c

Het verbod op het gebruik op bouwland of braakland met een hellingspercentage van 18% of meer

milieu

2

1

1

nee

Nitraatrichtlijn (Richtlijn 91/676/EEG)

Besluit gebruik meststoffen

art.2

Het verbod op gebruik van dierlijke meststoffen op natuurterrein en op andere grond dan landbouwgrond of natuurterrein

milieu

3

1

1

nee

Nitraatrichtlijn (Richtlijn 91/676/EEG)

Besluit gebruik meststoffen

art.3

Het verbod op het gebruik van dierlijke meststoffen of stikstofkunstmest op bevroren of besneeuwde grond

milieu

3

1

1

nee

Nitraatrichtlijn (Richtlijn 91/676/EEG)

Besluit gebruik meststoffen

art.3a

Het verbod op het gebruik van dierlijke meststoffen of stikstofkunstmest op natte of ondergelopen grond (waterverzadigde grond)

milieu

3

1

1

nee

Nitraatrichtlijn (Richtlijn 91/676/EEG)

Besluit gebruik meststoffen

art.3b

Het verbod op het gebruik van dierlijke meststoffen of stikstofkunstmest tegelijkertijd met het beregen of bevloeien of infiltreren van de grond

milieu

3

1

1

nee

Nitraatrichtlijn (Richtlijn 91/676/EEG)

Besluit gebruik meststoffen

art.4

Het verbod op het gebruik van dierlijke mest van 1 september t/⁠m 31 januari

milieu

3

1

1

nee

Nitraatrichtlijn (Richtlijn 91/676/EEG)

Besluit gebruik meststoffen

art.4a

Het verbod op het gebruik van stikstofkunstmest van 16 september t/⁠m 31 januari

milieu

3

1

1

nee

Nitraatrichtlijn (Richtlijn 91/676/EEG)

Besluit gebruik meststoffen

art.4b

Het verbod op omploegen van grasland in de gesloten periode

milieu

2

0

0

nee

Nitraatrichtlijn (Richtlijn 91/676/EEG)

Besluit gebruik meststoffen

art.5

De verplichting om de dierlijke mest emissiearm aan te wenden

milieu

3

1

1

nee

Nitraatrichtlijn (Richtlijn 91/676/EEG)

Besluit gebruik meststoffen

art.6

De verplichting om de dierlijke mest of stikstofkunstmest gelijkmatig over het perceel te verspreiden

milieu

2

0

0

nee

Nitraatrichtlijn (Richtlijn 91/676/EEG)

Besluit gebruik meststoffen

art.6a

Het verbod op het gebruik van dierlijke mest of stikstofkunstmest op steile hellingen (> 7%) met geulenerosie (geulen > 30 cm diep)

milieu

3

1

1

nee

Nitraatrichtlijn (Richtlijn 91/676/EEG)

Besluit gebruik meststoffen

art.6b

Het verbod op het gebruik van dierlijke mest op niet beteelde gronden met een hellingspercentage van 7% of meer

milieu

3

1

1

nee

Nitraatrichtlijn (Richtlijn 91/676/EEG)

Besluit gebruik meststoffen

art.6c

Het verbod op het gebruik van stikstofkunstmest op niet beteelde gronden met een hellingspercentage van 7% of meer

milieu

3

1

1

nee

Nitraatrichtlijn (Richtlijn 91/676/EEG)

Besluit gebruik meststoffen

art.6d

Het verbod op het gebruik van dierlijke mest of stikstofkunstmest op bouwland of braakland met een hellingspercentage van 18% of meer

milieu

3

1

1

nee

Nitraatrichtlijn (Richtlijn 91/676/EEG)

Besluit gebruik meststoffen

art.8a

De verplichting omtrent de volgteelt van maïs op zand- en lössgronden

milieu

2

0

0

nee

Nitraatrichtlijn (Richtlijn 91/676/EEG)

Lozingenbesluit open teelt en veehouderij

art.16 in samenhang met art.13

Het verbod op toepassing van meststoffen in de mestvrije zone of de mestvrije zone is niet gelijk aan de teeltvrije zone

milieu

3

0

0

nee

Nitraatrichtlijn (Richtlijn 91/676/EEG)

Meststoffenwet

art.7 in samenhang met art.8 onder a en b, 9 en 10 en in samenhang met art.24, 25, 26 en 27 van de Uitvoeringsregeling Meststoffenwet

Het verbod in enig kalenderjaar op een bedrijf meststoffen op of in de bodem te brengen, tenzij de gebruiksnormen voor (dierlijke) mest en – indien van toepassing – de derogatiebepalingen in acht zijn genomen

milieu

3

1

1

nee

Nitraatrichtlijn (Richtlijn 91/676/EEG)

Uitvoeringsbesluit Meststoffenwet

art.28 in samenhang met art.27, 29, 30 en in samenhang met art.36 van de Uitvoeringsregeling Meststoffenwet

De verplichting voldoende opslagcapaciteit voor dierlijke mest op het bedrijf te hebben die in de periode september t/⁠m februari wordt geproduceerd

milieu

1

0

0

nee

Habitatrichtlijn (Richtlijn 92/43/EEG)

Natuurbeschermingswet 1998

art.19d

Het verbod om zonder geldige vergunning een project of handeling uit te voeren in een aangewezen Habitatrichtlijngebied of in strijd met de vergunningvoorwaarden te handelen

milieu

3

1

0

nee

Habitatrichtlijn (Richtlijn 92/43/EEG)

Flora- en faunawet

art.8

Het verbod op plukken, vernielen, in bezit hebben, verkopen, etc. van beschermde inheemse planten

milieu

3

1

1

nee

Habitatrichtlijn (Richtlijn 92/43/EEG)

Flora- en faunawet

art.9 in samenhang met art.31

Het verbod op doden, verstoren, in bezit hebben, verkopen etc. van beschermde inheemse diersoorten

milieu

3

1

1

nee

Habitatrichtlijn (Richtlijn 92/43/EEG)

Flora- en faunawet

art.10 in samenhang met art.31

Het verbod op het opzettelijk verstoren van beschermde inheemse diersoorten

milieu

2

1

0

ja

Habitatrichtlijn (Richtlijn 92/43/EEG)

Flora- en faunawet

art.11

Het verbod op het verstoren of vernielen van rustplaatsen of holen van beschermde inheemse dieren

milieu

3

1

1

nee

Habitatrichtlijn (Richtlijn 92/43/EEG)

Flora- en faunawet

art.12

Het verbod op het rapen of bezitten van eieren van beschermde inheemse diersoorten.

milieu

3

1

1

nee

Habitatrichtlijn (Richtlijn 92/43/EEG)

Flora- en faunawet

art.13

Het verbod op het in bezit hebben van en handel in (producten van) beschermde inheemse of uitheemse dieren en planten

milieu

3

1

0

nee

Habitatrichtlijn (Richtlijn 92/43/EEG)

Flora- en faunawet

art.14

Het verbod op het in de vrije natuur uitzetten van dieren of het planten of uitzaaien van planten

milieu

3

1

0

nee

Habitatrichtlijn (Richtlijn 92/43/EEG)

Flora- en faunawet

art.15

Het verbod op het in bezit hebben van of handelen in niet toegestane jachtmiddelen

milieu

1

0

0

nee

Habitatrichtlijn (Richtlijn 92/43/EEG)

Flora- en faunawet

art.37

De verplichting goed jachthouder te zijn

milieu

2

1

0

nee

Habitatrichtlijn (Richtlijn 92/43/EEG)

Flora- en faunawet

art.50 lid 3

Het verbod op het zich voor de jacht in het veld bevinden met niet toegestane jachtmiddelen en doden van beschermde dieren

milieu

2

0

0

nee

Habitatrichtlijn (Richtlijn 92/43/EEG)

Flora- en faunawet

art.53 in samenhang met art.46

Het verbod op de jacht met niet toegestane middelen, op niet toegestane dagen en tijdstippen en op niet toegestane plaatsen

milieu

3

0

0

nee

Habitatrichtlijn (Richtlijn 92/43/EEG)

