-
– met de letter A: de financiële bijdrage;
-
– met de letter B: het aantal inburgeraars, niet zijnde geestelijke bedienaar, met wie
in respectievelijk 2007, 2008 en 2009 een overeenkomst tot vaststelling van een inburgeringsvoorziening
is gesloten;
-
– met de letter C: de bijdragevergoeding ten aanzien van de vaststelling van een inburgeringsvoorziening,
bedoeld in letter B;
-
– met de letter D: het aantal inburgeraars, niet zijnde geestelijke bedienaar, met wie
in respectievelijk 2007, 2008 en 2009 een overeenkomst tot vaststelling van een gecombineerde
inburgeringsvoorziening is gesloten;
-
– met de letter E: de bijdragevergoeding ten aanzien van de vaststelling van een gecombineerde
inburgeringsvoorziening, bedoeld in letter D;
-
– met de letter F: het aantal inburgeraars, tevens zijnde geestelijke bedienaar, met
wie in respectievelijk 2007, 2008 en 2009 een overeenkomst tot vaststelling van een
inburgeringsvoorziening is gesloten;
-
– met de letter G: de bijdragevergoeding ten aanzien van de vaststelling van een inburgeringsvoorziening,
bedoeld in letter F;
-
– met de letter H: het aantal in de letter B bedoelde inburgeraars dat uiterlijk respectievelijk
31 december 2009, 31 december 2010, 31 december 2011 heeft deelgenomen aan het inburgeringsexamen
of het staatsexamen;
-
– met de letter I: de bijdragevergoeding ten aanzien van de deelname aan het inburgeringsexamen
en het staatsexamen, bedoeld in letter H;
-
– met de letter J: het aantal in de letter D bedoelde inburgeraars dat uiterlijk respectievelijk
31 december 2009, 31 december 2010, 31 december 2011 heeft deelgenomen aan het inburgeringsexamen
of het staatsexamen;
-
– met de letter K: de bijdragevergoeding ten aanzien van de deelname aan het inburgeringsexamen
en het staatsexamen, bedoeld in letter J;
-
– met de letter L: het aantal in de letter F bedoelde inburgeraars dat uiterlijk respectievelijk
31 december 2009, 31 december 2010, 31 december 2011 heeft deelgenomen aan het inburgeringsexamen
of het staatsexamen;
-
– met de letter M: de bijdragevergoeding ten aanzien van de deelname aan het inburgeringsexamen
en het staatsexamen, bedoeld in letter L;
-
– met de letter N: het aantal in de letter F bedoelde inburgeraars dat uiterlijk respectievelijk
31 december 2009, 31 december 2010, 31 december 2011 heeft deelgenomen aan het aanvullend
praktijkdeel, bedoeld in artikel 3.8 van het Besluit;
-
– met de letter O: de bijdragevergoeding ten aanzien van de deelname aan het aanvullend
praktijkdeel, bedoeld in letter N;
-
– met de letter P: de door de Minister vast te stellen correctiefactor;
-
– met de letter Q: het bedrag, bedoeld in artikel 9, tweede lid;
-
– met de letter R: het aantal inburgeraars met wie in respectievelijk 2008 en 2009 een
overeenkomst tot vaststelling van een duale inburgeringsvoorziening is gesloten;
-
– met de letter S: de bijdragevergoeding ten aanzien van de vaststelling van een duale
inburgeringsvoorziening, bedoeld in letter R;
-
– met de letter T: het aantal inburgeraars, niet zijnde geestelijke bedienaar, met wie
in respectievelijk 2008 en 2009 een overeenkomst tot vaststelling van een taalkennisvoorziening
is gesloten;
-
– met de letter U: de bijdragevergoeding ten aanzien van de vaststelling van een taalkennisvoorziening,
bedoeld in letter T.