Landbouwkwaliteitsbesluit 2007

Geraadpleegd op 30-11-2024. Gebruikte datum 'geldig op' 01-07-2013 en zichtdatum 26-11-2024.
Geldend van 01-06-2013 t/m 30-06-2014

Besluit van 19 september 2007, houdende regels inzake de kwaliteit van landbouwproducten (Landbouwkwaliteitsbesluit 2007)

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Op de voordracht van Onze Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit van 1 juni 2007, Directie Juridische Zaken, no. TRCJZ/2007/1788;

Gelet op verordening (EEG) nr. 2092/91 van de Raad van de Europese Gemeenschappen van 24 juni 1991 inzake de biologische produktiemethode en aanduidingen dienaangaande op landbouwproducten en levensmiddelen (PbEG L 198), verordening (EEG) nr. 1906/90 van de Raad van de Europese Gemeenschappen van 26 juni 1990 tot vaststelling van handelsnormen voor vlees van pluimvee (PbEG L 173), verordening (EEG) nr. 1538/91 van de Commissie van 5 juni 1991 houdende uitvoeringsbepalingen van verordening (EEG) nr. 1906/90 van de Raad tot vaststelling van handelsnormen voor vlees van pluimvee (PbEG L 143), verordening (EG) nr. 1028/2006 van de Raad van de Europese Gemeenschappen van 19 juni 2006 betreffende bepaalde handelsnormen voor eieren (PbEU L 186), verordening (EG) nr. 557/2007 van de Commissie van 23 mei 2007 tot vaststelling van de bepalingen ter uitvoering van verordening (EG) nr. 1028/2006 van de Raad betreffende bepaalde handelsnormen voor eieren (PbEU L 132), verordening (EEG) nr. 2200/96 van de Raad van de Europese Gemeenschappen van 28 oktober 1996 houdende een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector groenten en fruit (PbEG L 297), verordening (EG) nr. 1666/1999 van de Commissie van 28 juli 1999 houdende toepassingsbepalingen van Verordening (EG) nr. 2201/96 van de Raad betreffende de minimumkenmerken voor het in de handel brengen van bepaalde krenten- en rozijnenvariëteiten (PbEG L 197), verordening (EEG) nr. 404/93 van de Raad van de Europese Gemeenschappen van 13 februari 1993 houdende een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector bananen (PbEG L 47), verordening (EG) nr. 2257/1994 van de Commissie van 16 september 1994 tot vaststelling van kwaliteitsnormen voor bananen (PbEG L 245), verordening (EG) 2898/95 van de Commissie van 15 december 1995 houdende voorschriften inzake de controle op de naleving van de kwaliteitsnormen in de sector bananen (PbEG L 304) , verordening (EG) 1148/2001 van de Commissie van 12 juni 2001 betreffende de handelsnormcontroles voor verse groenten en fruit (PbEG L 156), verordening (EG) nr. 509/2006 van de Raad van de Europese Unie van 20 maart 2006 inzake gegarandeerde traditionele specialiteiten voor landbouwproducten en levensmiddelen (PbEU L 93), verordening (EG) nr. 510/2006 van de Raad van de Europese Unie van 20 maart 2006 inzake de bescherming van geografische aanduidingen en oorsprongsbenamingen van landbouwproducten en levensmiddelen (PbEU L 93), verordening (EG) nr. 1760/2000 van het Europees Parlement en de Raad van de Europese Gemeenschappen van 17 juli 2000 tot vaststelling van een identificatie- en registratieregeling voor runderen en inzake de etikettering van rundvlees en rundvleesproducten en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 820/97 van de Raad (PbEG L 204), richtlijn nr. 1998/56/EG van de Raad van de Europese Unie van 20 juli 1998 betreffende het in de handel brengen van teeltmateriaal van siergewassen (PbEG L 226) en richtlijn nr. 1992/52/EEG van de Raad van de Europese Gemeenschappen van 18 juni 1992 inzake volledige zuigelingenvoeding en opvolgzuigelingenvoeding die voor de uitvoer naar derde landen is bestemd (PbEG L 179);

