Regeling voor het aanvragen van een startsubsidie of een veldinitiatief Passend onderwijs 2008–2009

[Regeling vervallen per 01-08-2009.]
Geraadpleegd op 25-11-2024. Gebruikte datum 'geldig op' 01-07-2013.
Geldend van 20-04-2008 t/m 31-07-2009

Regeling van de Staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap van 5 april 2008, nr. PO/ZO/08/8544, houdende regels voor het aanvragen van een startsubsidie of een veldinitiatief Passend onderwijs voor het schooljaar 2008–2009 (Regeling voor het aanvragen van een startsubsidie of een veldinitiatief Passend onderwijs 2008–2009)

De Staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap,

Gelet op artikel 4, eerste lid, van de Wet overige OCW-subsidies;

Besluit:

Hoofdstuk 1. Algemeen

[Regeling vervallen per 01-08-2009]

Artikel 1. Begripsbepaling

[Regeling vervallen per 01-08-2009]

In de regeling wordt verstaan onder:

  • a. Minister: Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap;

  • b. rec: Regionaal expertisecentrum als bedoeld in artikel 28b van de Wet op de expertisecentra;

  • c. cluster 3: onderwijs aan langdurig zieke kinderen met een lichamelijke handicap, lichamelijk gehandicapte kinderen en zeer moeilijk lerende kinderen dan wel meervoudig gehandicapte kinderen met een lichamelijke handicap;

  • d. cluster 4: onderwijs aan langdurig zieke kinderen anders dan met een lichamelijke handicap, zeer moeilijk opvoedbare kinderen en kinderen in scholen verbonden aan pedologische instituten;

  • e. (v)so: (voortgezet) speciaal onderwijs;

  • f. vo: voortgezet onderwijs, als bedoeld in artikel 2, van de Wet op het voortgezet onderwijs;

  • g. swv po: samenwerkingsverband als bedoeld in artikel 18 van de Wet op het primair onderwijs;

  • h. swv vo: samenwerkingsverband voortgezet onderwijs als bedoeld in artikel 10h van de Wet op het voortgezet onderwijs;

  • i. Passend onderwijs: het systeem waarbinnen alle leerlingen een passend onderwijszorgaanbod geboden krijgen;

  • j. regionaal netwerk: basisscholen en speciale scholen voor basisonderwijs die samenwerken in een swv po, scholen voor voortgezet onderwijs die samenwerken in een swv vo en scholen voor (voortgezet) speciaal onderwijs die per cluster samenwerken in een rec cluster 3 en 4, die gezamenlijk Passend onderwijs vorm geven;

  • k. onderwijscontinuüm: flexibel onderwijsaanbod waarbinnen voor alle leerlingen een passend onderwijszorgaanbod kan worden geboden;

  • l. integraal indiceren: afgestemd indicatietraject voor onderwijs en (jeugd)zorg voor leerlingen die naast extra onderwijsondersteuning ook (jeugd)zorg nodig hebben.

Hoofdstuk 2. Subsidieplafond

[Regeling vervallen per 01-08-2009]

Artikel 2. Vaststelling subsidieplafond en criteria verdeling bij subsidieverlening

[Regeling vervallen per 01-08-2009]

  • 1 Voor subsidieverlening op grond van deze regeling is een bedrag van € 7 miljoen beschikbaar.

  • 2 De Minister verdeelt het beschikbare bedrag in de volgorde van ontvangst van de aanvragen, met dien verstande dat wanneer de aanvrager krachtens artikel 4:5 van de Algemene wet bestuursrecht de gelegenheid heeft gehad de aanvraag aan te vullen, de dag en het tijdstip waarop de aanvraag is aangevuld, met betrekking tot de verdeling, als datum van ontvangst geldt.

Hoofdstuk 3. Startsubsidie

[Regeling vervallen per 01-08-2009]

Artikel 3. Doel en omvang startsubsidie

[Regeling vervallen per 01-08-2009]

  • 1 De Minister kan voor het schooljaar 2008–2009 een subsidie verstrekken ten behoeve van scholen die willen gaan samenwerken in een regionaal netwerk.

  • 2 Doel van de subsidie is het vormgeven van Passend onderwijs binnen de regio. Concreet betekent dit dat afspraken worden gemaakt over de inrichting van één loket voor zorgtoewijzing (inclusief afstemming met (jeugd)zorg), het realiseren van een onderwijscontinuüm en over de wijze waarop de ouderbetrokkenheid wordt vormgegeven.

  • 3 De omvang van de subsidie bedraagt € 50.000, per swv vo dat deelneemt binnen het regionale netwerk en wordt op aanvraag verleend. Per swv vo kan in de periode 2008/2010 éénmaal een startsubsidie worden toegekend.