Flora- en faunawet

art.72 lid 5 en in samenhang met art.5, 6, 7 en 9 van Besluit beheer en schadebestrijding dieren

Het verbod op jacht in strijd met vergunningsvoorwaarden of met niet toegestane (niet diervriendelijke) jachtmiddelen

milieu

3

0

0

nee

I & R Dieren (Richtlijn 92/102/EEG)

Richtlijn 92/102/EEG

art.5 lid 1 onder a

De verplichting varkens te merken voordat ze het bedrijf waar zij geboren zijn verlaten

gezondheid

3

0

0

nee

I & R Dieren (Richtlijn 92/102/EEG)

Regeling identificatie en registratie van dieren

art.2 lid 1 tot en met 5

De verplichting te zijn geregistreerd als houder van varkens (geen of onjuist UBN)

gezondheid

3

0

0

nee

I & R Dieren (Richtlijn 92/102/EEG)

Regeling identificatie en registratie van dieren

art.4

De verplichting als houder van varkens tijdig UBN mutaties te melden

gezondheid

2

0

0

nee

I & R Dieren (Richtlijn 92/102/EEG)

Regeling identificatie en registratie van dieren

art.8 lid 2 en 3

De verplichting alleen toegelaten oormerken voor varkens te gebruiken

gezondheid

3

0

0

nee

I & R Dieren (Richtlijn 92/102/EEG)

Regeling identificatie en registratie van dieren

art.10

Het verbod op zelf merken van varkens, tenzij is voldaan aan specifieke voorschriften

gezondheid

3

0

0

nee

I & R Dieren (Richtlijn 92/102/EEG)

Regeling identificatie en registratie van dieren

art.11 lid 1, 2 en 4

De voorschriften ten aanzien van het (her)merken van varkens

gezondheid

2

0

0

nee

I & R Dieren (Richtlijn 92/102/EEG)

Regeling identificatie en registratie van dieren

art.12 lid 1 en lid 2 onder a en b

Het verbod op het aanbieden, aannemen of in bezit hebben van merken van derden voor varkens

gezondheid

2

1

0

nee

I & R Dieren (Richtlijn 92/102/EEG)

Regeling identificatie en registratie van dieren

art.31 lid 1 onder a

De verplichting in het bedrijfsregister oormerkverlies op te nemen o.v.v. oormerknummer en datum van verlies

gezondheid

3

0

0

nee

I & R Dieren (Richtlijn 92/102/EEG)

Regeling identificatie en registratie van dieren

art.31 lid 1 onder b, met uitzondering van onderdeel ‘soort varkens’ (3e gedachtenstreepje) en onderdeel ‘het certificeringnummer van het transportmiddel’ (7e gedachtenstreepje)

De verplichting in het bedrijfsregister aan- en afvoer van varkens van het bedrijf op te nemen, m.u.v. soort varkens en certificeringnummer van het transportmiddel

gezondheid

3

0

0

nee

I & R Dieren (Richtlijn 92/102/EEG)

Regeling identificatie en registratie van dieren

art.31 lid 2 en 3

De verplichting om vervoersdocumenten bij het register te bewaren en het register drie jaar op het bedrijf te bewaren

gezondheid

3

0

0

nee

I & R Dieren (Richtlijn 92/102/EEG)

Gezondheids- en welzijnswet voor dieren

art.104 lid 2

Het verbod op verwijderen, vernietigen, beschadigen of onleesbaar maken van oormerken bij varkens

gezondheid

3

1

1

nee

Uitvoering I&R runderen (Verordening (EG) 911/2004)

Regeling handel levende dieren en levende producten

art.3.2

Het verbod op export van runderen zonder geldig gezondheidscertificaat

gezondheid

3

1

0

nee

I&R runderen (Verordening (EG) 1760/2000)

Regeling identificatie en registratie van dieren

art.19 lid 1 tot en met de zinsnede ‘van verordening 911/2004’

De verplichting en termijnen die aangehouden moeten worden in het bedrijfsregister ten aanzien van de verplaatsing, geboorte en sterfte van runderen

gezondheid

3

0

0

nee

I&R runderen (Verordening (EG) 1760/2000)

Regeling identificatie en registratie van dieren

art.2 lid 1, 2, 3 en 4

De verplichting te zijn geregistreerd als houder van runderen (geen of onjuist UBN)

gezondheid

3

0

0

nee

I&R runderen (Verordening (EG) 1760/2000)

Regeling identificatie en registratie van dieren

art.4

De verplichting als houder van runderen tijdig UBN mutaties te melden

gezondheid

2

0

0

nee

I&R runderen (Verordening (EG) 1760/2000)

Regeling identificatie en registratie van dieren

art.8 lid 1

De verplichting alleen toegelaten oormerken voor runderen te gebruiken

gezondheid

3

0

0

nee

I&R runderen (Verordening (EG) 1760/2000)

Regeling identificatie en registratie van dieren

art.10

Het verbod op zelf merken van runderen, tenzij is voldaan aan specifieke voorschriften

gezondheid

3

0

0

nee

I&R runderen (Verordening (EG) 1760/2000)

Regeling identificatie en registratie van dieren

art.11

De voorschriften ten aanzien van het (her)merken van runderen

gezondheid

2

0

0

nee

I&R runderen (Verordening (EG) 1760/2000)

Regeling identificatie en registratie van dieren

art.12

Het verbod op het aanbieden, aannemen of in bezit hebben van merken van derden voor runderen

gezondheid

2

1

0

nee

I&R runderen (Verordening (EG) 1760/2000)

Regeling identificatie en registratie van dieren

art.19 lid 2, 4 en 5

De verplichting om het bedrijfsregister schriftelijk of elektronisch bij te houden en ter plekke de gegevens per rund overzichtelijk te kunnen printen en het bedrijfsregister 3 jaar te bewaren

gezondheid

3

0

0

nee

I&R runderen (Verordening (EG) 1760/2000)

Gezondheids- en welzijnswet voor dieren

art.104 lid 2

Het verbod op verwijderen, vernietigen, beschadigen of onleesbaar maken van oormerken bij runderen

gezondheid

3

1

1

nee

I&R runderen (Verordening (EG) 1760/2000)

Verordening (EG) nr.1760/2000

art.4 leden 1, 2 en 3

De verplichting alle op het bedrijf na 31 december 1997 geboren runderen evenals van buiten de EG ingevoerde dieren te voorzien van een oormerk in beide oren binnen 20 dagen vanaf de geboorte van het rund en in elk geval voordat het dier het bedrijf verlaat

gezondheid

3

0

0

nee

I&R runderen (Verordening (EG) 1760/2000)

Verordening (EG) nr.1760/2000

art.7 lid 1, 2e gedachtenstreepje

De verplichting en termijnen die aangehouden moeten worden voor meldingen aan het I&R-gegevensbestand ten aanzien van de verplaatsingen, geboorte en sterfte van runderen

gezondheid

3

0

0

nee

I&R schapen en geiten (Verordening (EG) 21/2004)

Verordening (EG) nr.21/2004

art.4 lid 1, 1e alinea, en lid 4

De verplichting dat schapen en geiten geboren ná 9 juli 2005 uiterlijk 6 maanden vanaf de geboorte, doch in elk geval voordat ze het bedrijf waar ze zijn geboren verlaten, met tenminste één oormerk zijn gemerkt

gezondheid

3

0

0

nee

I&R schapen en geiten (Verordening (EG) 21/2004)

Regeling identificatie en registratie van dieren

art.2 in samenhang met art.7

De verplichting te zijn geregistreerd als houder van schapen en/of geiten (geen of onjuist UBN)

gezondheid

3

0

0

nee

I&R schapen en geiten (Verordening (EG) 21/2004)

Regeling identificatie en registratie van dieren

art.4 in samenhang met art.7

De verplichting als houder van schapen en/of geiten tijdig UBN mutaties te melden

gezondheid

2

0

0

nee

I&R schapen en geiten (Verordening (EG) 21/2004)