Gelet op de artikelen 2, 3, 4, 7 en 8 van de Landbouwkwaliteitswet;

De Raad van State gehoord (advies van 3 augustus 2007, nr. W11.07.0161/IV);

Gezien het nader rapport van Onze Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit van 14 september 2007, TRCJZ/2007/2718;

Hebben goedgevonden en verstaan:

Artikel 1

In dit besluit en de daarop berustende bepalingen wordt verstaan onder:

  • wet: Landbouwkwaliteitswet;

  • in de handel brengen: in het vrije verkeer bedrijfsmatig ter beschikking of in voorraad houden, uitstallen of te koop aanbieden, verkopen, bezitten met het oog op de verkoop, alsmede tegen of zonder vergoeding aan derden beschikbaar stellen, leveren of overdragen;

  • verordening (EG) 834/2007: verordening (EG) nr. 834/2007 van de Raad van 28 juni 2007 inzake de biologische productie en de etikettering van biologische producten en tot intrekking van Verordening (EEG) nr. 2092/91 (PbEU L 189);

  • verordening (EG) 2257/94: verordening (EG) nr. 2257/94 van de Commissie van 16 september 1994 tot vaststelling van kwaliteitsnormen voor bananen (PbEG L 245);

  • verordening (EG) 2898/95: verordening (EG) nr. 2898/95 van de Commissie van 15 december 1995 houdende voorschriften inzake de controle op de naleving van de kwaliteitsnormen in de sector bananen (PbEG L 304);

  • verordening (EG) 1666/99: verordening (EG) nr. 1666/1999 van de Commissie van 28 juli 1999 houdende toepassingsbepalingen van Verordening (EG) nr. 2201/96 van de Raad betreffende de minimumkenmerken voor het in de handel brengen van bepaalde krenten- en rozijnenvariëteiten (PbEG L 197);

  • verordening (EU) 543/2011: uitvoeringsverordening (EU) nr. 543/2011 van de Commissie van 7 juni 2011 tot vaststelling van nadere bepalingen voor de toepassing van Verordening (EG) nr. 1234/2007 van de Raad, wat de sectoren groenten en fruit en verwerkte groenten en fruit betreft (PbEU 2011, L 157);

  • verordening (EU) 1151/2012: verordening (EU) nr. 1151/2012 van het Europees Parlement en de Raad van 21 november 2012 inzake kwaliteitsregelingen voor landbouwproducten en levensmiddelen (PbEU 2012, L 343);

  • verordening (EG) 1234/2007: verordening (EG) nr. 1234/2007 van de Raad van 22 oktober 2007 houdende een gemeenschappelijke ordening van de landbouwmarkten en specifieke bepalingen voor een aantal landbouwproducten (PbEU L 299);

  • richtlijn 98/56/EG: richtlijn nr. 1998/56/EG van de Raad van de Europese Unie van 20 juli 1998 betreffende het in de handel brengen van teeltmateriaal van siergewassen (PbEG L 226);

  • biologische productiemethode: voortbrenging van plantaardige producten overeenkomstig de bij of krachtens verordening (EG) 834/2007 gestelde voorschriften;

  • teeltmateriaal van bloembollen: teeltmateriaal als bedoeld in artikel 2, eerste lid, van richtlijn 98/56/EG, van bloembollen;

  • groenten en fruit: groenten en fruit als bedoeld in artikel 1, eerste lid, onderdeel i, van verordening (EG) 1234/2007;

  • bananen: bananen als bedoeld in artikel 1, eerste lid, onderdeel k, van verordening (EG) 1234/2007;

  • krenten en rozijnen: krenten en rozijnen als bedoeld in de bijlage, onder 1, van verordening (EG) 1666/99;

  • kwaliteitsaanduidingen: geografische aanduidingen, geografische oorsprongsbenamingen, gegarandeerde traditionele specialiteiten als bedoeld in artikel 18 van verordening (EU) 1151/2012 en facultatieve kwaliteitsaanduidingen als bedoeld in titel IV van verordening (EU) 1151/2012;

  • derde landen: gebied dat geen deel uitmaakt van het grondgebied van de Europese Unie of een gebied waarop de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte niet van toepassing is;

  • Stichting KCB: Stichting Kwaliteits-Controle-Bureau te ’s-Gravenhage;

  • Stichting Skal: Stichting Skal te Zwolle;

  • Stichting BKD: Stichting Bloembollenkeuringsdienst te Lisse.

