Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijkrelaties
Algemene handelingen
1.
Handeling: Het voorbereiden, mede-vaststellen, coördineren en evalueren van het beleid
betreffende lijkbezorging
Periode: 1945–
Product: O.a. beleidsnota, beleidsnotitie, rapport, advies en evaluatie
Opmerking: De eigenlijke vaststelling van het beleid vindt plaats in de ministerraad.
Onder deze handeling valt ook:
– het voeren van overleg met andere betrokken actoren op het beleidsterrein;
– het voorbereiden van een standpunt ter inbrenging in de ministerraadsvergaderingen
voor beraad en besluitvorming betreffende het beleidsterrein;
– het voeren van overleg met/het leveren van bijdragen aan het overleg met het staatshoofd
betreffende het beleidsterrein;
– het voorbereiden van een Memorie van Toelichting op de Rijksbegroting het beleidsterrein;
– het toetsen van de uitvoering van het beleid (evaluatie);
– het leveren van commentaar op de recht- en doelmatigheidscontroles van de Algemene
Rekenkamer op het beleidsterrein;
– het aan een externe adviescommissie verzoeken om advies betreffende het beleidsterrein;
– het informeren van het Kabinet van de Koningin over ontwikkelingen op het beleidsterrein;
– het voorbereiden en vaststellen van het voorlichtingsbeleid
Waardering: B (1,2)
2.
Handeling: Het voorbereiden van de totstandkoming, wijziging en intrekking van wet-
en regelgeving ten aanzien van het beleidsterrein lijkbezorging
Periode: 1945–
Product: Wetten, algemene maatregelen van bestuur, koninklijke besluiten, circulaires
Opmerking: In dit RIO is zoveel mogelijk gekozen voor het formuleren van concrete
handelingen ten aanzien van de wet- en regelgeving.
Waardering: B (1)
3.
Handeling: Het opstellen van periodieke verslagen over ontwikkelingen op het beleidsterrein
lijkbezorging
Periode: 1945–
Product: Jaarverslagen, kwartaalverslagen, maandverslagen
Waardering: B (3)
4.
Handeling: Het beantwoorden van Kamervragen en het anderszins op verzoek incidenteel
informeren van leden van of commissies uit de Kamers der Staten-Generaal betreffende
het beleidsterrein lijkbezorging
Periode: 1945–
Product: Brief, notitie
Opmerking: Het informeren van de Commissies voor de Verzoekschriften valt binnen de
omschrijving van de bovenstaande handeling
Waardering: B (2,3)
5.
Handeling: Het informeren van de Commissies voor Verzoekschriften en andere tot het
onderzoeken van klachten bevoegde commissies uit de Kamers der Staten-Generaal en
de Nationale Ombudsman naar aanleiding van klachten over de uitvoering of de gevolgen
van het beleid ten aanzien van lijkbezorging
Periode: 1945–
Product: Brieven, notities
Waardering: B (3)
6.
Handeling: Het beslissen op beroepschriften naar aanleiding van beschikkingen betreffende
het beleidsterrein lijkbezorging en het voeren van verweer in beroepschriftprocedures
voor administratief rechterlijke organen
Periode: 1945–
Waardering: V 5 jaar na uitspraak
7.
Handeling: Het mede-voorbereiden van het vaststellen, wijzigen en intrekken van internationale
regelingen betreffende het beleidsterrein lijkbezorging en het presenteren van Nederlandse
standpunten in intergouvernementele organisaties
Periode: 1945–
Product: Internationale regeling, nota, rapport
Waardering: B (1)
8.
Handeling: Het beantwoorden van vragen van individuele burgers, bedrijven en instellingen
betreffende het beleidsterrein lijkbezorging
Periode: 1945–
Product: Brief, notitie
Waardering: V 2 jaar
9.
Handeling: Het uitvoeren van voorlichtingsactiviteiten op het beleidsterrein lijkbezorging
Periode: 1945–
Waardering: B 1 exemplaar van het eindproduct
V, 10 jaar overige neerslag
10.
Handeling: Het vaststellen van de opdracht en het eindproduct van (wetenschappelijk)
onderzoek betreffende het beleidsterrein lijkbezorging
Periode: 1945–
Product: Offerte, brief, rapport
Waardering: B (1,2)
11.
