2.4. Ex-partner
[Regeling vervallen per 14-07-2010 met terugwerkende kracht tot en met 01-01-2010]
Een ex-partner is de persoon waarmee op het moment van de verkrijging geen gemeenschappelijke
huishouding meer wordt gevoerd. Tot het tijdstip van de beëindiging van hun gemeenschappelijke
huishouding werd echter voldaan aan de uitgangspunten als bedoeld in artikel 24, tweede lid, van de SW.
De tegemoetkoming wordt bij een schenking aan een ex-partner verleend voor zover die
schenking wordt gedaan ter uitvoering van een door de ex-partners overeengekomen verdeling
in het kader van de beëindiging van de samenleving.
Voor de (fictieve) verkrijging krachtens erfrecht door het overlijden van een ex-partner
geldt de tegemoetkoming voor zover die verkrijging verband houdt met afspraken die
zijn gemaakt in het kader van de beëindiging van de samenleving.
In de voorbeelden gaat het steeds om partners die tot het tijdstip van de beëindiging
van de gemeenschappelijke huishouding voldeden aan de uitgangspunten als bedoeld in
artikel 24, tweede lid, van de SW.
Voorbeeld 1
Bij de verdeling van de gezamenlijke vermogensbestanddelen wordt één van de partners
overbedeeld. Als gevolg hiervan kan deze partner, met hun kind, in de voormalige gemeenschappelijke
woning blijven wonen. Het schenkingsrecht dat over deze overbedeling is verschuldigd,
kan door de goedkeuring worden berekend naar tariefgroep I.
Voorbeeld 2
In het kader van de beëindiging van de gemeenschappelijke huishouding spreken de ex-partners
het volgende af. Het vermogen dat de beide partners tot het verbreken van hun relatie
gezamenlijk hadden, komt bij het overlijden van één van hen toe aan de ander. Eén
van de (ex)-partners komt te overlijden. De vermogensbestanddelen die de ander als
gevolg hiervan verkrijgt, leiden tot verschuldigdheid van successierecht. Het successierecht
kan door de goedkeuring worden berekend naar tariefgroep I.