Artikel 2

Bij het in de handel brengen of etiketteren van of reclame maken voor producten wordt slechts verwezen naar de biologische productiemethode en wordt het logo, bedoeld in artikel 25 van verordening (EG) 834/2007, slechts gebruikt indien is voldaan aan het bepaalde bij of krachtens verordening (EG) 834/2007 en bij of krachtens dit besluit gestelde regels.

Artikel 4

  • 1 Groenten en fruit worden slechts in de handel gebracht indien voldaan is artikel 113 bis en aan de krachtens artikel 113, eerste lid, onderdeel b, van verordening (EG) 1234/2007 vastgestelde voorschriften en de bij of krachtens dit besluit gestelde regels.

  • 2 Bananen worden slechts in de handel gebracht indien voldaan is aan de krachtens artikel 113, eerste lid onderdeel d en tweede lid, van verordening (EG) 1234/2007 vastgestelde voorschriften en bij of krachtens dit besluit gestelde regels.

  • 3 Krenten en rozijnen worden slechts in de handel gebracht indien voldaan is aan artikel 1 van verordening (EG) 1666/99 en bij of krachtens dit besluit gestelde regels.

Artikel 6

De bescherming van kwaliteitsaanduidingen geschiedt overeenkomstig het bij of krachtens verordening (EU) 1151/2012 bepaalde en de bij of krachtens dit besluit gestelde regels.

Artikel 9

Teeltmateriaal van bloembollen wordt slechts in de handel gebracht indien voldaan is aan de artikelen 3 tot en met 9 van richtlijn 98/56/EG en bij of krachtens dit besluit gestelde regels.

Artikel 10

  • 1 Onze Minister kan nadere regels stellen voor zover dat voor een goede uitvoering van de onderwerpen van de in de artikelen 2, 4 en 6 genoemde EU-verordeningen en voor de in artikel 9 genoemde EU-richtlijn noodzakelijk is.

  • 2 De regels bedoeld in het eerste lid kunnen betrekking hebben op:

    • a. de in artikel 2, eerste en tweede lid, van de Landbouwkwaliteitswet bedoelde onderwerpen;

    • b. de erkenning of certificering van onder die regeling vallende betrokkenen;

    • c. de wijze van keuring van producten;

    • d. het uitreiken, aanbrengen, vervaardigen, voorhanden en in voorraad hebben, alsmede het afleveren en gebruiken van bewijsstukken en merken;

    • e. de nadere aanduiding van het begrip bloembollen, bedoeld in artikel 1, onder r.

  • 3 Onze Minister kan vrijstelling en, op aanvraag, ontheffing verlenen van het bepaalde bij of krachtens dit besluit voor zover het belang van een goede uitvoering van de in het eerste lid bedoelde EU-verordeningen en EU-richtlijn zich daartegen niet verzet.

  • 4 De wijze van keuring van producten, bedoeld in het tweede lid, onder c, heeft onder meer betrekking op de voorwaarden waaronder betrokkenen door de controle-instellingen of door een controlerende instantie erkend kunnen worden voor het verrichten van de bij ministeriële regeling aan te duiden keuringsactiviteiten.

Artikel 11

De Stichting BKD is de instantie, bedoeld in de artikelen 12 en 13 van richtlijn 98/56/EG en belast met:

  • a. het toezicht op de naleving van bij of krachtens dit besluit gestelde regels ten aanzien van teeltmateriaal van bloembollen;

  • b. de keuring van teeltmateriaal van bloembollen;

  • c. de uitvoering van de registratie, bedoeld in artikel 6 van richtlijn 98/56/EG;

  • d. overige uitvoeringshandelingen die noodzakelijk zijn voor een goede uitvoering van de in de aanhef bedoelde richtlijn.