Handeling: Het begeleiden van (wetenschappelijk) onderzoek betreffende het beleidsterrein
lijkbezorging
Periode: 1945–
Product: Notitie, notulen, brief
Waardering: V 5 jaar
12.
Handeling: Het verzamelen en bewerken van gegevens ten behoeve van (wetenschappelijk)
onderzoek betreffende het beleidsterrein lijkbezorging
Periode: 1945–
Waardering: V 5 jaar
13.
Handeling: Het financieren van (wetenschappelijk) onderzoek betreffende het beleidsterrein
lijkbezorging
Periode: 1945–
Product: Rekening, declaratie
Waardering: V 7 jaar
14.
Handeling: Het instellen, wijzigen en opheffen van organisatie-eenheden op het beleidsterrein
lijkbezorging
Periode: 1945–
Waardering: B (4)
15.
Handeling: Het beslissen op een subsidieaanvraag van een particuliere instelling die
actief is op het beleidsterrein lijkbezorging
Periode: 1945–
Product: Ministeriële beschikking
Waardering: V 5 jaar na uitspraak
Wet- en regelgeving
16.
Handeling: Het voorbereiden en afsluiten van een internationale overeenkomst over
het grensoverschrijdend vervoer van lijken
Periode: 1945–
Product: Internationale overeenkomst betreffende het vervoer van lijken van 10 februari
1937 (Overeenkomst van Berlijn), goedgekeurd bij wet van 26 april 1940, Stb. 23
Internationale overeenkomst inzake het vervoer van lijken, 26 oktober 1973 (Overeenkomst
van Straatsburg), Trb. 1975/95
Waardering: B (1)
17.
Handeling: Het instellen van een adviescommissie in verband met wijziging, herziening
of vernieuwing van wet- en regelgeving betreffende het beleidsterrein lijkbezorging
Periode: 1945–
Producten: – beschikking van de minister van Binnenlandse Zaken van 13 april 1949;
– beschikking van de minister van Binnenlandse Zaken van 24 maart 1954, Stcrt. 62;
– beschikking van de minister van Binnenlandse Zaken van 16 januari 1964, Stcrt. 18
Opmerkingen: Ingesteld zijn:
a. Commissie van advies inzake herziening van de Begrafeniswet (Eerste commissie Kan);
b. Commissie tot herziening van de Wet op de lijkbezorging (Tweede commissie Kan);
c. Adviescommissie crematie (Derde commissie Kan)
Waardering: B (4)
20.
Handeling: Het voordragen van een wet of een amvb betreffende het beleidsterrein lijkbezorging
Periode: 1945–
Grondslag: O.a. Wet op de lijkbezorging 1955, diverse art. o.a.; 29b.4, 29f; Wet op
de lijkbezorging 1991, diverse art., o.a.: art. 10.1
Product: O.a.:
– Wet op de lijkbezorging 1955, Stb. 1955/390;
– Wet op de lijkbezorging 1991, Stb. 1991/130;
– KB van 15 maart 1956, Stb. 11 (Crematoriumbesluit);
– KB van 17 december 1993, Stb. 688;
– KB van 19 november 1997, Stb. 550
Waardering: B (1)
21.
Handeling: Het stellen van nadere regels betreffende het beleidsterrein lijkbezorging
Periode: 1945–
Grondslag: O.a.: Wet op de lijkbezorging 1991, art. 12a.3
Product: Ministeriële regeling, o.a.:
– Regeling doodsoorzaakverklaring, 9 december 1997, nr. CZ/BO-9719740, Stcrt. 239
Waardering: B (1)
Begraven
Algemene voorschriften
25.
Handeling: Het voordragen tot tijdelijke ontheffing bij KB aan een gemeente van de
verplichting tot het hebben van een gemeentelijke begraafplaats
Periode: 1955–1991
Grondslag: Wet op de lijkbezorging 1955, art. 13.1
Waardering: V 5 jaar na verlopen geldigheidsduur ontheffing
26.
Handeling: Het voordragen tot vaststelling bij KB van een verordening voor het beheer
van een begraafplaats die op het grondgebied van verschillende gemeenten in verschillende
provincies ligt
Periode: 1991–
Grondslag: Wet op de lijkbezorging 1991, art. 36.3
Waardering: V 5 jaar
27.
