Regeling parameters pensioenfondsen

[Regeling vervallen per 01-01-2010.]
Geraadpleegd op 10-11-2024. Gebruikte datum 'geldig op' 22-12-2009 en zichtdatum 20-09-2024.
Geldend van 01-01-2007 t/m 31-12-2009

Regeling van de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid van 19 december 2006, nr. AV/PB/2006/102565b, tot vaststelling van de parameters voor pensioenfondsen (Regeling parameters pensioenfondsen)

Artikel 1

[Regeling vervallen per 01-01-2010]

Een pensioenfonds of beroepspensioenfonds gaat voor de berekeningen, bedoeld in de artikelen 126, 128, 138, 140 en 143 van de Pensioenwet dan wel de artikelen 121, 123, 133, 135 en 138 van de Wet verplichte beroepspensioenregeling, uit van:

  • a. minimale verwachtingswaarden voor de groeivoeten van het loon- en prijsindexcijfer van 3%, respectievelijk 2%;

  • b. een maximaal verwacht rendement op vastrentende waarden na aftrek van beleggingskosten van 4,5%;

  • c. maximale risicopremies voor aandelen, onroerend goed en grondstoffen, te onderscheiden in de volgende categorieën:

    • 1º. voor aandelen ontwikkelde markten: een rekenkundig gemiddelde van 4,5% of een meetkundig gemiddelde van 3%;

    • 2º. voor niet-beursgenoteerde aandelen: een rekenkundig gemiddelde van 5% of een meetkundig gemiddelde van 3,5%;

    • 3º. voor aandelen opkomende markten: een rekenkundig gemiddelde van 5,5% of een meetkundig gemiddelde van 4%; en

    • 4º. voor onroerend goed en voor grondstoffen: een rekenkundig gemiddelde van 3,5% of een meetkundig gemiddelde van 2%; en

    • d. de toekomstige rentetermijnstructuur voor de disconteringsvoet in de continuïteitsanalyse. De toekomstige rentetermijnstructuur kan worden afgeleid uit de rentetermijnstructuur als bedoeld in artikel 2, tweede lid, van het Besluit financieel toetsingskader pensioenfondsen waarbij het fonds vanaf jaar t + 5 van die toekomstige rentetermijnstructuur gemotiveerd en na toestemming van De Nederlandsche Bank kan afwijken.

Artikel 2

[Regeling vervallen per 01-01-2010]

Een pensioenfonds of beroepspensioenfonds kan na instemming van De Nederlandsche Bank afwijken van hetgeen is bepaald in artikel 1 indien de actuele marktomstandigheden of de specifieke karakteristieken van het fonds dat noodzakelijk maken.

Artikel 3

[Regeling vervallen per 01-01-2010]

Pensioenfondsen of beroepspensioenfondsen die op het moment dat deze regeling in werking treedt, de premies voor het jaar 2007 hebben vastgesteld, onder toepassing van de Nota Hoofdlijnen FTK (Kamerstukken II 2004/05, 28 294, nr. 4) en de Nota Uitwerking FTK (Kamerstukken II 2004/05, 28 294, nr. 11) voldoen voor het jaar 2007 aan artikel 128 van de Pensioenwet dan wel artikel 123 van de Wet verplichte beroepspensioenregeling.

Artikel 4

[Regeling vervallen per 01-01-2010]

Deze regeling treedt in werking op 1 januari 2007 en vervalt met ingang van 1 januari 2010.

Artikel 5

[Regeling vervallen per 01-01-2010]

Deze regeling wordt aangehaald als Regeling parameters pensioenfondsen.

Deze regeling zal met toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

Den Haag, 19 december 2006

De

Minister

van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,

A.J. de Geus