Regeling opleiding en examen bevoegdverklaringen AML en Part-66 AML

Geraadpleegd op 27-11-2024. Gebruikte datum 'geldig op' 24-01-2009 en zichtdatum 24-01-2009.
Geldend van 24-01-2009 t/m 04-06-2010

Regeling houdende regels met betrekking tot opleidingen en examens ter verkrijging van bewijzen van bevoegdheid voor onderhoudstechnici (Regeling opleiding en examen bevoegdverklaringen AML en Part-66 AML)

De Minister van Verkeer en Waterstaat,

Gelet op Verordening (EG) nr. 2042/2003 van de Commissie van de Europese Gemeenschappen van 20 november 2003 betreffende de permanente luchtwaardigheid van luchtvaartuigen en luchtvaartproducten, -onderdelen en -uitrustingsstukken, en betreffende de goedkeuring van bij voornoemde taken betrokken organisaties en personen (PbEU L 315) en de artikelen 13, eerste lid, 14, derde lid, 15, tweede en derde lid en 16 van het Besluit bewijzen van bevoegdheid voor de luchtvaart;

Besluit:

Hoofdstuk 2. Geregistreerde opleidingsinstellingen

Artikel 2

  • 1 Een geregistreerde opleidingsinstelling beschikt over een bewijs waarop de opleiding waarop de registratie van toepassing is, is vermeld.

  • 2 De registratie van een opleidingsinstelling kan worden gehandhaafd zolang er opleidingen voor het examen conform de eisen van Part-66 inzake basiskennis worden verzorgd, doch uiterlijk totdat de laatste deelnemer van het cohort dat gestart is met de opleiding vóór 28 september 2005, deze heeft beëindigd.

  • 3 De opleidingsinstelling dient het registratiebewijs in te leveren bij de Minister indien geen actieve deelnemers meer aan de opleidingsinstelling zijn verbonden of wanneer de laatste deelnemer van het in het tweede lid genoemd cohort de opleiding heeft afgerond.

  • 4 Wanneer de opleiding wordt gewijzigd of beëindigd, alsmede in geval van wijzigingen ten aanzien van het personeel, de faciliteiten, het leerplan, de leermiddelen of het beoordelingsregistratiesysteem ten behoeve van deze opleiding, stelt de geregistreerde opleidingsinstelling de Minister hiervan per omgaande in kennis.

  • 5 De registratie kan geheel of gedeeltelijk worden ingetrokken in geval de opleidingsinstelling verzuimt de Minister in kennis te stellen van wijzigingen bedoeld in het vierde lid, alsmede ingeval niet langer wordt voldaan aan de bij de registratie gestelde voorwaarden dat de opleidingsinstelling beschikt over:

    • a. voldoende en geschikt personeel;

    • b. voldoende en geschikte theorie- en praktijkruimten;

    • c. een leerplan dat een duidelijk overzicht van de leerstof omvat, alsmede het vereiste aantal lesuren en de verdeling over de voor de opleiding beschikbare tijd;

    • d. voldoende en geschikte leermiddelen; en

    • e. een beoordelingsregistratiesysteem waarmee de resultaten van de deelnemers op overzichtelijke wijze worden bijgehouden en bewaard tot tenminste 2 jaar na het door de deelnemers beëindigen van de opleiding.

Hoofdstuk 3. Examencommissie

Artikel 3

De examencommissie voor onderhoudstechnici in de luchtvaart is bevoegd tot het afnemen van het examen waarmee wordt aangetoond dat wordt voldaan aan de eisen inzake basiskennis of typekennis voor afgifte van de bijzondere bevoegdverklaringen die kunnen worden vermeld op een AML of een Part-66 AML.

Artikel 4

  • 1 De Minister stelt ten minste eenmaal per twee jaar het aantal examinatoren vast en biedt gelegenheid aan erkende onderhoudsorganisaties, erkende en geregistreerde opleidingsinstellingen, examinatoren en de voorzitter, bij een vacature personen voor te dragen.