Regeling identificatie en registratie van dieren

art.8 lid 4, 5, 6, 7 en 8

De verplichting alleen toegelaten oormerken voor schapen en/of geiten te gebruiken

gezondheid

3

0

0

nee

I&R schapen en geiten (Verordening (EG) 21/2004)

Regeling identificatie en registratie van dieren

art.10

Het verbod op zelf merken van schapen en/of geiten, tenzij is voldaan aan specifieke voorschriften

gezondheid

3

0

0

nee

I&R schapen en geiten (Verordening (EG) 21/2004)

Regeling identificatie en registratie van dieren

art.11 lid 1, 2 en 4

De voorschriften ten aanzien van het (her)merken van schapen en/of geiten

gezondheid

2

0

0

nee

I&R schapen en geiten (Verordening (EG) 21/2004)

Regeling identificatie en registratie van dieren

art.12 lid 1 en lid 2 onder a en b

Het verbod op het aanbieden, aannemen of in bezit hebben van merken van derden voor schapen en/of geiten

gezondheid

2

1

0

nee

I&R schapen en geiten (Verordening (EG) 21/2004)

Regeling identificatie en registratie van dieren

art.36 lid 1 tot aan het woord ‘alsmede’

De verplichting tot het bij- en actueel houden en het bewaren van het bedrijfsregister schapen en geiten

gezondheid

2

0

0

nee

I&R schapen en geiten (Verordening (EG) 21/2004)

Gezondheids- en welzijnswet voor dieren

art.104 lid 2

Het verbod op verwijderen, vernietigen, beschadigen of onleesbaar maken van oormerken bij runderen

gezondheid

3

1

1

nee

Gewasbescherming (Richtlijn 91/414/EEG)

Bestrijdingsmiddelenwet 1962

art.2

Het verbod andere dan toegelaten of geregistreerde bestrijdingsmiddelen te gebruiken

gezondheid

3

1

1

nee

Gewasbescherming (Richtlijn 91/414/EEG)

Bestrijdingsmiddelenwet 1962

art.10

Het verbod toegelaten of geregistreerde bestrijdingsmiddelen te gebruiken voor een andere doel dan waarvoor het middel is toegelaten of op een andere wijze dan bij toelating is voorgeschreven

gezondheid

3

1

1

nee

Gewasbescherming (Richtlijn 91/414/EEG)

Regeling verwijdering dompelvloeistof bloembollen en bloemknollen

art.2

Het verbod op verwijdering van dompelvloeistoffen, tenzij op een manier dat de dompelvloeistof volledig wordt opgenomen

gezondheid

2

1

1

nee

Gewasbescherming (Richtlijn 91/414/EEG)

Besluit beginselen geïntegreerde gewasbescherming

art.2 lid 1 en 2

De verplichting te beschikken over een gewasbeschermingsplan en de voorschriften met betrekking tot goede gewasbeschermingspraktijken en geïntegreerde bestrijding toe te passen

gezondheid

1

0

0

nee

General Food Law (Verordening (EG) 178/2002)

Kaderwet diervoeders

art.2

Het verbod diervoeders, toevoegingsmiddelen en voormengsels te bereiden, te be- of verwerken, te verpakken, te etiketteren, voorhanden of in voorraad te hebben, te vervoeren of in het verkeer te brengen

gezondheid

3

1

1

nee

General Food Law (Verordening (EG) 178/2002)

Kaderwet diervoeders

art.4

De verbod diervoeders – met andere dan bij communautaire maatregel aangewezen bijzondere voedingsdoelen – voorhanden of in voorraad te hebben of in het verkeer te brengen

gezondheid

3

1

0

nee

General Food Law (Verordening (EG) 178/2002)

Regeling diervoeders

art.74

Het verbod om onveilige diervoeders of levensmiddelen in de handel te brengen of te voederen aan landbouwhuisdieren

gezondheid

3

1

1

nee

General Food Law (Verordening (EG) 178/2002)

Warenwetbesluit bereiding en behandeling van levensmiddelen

art.2 lid 10

De verplichting om eet- en drinkwaren die in de handel worden gebracht, deze veilig en in alle stadia van productie, verwerking en distributie traceerbaar te laten zijn

gezondheid

3

1

1

nee

General Food Law (Verordening (EG) 178/2002)

Regeling preventie, bestrijding en monitoring van besmettelijke dierziekten en zoönosen en TSE’s

art.113a

De verplichting dat voedselproducerende dieren bestemd voor de productie van levensmiddelen en diervoeders in alle stadia van de productie traceerbaar dienen te zijn

gezondheid

3

1

1

nee

Diervoederhygiëne (Verordening (EG) 183/2005)

Regeling diervoeders

art.73a in samenhang met art.5 lid 1 van Verordening (EG) 183/2005 in samenhang met Bijlage I, deel A, onder I onder 4e en 4g van Verordening (EG) 183/2005

De verplichting afval en gevaarlijke stoffen apart en veilig op te slaan en rekening te houden met de resultaten van analyses van monsters van primaire producten of andere monsters die van belang zijn voor de voederveiligheid

gezondheid

3

1

0

nee

Diervoederhygiëne (Verordening (EG) 183/2005)

Regeling diervoeders

art.73a in samenhang met art.5 lid 1 van Verordening (EG) 183/2005 in samenhang met Bijlage I, deel A, onder II onder 2a, 2b en 2e van Verordening (EG) 183/2005

De verplichting een registratie bij te houden van het gebruik van gewasbeschermingsmiddelen en biociden, het gebruik van genetisch gemodificeerd zaai- en pootgoed en de bron en hoeveelheid van elk diervoeder dat het bedrijf binnenkomt en de bestemming en hoeveelheid van elk diervoeder dat het bedrijf verlaat

gezondheid

2

0

0

nee

Diervoederhygiëne (Verordening (EG) 183/2005)

Regeling diervoeders

art.73a in samenhang met art.5 lid 5 van Verordening (EG) 183/2005 in samenhang met Bijlage III, onder 1, 1e alinea, 1e zin en 3e alinea van Verordening (EG) 183/2005

De verplichting diervoeder gescheiden op te slaan van chemische stoffen en andere voor diervoeder verboden producten en gemedicineerde en niet-gemedicineerde diervoeders zo op te slaan dat het risico van vervoedering aan dieren waarvoor zij niet zijn bestemd, wordt beperkt

gezondheid

3

1

0

nee

Diervoederhygiëne (Verordening (EG) 183/2005)

Regeling diervoeders

art.73a in samenhang met art.5 lid 5 van Verordening (EG) 183/2005 in samenhang met Bijlage III, onder 2, 3e zin van Verordening (EG) 183/2005

De verplichting om niet-gemedicineerde diervoeders gescheiden op te slaan van gemedicineerde diervoeders

gezondheid

3

1

0

nee

Diervoederhygiëne (Verordening (EG) 183/2005)

Regeling diervoeders

art.73a in samenhang met art.5 lid 6 van Verordening (EG) 183/2005

De verplichting alleen diervoeders te gebruiken van veevoederbedrijven die zijn geregistreerd en/of erkend

gezondheid

3

1

0

nee

Levensmiddelenhygiëne (Verordening (EG) 852/2004)

Warenwetbesluit hygiëne van levensmiddelen

art.2 lid 1 in samenhang met art.4 lid 1 van Verordening (EG) 852/2004 in samenhang met Bijlage I, deel A, onder II, onder 4g en 4h van Verordening (EG) 852/2004

De verplichting bij de productie van dieren afval en gevaarlijke stoffen apart op te slaan, voorzorgsmaatregelen te nemen de insleep en verspreiding van besmettelijke, via levensmiddelen op de mens overdraagbare ziekten te voorkomen

gezondheid

3

1

0

nee

Levensmiddelenhygiëne (Verordening (EG) 852/2004)