Artikel 14

  • 1 De Stichting KCB is de controle-instantie, bedoeld in artikel 9, eerste lid, onderdeel b, van verordening (EU) 543/2011, en belast met:

    • a. het toezicht op de naleving van bij of krachtens dit besluit gestelde regels ten aanzien van groenten en fruit, bananen en krenten en rozijnen;

    • b. het uitreiken van bewijsstukken, bedoeld in artikel 14, eerste lid, van verordening (EU) 543/2011, indien is voldaan aan artikel 113 bis, en de handelsnormen, gesteld krachtens artikel 113, eerste lid, onderdeel b, van verordening (EG) 1234/2007;

    • c. de uitvoering van de registratie, bedoeld in artikel 7, tweede lid, van verordening (EG) 2898/95;

    • d. overige uitvoeringshandelingen die noodzakelijk zijn voor een goede uitvoering van de onder b en c bedoelde verordeningen.

  • 2 De Stichting KCB is de bevoegde autoriteit, bedoeld in de artikelen 36 en 37 van verordening (EU) 1151/2012 alsmede voor de controles, bedoeld in artikel 38, van verordening (EU) 1151/2012 ten aanzien van producten die op grond van het eerste lid onder haar bevoegdheid vallen.

Artikel 15

De Stichting Skal is de instantie, bedoeld in artikel 27, vierde lid, onder a, van verordening (EG) 834/2007 en belast met:

  • a. het toezicht op de naleving van bij of krachtens dit besluit gestelde regels ten aanzien de biologische productiemethoden en van productiemethoden die bij ministeriële regeling daaraan gelijkgesteld zijn;

  • b. uitvoering van de registratie, bedoeld in artikel 28 van verordening (EG) 834/2007;

  • c. overige uitvoeringshandelingen die noodzakelijk zijn voor een goede uitvoering van de in de aanhef bedoelde verordening.

Artikel 17

  • 1 Onze Minister is de bevoegde autoriteit, voor:

    • a. de artikelen 36 en 37 van verordening (EU) 1151/2012 alsmede voor de controle, bedoeld in artikel 38, van verordening (EU) 1151/2012 ten aanzien van producten die naar hun aard niet onder de bevoegdheid van de Stichting KCB, bedoeld in artikel 14, tweede lid, vallen;

    • b. artikel 27, eerste lid, van verordening (EG) nr. 834/2007;

    • c. artikel 34 van verordening (EU) 1151/2012.

  • 2 In afwijking van het eerste lid is de Stichting Skal de bevoegde autoriteit, bedoeld in artikel 17, eerste lid, onderdeel a, en artikel 28, eerste lid, onderdeel a, van verordening (EG) nr. 834/2007.

Artikel 18

Bij ministeriële regeling kan ter uitvoering van dit besluit medewerking worden gevorderd van:

  • a. het bestuur van het Hoofdproductschap Akkerbouwproducten;

  • b. het bestuur van het Productschap Tuinbouw.

Artikel 22

[Red: Wijzigt het Besluit glastuinbouw, het Besluit verhandeling teeltmateriaal, het Besluit aanwijzing Bloembollenkeuringsdienst en het Lozingenbesluit open teelt en veehouderij.]

Artikel 23

Dit besluit treedt in werking op een bij koninklijk besluit te bepalen tijdstip dat voor de verschillende artikelen of onderdelen daarvan verschillend kan worden vastgesteld.

Lasten en bevelen dat dit besluit met de daarbij behorende nota van toelichting in het Staatsblad zal worden geplaatst.

's-Gravenhage, 19 september 2007

Beatrix

De Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit,

G. Verburg

Uitgegeven de zevenentwintigste september 2007

De Minister van Justitie,

E. M. H. Hirsch Ballin