Regeling beleidsregels ter verdeling besteedbare middelen beheerskosten verbindingskantoren AWBZ 2006

[Regeling materieel uitgewerkt per 28-01-2008.]
Geraadpleegd op 05-11-2024. Gebruikte datum 'geldig op' 01-07-2016 en zichtdatum 04-11-2024.
Geldend van 05-01-2008 t/m heden

Regeling beleidsregels ter verdeling besteedbare middelen beheerskosten verbindingskantoren AWBZ 2006

Het College voor zorgverzekeringen,

Gelet op artikel 5, tweede lid van het Besluit financiering uitvoeringsorganisatie Bijzondere Ziektekostenverzekering en de Regeling besteedbare middelen beheerskosten AWBZ 2006;

Heeft in zijn vergadering van 22 december 2005 besloten:

Artikel 1

Deze regeling verstaat onder:

Artikel 2

Ter bepaling van de middelen die voor ieder verbindingskantoor afzonderlijk voor het jaar 2006 ten laste van het Algemeen Fonds Bijzondere Ziektekosten voor zijn beheerskosten besteedbaar zijn stelt het college voor ieder van hen een budget vast. Voor de vaststelling van deze budgetten gaat het college uit van een totaalbedrag van € 127,093 miljoen.

Artikel 3

Het college verdeelt het in artikel 2 genoemde totaalbedrag als volgt:

  • a. een bedrag van € 11,378 miljoen door per regio het geraamde aantal budgethouders per 1 juli 2006 te vermenigvuldigen met € 137,09.

    Voor de raming van het aantal budgethouders dienen de gegevens van de verbindingskantoren als basis;

  • b. een bedrag van € 4,333 miljoen op basis van een bedrag per regio waarvoor de zorgverzekeraar als verbindingskantoor is aangewezen. Het bedrag per regio bedraagt € 66.657,92 indien de zorgverzekeraar voor vijf regio’s als verbindingskantoor is aangewezen en wordt evenredig verhoogd naar mate de zorgverzekeraar voor minder regio’s als verbindingskantoor is aangewezen; en

  • c. een bedrag van € 0,191 miljoen verdeeld per regio waarvoor de verbindingskantoren, volgens opgave van Zorgverzekeraars Nederland, coördinerende activiteiten verrichten voor zorgtoewijzing in de forensische psychiatrische zorg.

Artikel 4

Het college verdeelt het na toepassing van artikel 3 resterende bedrag als volgt:

  • a. eentiende deel op basis van een bedrag per regio waarvoor de zorgverzekeraar als verbindingskantoor is aangewezen. Het bedrag per regio bestaat uit een basisbedrag van € 247.092,00 dat per regio wordt verhoogd met € 49.418,40 indien de zorgverzekeraar voor vijf regio’s als verbindingskantoor is aangewezen. Het bedrag van € 49.418,40 wordt evenredig verhoogd naar mate de zorgverzekeraar voor minder regio’s als verbindingskantoor is aangewezen;

  • b. zestiende deel door per regio het geraamde aantal inwoners per 1 januari 2006 te vermenigvuldigen met € 3,58, waarbij inwoners van vijfenzestig jaar en ouder dubbel tellen. Voor de raming van het aantal inwoners, waaronder die van vijfenzestig jaar en ouder, dienen de gegevens van het Centraal Bureau voor de Statistiek als basis; en

  • c. drietiende deel door per regio het geraamde aantal bijdrageplichtigen intramuraal per 1 juli 2006 te vermenigvuldigen met € 139,62. Voor de raming van het aantal bijdrageplichtigen intramuraal dienen de opgaven van de verbindingskantoren als basis.

Artikel 5

  • 1 De resultaten van de berekeningen ingevolge de artikelen 3 en 4 sommeert het college per regio.

  • 2 Ter verkrijging van het budget, tevens de besteedbare middelen, voor beheerskosten AWBZ 2006 sommeert het college ten slotte het berekende bedrag per regio voor de regio’s waarvoor de zorgverzekeraar als verbindingskantoor is aangewezen.

  • 3 Het college rondt het budget af op hele euro’s, waarbij bedragen van een halve euro en hoger worden afgerond naar boven en overige bedragen naar beneden.

Artikel 6

  • 1 Na ommekomst van het budgetjaar stelt het CVZ, met toepassing van de artikelen 3 tot en met 5, de budgetten nader vast op basis van de werkelijke inwoneraantallen onderscheidenlijk eigen bijdrageplichtigen intramuraal en budgethouders per de desbetreffende peildatum. De werkelijke inwoneraantallen en budgethouders baseert het college op gegevens van dezelfde instanties als die aan wier gegevens de ramingen zijn ontleend.

  • 2 Bij gelegenheid van de nadere vaststelling, bedoeld in het eerste lid, is boven het totaalbedrag, bedoeld in artikel 2, een bedrag van € 10,056 miljoen besteedbaar.