Warenwetbesluit hygiëne van levensmiddelen

art.2 lid 1 in samenhang met art.4 lid 1 van Verordening (EG) 852/2004 in samenhang met Bijlage I, deel A, onder II, onder 4j van Verordening (EG) 852/2004 in samenhang met art.6 lid 3 en art.7 lid 1 van de Diergeneesmiddelenwet

De verplichting toevoegingsmiddelen voor diervoeders en geneesmiddelen voor diergeneeskundig gebruik correct toe te passen

gezondheid

3

1

0

nee

Levensmiddelenhygiëne (Verordening (EG) 852/2004)

Warenwetbesluit hygiëne van levensmiddelen

art.2 lid 1 in samenhang met art.4 lid 1 van Verordening (EG) 852/2004 in samenhang met Bijlage I, deel A, onder II, onder 5f en 5h, m.u.v. zinsnede ‘bestrijdingsmiddelen en’, van Verordening (EG) 852/2004

De verplichting bij de productie van plantaardige producten afval en gevaarlijke stoffen apart op te slaan en biociden correct toe te passen

gezondheid

3

1

0

nee

Levensmiddelenhygiëne (Verordening (EG) 852/2004)

Warenwetbesluit hygiëne van levensmiddelen

art.2 lid 1 in samenhang met art.4 lid 1 van Verordening (EG) 852/2004 in samenhang met Bijlage I, deel A, onder II, onder 6 van Verordening (EG) 852/2004

De verplichting om passende herstelmaatregelen nemen als tijdens officiële controles hygiëneproblemen zijn vastgesteld

gezondheid

3

0

0

nee

Levensmiddelenhygiëne (Verordening (EG) 852/2004)

Warenwetbesluit hygiëne van levensmiddelen

art.2 lid 1 in samenhang met art.4 lid 1 van Verordening (EG) 852/2004 in samenhang met Bijlage I, deel A, onder III, onder 8a, 8d en 8e van Verordening (EG) 852/2004

De verplichting om registers bij te houden over de aard en de oorsprong van aan de dieren gevoerde diervoeders, de resultaten van analyses van bij de dieren genomen monsters of van andere monsters voor diagnosedoeleinden en alle toepasselijke controles van dieren of producten van dierlijke oorsprong

gezondheid

2

0

0

nee

Levensmiddelenhygiëne (Verordening (EG) 852/2004)

Warenwetbesluit hygiëne van levensmiddelen

art.2 lid 1 in samenhang met art.4 lid 1 van Verordening (EG) 852/2004 in samenhang met Bijlage I, deel A, onder III, onder 9a en 9c van Verordening (EG) 852/2004

De verplichting een registratie bij te houden van alle gebruik van gewasbeschermingsmiddelen en van biociden en van alle resultaten van voor de volksgezondheid relevante analyses van bij planten genomen monsters of van andere monsters

gezondheid

1

0

0

nee

Levensmiddelenhygiëne (Verordening (EG) 852/2004)

Diergeneesmiddelenwet

art.40 lid 2 in samenhang met art.4 lid 1 van Verordening (EG) 852/2004 en in samenhang met Bijlage I, deel A, onder III, onder 8b van Verordening (EG) 852/2004 en in samenhang met art.91 en 92 van de Diergeneesmiddelenregeling

De verplichting een registratie bij te houden van de ontvangst, de toepassing of de vervoedering van diergeneesmiddelen en gemedicineerde voeders, evenals andere behandelingen die de dieren hebben ondergaan, data van toediening of behandeling en wachttijden

gezondheid

2

0

0

nee

Specifieke hygiënevoorschriften voor levensmiddelen van dierlijke oorsprong (Verordening (EG) 853/2004)

Warenwetbesluit hygiëne van levensmiddelen

art.2 lid 2 in samenhang met art.3 lid 1 van Verordening (EG) 853/2004 in samenhang met Bijlage III, sectie IX, Hoofdstuk I, onderdeel I, 1b, 1c, 1d en 1e van Verordening (EG) 853/2004

De verplichting bij de productie van rauwe melk de algemene gezondheidsvoorschriften in acht te nemen

gezondheid

2

0

0

nee

Specifieke hygiënevoorschriften voor levensmiddelen van dierlijke oorsprong (Verordening (EG) 853/2004)

Warenwetbesluit hygiëne van levensmiddelen

art.2 lid 2 in samenhang met art.3 lid 1 van Verordening (EG) 853/2004 in samenhang met Bijlage III, sectie IX, Hoofdstuk I, onderdeel I, 2a, 2b en 2c en in samenhang met Bijlage III, sectie IX, Hoofdstuk I, onderdeel I, 3a, 3b en 3c van Verordening (EG) 853/2004

De verplichting bij de productie van rauwe melk de gezondheidsvoorschriften m.b.t. tuberculose en/of brucellose in acht te nemen

gezondheid

3

1

0

nee

Specifieke hygiënevoorschriften voor levensmiddelen van dierlijke oorsprong (Verordening (EG) 853/2004)

Warenwetbesluit hygiëne van levensmiddelen

art.2 lid 2 in samenhang met art.3 lid 1 van Verordening (EG) 853/2004 in samenhang met Bijlage III, sectie IX, Hoofdstuk I, onderdeel I, 4 van Verordening (EG) 853/2004

Het verbod om rauwe melk van dieren die niet voldoen aan de (algemene) gezondheidsvoorschriften, in het bijzonder dieren die individueel positief hebben gereageerd op de preventieve test op tuberculose of op brucellose, voor menselijke consumptie te (laten) gebruiken

gezondheid

3

1

0

nee

Specifieke hygiënevoorschriften voor levensmiddelen van dierlijke oorsprong (Verordening (EG) 853/2004)

Warenwetbesluit hygiëne van levensmiddelen

art.2 lid 2 in samenhang met art.3 lid 1 van Verordening (EG) 853/2004 in samenhang met Bijlage III, sectie IX, Hoofdstuk I, onderdeel I, 5 van Verordening (EG) 853/2004

De verplichting om dieren die besmet zijn of waarvan vermoed wordt dat zij besmet zijn met een ziekte, op doeltreffende wijze worden geïsoleerd om negatieve gevolgen voor de melk van andere dieren te vermijden

gezondheid

1

0

0

nee

Specifieke hygiënevoorschriften voor levensmiddelen van dierlijke oorsprong (Verordening (EG) 853/2004)

Warenwetbesluit hygiëne van levensmiddelen

art.2 lid 2 in samenhang met art.3 lid 1 van Verordening (EG) 853/2004 in samenhang met Bijlage III, sectie IX, Hoofdstuk I, onderdeel II, onder A, onder 1, 2, 3 en 4 van Verordening (EG) 853/2004

De verplichting om melkinstallaties en de lokalen waar melk wordt opgeslagen zo te bouwen, in te richten en te onderhouden dat verontreiniging van de melk zoveel mogelijk wordt beperkt

gezondheid

3

1

0

nee

Specifieke hygiënevoorschriften voor levensmiddelen van dierlijke oorsprong (Verordening (EG) 853/2004)

Warenwetbesluit hygiëne van levensmiddelen

art.2 lid 2 in samenhang met art.3 lid 1 van Verordening (EG) 853/2004 in samenhang met Bijlage III, sectie IX, Hoofdstuk I, onderdeel II, onder B, onder 1a, 1d, 2, 4a en 4b van Verordening (EG) 853/2004

De verplichting het melken onder hygiënische omstandigheden te verrichten en de melk onmiddellijk gekoeld op te slaan, behalve als koeling niet noodzakelijk is i.v.m. (snelle) verwerkingsmethoden

gezondheid

2

0

0

nee

Specifieke hygiënevoorschriften voor levensmiddelen van dierlijke oorsprong (Verordening (EG) 853/2004)

Warenwetbesluit hygiëne van levensmiddelen

art.2 lid 2 in samenhang met art.3 lid 1 van Verordening (EG) 853/2004 in samenhang met Bijlage III, sectie X, Hoofdstuk I, onder 1 m.u.v. de zinsnede ‘en tot op het moment van verkoop aan de consument’ van Verordening (EG) 853/2004

De verplichting eieren op het bedrijf schoon, droog en vrij van vreemde geuren te houden en op afdoende wijze te beschermen tegen schokken en rechtstreeks zonlicht.

gezondheid

2

0

0

nee

Hormonen & bèta-agonisten Richtlijn 96/22)

Diergeneesmiddelenwet

art.2 lid 1

Het verbod een niet geregistreerd diergeneesmiddel te bereiden, voorhanden of in voorraad te hebben, af te leveren of bij dieren toe te passen

gezondheid

3

1

1

nee

Hormonen & bèta-agonisten Richtlijn 96/22)

Diergeneesmiddelenwet

art.44 in samenhang met art.82 Diergeneesmiddelenregeling

Het verbod om door de minister aangewezen substanties voorhanden of in voorraad te hebben

gezondheid

2

1

1

nee

Hormonen & bèta-agonisten Richtlijn 96/22)

Diergeneesmiddelenbesluit

art.46 in samenhang met art.81 lid 1 Diergeneesmiddelenregeling

Het verbod om genoemde substanties (o.a. met thyreostatische, oestrogene, androgene of gestagene werking of bèta-agonisten) toe te dienen aan landbouwhuisdieren of aquacultuurdieren

gezondheid

2

1

1

nee

Hormonen & bèta-agonisten Richtlijn 96/22)

Regeling verbod handel met bepaalde stoffen behandelde dieren en producten *

art.2 lid 1 onder a en c

Het verbod om landbouwhuisdieren, verwerkte producten of vlees van dieren waaraan op enigerlei wijze stoffen met thyreostatische, oestrogene, androgene of gestagene werking alsmede ß-agonisten zijn toegediend, in de handel te brengen

gezondheid

3

0

0

nee

Hormonen & bèta-agonisten Richtlijn 96/22)

Regeling verbod handel met bepaalde stoffen behandelde dieren en producten *

art.3 lid 1

De verplichting om alleen landbouwhuisdieren, verwerkte producten of vlees in de handel te brengen die zijn behandeld volgens de regels van de Diergeneesmiddelenwet

gezondheid

3

0

0

nee

Hormonen & bèta-agonisten Richtlijn 96/22)

Verordening PVV Verbod op gebruik van bepaalde stoffen met hormonale werking en van bepaalde stoffen met thyreostatische werking, alsmede bèta-agonisten 1997 (2005-I) *

art.2

Het verbod om landbouwhuisdieren, verwerkte producten of vlees van dieren waaraan op enigerlei wijze stoffen met thyreostatische, oestrogene, androgene of gestagene werking alsmede ß-agonisten zijn toegediend, in de handel te brengen

gezondheid

3

0

0

nee

Hormonen & bèta-agonisten Richtlijn 96/22)

Verordening PVV Identificatie en registratie van paardachtigen (PVV) 2004

art.2 lid 1 in samenhang met art.4 lid 1

Het verbod paardachtigen ouder dan 7 maanden te houden die niet zijn voorzien van een geldig paspoort

gezondheid

2

1

0

nee

MKZ (Richtlijn 2003/85/EEG)

Gezondheids- en welzijnswet voor dieren

art.19 lid 1

De verplichting (het vermoeden van) de aanwezigheid van MKZ bij runderen terstond te melden

gezondheid

3

1

1

nee

Varkenspest (Richtlijn 92/119/EEG)

Gezondheids- en welzijnswet voor dieren

art.19 lid 1

De verplichting (het vermoeden van) de aanwezigheid van varkenspest bij varkens terstond te melden

gezondheid

3

1

1

nee

BSE (Verordening (EG) 999/2001)

Gezondheids- en welzijnswet voor dieren

art.19 lid 1

De verplichting (het vermoeden van) de aanwezigheid van BSE bij runderen terstond te melden

gezondheid

3

1

1

nee

BSE (Verordening (EG) 999/2001)

Regeling diervoeders

art.68

Het verbod om eiwitten of daarvan afgeleide producten afkomstig van zoogdieren, aan herkauwers te voeren evenals het verbod om gesmolten vet van herkauwers aan herkauwers te voeren.

gezondheid

3

1

1

nee

Bluetongue (Richtlijn 2000/75/EEG)

Gezondheids- en welzijnswet voor dieren

art.19 lid 1

De verplichting (het vermoeden van) de aanwezigheid van Bluetongue bij herkauwers (runderen, schapen of geiten) terstond te melden

gezondheid

3

1

1

nee

Minimumnormen kalveren (Richtlijn 91/629/EEG)

Richtlijn 91/629

art.4 in samenhang met Bijlage onder 1

De verplichting bij de bouw van de stallen en met name voor de boxen en de uitrusting materialen te gebruiken die niet schadelijk zijn voor de kalveren en moeten grondig kunnen worden gereinigd en ontsmet

dierenwelzijn

1

0

0

nee

Minimumnormen kalveren (Richtlijn 91/629/EEG)

Richtlijn 91/629

art.4 in samenhang met Bijlage onder 2

De verplichting elektrische leidingen en apparatuur zo te installeren dat de kalveren geen elektrische schokken kunnen krijgen

dierenwelzijn

1

0

0

nee

Minimumnormen kalveren (Richtlijn 91/629/EEG)

Richtlijn 91/629

art.4 in samenhang met Bijlage onder 3

De verplichting te zorgen voor een zodanige isolatie, verwarming en ventilatie van de stal dat deze niet schadelijk is voor de kalveren

dierenwelzijn

2

0

0

nee

Minimumnormen kalveren (Richtlijn 91/629/EEG)

Richtlijn 91/629

art.4 in samenhang met Bijlage onder 4

De verplichting alle electrische en mechanische apparatuur dagelijks te controleren en het mechanische ventilatiesysteem te voorzien van een alarmsysteem dat regelmatig wordt getest

dierenwelzijn

3

0

0

nee

Minimumnormen kalveren (Richtlijn 91/629/EEG)

Richtlijn 91/629

art.4 in samenhang met Bijlage onder 6

De verplichting kalveren een goede verzorging te geven

dierenwelzijn

2

0

0

nee

Minimumnormen kalveren (Richtlijn 91/629/EEG)

Richtlijn 91/629

art.4 in samenhang met Bijlage onder 8

Het verbod op het aangebonden houden van kalveren

dierenwelzijn

3

0

0

nee

Minimumnormen kalveren (Richtlijn 91/629/EEG)

Richtlijn 91/629

art.4 in samenhang met Bijlage onder 9

De verplichting lokalen, hokken, uitrusting en gereedschap voor kalveren op passende wijze te reinigen en te ontsmetten

dierenwelzijn

1

0

0

nee

Minimumnormen kalveren (Richtlijn 91/629/EEG)

Richtlijn 91/629

art.4 in samenhang met Bijlage onder 11

De verplichting kalveren te laten beschikken over op hun leeftijd en gewicht afgestemd voederen dat beantwoordt aan de met hun gedrag samenhangende en hun fysiologische behoeften

dierenwelzijn

3

0

0

nee

Minimumnormen kalveren (Richtlijn 91/629/EEG)

Richtlijn 91/629

art.4 in samenhang met Bijlage onder 13

De verplichting kalveren te voorzien van voldoende vers water van passende kwaliteit

dierenwelzijn

3

0

0

nee

Minimumnormen kalveren (Richtlijn 91/629/EEG)

Richtlijn 91/629

art.4 in samenhang met Bijlage onder 14

De verplichting voeder- en drinkinstallaties zo te ontwerpen, bouwen, plaatsen en onderhouden dat gevaar voor verontreiniging van voer en water wordt beperkt

dierenwelzijn

1

0

0

nee

Minimumnormen kalveren (Richtlijn 91/629/EEG)

Richtlijn 91/629

art.4 in samenhang met Bijlage onder 15

De verplichting kalveren zo spoedig mogelijk na hun geboorte en in elk geval binnen zes uur koebiest te geven

dierenwelzijn

1

0

0

nee

Minimumnormen kalveren (Richtlijn 91/629/EEG)

