Grondstoffen en afval
[Regeling vervallen per 01-01-2019]
Bio-based economy, circulaire economie, hernieuwbare grondstoffen, preventie van water-
en grondstoffengebruik, vervanging van niet-duurzame grondstoffen, recycling, afvalverwerking,
waterzuivering
Bio-based economy
[Regeling vervallen per 01-01-2019]
F 1100
Productieapparatuur voor (half)producten op basis van grondstoffen van biologische
oorsprong
-
a. bestemd voor: de verwerking van biomassa tot een (half)product,
-
– voor zover dat (half)product nog niet gangbaar is of als voor dat (half)product een
niet hernieuwbare grondstof gangbaar is,
-
– waarbij het (half)product geen voedingsmiddel of energiedrager zoals brandstof, warmte
of elektriciteit, is,
-
– waarbij wordt voldaan aan de voorwaarden, genoemd onder punt 7 van paragraaf 1 van
deze bijlage, en
-
– waarbij het restproduct eventueel een energie- of voedingsmiddeltoepassing krijgt,
-
b. bestaande uit: (aanpassing van) productieapparatuur die noodzakelijk is voor het verwerken
van biomassa tot een (half)product, inclusief voorbewerkingsapparatuur.
Het bedrijfsmiddel komt voor ten hoogste € 5.000.000 van het investeringsbedrag in
aanmerking voor milieu-investeringsaftrek en willekeurige afschrijving milieu-investeringen.
Toelichting: Dit is een zogenoemd generiek bedrijfsmiddel. Informatie over generieke
bedrijfsmiddelen en de bijbehorende meerkostenberekening, bedoeld onder punt 7 van
paragraaf 1 van deze bijlage, is te vinden op: www.agentschapnl.nl/miavamil onder
‘Onderwerpen toegelicht’ en vervolgens ‘Generieke bedrijfsmiddelen’. Het advies luidt
voorafgaand aan een melding de MIA/Vamil-helpdesk te bellen voor overleg. De voorwaarden
waaronder een investering kan voldoen, worden desgewenst schriftelijk bevestigd.
U kunt bij dit bedrijfsmiddel denken aan raffinage van biomassastromen (zoals gras),
biochemie, toepassing van natuurlijke vezels of verwerking van mest tot bijvoorbeeld
kunstmest, zolang het geen gangbare toepassing is of een niet hernieuwbare toepassing
vervangt (voor mestverwerking moet minimaal aan de eisen van F 2650 worden voldaan).
Grondstoffen van biologische oorsprong zijn ook bekend onder de naam biobased grondstoffen.
F 1110
Productieapparatuur voor bioplastics of voor het maken van producten van bioplastics
-
a. bestemd voor: het uitsluitend produceren van plastics of plastic producten die gemaakt
zijn van grondstoffen van biologische oorsprong, waarbij de grondstoffen van het bioplastic
biologisch afbreekbaar of composteerbaar zijn volgens NEN-EN 13432:2000,
-
b. bestaande uit: (aanpassing van) productieapparatuur die noodzakelijk is voor het produceren
van (producten van) bioplastics.
Toelichting: Structuurverbetering van de (producten van) bioplastics met natuurlijke
vezels is toegestaan. De biologische afbreekbaarheid of composteerbaarheid van die
vezels hoeft niet te worden aangetoond. Als de plastic grondstoffen niet biologisch
afbreekbaar of composteerbaar zijn volgens NEN-EN 13432:2000, maar wel van biologische
oorsprong, kan de investering worden gemeld onder F 1100.
F 1111
Productiesysteem voor algen
-
a. bestemd voor: het produceren van algen, waarbij de geproduceerde algen worden ingezet
als grondstof voor het kweken van vis, schaal- of schelpdieren of het produceren van
hoogwaardige grondstoffen voor onder meer bestrijdingsmiddelen, voedingsmiddelen,
cosmetica of farmaceutica, waarbij het restproduct eventueel een energietoepassing
krijgt,
-
b. bestaande uit: (eventueel) een bioreactor, (eventueel) een open zee-systeem, (eventueel)
een doseersysteem, (eventueel) een behandelingseenheid voor recirculatie of hergebruik
van de voedingsoplossing, (eventueel) een oogstsysteem en (eventueel) apparatuur voor
verwerking tot grondstof.
F 1112
Vergistingsinstallatie met algenreactor
-
a. bestemd voor: het vergisten van organische reststromen en/of mest, waarbij:
-
– het digestaat als voeding dient voor de algenreactor,
-
– de geproduceerde algen worden ingezet als (groene grondstof voor) veevoer, biobrandstof
of voor hoogwaardigere toepassingen, en
-
– het restproduct eventueel een energietoepassing krijgt,
-
b. bestaande uit: een vergister, een productiesysteem voor algen, (eventueel) mestvoorbewerkingsapparatuur,
(eventueel) een doseersysteem, (eventueel) een behandelingseenheid voor recirculatie
of hergebruik van de voedingsoplossing, (eventueel) een oogstsysteem, (eventueel)
apparatuur voor verwerking tot grondstof, (eventueel) een gasmotor, (eventueel) een
generator en (eventueel) biogasopwerkingsapparatuur.
A 1113
Algen-, wieren- of eendenkroossysteem
-
a. bestemd voor: het verwerken van afvalwater of dierlijke mest door biologische afbraak
door algen, wieren of eendenkroos, waarbij de algen, wieren of het eendenkroos geoogst
worden,
-
b. bestaande uit: (eventueel) voorscheidingsapparatuur, een vloeistofdicht bassin, een
schoepenrad of een pomp, een continu meetsysteem en oogstapparatuur.
F 1114
Kroosverwijderinstallatie
-
a. bestemd voor: het verwijderen van kroos uit watergangen door een automatisch werkend
en drijvend apparaat, waarbij het verwijderde kroos wordt verwerkt tot veevoer of
een ander hoogwaardig product en waarbij het restproduct eventueel een energietoepassing
krijgt,
-
b. bestaande uit: een schoepenwiel, drijvers, een motor, (eventueel) zonnepanelen, (eventueel)
een accu en een transportband.
Preventie van water- en grondstoffengebruik
[Regeling vervallen per 01-01-2019]
A 1200
Apparatuur voor vermindering van het gebruik van grondstoffen
-
a. bestemd voor: het verminderen van het gebruik van grondstoffen, waarbij:
-
– de vermindering niet wordt gerealiseerd door recycling of hergebruik,
-
– het geen vermindering van water- en/of energiegebruik betreft, en
-
– wordt voldaan aan de voorwaarden, genoemd onder punt 7 van paragraaf 1 van deze bijlage,
-
b. bestaande uit: apparatuur die noodzakelijk is voor het verminderen van het gebruik
van grondstoffen, exclusief apparatuur ter vermindering van water- of energieverbruik.
Toelichting: Dit is een zogenoemd generiek bedrijfsmiddel. Informatie over generieke
bedrijfsmiddelen en de bijbehorende meerkostenberekening, bedoeld onder punt 7 van
paragraaf 1 van deze bijlage, is te vinden op: www.agentschapnl.nl/miavamil onder
‘Onderwerpen toegelicht’ en vervolgens ‘Generieke bedrijfsmiddelen’. Het advies luidt
voorafgaand aan een melding de MIA/Vamil-helpdesk te bellen voor overleg. De voorwaarden
waaronder een investering kan voldoen, worden desgewenst schriftelijk bevestigd.
Investeringen in waterbesparende en water- en grondstoffenbesparende installaties
kunnen worden gemeld onder respectievelijk A 1240 en F 1205.
F 1205
Water- en grondstoffenbesparende installatie (aanpassen bestaande situatie)
-
a. bestemd voor: het verminderen van de inname van water en het verbruik van andere grondstoffen
door aanpassing of vervanging van een bestaand proces, waarbij:
-
– de waterinname vermindert met ten minste 25 liter per jaar per geïnvesteerde euro,
-
– de inkoop van ten minste één grondstof vermindert met 30%,
-
– de grondstofbesparing niet wordt gerealiseerd door vervanging door een andere grondstof,
-
– de besparing wordt gerealiseerd ten opzichte van de bestaande situatie, en
-
– wordt voldaan aan de voorwaarden, genoemd onder punt 7 van paragraaf 1 van deze bijlage,
-
b. bestaande uit: (aanpassing van) apparatuur die noodzakelijk is om de water- en grondstoffenbesparing
te realiseren, exclusief investeringen in uitbreiding van de productiecapaciteit.
Toelichting: Dit is een zogenoemd generiek bedrijfsmiddel. Informatie over generieke
bedrijfsmiddelen en de bijbehorende meerkostenberekening, bedoeld onder punt 7 van
paragraaf 1 van deze bijlage, is te vinden op: www.agentschapnl.nl/miavamil onder
‘Onderwerpen toegelicht’ en vervolgens ‘Generieke bedrijfsmiddelen’. Het advies luidt
voorafgaand aan een melding de MIA/Vamil-helpdesk te bellen voor overleg. De voorwaarden
waaronder een investering kan voldoen, worden desgewenst schriftelijk bevestigd.
A 1240
Waterbesparende installatie
-
a. bestemd voor: het verminderen van de inname van water voor gebruik als koel-, spoel-
of proceswater, waarbij wordt voldaan aan de voorwaarden, genoemd onder punt 7 van
paragraaf 1 van deze bijlage,
-
b. bestaande uit: apparatuur die noodzakelijk is om de waterbesparing te bereiken.
Toelichting: Dit is een zogenoemd generiek bedrijfsmiddel. Informatie over generieke
bedrijfsmiddelen en de bijbehorende meerkostenberekening, bedoeld onder punt 7 van
paragraaf 1 van deze bijlage, is te vinden op: www.agentschapnl.nl/miavamil onder
‘Onderwerpen toegelicht’ en vervolgens ‘Generieke bedrijfsmiddelen’. Het advies luidt
voorafgaand aan een melding de MIA/Vamil-helpdesk te bellen voor overleg. De voorwaarden
waaronder een investering kan voldoen, worden desgewenst schriftelijk bevestigd.
G 1245
Cascadesysteem voor water- en grondstoffenbesparing op een bedrijventerrein (aanpassen
bestaande situatie)
-
a. bestemd voor: het doorleveren van (warm) proceswater, eventueel met daarin opgeloste
grondstoffen, waarbij één of meer ontvangende bedrijven proceswater benutten van één
of meer andere bedrijven, en deze bedrijven samen minder water, grondstoffen of energie
innemen ten opzichte van de bestaande situatie,
-
b. bestaande uit: leidingwerk, buffer(s), pomp(en) en (eventueel) apparatuur om het water
geschikt te maken voor benutting door het ontvangende bedrijf.
Toelichting: Zowel ontvangend als leverend bedrijf kunnen investeringen melden voor
zover van toepassing op de levering van water tussen de bedrijven. Kosten voor afvalwaterzuivering
komen uitsluitend in aanmerking indien deze aanvullend zijn op waterzuivering die
nodig was geweest voor het voldoen aan lozingsnormen.
