Wet van 21 juli 2007, houdende algemene bepalingen betreffende de toekenning, het
beheer en het gebruik van het burgerservicenummer (Wet algemene bepalingen burgerservicenummer)
Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau,
enz. enz. enz.
Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:
Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het wenselijk is algemene regels te stellen
in verband met de invoering van een uniek persoonsnummer teneinde de doelmatigheid
van de administraties van de overheid en enige andere sectoren te vergroten en de
dienstverlening aan de burger te verbeteren, een en ander met inachtneming van de
eisen die daaraan behoren te worden gesteld ter bescherming van de persoonlijke levenssfeer;
Zo is het, dat Wij, de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal,
hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze: