Mandaatbesluit College Deskundigheid Financiële Dienstverlening

[Regeling vervallen per 01-01-2014.]
Geraadpleegd op 03-12-2024. Gebruikte datum 'geldig op' 01-01-2010 en zichtdatum 01-01-2010.
Geldend van 01-01-2010 t/m 31-12-2013

Mandaatbesluit College Deskundigheid Financiële Dienstverlening

De Minister van Financiën,

Gelet op de artikelen 10:3 en 10:4 van de Algemene wet bestuursrecht en de schriftelijke instemming van het College Deskundigheid Financiële Dienstverlening van 23 mei 2008;

Besluit:

Artikel 1

[Regeling vervallen per 01-01-2014]

In dit besluit wordt verstaan onder:

besluit: Besluit Gedragstoezicht financiële ondernemingen Wft;

College: College Deskundigheid Financiële Dienstverlening, zoals ingesteld bij besluit van 13 maart 2006, nr. 06.000845 (Stcrt. 2006, 63);

Minister: Minister van Financiën;

Exameninstituut: exameninstituut als bedoeld in artikel 4:9, derde lid, van de Wft;

instituut voor permanente educatie: instituut voor permanente educatie als bedoeld in artikel 4:9, derde lid, van de Wet op het financieel toezicht;

voorzitter: voorzitter van het College of diens plaatsvervanger.

Artikel 2

[Regeling vervallen per 01-01-2014]

De voorzitter oefent in naam van de Minister de volgende bevoegdheden uit.

Het ingevolge:

vaststellen van een vergoeding voor de leden van het College en andere personen die op basis van werkzaamheden voor het College aanspraak hebben op een vergoeding.

Artikel 3

[Regeling vervallen per 01-01-2014]

Artikel 4

[Regeling vervallen per 01-01-2014]

Indien uitvoering wordt gegeven aan artikel 2 luidt de ondertekening:

De Minister van Financiën,

namens deze:

gevolgd door de handtekening en de naam van de voorzitter.

Artikel 5

[Regeling vervallen per 01-01-2014]

Het College verschaft de minister desgevraagd schriftelijk informatie over de wijze waarop de bevoegdheden, bedoeld in artikel 2 en 3, worden uitgeoefend.

Artikel 5a

[Regeling vervallen per 01-01-2014]

  • 2 Indien de taakbelasting van een andere persoon die werkzaamheden voor het College verricht daartoe aanleiding geeft, kan aan deze persoon de vaste beloning als bedoeld in het eerste lid, onderdeel b, worden toegekend.

  • 3 De voorzitter, de overige leden van het College en andere personen die werkzaamheden voor het College verrichten, hebben recht op vergoeding wegens reis- en verblijfskosten. Het Reisbesluit binnenland is van overeenkomstige toepassing.

Artikel 7

[Regeling vervallen per 01-01-2014]

Dit besluit treedt in werking met ingang van 1 juni 2008.

Artikel 8

[Regeling vervallen per 01-01-2014]

Dit besluit wordt aangehaald als: Mandaatbesluit College Deskundigheid Financiële Dienstverlening.

Dit besluit zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De

Minister

van Financiën,

W.J. Bos