F 1246
Milieuvriendelijke wasstraat voor textielreiniging
-
a. bestemd voor: het wassen van textiel met water en zeepoplossingen waarbij het watergebruik
ten hoogste 2 liter per kilogram wasgoed bedraagt,
-
b. bestaande uit: een milieuvriendelijke wasstraat.
D 1249
Regenwaterinstallatie
-
a. bestemd voor: het gebruik van regenwater voor spoelen, koelen of andere niet-drinkwaterdoeleinden
in de gebouwde omgeving, industrie of land- en tuinbouw, met uitzondering van de glastuinbouw,
ter vermijding van het gebruik van drinkwater,
-
b. bestaande uit: een regenwateropslag, (eventueel) een waterzuiveringsinstallatie, en
(eventueel) fotovoltaïsch systeem voor de energie die de regenwaterinstallatie verbruikt,
exclusief de volgende onderdelen: dakgoten, regenpijpen, regenwaterafvoerpijpen en
eindapparatuur waarmee het regenwater wordt toegepast.
D 1270
Digitaal systeem voor tandheelkundige mond- of afdrukscanning
-
a. bestemd voor: het ter voorkoming van gipsafdrukken intra- of extraoraal scannen van:
-
1. het gebit, delen van het gebit of tandheelkundige preparaties, en/of
-
2. het op basis van deze scans frezen van tandtechnisch kroon- en brugwerk,
-
b. bestaande uit: een scanner, een camerapen en/of een freessysteem en de bijbehorende
software, waarbij apparatuur die alleen gebruikt wordt voor diagnostische doeleinden
niet in aanmerking komt voor milieu-investeringsaftrek.
F 1280
Printersysteem voor uitwisbare toner
-
a. bestemd voor: het printen op papier met uitsluitend uitwisbare toner en het wissen
van het geprinte papier, waardoor het papier opnieuw voor het printen gebruikt wordt,
-
b. bestaande uit: een printerinstallatie voorzien van uitsluitend uitwisbare toner, een
tonerwisinstallatie en (eventueel) een papierinzamel- en sorteerinstallatie.
B 1281
Elektronische papierloze printer
-
a. bestemd voor: het papierloos printen op een digitale printer met als doel papier en
toner te besparen, waarbij:
-
– alle soorten digitale documenten gelezen kunnen worden zonder de noodzaak van speciale
conversiesoftware op de elektronische papierloze printer,
-
– de documenten kunnen worden bewerkt, van aantekeningen voorzien en vanaf de printer
als document op een computer zijn op te slaan, en
-
– de verlichting van het beeldscherm passief is (e-inkt),
-
b. bestaande uit: een papierloze printer met benodigde software en (eventueel) een bijbehorende
styluspen, exclusief de volgende onderdelen: tablets en e-readers.
B 1282
Installatie voor het printen en aanbrengen van rugpapiervrije etiketten en stickers
-
a. bestemd voor: het printen en aanbrengen van uitsluitend rugpapiervrije etiketten en
stickers op verpakkingen en onderdelen,
-
b. bestaande uit: een printinstallatie voor uitsluitend rugpapiervrije etiketten en stickers,
en een etiket- of sticker-aanbrenginstallatie.
F 1290
Verwijderingsinstallatie voor zware metalen uit kunstmest
-
a. bestemd voor: het verwijderen van zware metalen uit kunstmest tijdens of na de productie,
zodat de geproduceerde kunstmest in totaal minder dan 0,1 milligram per kilogram aan
zware metalen bevat,
-
b. bestaande uit: een metaalverwijderingsinstallatie, waarbij door een onafhankelijk
meetinstituut of laboratorium dient te zijn aangetoond dat de installatie kunstmest
produceert met een dergelijke lage concentratie.
Substitutie van water en grondstoffen
[Regeling vervallen per 01-01-2019]
F 1320
Houtmodificatie-installatie
-
a. bestemd voor: het chemisch of thermisch modificeren van hout waardoor de duurzaamheid
van het hout wordt verhoogd zonder toepassing van houtverduurzamingsmiddelen door
een installatie die voldoet aan de eisen van de BRL 0605 van 31 maart 2003 ‘Gemodificeerd
Hout’,
-
b. bestaande uit: een houtmodificatie-installatie.
F 1325
Heteluchtbehandelingsinstallatie
-
a. bestemd voor: het thermisch bestrijden van houtaantastende insecten en schimmels waarbij
de kern van hout of muurwerk gedurende ten minste 1 uur wordt opgewarmd tot ten minste
55°C, ter vervanging van behandeling met bestrijdingsmiddelen,
-
b. bestaande uit: een verwarmingssysteem, een uitblaaseenheid, sensoren en een besturingssysteem.
A 1330
Waterhydraulisch systeem
-
a. bestemd voor: het overbrengen van kracht met een hydraulisch systeem, waarbij:
-
– water als hydrauliekvloeistof wordt toegepast, en
-
– aan het water geen stoffen zijn toegevoegd anders dan vriespuntverlagende middelen,
-
b. bestaande uit: een hydrauliekpomp, besturings- en regelkleppen, een waterhydraulische
hydromotor en een cilinder.
A 1340
Installatie voor het tegengaan van kalkaanslag en bio-fouling (aanpassen bestaande
situatie)
-
a. bestemd voor: het tegengaan van kalkaanslag of bio-fouling in koelwatersystemen, afvalwatersystemen
of inpandige leidingen, waarbij:
-
– een bestaande reinigings- of spoeltechniek op basis van chemische ontsmetting wordt
vervangen,
-
– in de nieuwe situatie geen chemische middelen meer worden gebruikt voor ontkalking
en antifouling,
-
– geen gebruik wordt gemaakt van ionenwisseling,
-
– chemische middelen die gebruikt worden voor het terugspoelen of reinigen van de antikalk-
of antibiofoulinginstallatie, worden opgevangen en gerecycled of afgevoerd,
-
– de effectiviteit van de techniek en het milieuvoordeel ten opzichte van de huidige
situatie is aangetoond door een relevante en erkende onderzoeksorganisatie, en
-
– wordt voldaan aan de voorwaarden, genoemd onder punt 7 van paragraaf 1 van deze bijlage,
-
b. bestaande uit: een ontsmettende of ontkalkende installatie en eventueel aanpassing
van het leidingwerk.
Toelichting: Dit is een zogenoemd generiek bedrijfsmiddel. Informatie over generieke
bedrijfsmiddelen en de bijbehorende meerkostenberekening, bedoeld onder punt 7 van
paragraaf 1 van deze bijlage, is te vinden op: www.agentschapnl.nl/miavamil onder
‘Onderwerpen toegelicht’ en vervolgens ‘Generieke bedrijfsmiddelen’. Het advies luidt
voorafgaand aan een melding de MIA/Vamil-helpdesk te bellen voor overleg. De voorwaarden
waaronder een investering kan voldoen, worden desgewenst schriftelijk bevestigd.
A 1345
Ontsmettingsinstallatie op basis van Electrolysed Chemical Oxidation
-
a. bestemd voor: het ter plaatse door elektrolyse bereiden van geoxideerd water voor
ontsmetten of reinigen, waarbij het reinigingsmiddel wordt bereid uit water en eventueel
keukenzout, zonder dat daarbij chloorbleekloog wordt gevormd,
-
b. bestaande uit: een installatie voor het ter plaatse bereiden en toepassen van het
desinfectie- of reinigingsmiddel.
F 1349
Membraanfiltratie-installatie voor scheiding van processtromen ter vervanging van
kieselguhrfiltratie
-
a. bestemd voor: het scheiden van processtromen door membraanfiltratie ter vervanging
van kiezelguhrfiltratie, waarbij het bestaande kiezelguhrfiltratiesysteem wordt verwijderd,
-
b. bestaande uit: een membraanfiltratie-installatie.
F 1350
Reinigingsinstallatie op basis van koolzuur- of ijskorrels
-
a. bestemd voor: het door het onder hoge druk opbrengen van koolzuur- of ijskorrels reinigen
van (gevel)oppervlakken, machineonderdelen, halffabricaten of producten,
-
b. bestaande uit: een straalunit, straalnozzles, (eventueel) een afzuiginstallatie, een
(droog)ijsproductie-installatie, (eventueel) een buffer en (eventueel) waterzuiveringsapparatuur
voor het ontstane afvalwater, exclusief het transportsysteem.
A 1355
Gesloten beitsinstallatie voor roestvrijstalen producten
-
a. bestemd voor: het beitsen van roestvrijstalen producten voor herstel van de passieve
chroomoxidehuid door in een afgesloten ruimte het product te besproeien met een beitsvloeistof
zonder oxiderend zuur, waarbij de gebruikte beitsvloeistof en het spoelwater worden
opgevangen en gerecirculeerd,
-
b. bestaande uit: een gesloten beitsinstallatie, een laadsysteem en een recirculatiesysteem.
F 1380
Textielverfmachine op basis van CO2
-
a. bestemd voor: het waterloos verven van textiel met superkritisch CO2, waarbij de gebruikte kleurstoffen gerecycled worden,
-
b. bestaande uit: een droogverfinstallatie en een doseringseenheid voor superkritische
CO2.
B 1385
Rasterwalsreinigingsinstallatie
-
a. bestemd voor: het stofvrij reinigen van rasterwalsen van drukmachines door het onder
hoge druk opbrengen van bicarbonaatkorrels ter voorkoming van het verbruik van chemische
reinigingsmiddelen en spoelwater,
-
b. bestaande uit: een straaleenheid, straalnozzles, een straalkabinet en een afzuiginstallatie.
Recycling van afval(water) en grondstoffen
[Regeling vervallen per 01-01-2019]
A 1400
Apparatuur voor recycling (geen downcycling, eventueel upcycling) van grondstoffen
-
a. bestemd voor: het terugbrengen van afval tot een grondstof, waarbij:
-
– de teruggewonnen grondstof wordt teruggebracht tot (nagenoeg) de oorspronkelijke functionele
kwaliteit ('virgin-kwaliteit') of tot een hogere kwaliteit (geen downcycling, eventueel
upcycling),
-
– in geval van de verwerking van gemengde stromen de bewerking niet leidt tot te storten
stromen,
-
– het geen vermindering van water- en/of energiegebruik betreft, en
-
– wordt voldaan aan de voorwaarden, genoemd onder punt 7 van paragraaf 1 van deze bijlage,
-
b. bestaande uit: apparatuur die noodzakelijk is voor het terugwinnen van de oorspronkelijke
grondstof(fen) en het opwaarderen tot 'virgin-' of een hogere kwaliteit, exclusief
apparatuur ter vermindering van water- of energieverbruik en exclusief investeringen
in apparatuur ter aanwending van de teruggewonnen grondstof(fen).
Toelichting: Dit is een zogenoemd generiek bedrijfsmiddel. Informatie over generieke
bedrijfsmiddelen en de bijbehorende meerkostenberekening, bedoeld onder punt 7 van
paragraaf 1 van deze bijlage, is te vinden op: www.agentschapnl.nl/miavamil onder
‘Onderwerpen toegelicht’ en vervolgens ‘Generieke bedrijfsmiddelen’. Het advies luidt
voorafgaand aan een melding de MIA/Vamil-helpdesk te bellen voor overleg. De voorwaarden
waaronder een investering kan voldoen, worden desgewenst schriftelijk bevestigd.
U kunt bij dit bedrijfsmiddel denken aan recyclinginstallaties voor kunststoffen,
bouwstoffen en dergelijke, aan scheidingsinstallaties (zoals optische of elektrostatische
scheiders, zifters en destillatiesystemen), aan wasinstallaties, aan accucel productie-eenheden,
aan recyclinginstallaties voor lithiumhoudende accu's of aan verwerkingsinstallaties
voor kunstgras.
Investeringen in waterbesparende en water- en grondstoffenbesparende installaties
kunnen worden gemeld onder respectievelijk A 1240 en F 1205.
B 1401
Apparatuur voor recycling (downcycling) van grondstoffen
-
a. bestemd voor: het terugbrengen van afval tot een grondstof, waarbij:
-
– de teruggewonnen grondstof wordt teruggebracht tot de oorspronkelijke functionele
kwaliteit ('virgin-kwaliteit') of minder,
-
– in geval van de verwerking van gemengde stromen de bewerking niet leidt tot te storten
stromen,
-
– het geen vermindering van water- en/of energiegebruik betreft, en
-
– wordt voldaan aan de voorwaarden, genoemd onder punt 7 van paragraaf 1 van deze bijlage,
-
b. bestaande uit: apparatuur die noodzakelijk is voor het terugwinnen van de oorspronkelijke
grondstof(fen) en het opwaarderen tot 'virgin kwaliteit' of minder, exclusief apparatuur
ter vermindering van water- of energieverbruik en exclusief investeringen in apparatuur
ter aanwending van de teruggewonnen grondstof(fen).
Toelichting: Zie onder A 1400.
B 1405
Terugwinningsinstallatie voor grondstoffen uit afvalwater (aanpassen bestaande situatie)
-
a. bestemd voor: het ten opzichte van de bestaande situatie terugwinnen van één of meer
in het afvalwater aanwezige stoffen met een terugwinrendement van ten minste 25% (op
gewichtsbasis) per stof, waarbij:
-
– deze stof(fen) nuttig worden toegepast,
-
– het terugwinrendement wordt berekend ten opzichte van de bestaande situatie, en
-
– wordt voldaan aan de voorwaarden, genoemd onder punt 7 van paragraaf 1 van deze bijlage,
-
b. bestaande uit: (aanpassing van) apparatuur die noodzakelijk is voor het afscheiden
en opwerken van de terug te winnen stoffen uit de afvalwaterstroom, exclusief investeringen
in uitbreiding van de productiecapaciteit.
Toelichting: Dit is een zogenoemd generiek bedrijfsmiddel. Informatie over generieke
bedrijfsmiddelen en de bijbehorende meerkostenberekening, bedoeld onder punt 7 van
paragraaf 1 van deze bijlage, is te vinden op: www.agentschapnl.nl/miavamil onder
‘Onderwerpen toegelicht’ en vervolgens ‘Generieke bedrijfsmiddelen’. Het advies luidt
voorafgaand aan een melding de MIA/Vamil-helpdesk te bellen voor overleg. De voorwaarden
waaronder een investering kan voldoen, worden desgewenst schriftelijk bevestigd.
F 1406
Terugwinningsinstallatie voor fosfaten uit afval
-
a. bestemd voor: het terugwinnen van fosfaten, eventueel in combinatie met andere mineralen,
uit afvalstromen, waarbij wordt voldaan aan de voorwaarden, genoemd onder punt 7 van
paragraaf 1 van deze bijlage,
-
b. bestaande uit: apparatuur voor het terugwinnen van fosfaat en eventueel andere mineralen,
exclusief investeringen in apparatuur voor het opwerken en toepassen van teruggewonnen
fosfaat of andere mineralen.
Toelichting: Dit is een zogenoemd generiek bedrijfsmiddel. Informatie over generieke
bedrijfsmiddelen en de bijbehorende meerkostenberekening, bedoeld onder punt 7 van
paragraaf 1 van deze bijlage, is te vinden op: www.agentschapnl.nl/miavamil onder
‘Onderwerpen toegelicht’ en vervolgens ‘Generieke bedrijfsmiddelen’. Het advies luidt
voorafgaand aan een melding de MIA/Vamil-helpdesk te bellen voor overleg. De voorwaarden
waaronder een investering kan voldoen, worden desgewenst schriftelijk bevestigd.
U kunt bij dit bedrijfsmiddel denken aan de terugwinning van fosfaat uit afvalwater,
urine, afvalwaterslib en assen van afvalwaterslibverbranding afkomstig van communale
of industriële biologische waterzuiveringsinstallaties.
F 1408
Afvalscheidingsinstallatie op basis van enzymen
-
a. bestemd voor: het door middel van enzymatische hydrolyse scheiden van huishoudelijk
restafval of vergelijkbaar afval van bedrijven in een organische en anorganische fractie,
waarbij de organische (vloeibare) fractie kan dienen als grondstof voor duurzame energieopwekking
en uit de anorganische (vaste) fractie grondstoffen zoals metalen en plastics kunnen
worden teruggewonnen,
-
b. bestaande uit: een thermische reactor, een enzymreactor en een behandelingssysteem
voor de vloeibare fractie inclusief ontwateringsapparatuur, exclusief voorzieningen
voor het opwekken van energie of het terugwinnen van grondstoffen uit de anorganische
fractie.
F 1409
Pyrolyse-installatie voor recycling van afvalstoffen
-
a. bestemd voor: het onder zuurstofarme of zuurstofloze omstandigheden thermisch ontleden
van:
-
1. plastic scheepsafval, waarbij vrijkomende vaste, vloeibare of gasvormige reactieproducten
worden toegepast als grondstof of brandstof die het gebruik van reguliere bunkerolie
verdringt, of
-
2. afvalstoffen die niet nuttig kunnen worden toegepast (maar conform de minimumstandaard
in het Landelijk afvalbeheerplan 2009–2021 (LAP2) verbrand of verwijderd worden),
waarbij de vrijkomende vaste, vloeibare of gasvormige reactieproducten worden toegepast
als grondstof of als alternatief voor fossiele brandstoffen,
-
b. bestaande uit: een pyrolysereactor, (eventueel) een vergasser, (eventueel) een naverbrander,
(eventueel) een smeltinstallatie, afgas- of rookgasreinigingssysteem, (eventueel)
een toe- en afvoersysteem, (eventueel) een afvalvoorbewerkingsinstallatie en (eventueel)
een CO2-afvanginstallatie, exclusief voorzieningen voor het opwekken van energie.
A 1410
Installatie voor het vervaardigen van bouwstoffen uit afvalstromen
-
a. bestemd voor: het vervaardigen van producten die voldoen aan de eisen van het Besluit Bodemkwaliteit uit baggerslib (categorie 4), boorslib, grondreinigingsresiduen, rookgasreinigingsresiduen
en/of AVI-vliegas door het aan elkaar hechten van de deeltjes,
-
b. bestaande uit: een menger, doseerapparatuur, droogapparatuur, een verhardingsinstallatie,
een korrelvormings- of pelleteer- of vormgevingsinstallatie, een rookgasreinigingsinstallatie,
een transportsysteem tussen de installatieonderdelen en (eventueel) een oxidatie-/sinteroven.
A 1411
Opwerkingsinstallatie voor AVI-bodemas
-
a. bestemd voor: het opwerken van AVI-bodemas tot een bouwstof, niet zijnde een IBC-bouwstof
als bedoeld in het Besluit bodemkwaliteit, waarbij:
-
– ten hoogste 15% van de input van de opwerkingsinstallatie, gemeten als droge stof,
wordt gestort, en
-
– ten minste 75% van de non-ferro metalen uit de fractie groter dan 6 millimeter wordt
teruggewonnen,
-
b. bestaande uit: een opwerkingsinstallatie voor AVI-bodemas en een ferro- en non-ferro-verwijderingsinstallatie.
B 1415
Mobiele straalmiddelopschooninstallatie
-
a. bestemd voor: het droog reinigen van verontreinigd straalmiddel door een mobiele installatie
voorzien van scheidingstechnieken op basis van lucht, waarbij het straalmiddel wordt
gerecycled,
-
b. bestaande uit: (eventueel) mechanische schrapers, (eventueel) een jacobsladder, (eventueel)
een trilzeef, (eventueel) een windzifter, (eventueel) een transportsysteem, (eventueel)
een blaassysteem, (eventueel) een cycloon en (eventueel) een luchtbehandelingseenheid.
A 1420
Smeltinstallatie voor verwerking van (gevaarlijke) afvalstromen
-
a. bestemd voor: het verwerken van (gevaarlijke) afvalstromen bij zodanige temperatuur
(1.300–1.500°C), dat de minerale delen smelten tot een vloeibare slak en de organische
delen volledig vergassen tot synthesegas, waarbij de vrijkomende vaste, vloeibare
of gasvormige reactieproducten worden toegepast als grondstof of als alternatief voor
fossiele brandstoffen,
-
b. bestaande uit: een smeltinrichting, een afvalvoorbewerkingsinstallatie, een afgasreinigingsinstallatie,
(eventueel) een waterzuiveringsinstallatie, (eventueel) een energieopwekkingsinstallatie,
exclusief voorzieningen voor het opwekken van energie voor derden.
F 1425
Apparatuur voor recycling van regeneratiechemicaliën
-
a. bestemd voor: het recyclen van regeneratiechemicaliën die ontstaan bij ontzouten of
ontharden van waterstromen,
-
b. bestaande uit: een reactietank, (eventueel) buffertanks, (eventueel) nabehandelingsapparatuur
en (eventueel) doseerinrichtingen.
A 1430
Versvetafscheider
-
a. bestemd voor: het afscheiden van vers vet door een scheidingscentrifuge, waarbij vet,
water en slib direct na het ontstaan van het afvalwater in een continue stroom van
elkaar worden gescheiden, en waarna het vet wordt gerecycled of hoogwaardiger wordt
toegepast,
-
b. bestaande uit: een centrifugale versvetafscheider.
Toelichting: Het vet dient direct na het ontstaan van het vettige afvalwater door
een centrifuge afgescheiden te worden. Gewone vetafscheiders scheiden het vet op basis
van de zwaartekracht en komen niet in aanmerking voor de milieu-investeringsaftrek
en de willekeurige afschrijving milieu-investeringen.
A 1440
Membraanbioreactor met benutting van het effluent
-
a. bestemd voor: het recyclen van spoel- of afvalwaterstromen na zuivering in een biologische
zuiveringsinstallatie onder gelijktijdige verwijdering van gezuiverd water via membraantechnologie,
waarbij het effluent en/of de stoffen daarin, worden gerecycled of hoogwaardiger toegepast,
-
b. bestaande uit: een biologische waterzuiveringsinstallatie, een membraanfiltratie-eenheid,
(eventueel) een recirculatieleiding, (eventueel) apparatuur voor het afscheiden en
opwerken van de terug te winnen stoffen uit het effluent, exclusief de volgende onderdelen:
voorzuiveringstechnieken en voorzieningen voor het beschermen van apparatuur tegen
weersinvloeden.