  • 2 De Minister kan een voorgedragen persoon voor ten hoogste twee jaren autoriseren als examinator, nadat is aangetoond, dat hij of zij beschikt over de kennis, ervaring en bekwaamheid die voor het afnemen van het examen relevant is.

  • 3 De Minister benoemt de voorzitter en de secretaris. De secretaris vervangt de voorzitter bij diens afwezigheid.

  • 4 De voorzitter roept de examencommissie ten minste eenmaal per jaar bijeen.

Artikel 5

  • 1 Een examinator heeft recht op een vergoeding voor de door hem verrichte werkzaamheden.

  • 2 De vergoeding, bedoeld in het eerste lid, is samengesteld uit:

    • a. een honorarium voor het examen basisbevoegdheden, bestaande uit € 50 per gemaakte examenset, € 25 per uur voor bij het examen vereiste aanwezigheid en € 5 per beoordeeld examenresultaat;

    • b. een honorarium voor het examen typebevoegdheden, bestaande uit € 400 per voorbereiding van een type-examen en € 25 per uur voor het afnemen van het examen;

    • c. een vergoeding volgens het Reisbesluit binnenland voor gemaakte reis- en verblijfkosten voor alle werkzaamheden ten behoeve van de commissie.

  • 3 De voorzitter en de secretaris kunnen bij de Minister een vergoeding voor de verrichte werkzaamheden declareren. De vergoeding bedraagt voor:

    • a. de voorzitter € 40 per uur voor alle werkzaamheden;

    • b. de secretaris € 25 per uur voor alle werkzaamheden.

    Daarnaast kunnen de voorzitter en de secretaris een vergoeding volgens het Reisbesluit binnenland voor gemaakte reis- en verblijfkosten voor alle werkzaamheden ten behoeve van de commissie declareren.

  • 4 Het eerste lid is niet van toepassing op de in het eerste en derde lid bedoelde personen, die rijksambtenaar zijn en de desbetreffende werkzaamheden verrichtten tijdens diensttijd.

  • 5 In afwijking van het eerste lid wordt aan examinatoren die door de Minister zijn geautoriseerd op voordracht van een geregistreerde opleidingsinstelling, geen vergoeding verstrekt, wanneer het examen wordt afgenomen van deelnemers van die opleidingsinstelling.

Artikel 6

De examinator is verplicht tot geheimhouding met betrekking tot de examenopgaven en de overige gegevens waarvan de vertrouwelijke aard is vastgesteld.

Artikel 7

  • 1 De autorisatie kan worden geschorst wanneer een ernstig vermoeden bestaat dat de examinator in strijd heeft gehandeld met het bepaalde in artikel 6, of het examenreglement.

  • 2 De autorisatie kan worden ingetrokken wanneer de examinator in strijd heeft gehandeld met het bepaalde in artikel 6, of het examenreglement.

Hoofdstuk 4. Examenreglement

Artikel 8

  • 1 Ten behoeve van het examen wordt door de examencommissie een examenreglement opgesteld.

  • 2 Het examenreglement wordt ter vaststelling voorgelegd aan de Minister.

Artikel 9

  • 1 De basiskennismodules voor de in tabel 1 genoemde bevoegdverklaringen op een AML waarmee wordt aangetoond dat wordt voldaan aan de eisen inzake basiskennis voor afgifte van die bevoegdverklaringen, zijn vastgelegd in de bij deze regeling behorende bijlagen 1 tot en met 8 en de tabellen 2 en 3.