Artikel 3a. Aanvraag startsubsidie

[Regeling vervallen per 01-08-2009]

  • 1 De aanvraag dient vergezeld te gaan van een intentieverklaring van de partijen die voornemens zijn gezamenlijk Passend onderwijs vorm te geven in de regio. In de intentieverklaring of in de subsidieaanvraag dient in ieder geval te worden opgenomen:

    • a. de na(a)m(en) en de brinnummers van het (de) swv po en de daarin deelnemende scholen voor (speciaal) basisonderwijs die participeren in het netwerk,

    • b. de na(a)m(en) en de brinnummers van de swv vo en de daarin deelnemende scholen die participeren in het netwerk,

    • c. de namen en de brinnummers van de (v)so scholen en de rec’s cluster 3 en 4 die participeren in het netwerk.

    De intentieverklaring dient ondertekend te zijn door alle bevoegde gezagsorganen die participeren in het netwerk.

  • 2 Indien er een scho(o)l(en) is/ zijn binnen de regio die (vooralsnog) niet participe(e)r(en)t in het netwerk dient dit in de aanvraag vermeld te worden omkleed met redenen. Van de scho(o)l(en) dient een verklaring van geen bezwaar bij de aanvraag te worden gevoegd.

  • 3 In de aanvraag worden de naam van de school of Centrale dienst als bedoeld in artikel 132, eerste lid, van de WPO en het betreffende brinnummer waar de subsidie aan kan worden overgemaakt, opgegeven.

  • 4 De aanvraag wordt ingediend bij CFI, Postbus 606, 2700 ML in Zoetermeer.

  • 5 Voor betaling in 2008 dient de aanvraag uiterlijk op 15 oktober 2008 door CFI te zijn ontvangen te zijn ontvangen.

Artikel 4. Verlening en vaststelling startsubsidie

[Regeling vervallen per 01-08-2009]

  • 1 De startsubsidie, bedoeld in artikel 3, eerste lid, wordt in één betaaltermijn beschikbaar gesteld.

  • 2 Binnen drie maanden na het beëindigen van de activiteiten, doch uiterlijk 1 november 2009, dient een verslag van de activiteiten door CFI te zijn ontvangen, Postbus 606, 2700 ML in Zoetermeer, onder vermelding van ‘Passend onderwijs’.

  • 3 Het verslag van activiteiten bevat een overzicht van de werkzaamheden waarvoor subsidie is verstrekt en van de daarmee bereikte resultaten.

  • 4 De financiële verantwoording wordt meegenomen in de jaarrekening van de rechtspersoon die de subsidie heeft ontvangen.

Hoofdstuk 4. Veldinitiatief

[Regeling vervallen per 01-08-2009]

Artikel 5. Doel en omvang subsidie veldinitiatief

[Regeling vervallen per 01-08-2009]

  • 1 De Minister kan voor het schooljaar 2008–2009, of een deel van het schooljaar een subsidie verstrekken ten behoeve van regionale netwerken in oprichting die een startsubsidie hebben ontvangen en die de ambities van Passend onderwijs binnen de huidige wet- en regelgeving willen gaan vormgeven en daartoe een aanvraag hebben ingediend voor een ‘veldinitiatief’ met bijbehorende subsidie.

  • 2 Doel van de subsidie is Passend onderwijs vorm te geven binnen de huidige wettelijke kaders.

  • 3 De omvang van de subsidie bedraagt € 15 per ingeschreven leerling in de basisscholen die participeren in het regionale netwerk met een opslag van 2% en per leerling ingeschreven in de scholen voor voortgezet onderwijs die participeren in het regionale netwerk, op de teldatum 1 oktober 2007. Mutaties in het leerlingenaantal na de subsidietoekenning hebben, behoudens bij hoge uitzondering, geen effect op de hoogte van de subsidie.

Artikel 5a. Aanvraag subsidie veldinitiatief

[Regeling vervallen per 01-08-2009]

  • 1 Om in aanmerking te komen voor een subsidie veldinitiatief dient een aanvraag te worden ingediend vergezeld van een plan waarin wordt aangegeven:

    • a. welke partijen deelnemen in het regionale netwerk (zie artikel 3a, eerste lid), inclusief de scholen voor vwo en havo,

    • b. de partners buiten het onderwijs, zoals (jeugd)zorg, provincie(s) en gemeente(n) die participeren in het netwerk,

    • c. de wijze waarop personeel betrokken is bij de organisatie van het regionale netwerk en de inrichting van het onderwijs (op bestuurs- en bovenbestuurlijk niveau),

    • d. de wijze waarop ouders als collectief zijn betrokken bij de organisatie en inrichting van het onderwijs. En de wijze waarop wordt voorzien in (onafhankelijke) ondersteuning van individuele ouders (op bestuurs- en bovenbestuurlijk niveau),

    • e. de wijze waarop de indicatieprocedures aaneengeschakeld zijn waardoor één loket voor de indicatiestelling ontstaat en de afspraken die zijn gemaakt over de voorbereiding van de indicatiestelling,

    • f. de wijze waarop uitwerking wordt gegeven aan integraal indiceren met de (jeugd)zorg,

    • g. de wijze waarop wordt gegarandeerd dat voor alle leerlingen binnen het netwerk een passend onderwijszorgaanbod wordt geboden,

    • h. een registratiesystematiek waarmee alle leerlingen in de regio in beeld zijn,

    • i. een beschrijving van het onderwijscontinuüm dat een gevarieerd aanbod biedt binnen de huidige wettelijke kaders,

    • j. de wijze waarop het regionale netwerk zorgt voor versterking van de kwaliteit van het bestaande onderwijsaanbod, waaronder de wijze waarop wordt gewerkt aan het vergroten van de handelingsbekwaamheid van leraren in het reguliere onderwijs,

    • k. voor alle zorgleerlingen wordt een ontwikkelings- en uitstroomperspectief vastgesteld,

    • l. de inzet van (subsidie) middelen.

  • 2 Het veldinitiatief dient uiterlijk drie maanden na toekenning operationeel te zijn.

  • 3 In de aanvraag worden de naam van de school/Centrale dienst, het rekeningnummer en de plaats waar de subsidie naartoe kan worden overgemaakt opgegeven.

  • 4 De aanvraag, bedoeld in het eerste lid, gaat vergezeld met een advies van de regiegroep Passend onderwijs. Om in aanmerking te komen voor een veldinitiatief per 1 augustus 2008 dient het regionale netwerk dat uiterlijk op 1 juni 2008 kenbaar te maken aan de regiegroep (Informatiepunt Passend onderwijs, Postbus 2511, 3500 GM Utrecht). Regio’s die per 1 januari 2009 veldinitiatief willen worden, melden dit uiterlijk 1 oktober 2008 aan de regiegroep.

  • 5 De aanvraag wordt ingediend bij CFI, Postbus 606, 2700 ML in Zoetermeer.

  • 6 Om in aanmerking te komen voor een veldinitiatief per 1 augustus 2008, dient de aanvraag uiterlijk op 15 juni 2008 door CFI te zijn ontvangen. Om in aanmerking te komen voor een veldinitiatief per 1 januari 2009, dient de aanvraag uiterlijk op 15 oktober 2008 door CFI ontvangen te zijn.

Artikel 6. Verlening en vaststelling subsidie veldinitiatief

[Regeling vervallen per 01-08-2009]

  • 1 De beslissing over de aanvraag, bedoeld in artikel 5, eerste lid, wordt binnen 8 weken na ontvangst door CFI genomen.

  • 2 De subsidie van een veldinitiatief, bedoeld in artikel 5, eerste lid, wordt in één betaaltermijn beschikbaar gesteld voor het hele schooljaar 2008–2009.

  • 3 Binnen drie maanden na het beëindigen van de activiteiten, doch uiterlijk 1 november 2009, wordt een verslag van de activiteiten ingediend bij CFI t.a.v. CFI, onder vermelding van ‘Passend onderwijs’. Postbus 606, 2700 ML in Zoetermeer.

  • 4 Het verslag van activiteiten bevat een overzicht van de werkzaamheden waarvoor subsidie is verstrekt en van de daarmee bereikte resultaten.

  • 5 Het verslag bevat, voor zover van toepassing, een analyse van de verschillen tussen de voorgenomen activiteiten en beoogde resultaten, vermeld in het activiteitenplan en de feitelijke realisatie.

  • 6 De financiële verantwoording wordt meegenomen in de jaarrekening van de rechtspersoon die de subsidie heeft ontvangen.

  • 7 Indien de activiteit niet is gestart, aanzienlijk wordt vertraagd of voortijdig wordt beëindigd, informeert u de Minister direct hierover.

  • 8 Indien aan één van de voorwaarden in de regeling niet wordt voldaan, kan het bedrag geheel of gedeeltelijk worden teruggevorderd.

  • 9 Indien het veldinitiatief niet drie maanden na toekenning van de subsidie operationeel is, kan het bedrag geheel of gedeeltelijk worden teruggevorderd.

Artikel 7. Informatieplicht

[Regeling vervallen per 01-08-2009]

De scholen die als regionaal netwerk de subsidie hebben aangevraagd, werken mee aan door of namens de Minister ingestelde onderzoekingen die gericht zijn op het verschaffen van nadere inlichtingen aan de Minister ten behoeve van de ontwikkeling van beleid.

Artikel 8. Egalisatiereserve

[Regeling vervallen per 01-08-2009]

De subsidieontvanger vormt een egalisatiereserve als bedoeld in artikel 4:72 van de Algemene wet bestuursrecht. De reserve bedraagt ten hoogste 50% van de verleende subsidie. Per toekenningjaar wordt ten hoogste 50% van de verleende subsidie aan de reserve toegevoegd.

Slotbepalingen

[Regeling vervallen per 01-08-2009]

Artikel 9. Inwerkingtreding

[Regeling vervallen per 01-08-2009]

Deze regeling treedt in werking met ingang van de tweede dag na de dagtekening van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst en vervalt met ingang van 1 augustus 2009.

Artikel 10. Citeertitel

[Regeling vervallen per 01-08-2009]

Deze regeling wordt aangehaald als: Regeling voor het aanvragen van een startsubsidie of een veldinitiatief Passend onderwijs 2008–2009.

Deze regeling zal met een toelichting in de Staatscourant worden geplaatst

De

Staatssecretaris

van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap,

S.A.M. Dijksma