Kalverenbesluit

art.3

Het verbod kalveren te huisvesten in eenlingboxen indien de kalveren ouder zijn dan 8 weken

dierenwelzijn

3

0

0

nee

Minimumnormen kalveren (Richtlijn 91/629/EEG)

Kalverenbesluit

art.4 lid 1

De verplichting te voldoen aan de minimale afmetingen van eenlingboxen voor kalveren

dierenwelzijn

3

0

0

nee

Minimumnormen kalveren (Richtlijn 91/629/EEG)

Kalverenbesluit

art.4 lid 2

De verplichting te voldoen aan de minimale vloeroppervlakte per kalf in andere huisvestingssystemen dan eenlingboxen

dierenwelzijn

3

0

0

nee

Minimumnormen kalveren (Richtlijn 91/629/EEG)

Kalverenbesluit

art.5

De verplichting dat als kalveren zijn gehuisvest in een stal met ligboxen, het aantal ligboxen ten minste gelijk is aan het aantal kalveren

dierenwelzijn

2

0

0

nee

Minimumnormen kalveren (Richtlijn 91/629/EEG)

Kalverenbesluit

art.6

De verplichting te voldoen aan de inrichtingseisen m.b.t. voedersystemen voor kalveren

dierenwelzijn

2

0

0

nee

Minimumnormen kalveren (Richtlijn 91/629/EEG)

Kalverenbesluit

art.7

De verplichting dat kalveren naast elkaar gehouden in eenlingboxen, elkaar kunnen zien en aanraken

dierenwelzijn

2

0

0

nee

Minimumnormen kalveren (Richtlijn 91/629/EEG)

Kalverenbesluit

art.8

De verplichting te voldoen aan de minimale ligruimte per kalf in andere huisvestingssystemen dan eenlingboxen

dierenwelzijn

2

0

0

nee

Minimumnormen kalveren (Richtlijn 91/629/EEG)

Kalverenbesluit

art.9

De verplichting te zorgen voor voldoende dag- of kunstlicht voor kalveren

dierenwelzijn

2

0

0

nee

Minimumnormen varkens (Richtlijn 91/630/EEG)

Richtlijn 91/630

art.3 lid 1 onder a

De verplichting te voldoen aan de minimale vrije vloerruimte per gespeend varken of gebruiksvarken

dierenwelzijn

3

0

0

nee

Minimumnormen varkens (Richtlijn 91/630/EEG)

Richtlijn 91/630

art.3 lid 1 onder b eerste volzin in samenhang met art.4 lid 4 van het Varkensbesluit en in samenhang met art.3 lid 9 van Richtlijn 91/630/EEG

De verplichting te voldoen aan de minimale vrije vloerruimte per gelte na dekking en per zeug wanneer gelten en/of zeugen in groep gehouden worden

dierenwelzijn

3

0

0

nee

Minimumnormen varkens (Richtlijn 91/630/EEG)

Richtlijn 91/630

art.3 lid 2 onder a in samenhang met art.3 lid 9

De verplichting te voldoen aan de minimale afmetingen van gedeeltelijk dichte vloeren voor gelten na dekking en drachtige zeugen

dierenwelzijn

2

0

0

nee

Minimumnormen varkens (Richtlijn 91/630/EEG)

Richtlijn 91/630

art.3 lid 2 onder b in samenhang met art.3 lid 9

De verplichting te voldoen aan de minimale afmetingen van roostervloeren voor gelten na dekking en drachtige zeugen

dierenwelzijn

2

0

0

nee

Minimumnormen varkens (Richtlijn 91/630/EEG)

Richtlijn 91/630

art.3 lid 4 onder a in samenhang met art.3 lid 9

De verplichting zeugen en gelten in groepen te houden vanaf vier weken na het dekken tot één week vóór de verwachte werpdatum

dierenwelzijn

3

0

0

nee

Minimumnormen varkens (Richtlijn 91/630/EEG)

Richtlijn 91/630

art.3 lid 4 onder b in samenhang met art.3 lid 9

De verplichting dat zeugen en gelten zich gemakkelijk kunnen draaien indien zij – bij uitzondering – apart gehouden mogen worden

dierenwelzijn

3

0

0

nee

Minimumnormen varkens (Richtlijn 91/630/EEG)

Richtlijn 91/630

art.3 lid 6

De verplichting er voor te zorgen dat ieder dier voldoende voedsel tot zich kan nemen

dierenwelzijn

2

0

0

nee

Minimumnormen varkens (Richtlijn 91/630/EEG)

Richtlijn 91/630

art.3 lid 8 in samenhang met art.3 lid 9

De verplichting dat dieren die apart gehouden worden i.v.m. agressie, verwondingen of ziekte zich gemakkelijk kunnen draaien

dierenwelzijn

3

0

0

nee

Minimumnormen varkens (Richtlijn 91/630/EEG)

Richtlijn 91/630

Bijlage, Hoofdstuk I, onder 5, 2e zin

De verplichting dat vloeren stevig, vlak en stabiel zijn en aangepast aan het gewicht en de grootte van de dieren

dierenwelzijn

2

0

0

nee

Minimumnormen varkens (Richtlijn 91/630/EEG)

Richtlijn 91/630

Bijlage, Hoofdstuk I, onder 8, 1e zin t/⁠m het 1e gedachtenstreepje en in samenhang met art.2 lid 1 onder q van het Ingrepenbesluit

De verplichting te voldoen aan de regels m.b.t. het verkleinen van tanden van biggen en beren

dierenwelzijn

3

0

0

nee

Minimumnormen varkens (Richtlijn 91/630/EEG)

Richtlijn 91/630

Bijlage, Hoofdstuk I, onder 8, 1e zin met 2e gedachtenstreepje in samenhang met Bijlage, onder 8, 2e alinea

De verplichting te voldoen aan de regels m.b.t. het couperen van de staart

dierenwelzijn

3

0

0

nee

Minimumnormen varkens (Richtlijn 91/630/EEG)

Richtlijn 91/630

Bijlage, Hoofdstuk I, onder 8, 1e zin met 4e gedachtenstreepje in samenhang met art.2 lid 1 onder l van het Ingrepenbesluit

De verplichting te voldoen aan de regels m.b.t. het aanbrengen van neusringen bij mannelijke varkens

dierenwelzijn

2

0

0

nee

Minimumnormen varkens (Richtlijn 91/630/EEG)

Richtlijn 91/630

Bijlage, Hoofdstuk I, onder 8, 3e alinea, 2e zin

De verplichting het castreren en couperen van de staart bij dieren ouder dan zeven dagen onder anesthesie en met aanvullende langdurige analgesie uitsluitend te laten uitvoeren door een dierenarts

dierenwelzijn

3

0

0

nee

Minimumnormen varkens (Richtlijn 91/630/EEG)

Varkensbesluit

art.3 lid 1

Het verbod op het aangebonden houden van gelten of zeugen

dierenwelzijn

3

0

0

nee

Minimumnormen varkens (Richtlijn 91/630/EEG)

Varkensbesluit

art.3 lid 2 in samenhang met art.7

De verplichting te voldoen aan inrichtingseisen van stallen in verband met het natuurlijk gedrag van varkens

dierenwelzijn

2

0

0

nee

Minimumnormen varkens (Richtlijn 91/630/EEG)

Varkensbesluit

art.5 lid 7

De verplichting vloeren van de stal zo te ontwerpen, bouwen of onderhouden dat bij de varkens geen letsel of pijn kan worden veroorzaakt

dierenwelzijn

2

0

0

nee

Minimumnormen varkens (Richtlijn 91/630/EEG)

Varkensbesluit

art.9 lid 1

De verplichting te zorgen voor voldoende en adequaat ligmateriaal in de stal voor een beer of een zeug met biggen

dierenwelzijn

2

0

0

nee

Minimumnormen varkens (Richtlijn 91/630/EEG)

Varkensbesluit

art.9 leden 2 en 3 in samenhang met art.3 lid 9 van Richtlijn 91/630

De verplichting te zorgen dat varkens permanent beschikken over voldoende en niet-schadelijk onderzoek- en speelmateriaal

dierenwelzijn

2

0

0

nee

Minimumnormen varkens (Richtlijn 91/630/EEG)

Varkensbesluit

art.10 lid 1

De verplichting de stal te voorzien van voldoende dag- of kunstlicht

dierenwelzijn

2

0

0

nee

Minimumnormen varkens (Richtlijn 91/630/EEG)

Varkensbesluit

art.10 lid 2

Het verbod op een te hoog geluidsniveau of plotseling lawaai in de stal

dierenwelzijn

2

0

0

nee

Minimumnormen varkens (Richtlijn 91/630/EEG)

Varkensbesluit

art.11 lid 2

De verplichting te zorgen dat bij een individueel of niet-ad libitum voersysteem alle varkens tegelijkertijd kunnen eten

dierenwelzijn

2

0

0

nee

Minimumnormen varkens (Richtlijn 91/630/EEG)

Varkensbesluit

art.13 lid 1

De verplichting alle varkens ten minste eenmaal per dag te voeren

dierenwelzijn

2

0

0

nee

Minimumnormen varkens (Richtlijn 91/630/EEG)

Varkensbesluit

art.13 lid 2

De verplichting alle varkens ouder dan twee weken permanent van vers water te voorzien

dierenwelzijn

2

0

0

nee

Minimumnormen varkens (Richtlijn 91/630/EEG)

Varkensbesluit

art.13 lid 3

De verplichting om aan guste en drachtige zeugen en gelten voldoende bulk- of vezelrijk en energierijk voer te verstrekken

dierenwelzijn

2

0

0

nee

Minimumnormen varkens (Richtlijn 91/630/EEG)

Varkensbesluit

art.15

De verplichting het castreren van mannelijke varkens, die ouder zijn dan zeven dagen, uitsluitend te laten uitvoeren onder anesthesie en met aanvullende langdurige analgesie en uitsluitend door een dierenarts

dierenwelzijn

3

0

0

nee

Minimumnormen varkens (Richtlijn 91/630/EEG)

Wet op de uitoefening van de diergeneeskunde

art.2 in samenhang met art.7 lid 2 onder c

Het verbod op het castreren van mannelijke biggen anders dan door een dierenarts of door een bevoegde houder van de dieren

dierenwelzijn

3

0

0

nee

Bescherming landbouwhuisdieren (Richtlijn 98/58/EEG)

Besluit welzijn productiedieren

art.3 lid 1

Het verbod op het zo ver beperken van de bewegingsruimte van een dier dat het onnodig lijdt of letsel wordt toegebracht

dierenwelzijn

3

0

0

nee

Bescherming landbouwhuisdieren (Richtlijn 98/58/EEG)

Besluit welzijn productiedieren

art.3 lid 2

De verplichting dieren indien aangebonden voldoende ruimte te laten voor zijn fysiologische en ethologische behoeften

dierenwelzijn

3

0

0

nee

Bescherming landbouwhuisdieren (Richtlijn 98/58/EEG)

Besluit welzijn productiedieren

art.3 lid 3

De verplichting dieren indien buiten gehouden te beschermen tegen slechte weersomstandigheden, roofdieren en gezondheidsrisico’s

dierenwelzijn

3

0

0

nee

Bescherming landbouwhuisdieren (Richtlijn 98/58/EEG)

Besluit welzijn productiedieren

art.4 lid 1

De verplichting dieren te laten verzorgen door personen die beschikken over voldoende kennis en vaardigheden of vakbekwaam zijn

dierenwelzijn

1

0

0

nee

Bescherming landbouwhuisdieren (Richtlijn 98/58/EEG)

Besluit welzijn productiedieren

art.4 lid 2

De verplichting een gehouden dier regelmatig dan wel tenminste dagelijks te controleren

dierenwelzijn

3

0

0

nee

Bescherming landbouwhuisdieren (Richtlijn 98/58/EEG)

Besluit welzijn productiedieren

art.4 lid 3

De verplichting dieren die ziek of gewond lijken onmiddellijk op passende wijze te verzorgen of een dierenarts te raadplegen

dierenwelzijn

2

0

0

nee

Bescherming landbouwhuisdieren (Richtlijn 98/58/EEG)

Besluit welzijn productiedieren

art.4 lid 4

De verplichting een dier voldoende, gezond en geschikt voer te geven

dierenwelzijn

3

0

0

nee

Bescherming landbouwhuisdieren (Richtlijn 98/58/EEG)

Besluit welzijn productiedieren

art.4 lid 5

De verplichting erop toe te zien dat door het voer, het drinken of de wijze van toediening het dier niet onnodig lijdt of letsel wordt toegebracht

dierenwelzijn

3

0

0

nee

Bescherming landbouwhuisdieren (Richtlijn 98/58/EEG)

Besluit welzijn productiedieren

art.4 lid 6

De verplichting een dier te voederen met tussenpozen die bij zijn fysiologische behoeften passen

dierenwelzijn

2

0

0

nee

Bescherming landbouwhuisdieren (Richtlijn 98/58/EEG)

Besluit welzijn productiedieren

art.5 lid 1

De verplichting te zorgen voor voldoende verlichting voor een grondige controle van het dier op elk willekeurig tijdstip

dierenwelzijn

1

0

0

nee

Bescherming landbouwhuisdieren (Richtlijn 98/58/EEG)

Besluit welzijn productiedieren

art.5 lid 2

De verplichting een ziek of gewond dier zo nodig af te zonderen in een passend onderkomen

dierenwelzijn

2

0

0

nee

Bescherming landbouwhuisdieren (Richtlijn 98/58/EEG)

Besluit welzijn productiedieren

art.5 lid 3

De verplichting voor de behuizing materiaal te gebruiken dat niet schadelijk is voor het dier en grondig gereinigd en ontsmet kan worden

dierenwelzijn

2

0

0

nee

Bescherming landbouwhuisdieren (Richtlijn 98/58/EEG)

Besluit welzijn productiedieren

art.5 lid 4

De verplichting behuizingen en inrichtingen voor de beschutting van een dier zo te ontwerpen, maken en onderhouden dat het dier zich niet kan verwonden

dierenwelzijn

3

0

0

nee

Bescherming landbouwhuisdieren (Richtlijn 98/58/EEG)

Besluit welzijn productiedieren

art.5 lid 5

Het verbod op een luchtcirculatie, stofgehalte van de lucht, temperatuur, relatieve luchtvochtigheid en gasconcentraties in de omgeving van het dier die schadelijk zijn voor het dier

dierenwelzijn

3

0

0

nee

Bescherming landbouwhuisdieren (Richtlijn 98/58/EEG)

Besluit welzijn productiedieren

art.5 lid 6

Het verbod om dieren die in een gebouw worden gehouden permanent in het donker of permanent in kunstlicht te houden

dierenwelzijn

3

0

0

nee

Bescherming landbouwhuisdieren (Richtlijn 98/58/EEG)

Besluit welzijn productiedieren

art.5 lid 7

De verplichting kunstmatig ventilatiesystemen te voorzien van een noodsysteem zodat als hoofdsysteem uitvalt een alarmsysteem in werking treedt en het alarmsysteem regelmatig te testen

dierenwelzijn

3

0

0

nee

Bescherming landbouwhuisdieren (Richtlijn 98/58/EEG)

Besluit welzijn productiedieren

art.5 lid 8

De verplichting een dier voldoende schoon water te geven of anderszins aan zijn behoefte aan water te voldoen

dierenwelzijn

3

0

0

nee

Bescherming landbouwhuisdieren (Richtlijn 98/58/EEG)

Besluit welzijn productiedieren

art.5 lid 9

De verplichting een voeder- of drinkinstallatie zo te ontwerpen, bouwen en plaatsen dat verontreiniging van voeder en water wordt voorkomen

dierenwelzijn

2

0

0

nee

Bescherming landbouwhuisdieren (Richtlijn 98/58/EEG)