Handeling: Het voordragen tot vaststelling bij KB van een verordening voor het beheer
van een begraafplaats die op het grondgebied van een andere gemeente en in een andere
provincie ligt
Periode: 1955–
Grondslag: Wet op de lijkbezorging 1955, art. 29.4; Wet op de lijkbezorging 1991,
art. 36.3
Waardering: V 5 jaar
28.
Handeling: Het voordragen tot goedkeuring bij KB van de begrafenisrechten die twee
of meer gemeenten heffen, die gezamenlijk een gemeentelijke begraafplaats bezitten
Periode: 1945–1991
Grondslag: Begrafeniswet, art. 33
Waardering: V 5 jaar
29.
Handeling: Het voordragen tot vaststelling bij KB van de begrafenisrechten die twee
of meer gemeenten heffen, die gezamenlijk een begraafplaats bezitten en die in verschillende
provincies liggen
Periode: 1945–1991
Grondslag: Begrafeniswet, art. 33
Waardering: V 5 jaar
Bijzondere begraafplaats
30.
Handeling: Het voordragen tot schorsing en vernietiging bij KB van een beslissing
van Gedeputeerde Staten op beroepschriften tegen een beslissing van gemeenteraad of
B&W over aanleg, uitbreiding en instandhouding van een bijzondere begraafplaats
Periode: 1991–
Grondslag: Wet op de lijkbezorging 1991, art. 42.1
Waardering: B (5)
34.
Handeling: Het voordragen tot het verlenen van verlof bij KB voor het oprichten van
een crematorium
Periode: 1955–1968
Grondslag: Wet op de lijkbezorging 1955, art. 29a, zoals gewijzigd bij wet van 26 september
1968, Stb. 494
Waardering: B (5)
Bijzondere onderwerpen
Conservering
44.
Handeling: Het instellen van de Werkgroep Thanatopraxie
Periode: 1997
Bron Brief minister van Binnenlandse Zaken aan Platform Uitvaartwezen d.d. 18 februari
1997, nr. BW97/57
Opmerking: Thanatopraxie is het tijdelijk conserveren van stoffelijke overschotten
Waardering: B (4)
Internationaal vervoer van lijken
52.
Handeling: Het toelaten van vervoer van een lijk uit Nederland naar het buitenland
of uit het buitenland naar Nederland
Periode: 1945–
Grondslag: Besluit van 18 oktober 1869, Stb. 162, art. 5; Besluit 12 november 1964,
Stb. 451; Besluit van 20 januari 1976, Stb. 11, art. IA
Waardering: V 5 jaar
53.
Handeling: Het ten spoedigste doen begraven of verbranden van lijken hier te lande
aangebracht
Periode: 1945–
Grondslag: Besluit van 18 oktober 1869, Stb. 162, art. 6; Besluit van 12 november
1964, Stb. 451
Waardering: V 5 jaar
Koninklijk Huis
57.
Handeling: Het verlenen van ontheffing van de bepalingen van de Wet op de lijkbezorging
ten aanzien van bloed- en aanverwanten van de Koning die geen lid zijn van het Koninklijk
Huis
Periode: 1945–
Grondslag: Begrafeniswet 1869, art. 51; Wet op de lijkbezorging 1991, art. 87.2
Opmerking: De Wet op de lijkbezorging is niet van toepassing op leden van het Koninklijk
Huis. Voor familieleden van de Koning(in) die geen lid zijn van het Koninklijk Huis
kan de minister van Binnenlandse Zaken ontheffing op bepalingen van de wet ontlenen.
Waardering: B (5)
Overig
31.
Handeling: Het voordragen tot ontheffing bij KB van de verplichting om een begraafplaats
af te sluiten met een minstens 2 meter hoge omheining
Periode: 1945–1991
Grondslag: Begrafeniswet 1869, art. 18
Opmerking: Op een gesloten begraafplaats wordt niet meer begraven en blijft een vastgesteld
aantal jaren onaangeroerd liggen.
Waardering: V 5 jaar na verlopen geldigheid ontheffing
32.
Handeling: Het voordragen van een KB betreffende toestemming of verbod van het vervoer
van lijken uit een gemeente met een of meer begraafplaatsen wanneer er een besmettelijke
ziekte heerst
Periode: 1945–1991
Grondslag: Begrafeniswet 1869, art. 11
Waardering: B (6)