Stb. 2011, 273, datum inwerkingtreding 11-06-2011, bevat een wijziging met terugwerkende
kracht van dit artikel. Deze wijziging werkt terug tot en met 01-01-2011.
1 Voor reizen waarbij gebruik wordt gemaakt van eigen vervoer en voor iedere combinatie
van reizen met openbaar vervoer en reizen met eigen vervoer, wordt een tegemoetkoming
van € 0,14 per afgelegde kilometer verstrekt.
2 Voor de tegemoetkoming, bedoeld in het eerste lid, geldt een maximum van 120 kilometer
per enkele reis, met een maximum van 240 kilometer, heen- en terugreis, per dienst.
3 In afwijking van het eerste en tweede lid wordt aan de ambtenaar, die geleider is
van een politiesurveillancehond of een politiespeurhond, die niet de beschikking heeft
over een dienstvoertuig, en voor wie het noodzakelijk is dat hij in het kader van
zijn dienstuitoefening met een politiesurveillancehond of een politiespeurhond met
eigen vervoer reist, voor de afstand tussen de woning en de plaats van tewerkstelling
of oefenterrein een tegemoetkoming van € 0,28 per afgelegde kilometer verstrekt.
4 Indien één van de trajecten als bedoeld in artikel 3, eerste lid, leidt over een brug, veer of weg waarvoor brug-, veer-, of tolgeld moet worden betaald,
worden de daarvoor werkelijk gemaakte kosten volledig vergoed op basis van overgelegde
bewijsstukken.
5
[Red: Door vernummering vervallen.]
6 Bij ministeriële regeling kan in geval van een reorganisatie als bedoeld in hoofdstuk
VII.b van het Besluit algemene rechtspositie politie, van de beperking van het maximum
aantal kilometers enkele reis, zoals bedoeld in het tweede lid, worden afgeweken ter
voorkoming van negatieve financiële gevolgen voor de ambtenaar.