    Tabel 1

    Bevoegdverklaring

    Basiskennis

    Examen duur

    AB1Z/T

    bijlage 1 (voorheen 70)

    tabel 2

    AB2Z/T

    bijlage 2 (voorheen 71)

    tabel 2

    AB3Z/T

    bijlage 3 (voorheen 72)

    tabel 2

    C(E)F

    bijlage 4 (voorheen 73)

    tabel 2

    DG

    bijlage 5 (voorheen 74)

    tabel 2

    A

    bijlage 6 (voorheen 75)

    tabel 3

    B

    bijlage 7 (voorheen 76)

    tabel 3

    C

    bijlage 8 (voorheen 77)

    tabel 3

    Tabel 2. Examen voor de bevoegdverklaringen AB1Z, AB1T AB2Z, AB2T, AB3Z, AB3T, CEF en DG
     

    Examen (schriftelijk) in minuten

    Examen basiskennismodule

    AB1Z

    AB1T

    AB2Z

    AB2T

    AB3Z

    AB3T

    CEF

    DG

    Voorschriften

    60

    60

    60

    60

    60

    60

    60

    60

    Vliegtuigen

    60

    60

    90

    90

    90

    90

    60

    60

    Zuigermotoren

    60

     

    60

     

    60

         

    Turbinemotoren

     

    60

     

    60

     

    60

       

    Instrumenten

    60

    60

    60

    60

    60

    60

    90

     

    Elektrische installaties

    60

    60

    60

    60

    60

    60

    60

     

    Elektriciteitsleer

               

    60

    60

    Klimaatregeling

               

    90

     

    Automatische vluchtgeleidingssystemen

                 

    90

    Communicatie-, navigatie- en identificatie-installaties

                 

    90

    Tabel 3. Examen voor de bevoegdverklaringen A, B of C
     

    Examen (schriftelijk) in minuten

    Examen basiskennismodule

    A

    B

    C

    Voorschriften

    60

    60

    60

    Vliegtuigen

    90

    45

    45

    Motoren

     

    60

     

    Vliegtuiginstrumenten

    45

       

    Motorinstrumenten

     

    30

     

    Elektrische installaties

    30

    45

     

    Elektrische en elektronische installaties

       

    60

  • 2 Wanneer de examenkandidaat houder is van een AML omvat het examen bedoeld in het eerste lid, de modules zoals opgenomen in tabel 4.

  • 3 Het examen bedoeld in het eerste lid is met goed gevolg afgelegd wanneer de examinandus in ten hoogste twee jaren voor iedere module ten minste het cijfer 6,0 heeft behaald.

  • 4 Het examen typebevoegdheid wordt afgelegd op basis van de onderhoudsdocumentatie van het vliegtuigtype, waarvoor examen wordt afgelegd. De examenkandidaat biedt daartoe de examencommissie inzage in die documentatie, die geheel bijgewerkt dient te zijn.

  • 5 De wijze van examineren en de duur van het examen, bedoeld in het vierde lid, is opgenomen in tabel 5. Het examen typebevoegdheid is met goed gevolg afgelegd wanneer de examinandus het cijfer 6,0 of hoger heeft behaald.

    Tabel 4. Examen voor deelnemers die houder zijn van een AML.

    Bijlage 243877.png

    • = examenmodule die deel uitmaakt van het examen.

    Tabel 5. Examen voor de typebevoegdverklaring

    Examen

    Mondeling examen in minuten

    Alle vliegtuigtypen

    ten hoogste 60

Artikel 10

  • 1 Het examen voor de bevoegdverklaringen op een Part-66 AML, waarmee wordt aangetoond dat wordt voldaan aan de eisen inzake basiskennis voor afgifte van die bevoegdverklaringen, is vastgelegd in Part-66, inzake kwalificaties van onderhoudspersoneel, Bijlage III bij verordening (EG) nr. 2042/2003 van de Commissie van de Europese Gemeenschappen van 20 november 2003 (PbEG L 315).

  • 2 Wanneer de examenkandidaat houder is van een Part-66 AML omvat het examen, bedoeld in het eerste lid, de modules opgenomen in de bij deze regeling behorende tabel 6.

    Tabel 6. Examen voor deelnemers die houder zijn van een Part-66 AML.

    Bijlage 243878.png

    • = examenmodule die deel uitmaakt van het examen.

Artikel 11

  • 1 Als regel wordt tweemaal per jaar gelegenheid gegeven tot het afleggen van het examen.

  • 2 In afwijking van het eerste lid kan, wanneer in een jaar het aantal examenkandidaten minder dan 10 bedraagt, de voorzitter besluiten dat in het daaropvolgende jaar slechts eenmaal gelegenheid wordt gegeven tot het afleggen van het examen.

  • 3 De voorzitter stelt na consultatie van de examencommissie de plaats, datum en tijd van het examen vast en publiceert deze op de website www.ivw.nl van de Inspectie Verkeer en Waterstaat.

  • 4 In afwijking van het derde lid kan een examinator die door de Minister is geautoriseerd op voordracht van een geregistreerde opleidingsinstelling na instemming van de voorzitter het examen van de deelnemers van die opleidingsinstelling afnemen op een door hem vastgestelde plaats, datum en tijd.

Artikel 12

  • 1 Aanmelding voor het examen vindt plaats bij de secretaris van de examencommissie.

  • 2 Een ieder, die daartoe een aanvraag indient, wordt met inachtneming van het derde lid tot het examen toegelaten.

  • 3 Toelating vindt plaats nadat de kosten volgens de Regeling tarieven luchtvaart zijn vergoed en de examinandus een wettig en geldig legitimatiebewijs heeft overgelegd.

  • 4 In afwijking van het eerste, tweede en derde lid behoeft geen aanvraag te worden ingediend en geen vergoeding van de kosten plaats te vinden wanneer sprake is van een examen bedoeld in artikel 11, vierde lid.

Artikel 13

  • 1 De examinandus kan door de examinator van verdere deelname aan het examen worden uitgesloten indien deze in strijd handelt met het reglement, bedoeld in artikel 8, eerste lid.

  • 2 De voorzitter wordt door de examinator over een uitsluiting, bedoeld in het eerste lid, geïnformeerd.

Artikel 14

  • 1 Het examenresultaat wordt als regel beoordeeld door de examinator die het examen heeft afgenomen. De voorzitter is evenwel bevoegd een andere examinator voor de beoordeling van het examenresultaat aan te wijzen.

  • 2 De uitslag van het examen wordt namens de Minister vastgesteld door de beoordelende examinator met instemming van de voorzitter. Bij een uitsluiting bedoeld in artikel 13, het eerste lid, wordt als uitslag van het examen het cijfer 1,0 of 0% vastgesteld.

  • 3 De uitslag van het examen wordt uiterlijk zes weken nadat het examen is afgelegd schriftelijk aan de examinandus bekend gemaakt.

Deze regeling zal in de Staatscourant worden geplaatst met uitzondering van de bijlagen die ter inzage worden gelegd bij het Ministerie van Verkeer en Waterstaat.

De

Minister

van Verkeer en Waterstaat,

C.M.P.S. Eurlings

Bijlage 1

[Red: Ligt ter inzage bij het Ministerie van Verkeer en Waterstaat te Den Haag.]

Bijlage 2

[Red: Ligt ter inzage bij het Ministerie van Verkeer en Waterstaat te Den Haag.]

Bijlage 3

[Red: Ligt ter inzage bij het Ministerie van Verkeer en Waterstaat te Den Haag.]

Bijlage 4

[Red: Ligt ter inzage bij het Ministerie van Verkeer en Waterstaat te Den Haag.]

Bijlage 5

[Red: Ligt ter inzage bij het Ministerie van Verkeer en Waterstaat te Den Haag.]

Bijlage 6

[Red: Ligt ter inzage bij het Ministerie van Verkeer en Waterstaat te Den Haag.]

Bijlage 7

[Red: Ligt ter inzage bij het Ministerie van Verkeer en Waterstaat te Den Haag.]

Bijlage 8

[Red: Ligt ter inzage bij het Ministerie van Verkeer en Waterstaat te Den Haag.]