B 1441
Membraanbioreactor
-
a. bestemd voor: het zuiveren of recyclen van spoel- of afvalwaterstromen in een biologische
zuiveringsinstallatie onder gelijktijdige verwijdering van gezuiverd water via membraantechnologie,
-
b. bestaande uit: een biologische waterzuiveringsinstallatie, een membraanfiltratie-eenheid
en (eventueel) een recirculatieleiding, exclusief de volgende onderdelen: voorzuiveringstechnieken
en voorzieningen voor het beschermen van apparatuur tegen weersinvloeden.
A 1445
Sedimentatie-installatie
-
a. bestemd voor: het door bezinking verwijderen van verontreinigingen uit water dat vrijkomt
bij het reinigen van schepen en waarbij de reststromen nuttig worden toegepast,
-
b. bestaande uit: een sedimentatiebak, een pomp, (eventueel) een slibruimer en (eventueel)
een drijflaagafscheider.
F 1470
Recyclinginstallatie voor bitumineus afval
-
a. bestemd voor: het verwerken van bitumineus afval door verkleining tot maalgoed of
korrels die worden gerecycled of hoogwaardiger toegepast,
-
b. bestaande uit: (eventueel) voorscheidingsapparatuur, (eventueel) wasapparatuur, (eventueel)
een shredder of maalmolen, (eventueel) een drooginstallatie, (eventueel) een mengschroef
of smelthomogenisator, (eventueel) een smeltzuiveringsinstallatie, (eventueel) een
extruder of agglomerator, (eventueel) transportbanden, (eventueel) een menginstallatie
en (eventueel) een granulator.
B 1471
Thermische scheidingsinstallatie bitumineus afval
-
a. bestemd voor: het thermisch scheiden van bitumenhoudend bouw- en sloopafval en productie-afval
uit het fabricageproces van dakrollen, waarbij de bitumen als vloeibare fractie beschikbaar
komt voor recycling of een hoogwaardiger toepassing,
-
b. bestaande uit: een thermische scheidingsinstallatie, een toe- en afvoersysteem, een
rookgasreinigingsinstallatie en (eventueel) een afvalvoorbewerkingsinstallatie.
B 1475
Schuimbitumenmachine
-
a. bestemd voor: het in één werkgang renoveren van een rijbaan door frezen van het oude
wegdek en het gelijktijdig mengen van de vrijgekomen materialen met bitumenschuim
(hete bitumen gemengd met circa 2% water),
-
b. bestaande uit: een mobiele frees- en bitumenschuiminstallatie.
F 1480
Terugwininstallatie voor waterverdunbare verf, lak, inkt of lijm
-
a. bestemd voor: het terugwinnen voor recycling van waterverdunbare verf, lak, inkt of
lijm uit spoelwater door verdamping,
-
b. bestaande uit: een terugwininstallatie en (eventueel) een opvangvoorziening voor gereinigd
spoelwater.
A 1481
Aftapinstallatie
-
a. bestemd voor: het met gesloten containers gebruiken van verf, lak, inkt of olie waardoor
geen verpakkingsafval ontstaat en waarbij de geleverde containers worden terug geleverd
aan de leverancier,
-
b. bestaande uit: een aftapinstallatie, een mengbuis, aansluitstukken en een pomp.
Verwerking van afval(water)
[Regeling vervallen per 01-01-2019]
B 1520
Plasma-omzetter voor gevaarlijke afvalstoffen
-
a. bestemd voor: het in een plasmaveld thermisch ontleden van gevaarlijke afvalstoffen,
waardoor de afvalstoffen uiteenvallen in hun elementaire componenten,
-
b. bestaande uit: een plasma-omzetter met voedingssysteem, een gasbehandelingssysteem,
(eventueel) een afvoersysteem en (eventueel) een elektriciteitsopwekkingsinstallatie,
exclusief apparatuur ter opwerking en aanwending van de ontstane componenten.
A 1525
Stofemissievrije denatureringsinstallatie voor asbesthoudend afval of asbesthoudende
grond
-
a. bestemd voor: het stofemissievrij denatureren van asbesthoudend afval of asbesthoudende
grond door de asbestresten bij lage temperatuur (lager dan 250°C) met behulp van natronloog
af te breken, waarbij de asbestvezels volledig worden vernietigd en de silicaathoudende
filterkoek wordt gebruikt als bouwstof of als toeslagstof in de bouw en voldoet aan
het Besluit Bodemkwaliteit,
-
b. bestaande uit: een stofemissievrije afvalverkleiningsinstallatie, (eventueel) een
scheidingsinstallatie, een verwarmings- en koelsysteem, een natronloogdoseerinstallatie,
een filterinstallatie en een behandelingsinstallatie voor filterkoek.
A 1526
Thermische denatureringsinstallatie voor asbestcementproducten
-
a. bestemd voor: het thermisch denatureren van asbestcementproducten waarbij de asbestvezels
via verhitting volledig worden vernietigd en het daarbij gevormde eindproduct wordt
gebruikt als bouwstof of als toeslagstof in de bouw en voldoet aan het Besluit bodemkwaliteit,
-
b. bestaande uit: een tunneloven of een verrijdbare stolpoven, een brandersysteem, naverbranders,
(eventueel) keramische filters, (eventueel) een onderdrukruimte voor controle en reparatie
verpakkingen, (eventueel) een transportinstallatie en (eventueel) een breekinstallatie
voor nabehandeling van het product.
B 1530
Verwerkingsinstallatie voor zuiveringsslib bij afvalverwerkende bedrijven (aanpassen
bestaande situatie)
-
a. bestemd voor: het bij een afvalverwerkend bedrijf verwerken, niet zijnde vergisten,
van slib dat ontstaat bij het zuiveren van afvalwater, waarbij:
-
– de hoeveelheid reststoffen (in kg droge stof) die moet worden afgevoerd, verbrand,
gestort of gecomposteerd met ten minste 70% wordt verminderd,
-
– de vermindering van reststoffen gerealiseerd wordt ten opzichte van de bestaande situatie,
en
-
– wordt voldaan aan de voorwaarden, genoemd onder punt 7 van paragraaf 1 van deze bijlage,
-
b. bestaande uit: slibverwerkingsinstallatie, exclusief apparatuur voor slibontwatering
en exclusief investeringen in uitbreiding van de productiecapaciteit.
Toelichting: Dit is een zogenoemd generiek bedrijfsmiddel. Informatie over generieke
bedrijfsmiddelen en de bijbehorende meerkostenberekening, bedoeld onder punt 7 van
paragraaf 1 van deze bijlage, is te vinden op: www.agentschapnl.nl/miavamil onder
‘Onderwerpen toegelicht’ en vervolgens ‘Generieke bedrijfsmiddelen’. Het advies luidt
voorafgaand aan een melding de MIA/Vamil-helpdesk te bellen voor overleg. De voorwaarden
waaronder een investering kan voldoen, worden desgewenst schriftelijk bevestigd.
A 1531
Verwerkingsinstallatie voor industrieel zuiveringsslib op de eigen inrichting (aanpassen
bestaande situatie)
-
a. bestemd voor: het op de eigen inrichting verwerken van industrieel zuiveringsslib,
waarbij:
-
– de hoeveelheid reststoffen (in kg droge stof) die moet worden afgevoerd, verbrand,
gestort of gecomposteerd met ten minste 70% wordt verminderd,
-
– het vrijkomende biogas nuttig wordt toegepast, indien de besparing wordt gerealiseerd
door slib- of covergisting,
-
– de vermindering van reststoffen gerealiseerd wordt ten opzichte van de bestaande situatie,
en
-
– wordt voldaan aan de voorwaarden, genoemd onder punt 7 van paragraaf 1 van deze bijlage,
-
b. bestaande uit: een slibverwerkingsinstallatie, exclusief apparatuur voor slibontwatering
en exclusief investeringen in uitbreiding van de productiecapaciteit.
Toelichting: Dit is een zogenoemd generiek bedrijfsmiddel. Informatie over generieke
bedrijfsmiddelen en de bijbehorende meerkostenberekening, bedoeld onder punt 7 van
paragraaf 1 van deze bijlage, is te vinden op: www.agentschapnl.nl/miavamil onder
‘Onderwerpen toegelicht’ en vervolgens ‘Generieke bedrijfsmiddelen’. Het advies luidt
voorafgaand aan een melding de MIA/Vamil-helpdesk te bellen voor overleg. De voorwaarden
waaronder een investering kan voldoen, worden desgewenst schriftelijk bevestigd.
B 1532
Natte thermische oxidatie van slib onder hoge druk
-
a. bestemd voor: het nat oxideren van slib, eventueel in combinatie met andere reststromen,
onder een druk van ten minste 100 bar en een temperatuur van ten minste 180°C, waarbij
alleen kleine onschadelijke moleculaire verbindingen en zuiver water overblijven en
waarbij de anorganische bestanddelen nuttig worden toegepast,
-
b. bestaande uit: een oxidatiereactor, een verwarmingseenheid, een warmtewisselaar en
compressie-apparatuur, exclusief de volgende onderdelen: ontwateringseenheid en nageschakelde
waterzuiveringsinstallatie.
B 1533
Baggerspeciereinigingssysteem voor (an)organische verontreinigingen
-
a. bestemd voor: het stimuleren van de biologische afbraak van organische stoffen in
baggerspecie in een installatie of een civieltechnisch werk, waarbij de uitgeloogde
anorganische stoffen in groenafval, dat niet geschikt is voor compostering, worden
vastgelegd en de gereinigde baggerspecie nuttig wordt toegepast,
-
b. bestaande uit: een depotconstructie met vloeistofdichte onderafsluiting, een groenfilter,
een waterdoseersysteem en (eventueel) een waterbuffer.
B 1540
Aërobe korrelslibreactor
-
a. bestemd voor: het aëroob zuiveren van afvalwater door bacteriën die in agglomeraten
groeien en stabiele granules vormen, waardoor de scheiding van gezuiverd water en
korrels in de reactor zelf plaatsvindt en separate nabezinking wordt vermeden,
-
b. bestaande uit: een reactor met aëroob korrelslib en (eventueel) apparatuur voor het
winnen van alginaten uit korrelslib, exclusief de volgende onderdelen: voorzuiveringstechnieken
en voorzieningen voor het beschermen van apparatuur tegen weersinvloeden.
Toelichting: Het produceren van bioplastics uit korrelslib kan worden gemeld onder
F 1110.
B 1545
(Katalytische) Oxidatiereactor voor waterreiniging
-
a. bestemd voor: het al dan niet katalytisch oxideren met waterstofperoxide, zuurstofradicalen,
zuurstofionen, ozon of UV-bestraling van,
-
1. hormoonverstorende stoffen of antibiotica in afvalwater uit de medische sector, de
chemische sector of de geneesmiddelenindustrie, of
-
2. Legionella in inpandige waterleidingen,
-
b. bestaande uit: oxidatiereactor(en) met apparatuur voor het genereren van oxidatoren,
(eventueel) doseer- of injectieapparatuur, (eventueel) een restozonvernietiger, (eventueel)
een recirculatietank, (eventueel) een recirculatiepomp, (eventueel) een biologisch
actief koolfilter en exclusief voorzuiveringsapparatuur.