  • 3 Na toepassing van artikel 5, eerste lid, verdeelt het college het bedrag, genoemd in het voorgaande lid, als volgt:

    • a. € 3,666 miljoen naar rato van de in artikel 5, eerste lid, berekende bedragen per regio;

    • b. € 6,000 miljoen over verbindingskantoren met een negatieve reserve uitvoering AWBZ, die groter is dan 20 procent van hun nader vastgestelde budget beheerskosten AWBZ 2005. Het college verdeelt het bedrag van € 6,000 miljoen over de in de vorige volzin bedoelde verbindingskantoren tot maximaal het verschil tussen hun negatieve reserve uitvoering AWBZ en 20 procent van hun budget beheerskosten AWBZ 2005. Indien de hiervoor bedoelde verhoging van de budgetten in totaliteit leidt tot een hoger bedrag dan het in de eerste volzin genoemde bedrag, verlaagt het college de verhoging van de budgetten met een voor alle verbindingskantoren gelijk percentage zodanig, dat geen overschrijding plaatsvindt.

    • c. € 0,140 miljoen over verbindingskantoren die, volgens opgave van Zorgverzekeraars Nederland, coördinerende activiteiten verrichten voor maatschappelijke opvang in de vier grote steden. Het college verdeelt het in de vorige volzin vermelde bedrag in een bedrag per verbindingskantoor, vermeerderd met eenzelfde bedrag per regio, waarvoor de betreffende verbindingskantoren zijn aangewezen.

    • d. € 0,250 miljoen over verbindingskantoren die, volgens opgave van Zorgverzekeraars Nederland, extra kosten hebben moeten maken in het kader van release 2.1 van de AWBZ brede zorgregistratie om het bericht zorgtoewijzing op functieniveau gelijk te schakelen aan het bericht melding aanvang zorg.

  • 4 Het college bepaalt de nadere budgetten per verbindingskantoor door de resultaten van het derde lid voor de regio’s waarvoor het verbindingskantoor is aangewezen, te sommeren met de in artikel 5, eerste lid, berekende bedragen per regio.

Artikel 6a

  • 1 Een bedrag van € 10,000 miljoen is bestemd voor extra kosten die verbindingskantoren moeten maken voor de uitvoering van een sociaal plan voor medewerkers, die door de centralisering van de uitvoering van de eigen bijdrageregeling overbodig worden.

  • 2 Het college verdeelt het bedrag, bedoeld in het eerste lid, na 1 januari 2007 door het budget per verbindingskantoor te verhogen nadat van het verbindingskantoor een verzoek is ontvangen tot ophoging van het budget voor 2006.

  • 3 Het verbindingskantoor dient het verzoek, bedoeld in het tweede lid, vóór 1 januari 2008 bij het college in. Het verzoek moet naar behoren zijn gemotiveerd.

  • 4 Als extra kosten, bedoeld in het eerste lid, merkt het college alleen die kosten aan, die een verhoging van de uitkering in verband met de uitvoering van een sociaal plan van medewerkers die werkzaamheden in het kader van uitvoering van de eigen bijdrageregeling verrichtten en door de centralisering van die uitvoering bij het CAK-BZ overbodig worden, naar het oordeel van het college, gelet op alle omstandigheden, daadwerkelijk rechtvaardigen. Bij de beoordeling baseert het college zich mede op de opgaven, die het college in 2006 heeft ontvangen van de verbindingskantoren over medewerkers die in 2006 waren belast met de uitvoering van de bijdrageregeling.

  • 5 Indien verhoging van de budgetten aan de verbindingskantoren in totaliteit leidt tot een hoger bedrag dan het in het eerste lid genoemde bedrag, verlaagt het college de verhoging met een voor alle verbindingskantoren gelijk percentage zodanig, dat geen overschrijding plaatsvindt.

  • 6 Indien het budget van een verbindingskantoor is verhoogd en achteraf blijkt dat de extra kosten niet of niet volledig zijn gemaakt of in redelijkheid niet of niet volledig als extra kosten zijn te beschouwen, kan het college de verhoging geheel of gedeeltelijk ongedaan maken.

Artikel 7

Deze regeling wordt in de Staatscourant geplaatst.

Deze regeling treedt in werking met ingang van 1 januari 2006.

Indien de Staatscourant waarin deze regeling wordt geplaatst, wordt uitgegeven na 1 januari 2006 treedt zij in werking met ingang van de tweede dag na uitgifte van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst, en werkt zij terug tot en met 1 januari 2006.

Artikel 8

Deze regeling wordt aangehaald als: Regeling beleidsregels ter verdeling besteedbare middelen beheerskosten verbindingskantoren AWBZ 2006.

De

Voorzitter

,

J.S.J. Hillen

De

Algemeen Directeur

,

P.C. Hermans

Goedgekeurd door de Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport bij brief van 12 januari 2006, nr. Z/F-2651153.