Besluit welzijn productiedieren

art.5 lid 10

De verplichting automatische of mechanische apparatuur ten minste eenmaal per dag te controleren en defecten onmiddellijk te herstellen

dierenwelzijn

1

0

0

nee

Bescherming landbouwhuisdieren (Richtlijn 98/58/EEG)

Besluit welzijn productiedieren

art.6 lid 1

De verplichting een register bij te houden van alle medische zorg en het aantal sterfgevallen en het register ten minste drie jaar te bewaren

dierenwelzijn

2

0

0

nee

Bescherming landbouwhuisdieren (Richtlijn 98/58/EEG)

Besluit welzijn productiedieren

art.6 lid 2

Het verbod om stoffen aan dieren toe te dienen of te voeren die schadelijk zijn voor de gezondheid of het welzijn van een dier

dierenwelzijn

3

0

0

nee

Bescherming landbouwhuisdieren (Richtlijn 98/58/EEG)

Gezondheids- en welzijnswet voor dieren

art.34 in samenhang met het Besluit aanwijzing voor productie te houden dieren

Het verbod om niet-aangewezen dieren voor landbouwdoeleinden te houden

dierenwelzijn

3

0

0

nee

Bescherming landbouwhuisdieren (Richtlijn 98/58/EEG)

Gezondheids- en welzijnswet voor dieren

art.40 in samenhang met het Ingrepenbesluit

Het verbod een of meer lichamelijke ingrepen bij een dier te verrichten, tenzij dit onder voorwaarden is toegestaan

dierenwelzijn

3

0

0

nee

Bescherming landbouwhuisdieren (Richtlijn 98/58/EEG)

Gezondheids- en welzijnswet voor dieren

art.55 in samenhang met het Besluit voortplantingstechnieken bij dieren

De verplichting om alleen gebruik te maken van toegestane methoden van fokken met dieren

dierenwelzijn

3

0

0

nee

Bodemerosie (Verordening (EG) 1782/2003)

Verordening HPA erosiebestrijding landbouwgronden 2003 **

art.3

De verplichting een meer dan normale erosie te melden onder aangeving van de meest geschikte (combinatie van) landbouwkundige maatregelen om deze adequaat te bestrijden

GLMC

2

1

1

nee

Bodemerosie (Verordening (EG) 1782/2003)

Verordening HPA erosiebestrijding landbouwgronden 2003 **

art.4

De verplichting tot uitvoering van maatregelen:

• gerichte grondbewerking na elke oogst ter voorkoming van bodemerosie

• wissen trekkersporen bij inzaaien bieten of maïs

• verplichte inzaai groenbemester op bouwland na teelt maïs en granen

• waterremmende voorziening realiseren aan onderzijde percelen

GLMC

2

1

1

nee

Bodemerosie (Verordening (EG) 1782/2003)

Verordening HPA erosiebestrijding landbouwgronden 2003 **

art.5

Het verbod op:

• het telen van een erosiebevorderend gewas op hellingen met hellingspercentage van 2% of meer, tenzij met toepassing van specifieke voorschriften;

• andere exploitatie van de grond dan als grasland op hellingen met hellingspercentage van meer dan 18%

GLMC

3

1

1

nee

Bodemerosie (Verordening (EG) 1782/2003)

Verordening HPA erosiebestrijding landbouwgronden 2003 **

art.6 in samenhang met het Besluit HPA voorschriften bedrijfserosieplan 2003

De verplichting uitvoering te geven aan een goedgekeurd bedrijfserosieplan, indien een ondernemer daarover beschikt. Bepaalde onderdelen van art. 4 en art. 5 zijn dan niet van toepassing

GLMC

3

1

1

nee

Bodemerosie (Verordening (EG) 1782/2003)

Verordening PT bestrijding erosie tuinbouwgronden 2004 **

art.3

De verplichting een meer dan normale erosie te melden onder aangeving van de meest geschikte (combinatie van) landbouwkundige maatregelen om deze adequaat te bestrijden

GLMC

2

1

1

nee

Bodemerosie (Verordening (EG) 1782/2003)

Verordening PT bestrijding erosie tuinbouwgronden 2004 **

art.4

De verplichting tot uitvoering van maatregelen:

• gerichte grondbewerking na elke oogst ter voorkoming van bodemerosie

• wissen trekkersporen bij inzaaien bieten of maïs

• verplichte inzaai groenbemester op bouwland na teelt maïs en granen

• waterremmende voorziening realiseren aan onderzijde percelen

GLMC

2

1

1

nee

Bodemerosie (Verordening (EG) 1782/2003)

Verordening PT bestrijding erosie tuinbouwgronden 2004 **

art.5

Het verbod op:

• het telen van een erosiebevorderend gewas op hellingen met hellingspercentage van 2% of meer, tenzij met toepassing van specifieke voorschriften;

• andere exploitatie van de grond dan als grasland op hellingen met hellingspercentage van meer dan 18%

GLMC

3

1

1

nee

Bodemerosie (Verordening (EG) 1782/2003)

Verordening PT bestrijding erosie tuinbouwgronden 2004 **

art.6 in samenhang met het Besluit PT voorschriften bedrijfserosieplan 2003

De verplichting uitvoering te geven aan een goedgekeurd bedrijfserosieplan, indien een ondernemer daarover beschikt. Bepaalde onderdelen van art. 4 en art. 5 zijn dan niet van toepassing

GLMC

3

1

1

nee

Bodemstructuur en organisch stofgehalte (Verordening (EG) 1782/2003)

Regeling GLB-inkomenssteun 2006

art.7 lid 1 sub a en e in samenhang met art.8 en 26

De verplichting een groenbemester te hebben op percelen die uit productie zijn genomen in het kader van de bedrijfstoeslagregeling (inzaaien voor 31 mei en niet voor 31 augustus vernietigen)

GLMC

2

0

0

nee

Toelichting

* In geval de PVV-verordening niet (langer) van kracht is, gelden de bepalingen van de Regeling verbod handel met bepaalde stoffen behandelde dieren en producten: ze zijn elkaars vangnet.

** Deze verordeningen zijn van toepassing op land- en tuinbouwgronden voorzover deze geheel of gedeeltelijk zijn gelegen in de navolgende gemeenten:

Eijsden, Maastricht, Meerssen, Stein, Sittard-Geleen, Beek, Schinnen, Nuth, Voerendaal, Simpelveld, Vaals, Gulpen-Wittem, Margraten, Valkenburg aan de Geul, Onderbanken, Brunssum, Landgraaf, Heerlen, Kerkrade.

Ze zijn echter niet van toepassing op de hiervoor bedoelde land- en tuinbouwgronden, voor zover deze gronden zijn gelegen:

  • in het watervoerend en waterbergend winterbed in het Maasdal;

  • in de inundatiegebieden van de rivier de Geul;

  • ten noorden van de wegen Sittard–Wehr en Sittard–Urmond.

  • in de inundatiegebieden van de rivier de Geul;

  • ten noorden van de wegen Sittard–Wehr en Sittard–Urmond.

Bijlage 2. Puntentelling Randvoorwaarden GLB

[Regeling vervallen per 01-04-2011]

Randvoorwaardenterrein en

Maximale score bij niet-naleving van alle eisen per terrein

Aantal geconstateerde niet-nalevingen

Kortingspercentage

MILIEU

219

   
   

0

0%

   

1 t/m 73

1%

   

74 t/m 146

3%

   

147 t/m 219

5%

       

GEZONDHEID

242

   

(mens, plant en dier)

 

0

0%

   

1 t/m 80

1%

   

81 t/m 161

3%

   

162 t/m 242

5%

       

DIERENWELZIJN

163

   
   

0

0%

   

1 t/m 54

1%

   

55 t/m 109

3%

   

110 t/m 163

5%

       

GLMC

38

   
   

0

0%

   

1 t/m 12

1%

   

13 t/m 25

3%

   

26 t/m 38

5%

       

TOTAAL

662