F 1570
Wervelbedverbrandingsinstallatie voor teerhoudende dakbedekking
-
a. bestemd voor: het verbranden van teerhoudende dakbedekking in een wervelbedverbrandingsinstallatie,
waarbij de zand- en grindfractie opnieuw ingezet worden in de wegenbouw en waarbij
de vrijkomende energie wordt benut,
-
b. bestaande uit: een wervelbedverbrandingsinstallatie en (eventueel) rookgasreinigingsapparatuur.
B 1590
Werf voor het uitsluitend milieuvriendelijk demonteren van zeeschepen, -platforms
of binnenvaartschepen
-
a. bestemd voor: het selectief en milieuvriendelijk demonteren van zeeschepen, zeeplatforms
en eventueel binnenvaartschepen door een werf die gecertificeerd is volgens ISO 14001:2004
en waarbij alle milieubelastende verontreinigingen conform ISO- en/of NEN-normen worden
verwijderd,
-
b. bestaande uit: demontage-apparatuur, straalapparatuur, een hydraulische staalpers,
apparatuur voor brandpreventie, stoomheaters voor zware olie, een ballastwaterbehandelingsinstallatie,
opslagtanks voor vrijkomende vloeistoffen, een reinigingsinstallatie voor vloeistoftanks,
een asbestverwijderingsinstallatie, een asbestdecontaminatie-eenheid met stoffilterinstallatie,
een verschrottingsinstallatie, een rookgasbehandelingssysteem en vloeistofdichte vloeren.
Inzameling van afval(water)
[Regeling vervallen per 01-01-2019]
A 1620
Asbestcontainer
-
a. bestemd voor: het vervoeren en storten van asbesthoudend afval met een gesloten container,
voorzien van laaddeur, intern en extern sproeisysteem en folie-afdekmechanisme,
-
b. bestaande uit: een gesloten asbestcontainer.
B 1640
Havenontvangstinstallatie bij jachthavens
-
a. bestemd voor: het innemen van grijswater, bilgewater of blackwater bij een jachthaven,
voor zover de installatie niet verplicht is volgens wetgeving:
-
1. met een inzamelstation met ten minste één lekvrij en geurvrij aansluitpunt per 4 ligplaatsen
aan de aanlegsteigers ter plaatse van de ligplaatsen, of
-
2. met ten minste één inzamelstation bij een jachthaven met niet meer dan 50 ligplaatsen
voor niet-open pleziervaartuigen,
-
b. bestaande uit: tanks, pompen, leidingen en (eventueel) een olie/vetafscheider.
Ketenaanpak
[Regeling vervallen per 01-01-2019]
A 1810
Milieuvriendelijk product met certificaat
-
a. zijnde: een product, niet zijnde een gebouw of een civieltechnisch werk, dat voldoet
aan de voorwaarden, genoemd onder punt 7 van paragraaf 1 van deze bijlage, en aan
de eisen van ten minste één van de onderstaande keurmerken, wat wordt aangetoond door
een certificaat, met het juiste niveau, afgegeven door de daartoe bevoegde instantie:
-
– Cradle-to-Cradle, niveau Gold of Silver (zie www.c2ccertified.org),
-
– DUBOkeur Product of Grondstof (zie www.dubokeur.nl),
-
– Europees Ecolabel (zie www.europeesecolabel.nl),
-
– Milieukeur, voor zover het geen voedingsmiddelen, glastuinbouwproducten of vee betreft
(zie www.milieukeur.nl),
-
– NL GreenLabel met ten minste B op het duurzaamheidspaspoort (zie www.nlgreenlabel.nl),
-
– Nordic Ecolabel (zie www.nordic-ecolabel.org), of
-
– Slimbouwen Product (zie www.slimbouwen.nl),
-
b. bestaande uit: een product dat voldoet aan de duurzaamheidseisen van het betreffende
keurmerk, exclusief bijkomende kosten en exclusief investeringen waarvan het belangrijkste
milieuvoordeel energiebesparing of energieopwekking is.
Indien sprake is van gecertificeerde producten toegepast in de bouwfase van een gebouw
komen per gebouw ten hoogste vier verschillende producten compleet in aanmerking voor
milieu-investeringsaftrek en willekeurige afschrijving milieu-investeringen.
Toelichting: Dit is een zogenoemd generiek bedrijfsmiddel. Informatie over generieke
bedrijfsmiddelen en de bijbehorende meerkostenberekening, bedoeld onder punt 7 van
paragraaf 1 van deze bijlage, is te vinden op: www.agentschapnl.nl/miavamil onder
‘Onderwerpen toegelicht’ en vervolgens ‘Generieke bedrijfsmiddelen’. Het advies luidt
voorafgaand aan een melding de MIA/Vamil-helpdesk te bellen voor overleg. De voorwaarden
waaronder een investering kan voldoen, worden desgewenst schriftelijk bevestigd.
Niet ieder certificaat volstaat; alleen bedrijfsmiddelen met ten minste één van de
genoemde duurzaamheidscertificaten komen in aanmerking.
Elektrisch aangedreven of hybride auto’s komen niet in aanmerking onder A 1810, maar
kunnen worden gemeld onder G 3110, D 3111 en E 3112.
Investeringen in duurzame gebouwen kunnen worden gemeld onder E 6110 tot en met C 6129.
Producten zijn niet altijd bedrijfsmiddelen in fiscale zin. Alleen bedrijfsmiddelen
die worden geactiveerd komen in aanmerking. Bijvoorbeeld gebruiksgoederen vallen hier
niet onder. Vraag in geval van twijfel de Belastingtelefoon (0800-0543).
Voedselvoorziening en landbouwproductie
[Regeling vervallen per 01-01-2019]
Kassen, stallen, landbouwwerktuigen, aquacultuur, visserij, verwerkingsapparatuur
Glastuinbouw
[Regeling vervallen per 01-01-2019]
B 2110
Kas voor milieuvriendelijke productie met Milieukeur
-
a. bestemd voor: het milieuvriendelijk produceren van gewassen of producten in een kas
volgens de eisen van Milieukeur Plantaardige producten uit de bedekte teelt, en,
-
– waarvan is vastgesteld dat de productie in de kas voldoet aan de eisen van Milieukeur
Plantaardige producten, wat blijkt uit een certificaat Milieukeur dat is afgegeven
door de daartoe bevoegde instantie, en
-
– waarvoor in geval van een nieuw op te richten opstand van een glastuinbouwbedrijf
als bedoeld in het Activiteitenbesluit milieubeheer door het bevoegde gezag voor de opstand een (ontwerp) omgevingsvergunning voor bouwen
is afgegeven die rechtsgeldig is ten tijde van de melding,
-
b. bestaande uit: een kas (kasdek en gevels), teelttechnische en klimaattechnische voorzieningen,
exclusief de volgende onderdelen: assimilatiebelichting, cyclische belichting, bedrijfsruimte(n)
en voorzieningen voor het opslaan of produceren van CO2, elektriciteit of warmte.
Toelichting: Informatie over Milieukeur Plantaardige producten kan worden gevonden
op www.milieukeur.nl.
De (ontwerp) omgevingsvergunning voor bouwen die voor nieuw op te richten glasopstanden
is vereist, moet door het bevoegd gezag zijn afgegeven voordat de melding wordt gedaan.
De afgegeven vergunning hoeft dus niet onherroepelijk te zijn. Een eventuele bezwaar-
en beroepsprocedure hoeft niet te worden afgewacht.
B 2111
Kas voor biologische teelt
-
a. bestemd voor: het bedrijfsmatig telen van gewassen in een kas volgens de voorschriften
van het Landbouwkwaliteitsbesluit 2007, wat blijkt uit een door Skal afgegeven certificaat Biologische Productie Nederland,
en waarvoor in geval van een nieuw op te richten opstand van een glastuinbouwbedrijf
als bedoeld in het Activiteitenbesluit milieubeheer door het bevoegde gezag voor de opstand een (ontwerp) omgevingsvergunning voor bouwen
is afgegeven die rechtsgeldig is ten tijde van de melding,
-
b. bestaande uit: een kas (kasdek en gevels), teelttechnische of klimaattechnische voorzieningen,
exclusief de volgende onderdelen: assimilatiebelichting, cyclische belichting, bedrijfsruimte(n),
scherminstallaties en voorzieningen voor het opslaan en produceren van CO2, elektriciteit of warmte.
Toelichting: Informatie over het Landbouwkwaliteitsbesluit 2007 kan worden gevonden op www.skal.nl.
De (ontwerp) omgevingsvergunning voor bouwen die voor nieuw op te richten glasopstanden
is vereist, moet door het bevoegd gezag zijn afgegeven voordat de melding wordt gedaan.
De afgegeven vergunning hoeft niet onherroepelijk te zijn. Een eventuele bezwaar-
en beroepsprocedure hoeft dus niet te worden afgewacht.
F 2112
Groen Label Kas voor biologische teelt of milieuvriendelijke productie met Milieukeur
-
a. bestemd voor: het bedrijfsmatig telen van gewassen in een kas waarvan is vastgesteld
dat deze voldoet aan de eisen van bedrijfsmiddel A 2113, en het bedrijfsmatig telen
van gewassen plaatsvindt volgens:
-
1. de voorschriften van het Landbouwkwaliteitsbesluit 2007, wat blijkt uit een door Skal afgegeven certificaat Biologische Productie Nederland,
of
-
2. volgens de eisen van Milieukeur Plantaardige producten uit de bedekte teelt, wat blijkt
uit een certificaat Milieukeur dat afgegeven is door een daartoe bevoegde instantie,
-
b. bestaande uit: een kas (kasdek en gevels), teelttechnische of klimaattechnische voorzieningen,
exclusief de volgende onderdelen: assimilatiebelichting, cyclische belichting, bedrijfsruimte(n),
scherminstallaties en voorzieningen voor het opslaan en produceren van CO2, elektriciteit of warmte.
Toelichting: Informatie over het Landbouwkwaliteitsbesluit 2007 kan worden gevonden op www.skal.nl. Informatie over de genoemde Milieukeur kan worden
gevonden op www.milieukeur.nl.
