Wet van 6 december 2006 ter uitvoering van titel 7.5 (Pacht) van het Burgerlijk Wetboek
inzake de samenstelling en werkwijze van de grondkamers en de centrale grondkamer
(Uitvoeringswet grondkamers)
Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau,
enz. enz. enz.
Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:
Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het wenselijk is tegelijk met het wetsvoorstel
tot vaststelling en invoering van titel 5 van Boek 7 van het Burgerlijk Wetboek onder
gelijktijdige intrekking van de Pachtwet de bepalingen van de Pachtwet over de samenstelling en werkwijze van de grondkamers en van de Centrale Grondkamer
over te hevelen naar een wet tot uitvoering van titel 5 van Boek 7 van het Burgerlijk
Wetboek, alsmede enige wetgeving aan te passen aan genoemde titel;
Zo is het, dat Wij, de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal,
hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze: