Organisatie-, mandaat- en volmachtbesluit directie Gezond en Veilig Werken 2009

Geraadpleegd op 11-12-2024. Gebruikte datum 'geldig op' 01-06-2015 en zichtdatum 03-12-2024.
Geldend van 01-01-2009 t/m heden

Regeling van de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid van 10 december 2008, nr. ARBO/DIR/2008/31844, houdende de inrichting van de directie Gezond en Veilig Werken, alsmede doorverlening van vertegenwoordigingsbevoegdheden van de directeur Gezond en Veilig Werken (Organisatie-, mandaat- en volmachtbesluit directie Gezond en Veilig Werken 2009)

De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,

Gelet op de artikelen 3, eerste lid, onderdeel k, en 11 van het Organisatie-, mandaat- en volmachtbesluit directeur-generaal Werk 2009;

Besluit:

§ 2. Organisatie en taken

Artikel 2

De directie G&VW bestaat uit de volgende afdelingen:

  • a. de afdeling Algemeen Arbobeleid;

  • b. de afdeling Veilig Werken;

  • c. de afdeling Gezond Werken;

  • d. de afdeling Ondersteuning en Financiën.

Artikel 3

Het hoofd van de afdeling Algemeen Arbobeleid is verantwoordelijk voor de volgende algemene taken:

  • a. het algemeen beheer, coördineren en implementeren van wet- en regelgeving op het gebied van arbeidsomstandigheden en het ontwikkelen van beleid op het gebied van arbeids- en rusttijden;

  • b. het ontwikkelen van beleid voor groepen die bijzondere aandacht behoeven waaronder gedeeltelijk arbeidsgeschikten, ouderen, jongeren en zwangeren;

  • c. het stimuleren en bevorderen van de aansluiting tussen sociale zekerheid en zorg;

  • d. het bevorderen van preventie, verzuimbeleid en vroegtijdige re-integratie van werknemers, en van beleid gericht op vitaliteit en inzetbaarheid van werkenden.

  • e. het bevorderen van een goede en toegankelijke arbokennisinfrastructuur en het coördineren van de bijdragen hieraan binnen de directie;

  • f. het leveren van bijdragen aan de ontwikkeling van (Europese) richtlijnen en de beïnvloeding van internationale agendasetting over de onderwerpen, als bedoeld in dit artikel;

  • g. het coördineren van internationale aangelegenheden die de directie betreffen;

  • h. het coördineren van het administratieve lastendossier binnen de directie;

  • i. het borgen van voldoende deskundigheid ten behoeve van de beleidsinzet op de onderwerpen, bedoeld in de onderdelen a tot en met f.

Artikel 4

Het hoofd van de afdeling Veilig Werken is verantwoordelijk voor de volgende algemene taken:

  • a. het bevorderen van de preventie van arbeidsrisico’s op het taakgebied van de chemische veiligheid, de bouwveiligheid, arbeidsplaatsen en arbeidsmiddelen;

  • b. het ontwikkelen van beleid op het gebied van bedrijfshulpverlening;

  • c. het stimuleren van ontwerp, productie en toepassing van arbovriendelijke producten;

  • d. het ontwikkelen en implementeren van productveiligheidsbeleid op de werkplek in het kader van de Warenwet;

  • e. het bevorderen van de preventie van arbeidsongevallen en van zware ongevallen als gevolg van toxische wolk, brand en explosie;

  • f. het ontwikkelen en implementeren van beleid gericht op het versterken van het veiligheidsbewustzijn en de veiligheidscultuur in bedrijven;

  • g. het bevorderen van de naleving van wettelijke voorschriften met betrekking tot de preventie van risico’s, genoemd in dit artikel;

  • h. het ontwikkelen en onderhouden van normeringaspecten in de regelgeving van de onderwerpen, bedoeld in de onderdelen a tot en met e;

  • i. het bevorderen van kennisontwikkeling bij werkgevers en werknemers op de onderwerpen, bedoeld in de onderdelen a tot en met e;

  • j. het leveren van bijdragen aan de ontwikkeling van (Europese) richtlijnen en de beïnvloeding van internationale agendasetting met betrekking tot de onderwerpen, bedoeld in de onderwerpen a tot en met e;

  • k. het verzamelen en interpreteren van informatie over blootstelling aan gevaarlijke invloeden van producten en van ongevalsinformatie, via monitoring en het laten uitvoeren van de monitor arbeidsongevallen;

  • l. het coördineren en vormgeven van onderzoeks-, monitor- en beleidsinformatietaken van de directie;

  • m. het coördineren van de bijdragen aan de ontwikkeling van het programmatisch handhaven en van de daartoe te onderhouden in- en externe contacten vanuit de directie, in het bijzonder met de relevante directies van de Arbeidsinspectie;

  • n. het borgen van voldoende deskundigheid ten behoeve van de beleidsinzet op de onderwerpen, bedoeld in de onderdelen a tot en met f en j.

Artikel 5

Het hoofd van de afdeling Gezond Werken is verantwoordelijk voor de volgende algemene taken:

  • a. het bevorderen van de preventie van arbeidsrisico’s op het taakgebied van stoffen, met name hoog-risico stoffen zoals opgenomen in de Arbeidsomstandighedenwet en de Wet gewasbeschermingsmiddelen en biociden, van het werken onder overdruk, van biologische agentia, van fysische agentia waaronder geluid, trillingen en straling, en van arbeidsrisico’s op het taakgebied van psychosociale arbeidsbelasting en fysieke belasting;

  • b. het monitoren van blootstelling aan gevaarlijke stoffen en ioniserende straling en van maatregelen om de risico’s te beheersen;

  • c. het bevorderen van de naleving van wettelijke voorschriften met betrekking tot de preventie van risico’s, genoemd in dit artikel;

  • d. het ontwikkelen en onderhouden van normeringaspecten in de regelgeving van de onderwerpen, bedoeld in onderdeel a;

  • e. het bevorderen van kennisontwikkeling bij werkgevers en werknemers op de onderwerpen, bedoeld in onderdeel a van dit artikel;

  • f. het leveren van bijdragen aan de ontwikkeling van (Europese) richtlijnen en de beïnvloeding van internationale agendasetting met betrekking tot de risico’s, genoemd in onderdeel a;

  • g. het coördineren van het certificatie- en accreditatiebeleid binnen de directie;

  • h. het borgen van voldoende deskundigheid ten behoeve van de beleidsinzet op de onderwerpen, bedoeld in de onderdelen a en f.

Artikel 6

Het hoofd van de afdeling Ondersteuning en Financiën is verantwoordelijk voor de volgende algemene taken:

  • a. het formuleren van kaders voor de bedrijfsvoering binnen de directie;

  • b. het coördineren van de bijdragen aan de begrotingsproducten en de uitvoeringsrapportages binnen de directie;

  • c. het ondersteunen van de uitvoering van directiebrede projecten;

  • d. het bedrijfsmatig beheren van de budgetten;

  • e. het coördineren van en adviseren over overige financiële activiteiten binnen de directie waaronder het subsidie- en contractenbeheer en het ondersteunen van medewerkers hierin;

  • f. het voeren van het directiesecretariaat;

  • g. het administratief en secretarieel ondersteunen van de afdelingen en de directeur Gezond en Veilig Werken;

  • h. het ondersteunen van de directeur Gezond en Veilig Werken en het managementteam op het terrein van personeel en organisatie;

  • i. het onderhouden van de contacten met de bedrijfsvoeringsdirecties inzake aangelegenheden met betrekking tot de personeels-, financiële- en documentaire informatievoorziening.

Artikel 7

Elk van de hoofden van de afdelingen, genoemd in artikel 2, is belast met het leiding geven aan de eigen afdeling.

§ 3. Bevoegdheden

Artikel 8

Aan elk van de hoofden van de afdelingen, genoemd in artikel 2, wordt mandaat en machtiging verleend met betrekking tot het nemen van besluiten over het vaststellen en ondertekenen van stukken die betrekking hebben op de personeelsaangelegenheden van de eigen organisatorische eenheid, voor zover het betreft:

  • a. het opmaken, niet zijnde vaststellen, van beoordelingen van medewerkers;

  • b. het houden van manager-medewerker gesprekken;

  • c. verlof van medewerkers;

  • d. kleine beloningen, niet zijnde gratificaties, onder gelijktijdige mededeling daarvan aan de directeur Gezond en Veilig Werken.

Artikel 9

Aan de hoofden van de afdelingen, genoemd in artikel 2, onderdelen a tot en met c, wordt mandaat en machtiging verleend met betrekking tot:

  • a. het afdoen van informatieve brieven die betrekking hebben op het beleidsterrein van de eigen organisatorische eenheid;

  • b. het paraferen van stukken waar de directie G&VW geen voortouw in heeft, met uitzondering van stukken waarvan, gelet op het belang daarvan, redelijkerwijs vermoed kan worden dat deze door de directeur Gezond en Veilig Werken moeten worden afgedaan.

Artikel 10

Het hoofd van de afdeling Ondersteuning en Financiën wordt gemachtigd tot het paraferen van stukken die betrekking hebben op taken gelegen op het terrein van de bedrijfsvoering van de directie G&VW.

Artikel 11

  • 1 De hoofden van de afdelingen, genoemd in artikel 2, kunnen aan rechtstreeks onder hen ressorterende functionarissen bevoegdheden doorverlenen, met uitzondering van bevoegdheden met betrekking tot personeelsaangelegenheden.

  • 2 Doorverlening van bevoegdheden is slechts toegestaan na voorafgaande schriftelijke toestemming van de directeur Gezond en Veilig Werken.

Artikel 12

Bij afwezigheid of verhindering van de directeur Gezond en Veilig Werken worden, voor de duur van de afwezigheid of verhindering, diens taken en bevoegdheden waargenomen door het afdelingshoofd dat is aangewezen als plaatsvervangend directeur.

Deze regeling zal in de Staatscourant worden geplaatst.

Den Haag, 10 december 2008

De

Minister

van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,
namens deze:
de

directeur Gezond en Veilig Werken

,

M.P. Flier