A 2113
Groen Label Kas
-
a. bestemd voor: het bedrijfsmatig telen van gewassen in een Groen Label Kas waarbij
wordt voldaan aan de volgende eisen:
-
– er is vastgesteld dat de kas voldoet aan de eisen van het Certificatieschema Groen
Label Kas 10 (GLK10), met een minimumniveau van 85 punten voor extensieve teelt en
115 punten voor intensieve teelt. Dat voldaan wordt aan de eisen van het Certificatieschema
Groen Label Kas 10 (GLK10) blijkt uit een te overleggen voorlopig certificaat GLK10
dat voor de meldingsdatum is afgegeven door een door de Raad van Accreditatie hiervoor
geaccrediteerde organisatie,
-
– voor alle kassen die onder de criteria voor extensieve teelt worden gecertificeerd
bij definitieve oplevering moet worden aangetoond dat het totale energieverbruik op
basis van ten minste 1 jaar teelt minder is geweest dan 25 kubieke meter aardgasequivalenten
per vierkante meter per jaar. De tuinder toont dit aan door na 1 jaar teelt het werkelijke
energiegebruik van het voorgaande jaar te laten controleren op basis van facturen
en meetgegevens en de gegevens in het energiecertificaat,
-
– voor een nieuw op te richten opstand van een glastuinbouwbedrijf als bedoeld in het
Activiteitenbesluit milieubeheer is door het bevoegde gezag voor de opstand een (ontwerp) omgevingsvergunning voor
bouwen afgegeven die rechtsgeldig is ten tijde van de melding, en
-
– binnen drie jaar na afgifte van het voorlopig certificaat GLK10 wordt een definitief
certificaat GLK10 overgelegd, dan wel binnen vier jaar wordt een definitief certificaat
overgelegd volgens de dan vigerende maatlat Groen Label Kas en de bijbehorende criteria,
beoordelingsrichtlijnen en aanvullende besluiten,
-
b. bestaande uit: een kas (kasdek en gevels) en teelttechnische en klimaattechnische
voorzieningen.
De gehele investering in de Groen Label Kas, inclusief kosten gemeld onder F 2112
of F 2114, komt ten hoogste voor het volgende bedrag per vierkante meter gecertificeerd
teeltoppervlak in aanmerking voor milieu-investeringsaftrek en willekeurige afschrijving
milieu-investeringen:
Gewasgroep
|
€/m2 intensieve teelt
|
€/m2 extensieve teelt
|
Groenten
|
110
|
120
|
Bloemen
|
170
|
145
|
Potplanten
|
190
|
160
|
Uitgangsmateriaal
|
230
|
160
|
Toelichting: De (ontwerp) omgevingsvergunning voor bouwen die voor nieuw op te richten
glasopstanden is vereist, moet door het bevoegd gezag zijn afgegeven voordat de melding
wordt gedaan. De afgegeven vergunning hoeft dus niet onherroepelijk te zijn. Een eventuele
bezwaar- en beroepsprocedure hoeft niet te worden afgewacht.
Het Certificatieschema Groen Label Kas 10 (GLK10) ligt ter inzage in de bibliotheek
van het Ministerie van Infrastructuur en Milieu. Het certificatieschema is ook te
downloaden via www.groenlabelkas.nl.
F 2114
Groen Label Kas met vis-, schaal- of schelpdierenkwekerij
-
a. bestemd voor: het gecombineerd bedrijfsmatig telen van gewassen en kweken van vis,
schaal- of schelpdieren in dezelfde ruimte, waarbij uitwisseling van water, warmte
en CO2 plaatsvindt en waarvan is vastgesteld dat de kas voldoet aan de eisen van bedrijfsmiddel
A 2113,
-
b. bestaande uit: een kas (kasdek en gevels), een vis, schaal- of schelpdierenkwekerij,
teelttechnische en klimaattechnische voorzieningen, exclusief de volgende onderdelen:
assimilatiebelichting, cyclische belichting, een bedrijfsruimte, de ruimten bedoeld
voor personeel, scherminstallaties en voorzieningen voor het opslaan of produceren
van CO2, elektriciteit of warmte.
F 2120
Afvoersysteem voor vocht uit de kas tijdens lichtscherming in de nanacht
-
a. bestemd voor: het afvoeren van vocht uit de kas tijdens de lichtscherming in de nanacht,
zodanig dat de lichtschermen ook in de nanacht geheel gesloten blijven en warmte in
de kas wordt opgeslagen,
-
b. bestaande uit: een systeem voor het afvoeren van vocht uit de kas in de nanacht en
(eventueel) apparatuur voor het geschikt maken van teruggewonnen condenswater als
gietwater, exclusief natte koeltorens.
A 2130
Apparatuur voor het biologisch bestrijden van plagen of ziekten in tuinbouwkassen
-
a. bestemd voor: het biologisch bestrijden van plagen of ziekten in tuinbouwkassen door
het inzetten van natuurlijke vijanden,
-
b. bestaande uit: apparatuur of voorzieningen die noodzakelijk zijn voor de biologische
bestrijding.
D 2131
Luisdicht insectengaas
-
a. bestemd voor: het vrij van insecten en dergelijke telen of opkweken van gewassen,
ter beperking van het gebruik van gewasbeschermingsmiddelen,
-
b. bestaande uit: luisdicht gaas, (eventueel) ondersteuningsmateriaal en (eventueel)
een toegangssluis met dubbele deur.
Toelichting: Dit bedrijfsmiddel heeft ook betrekking op het aanbrengen van insectengaas
in bestaande (Groen Label) kassen.
F 2140
Collectieve regenwateropslagplas voor de glastuinbouw
-
a. bestemd voor: het collectief opslaan van regenwater voor gebruik als gietwater in
de glastuinbouw in een in het landschap ingepaste plas voorzien van gebiedseigen beplanting,
waarvan:
-
– de oevers voorzien zijn van een natuurlijke oeverbescherming en niet verhoogd zijn,
-
– de voorzieningen voor de regenwatertoevoer en de wateronttrekking ondergronds zijn
aangelegd, en
-
– de opslagcapaciteit ten minste 2.000 kubieke meter per hectare glasoppervlak bedraagt,
-
b. bestaande uit: een regenwateropslagplas en hoofdtransportleidingen.
A 2141
Ondergrondse wateropslagvoorziening
-
a. bestemd voor: het individueel of collectief ondergronds opslaan van regenwater of
regenwater en recirculatiewater voor gebruik als gietwater in de glastuinbouw met
een totale opslagcapaciteit van ten minste 1.000 kubieke meter per hectare glasoppervlak,
-
b. bestaande uit: een ondergrondse wateropslagvoorziening, exclusief de volgende onderdelen:
pompen, leidingen, het kasdek en de goten.
F 2142
Apparatuur voor het verminderen van de hoeveelheid opgepompt grondwater voor gebruik
als gietwater in de glastuinbouw (aanpassing bestaande situatie)
-
a. bestemd voor: het verminderen van de hoeveelheid opgepompt grondwater voor de productie
van gietwater voor gebruik in de glastuinbouw met ten minste 45% ten opzichte van
de bestaande situatie, waarbij:
-
– eventuele wijzigingen in de teeltcapaciteit en gewasbehoefte van de kas in de berekening
van de besparing worden meegenomen,
-
– de vermindering wordt gerealiseerd door het terugwinnen van water en grondstoffen
uit brijn of de vergroting van regenwatergebruik, waarbij de totale regenwateropslag
ten minste meer per hectare teeltoppervlak bedraagt dan wettelijk verplicht, en
-
– er geen brijn meer in de bodem wordt gebracht,
-
b. bestaande uit: apparatuur voor het terugwinnen van water en grondstoffen uit brijn
of een (uitbreiding van de) regenwateropslagvoorziening of (eventueel) opslagvoorzieningen
ten behoeve van het hergebruik van (afval)water.
A 2145
Installatie voor het verminderen van gewasbeschermingsmiddelen in te lozen drainwater
uit de glastuinbouw
-
a. bestemd voor: het tegengaan van de emissie van gewasbeschermingsmiddelen afkomstig
uit de glastuinbouw via drainwaterlozing, door:
-
1. het voorkomen van lozing van gewasbeschermingsmiddelen, of
-
2. het afbreken van gewasbeschermingsmiddelen tot onschadelijke componenten,
-
b. bestaande uit: een installatie voor het zuiveren van te lozen drainwater of voor het
anders toedienen of afvangen van gewasbeschermingsmiddelen in de kas en (eventueel)
een geavanceerde debietmeter, exclusief een (eventuele) UV-installatie.
F 2146
Voorziening voor het verwijderen van meststoffen in te lozen drainwater uit de glastuinbouw
(aanpassing bestaande situatie)
-
a. bestemd voor: het tegengaan van de lozing van meststoffen afkomstig uit de glastuinbouw,
door het verwijderen van meststoffen uit het te lozen drainwater, waarbij er sprake
is van een bestaande situatie waarin geen verwijdering van meststoffen voorafgaand
aan drainwaterlozing plaatsvindt,
-
b. bestaande uit: (eventueel) waterzuiveringsapparatuur, (eventueel) een debietmeter,
(eventueel) een voorziening voor de opslag van te lozen drainwater, (eventueel) een
meetinstrument voor de meting van concentraties van nutriënten, exclusief voorzieningen
die zijn opgenomen in het drainwaterrecirculatiesysteem.
Veehouderij
[Regeling vervallen per 01-01-2019]
A 2200
Proefstal
-
a. bestemd voor: het houden van dieren in een stalsysteem waarvoor een bijzondere emissiefactor
is vastgesteld als bedoeld in artikel 3 van de Regeling ammoniak en veehouderij en waarbij wordt voldaan aan de meetverplichtingen bedoeld in die regeling,
-
b. bestaande uit: een besloten ruimte waarin dieren worden gehuisvest, een stalinrichting,
klimaattechnische en voertechnische systemen, ammoniakemissiereducerende systemen,
mestafvoer en -opslag en een hygiënesluis, exclusief ruimten en onderdelen bedoeld
voor personeel, het verzamelen, verwerken en het opslaan van de (eind)producten, waarbij
onder een besloten ruimte wordt verstaan een binnenruimte of een gedeeltelijk omsloten
overdekte buitenruimte als bedoeld in hoofdstuk 2 van NEN 2580:2007.
Toelichting: Meer informatie over de proefstalregeling kan worden gevonden op www.agentschapnl.nl/rav.
A 2201
Stal voor biologische veehouderij met vermindering van de ammoniakemissie
-
a. bestemd voor: het houden van vee in een bedrijf dat dierlijke landbouwproducten produceert
volgens de voorschriften van het Landbouwkwaliteitsbesluit 2007, wat blijkt uit een door Skal afgegeven certificaat Biologische Productie Nederland,
en waarbij in de stal eenzelfde ammoniakemissiearme staltechniek wordt toegepast als
in een huisvestingssysteem,
-
b. bestaande uit: een besloten ruimte waarin dieren worden gehuisvest, een stalinrichting,
klimaattechnische en voertechnische systemen, ammoniakemissiereducerende systemen,
mestafvoer en -opslag en een hygiënesluis, exclusief ruimten en onderdelen bedoeld
voor het personeel, het verzamelen, verwerken en het opslaan van de (eind)producten,
waarbij onder een besloten ruimte wordt verstaan een binnenruimte of een gedeeltelijk
omsloten overdekte buitenruimte als bedoeld in hoofdstuk 2 van NEN 2580:2007.
Toelichting: Informatie over het Landbouwkwaliteitsbesluit 2007 kan worden gevonden op www.skal.nl.
B 2202
Stal voor milieuvriendelijke productie met Milieukeur
-
a. bestemd voor: het milieuvriendelijk houden van dieren in een stal volgens de eisen
van Milieukeur en waarvan is vastgesteld dat de bedrijfsvoering in de stal voldoet
aan de eisen van Milieukeur, wat blijkt uit een certificaat Milieukeur dat is afgegeven
door de daartoe bevoegde instantie,
-
b. bestaande uit: een besloten ruimte waarin dieren worden gehuisvest, een stalinrichting,
klimaattechnische en voertechnische systemen, ammoniakemissiereducerende systemen,
mestafvoer en -opslag en een hygiënesluis, exclusief ruimten en onderdelen bedoeld
voor het personeel, het verzamelen, verwerken en het opslaan van de (eind)producten,
waarbij onder een besloten ruimte wordt verstaan een binnenruimte of een gedeeltelijk
omsloten overdekte buitenruimte als bedoeld in hoofdstuk 2 van NEN 2580:2007.
Toelichting: Informatie over Milieukeur kan worden gevonden op www.milieukeur.nl.
A 2205
Omgekeerde osmose-installatie voor het verwerken van spuiwater van een biologische
luchtwasser
-
a. bestemd voor: het verminderen van het waterverbruik van biologische luchtwassers met
ten minste 60%, door met omgekeerde osmose het spuiwater te zuiveren, waarna het gezuiverde
spuiwater opnieuw wordt gebruikt in de biologische luchtwasser en het resterende concentraat
nuttig wordt toegepast,
-
b. bestaande uit: een omgekeerde osmose-eenheid, (eventueel) een opslagvoorziening voor
het concentraat, (eventueel) een opslagvoorziening voor het te recirculeren waswater,
(eventueel) voorzieningen om het behandelde spuiwater geschikt te maken voor hergebruik,
exclusief de luchtwasser.
A 2210
Duurzame melkveestal
-
a. bestemd voor: het houden van melkvee in een stal waarvan is vastgesteld dat de stal
voldoet aan de eisen van de Maatlat Duurzame Veehouderij en Aquacultuur 5, onderdeel
MDV 8 – melkveestallen, wat blijkt uit een stal(ontwerp)certificaat MDV 8 dat voor
de meldingsdatum is afgegeven door een door de Raad voor Accreditatie hiervoor geaccrediteerde
organisatie, en waarbij binnen twee jaar na afgifte van het stalontwerpcertificaat
een stalcertificaat wordt overgelegd, dan wel binnen drie jaar een stalcertificaat
wordt overgelegd volgens de dan vigerende Maatlat Duurzame Veehouderij en Aquacultuur
en de bijbehorende criteria, beoordelingsrichtlijnen en aanvullende besluiten,
-
b. bestaande uit: besloten ruimten waarin dieren worden gehuisvest, een stalinrichting,
klimaattechnische en voertechnische systemen, ammoniakemissiereducerende systemen
en een mestafvoer en -opslag, waarbij onder een besloten ruimte wordt verstaan een
binnenruimte of een gedeeltelijk omsloten overdekte buitenruimte als bedoeld in hoofdstuk
2 van NEN 2580:2007.
De investering in een duurzame melkveestal komt ten hoogste voor het volgende bedrag
per gecertificeerde dierplaats in aanmerking voor milieu-investeringsaftrek en willekeurige
afschrijving milieu-investeringen:
0–3 punten extra: € 4.200 per dierplaats
4–10 punten extra: € 4.600 per dierplaats
> 10 punten extra: € 5.000 per dierplaats.
Toelichting: Het certificatieschema Maatlat Duurzame Veehouderij en Aquacultuur ligt
ter inzage in de bibliotheek van het Ministerie van Infrastructuur en Milieu. Het
certificatieschema is ook te downloaden via www.maatlatduurzameveehouderij.nl. Op
deze site zijn tevens de vigerende criteria, beoordelingsrichtlijnen en aanvullende
besluiten te vinden.
De investeringen in jongvee-ruimten mogen worden gebruikt ter onderbouwing van het
maximum bedrag tot een maximum van eenzelfde aantal jongveeplaatsen als het aantal
melkveeplaatsen waarvoor is gecertificeerd.
A 2211
Duurzame vleeskalver- of vleesveestal
-
a. bestemd voor: het houden van vleeskalveren of vleesvee in een stal waarvan is vastgesteld
dat de stal voldoet aan de eisen van de Maatlat Duurzame Veehouderij en Aquacultuur
5, onderdeel MDV 8 – vleeskalverstallen of vleesveestallen, wat blijkt uit een stal(ontwerp)certificaat
MDV 8 dat voor de meldingsdatum is afgegeven door een door de Raad voor Accreditatie
hiervoor geaccrediteerde organisatie, en waarbij binnen twee jaar na afgifte van het
stalontwerpcertificaat een stalcertificaat wordt overgelegd dan wel binnen drie jaar
een stalcertificaat wordt overgelegd volgens de dan vigerende Maatlat Duurzame Veehouderij
en de bijbehorende criteria, beoordelingsrichtlijnen en aanvullende besluiten,
-
b. bestaande uit: een besloten ruimte waarin dieren worden gehuisvest, een stalinrichting,
klimaattechnische en voertechnische systemen, ammoniakemissiereducerende systemen,
mestafvoer en -opslag en een hygiënesluis, exclusief ruimten en onderdelen bedoeld
voor het personeel, het verzamelen, verwerken en het opslaan van de (eind)producten,
waarbij onder een besloten ruimte wordt verstaan een binnenruimte of een gedeeltelijk
omsloten overdekte buitenruimte als bedoeld in hoofdstuk 2 van NEN 2580:2007.
Een duurzame vleesveestal komt in 2014 in aanmerking voor de willekeurige afschrijving
milieu-investeringen indien de Nederlandse autoriteiten een goedkeuring voor het verlenen
van deze staatssteun hebben ontvangen van de Europese Commissie, deze goedkeuring
is ingegaan en er wordt voldaan aan de in de goedkeuring eventueel gestelde voorwaarden.
Toelichting: Het certificatieschema Maatlat Duurzame Veehouderij ligt ter inzage in
de bibliotheek van het Ministerie van Infrastructuur en Milieu. Het certificatieschema
is ook te downloaden via www.maatlatduurzameveehouderij.nl. Op deze site zijn tevens
de vigerende criteria, beoordelingsrichtlijnen en aanvullende besluiten te vinden.
A 2215
Monitoringssysteem voor diergezondheid in de melkveehouderij
-
a. bestemd voor: het op een melkveebedrijf per koe automatisch meten en monitoren van
ten minste de volgende gezondheidsparameters in de melk op basis waarvan de optimale
antibiotica- en hormoongift per koe bepaald wordt, waardoor het gebruik van antibiotica
en hormonen op het bedrijf gereduceerd wordt:
-
– uiergezondheid,
-
– vruchtbaarheid,
-
– voedingsbalans, en
-
– energiebalans,
-
b. bestaande uit: een melkmonsterstation, een analyse-eenheid, exclusief de kosten voor
het managementsysteem.
A 2216
UV-behandelingsinstallatie voor rauwe (biest)melk
-
a. bestemd voor: het met UV-licht bestrijden van bacteriën in rauwe (biest-)melk zodat
deze melk een veilige voeding wordt voor kalveren van een melkveehouder, waarbij de
vitale voedingsstoffen in de melk worden behouden,
-
b. bestaande uit: een module met UV-lampen, een reinigingsautomaat, een besturingsautomaat
en een melkvat.
B 2219
Permanente afdekinstallatie voor kuilvoerplaatsen
-
a. bestemd voor: het afdekken van kuilvoer met een mechanisch op- en afrolbaar permanent
dekkleed voorzien van kanalen die met water gevuld worden om het kuilvoer aan te drukken,
-
b. bestaande uit: een dekkleed met waterslurven en een afdekmachine.
A 2220
Duurzame varkensstal
-
a. bestemd voor: het houden van varkens in een stal waarvan is vastgesteld dat de stal
voldoet aan de eisen van de Maatlat Duurzame Veehouderij en Aquacultuur 5, onderdeel
MDV 8 – varkensstallen, wat blijkt uit een stal(ontwerp)certificaat MDV 8 dat voor
de meldingsdatum is afgegeven door een door de Raad voor Accreditatie hiervoor geaccrediteerde
organisatie, en waarbij binnen twee jaar na afgifte van het stalontwerpcertificaat
een stalcertificaat wordt overgelegd, dan wel binnen drie jaar een stalcertificaat
wordt overgelegd volgens de dan vigerende Maatlat Duurzame Veehouderij en Aquacultuur
en de bijbehorende criteria, beoordelingsrichtlijnen en aanvullende besluiten,
-
b. bestaande uit: besloten ruimten waarin dieren worden gehuisvest, een stalinrichting,
klimaattechnische en voertechnische systemen, ammoniakemissiereducerende systemen
en een mestafvoer en -opslag, waarbij onder een besloten ruimte wordt verstaan een
binnenruimte of een gedeeltelijk omsloten overdekte buitenruimte als bedoeld in hoofdstuk
2 van NEN 2580:2007.
De investering in een duurzame varkensstal komt ten hoogste voor het volgende bedrag
per gecertificeerde dierplaats in aanmerking voor milieu-investeringsaftrek en willekeurige
afschrijving milieu-investeringen:
Vleesvarkens
0–5 punten extra: € 300 per dierplaats
6–10 punten extra: € 350 per dierplaats
>10 punten extra: € 400 per dierplaats
Gespeende biggen
0–1 punten extra: € 200 per dierplaats
2–5 punten extra: € 215 per dierplaats
> 5 punten extra: € 225 per dierplaats
Guste en dragende zeugen
0–1 punten extra: € 1.000 per dierplaats
2–3 punten extra: € 1.200 per dierplaats
> 3 punten extra: € 1.400 per dierplaats
Kraamzeugen
0–3 punten extra: € 2.500 per dierplaats
4–6 punten extra: € 3.000 per dierplaats
> 6 punten extra: € 3.500 per dierplaats
Dekberen
≥ 0 punten extra: € 3.400 per dierplaats.
Toelichting: Het certificatieschema Maatlat Duurzame Veehouderij en Aquacultuur ligt
ter inzage in de bibliotheek van het Ministerie van Infrastructuur en Milieu. Het
certificatieschema is ook te downloaden via www.maatlatduurzameveehouderij.nl. Op
deze site zijn tevens de vigerende criteria, beoordelingsrichtlijnen en aanvullende
besluiten te vinden.
A 2230
Duurzame pluimveestal
-
a. bestemd voor: het houden van pluimvee, niet zijnde eenden of kalkoenen, in een stal
waarvan is vastgesteld dat de stal voldoet aan de eisen van de Maatlat Duurzame Veehouderij
en Aquacultuur 5, onderdeel MDV 8 – pluimveestallen, wat blijkt uit een stal(ontwerp)certificaat
MDV 8 dat voor de meldingsdatum is afgegeven door een door de Raad voor Accreditatie
hiervoor geaccrediteerde organisatie, en waarbij binnen twee jaar na afgifte van het
stalontwerpcertificaat een stalcertificaat wordt overgelegd, dan wel binnen drie jaar
een stalcertificaat wordt overgelegd volgens de dan vigerende Maatlat Duurzame Veehouderij
en Aquacultuur en de bijbehorende criteria, beoordelingsrichtlijnen en aanvullende
besluiten,
-
b. bestaande uit: besloten ruimten waarin dieren worden gehuisvest, een stalinrichting,
klimaattechnische en voertechnische systemen, ammoniakemissiereducerende systemen
en een mestafvoer en -opslag, waarbij onder een besloten ruimte wordt verstaan een
binnenruimte of een gedeeltelijk omsloten overdekte buitenruimte als bedoeld in hoofdstuk
2 van NEN 2580:2007.
De investering in een duurzame pluimveestal komt ten hoogste voor het volgende bedrag
per gecertificeerde dierplaats in aanmerking voor milieu-investeringsaftrek en willekeurige
afschrijving milieu-investeringen:
Opfok legouderdieren en leghennen
0–4 punten extra: € 14,50 per dierplaats
5–10 punten extra: € 17,50 per dierplaats
>10 punten extra: € 18,50 per dierplaats
Productie legouderdieren en leghennen
0–8 punten extra: € 17,00 per dierplaats
9–12 punten extra: € 20,00 per dierplaats
> 12 punten extra: € 23,50 per dierplaats
Opfok vleeskuikenouderdieren
0–4 punten extra: € 23,25 per dierplaats
5–10 punten extra: € 27,00 per dierplaats
> 10 punten extra: € 29,00 per dierplaats
Productie vleeskuikenouderdieren
0–4 punten extra: € 45,50 per dierplaats
5–10 punten extra: € 51,50 per dierplaats
> 10 punten extra: € 54,00 per dierplaats
Vleeskuikens
0–3 punten extra: € 11,00 per dierplaats
4–6 punten extra: € 12,50 per dierplaats
> 6 punten extra: € 14,50 per dierplaats.
Toelichting: Het certificatieschema Maatlat Duurzame Veehouderij en Aquacultuur ligt
ter inzage in de bibliotheek van het Ministerie van Infrastructuur en Milieu. Het
certificatieschema is ook te downloaden via www.maatlatduurzameveehouderij.nl. Op
deze site zijn tevens de vigerende criteria, beoordelingsrichtlijnen en aanvullende
besluiten te vinden.
G 2235
Stofemissiereducerende technieken voor pluimveestallen
-
a. bestemd voor: het verminderen van de emissie van stof van een pluimveestal zonder
stal(ontwerp)certificaat MDV 5, 6, 7 of 8, door toepassing van één of meer technieken
die zijn vermeld in de op grond van artikel 66, aanhef en onder c, van de Regeling beoordeling luchtkwaliteit 2007 gepubliceerde lijst van emissiefactoren fijn stof voor veehouderij, voor zover deze
voorziening niet wettelijk verplicht is,
-
b. bestaande uit: stofemissiereducerende technieken.
Toelichting: De lijst van emissiefactoren staat in de publicatie ‘emissiefactoren
fijn stof voor veehouderij 2013’. Deze publicatie is te vinden op www.rijksoverheid.nl
of via internet met zoekterm ‘emissiefactoren fijn stof’.
A 2290
Duurzame konijnen-, eenden- of kalkoenenstal
-
a. bestemd voor: het houden van konijnen, eenden of kalkoenen in een stal waarvan is
vastgesteld dat de stal voldoet aan de eisen van de Maatlat Duurzame Veehouderij en
Aquacultuur 5, onderdeel MDV 8 – konijnenstallen of pluimveestallen, onderdeel eenden-
of kalkoenenstal, wat blijkt uit een stal(ontwerp)certificaat MDV 8 dat voor de meldingsdatum
is afgegeven door een door de Raad voor Accreditatie hiervoor geaccrediteerde organisatie,
en waarbij binnen twee jaar na afgifte van het stalontwerpcertificaat een stalcertificaat
wordt overgelegd dan wel binnen drie jaar een stalcertificaat wordt overgelegd volgens
de dan vigerende Maatlat Duurzame Veehouderij en de bijbehorende criteria, beoordelingsrichtlijnen
en aanvullende besluiten,
-
b. bestaande uit: een besloten ruimte waarin dieren worden gehuisvest, een stalinrichting,
klimaattechnische en voertechnische systemen, ammoniakemissiereducerende systemen,
mestafvoer en -opslag en een hygiënesluis, exclusief ruimten en onderdelen bedoeld
voor het personeel, het verzamelen, verwerken en het opslaan van de (eind)producten,
waarbij onder een besloten ruimte wordt verstaan een binnenruimte of een gedeeltelijk
omsloten overdekte buitenruimte als bedoeld in hoofdstuk 2 van NEN 2580:2007.
Toelichting: Het certificatieschema Maatlat Duurzame Veehouderij ligt ter inzage in
de bibliotheek van het Ministerie van Infrastructuur en Milieu. Het certificatieschema
is ook te downloaden via www.maatlatduurzameveehouderij.nl. Op deze site zijn tevens
de vigerende criteria, beoordelingsrichtlijnen en aanvullende besluiten te vinden.
A 2291
Duurzame melkgeitenstal
-
a. bestemd voor: het houden van melkgeiten in een stal waarvan is vastgesteld dat de
stal voldoet aan de eisen van de Maatlat Duurzame Veehouderij en Aquacultuur 5, onderdeel
MDV 8 – melkgeitenstallen, wat blijkt uit een stal(ontwerp)certificaat MDV 8 dat voor
de meldingsdatum is afgegeven door een door de Raad voor Accreditatie hiervoor geaccrediteerde
organisatie, en waarbij binnen twee jaar na afgifte van het stalontwerpcertificaat
een stalcertificaat wordt overgelegd, dan wel binnen drie jaar een stalcertificaat
wordt overgelegd volgens de dan vigerende Maatlat Duurzame Veehouderij en Aquacultuur
en de bijbehorende criteria, beoordelingsrichtlijnen en aanvullende besluiten,
-
b. bestaande uit: een besloten ruimte waarin dieren worden gehuisvest, een stalinrichting,
klimaattechnische en voertechnische systemen, ammoniakemissiereducerende systemen,
mestafvoer en -opslag en een hygiënesluis, exclusief ruimten en onderdelen bedoeld
voor het personeel, het verzamelen, verwerken en het opslaan van de (eind)producten,
waarbij onder een besloten ruimte wordt verstaan een binnenruimte of een gedeeltelijk
omsloten overdekte buitenruimte als bedoeld in hoofdstuk 2 van NEN 2580:2007.
Dit bedrijfsmiddel komt in 2014 in aanmerking voor de willekeurige afschrijving milieu-investeringen
indien de Nederlandse autoriteiten een goedkeuring voor het verlenen van deze staatssteun
hebben ontvangen van de Europese Commissie, deze goedkeuring is ingegaan en er wordt
voldaan aan de in de goedkeuring eventueel gestelde voorwaarden.
Toelichting: Het certificatieschema Maatlat Duurzame Veehouderij en Aquacultuur ligt
ter inzage in de bibliotheek van het Ministerie van Infrastructuur en Milieu. Het
certificatieschema is ook te downloaden via www.maatlatduurzameveehouderij.nl. Op
deze site zijn tevens de vigerende criteria, beoordelingsrichtlijnen en aanvullende
besluiten te vinden.
B 2299
Ondergrondse kadaverkoeling met natuurlijk koudemiddel
Landbouwapparatuur
[Regeling vervallen per 01-01-2019]
A 2310
Teeltsysteem voor volle grondgewassen in de open lucht
-
a. bestemd voor: het in de open lucht in teeltgoten telen van gewassen, die normaliter
geteeld worden in de volle grond, waarbij nutriënten en gewasbeschermingsmiddelen
niet uitspoelen naar het grond- en oppervlaktewater,
-
b. bestaande uit: een teeltsysteem, een water- en mestgiftsysteem, een waterrecirculatiesysteem
en een regen- en/of drainwateropvang.
Toelichting: Onder A 2310 komen alleen teeltsystemen in de open lucht in aanmerking.
Teeltsystemen onder glas komen niet in aanmerking.
B 2311
Productieapparatuur voor zilte teelt
-
a. bestemd voor: het telen van zilte gewassen zonder dat gebruik gemaakt wordt van bestrijdingsmiddelen
en andere chemische toevoegingen, en waarbij de zilte teelt is toegestaan volgens
de vigerende milieuvergunning of omgevingsvergunning voor een activiteit als bedoeld
in artikel 2.1, eerste lid, onder e, van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht,
-
b. bestaande uit: (aanpassing van) productieapparatuur die noodzakelijk is voor de teelt
van zilte gewassen.
D 2320
GPS-nauwkeurig buienverwachtingssysteem
-
a. bestemd voor: het doen van plantenziektenkundig relevante waarnemingen van klimatologische
aard op een land- of tuinbouwbedrijf,
-
b. bestaande uit: een GPS-nauwkeurig buienverwachtingssysteem, lichtsensoren, temperatuursensoren,
een elektronische verwerkings- en registratie-installatie, een sturingsinstallatie
en (eventueel) plantsensoren.
F 2321
Spuitmachine voor plaatsspecifiek toedienen van gewasbeschermings- of loofdodingsmiddelen
met driftbeperkend of middelbesparend systeem
-
a. bestemd voor: het zodanig toedienen van gewasbeschermings- of loofdodingsmiddelen
aan landbouwgewassen dat rekening wordt gehouden met de plaatselijke omstandigheden
door meting van de in het gewas aanwezige onkruiddruk en/of ziektedruk, waarbij:
-
– de verkregen gegevens via elektronische koppeling in een GPS/GIS systeem met een afwijking
van ten hoogste 10 centimeter worden vastgelegd,
-
– vervolgens op basis van de vastgelegde gegevens (taakkaarten) de optimale hoeveelheid
door een regeleenheid wordt bepaald,
-
– de spuitinstallatie door een regeleenheid (taakkaarten) per sectie of per dop onafhankelijk
het middel aan het gewas toedient, en
-
– ten minste één van de onderstaande driftbeperkende of middelbesparende technieken
is toegepast:
-
1. een luchtondersteuningssysteem in combinatie met verlaagde spuitboom, waarbij de dopafstand
tussen het gewas en de spuitdoppen niet meer dan 30 centimeter bedraagt en waarbij
de afstand tussen de spuitdoppen niet meer dan 25 centimeter is,
-
2. een luchtondersteuningssysteem waarbij een luchtuitstroomsnelheid wordt bereikt van
meer dan 30 meter per seconde,
-
3. een sleepdoeksysteem,
-
4. een pulserende verneveling waarbij de druk aan de spuitmond tot ten minste 200 bar
kan oplopen, of
-
5. een automatische vul- en spoelfunctie waarbij bij het reinigen of vullen van de spuitinstallatie
de secties automatisch worden gesloten zodat er geen spuitvloeistof wordt verspoten
maar het spoelwater wordt opgevangen in de middelentank,
-
b. bestaande uit: een spuitmachine, (eventueel) meetapparatuur met GPS/GIS koppeling,
een GPS/GIS systeem, een regeleenheid voor optimale dosering, (eventueel) een ISObus
11783-systeem, (eventueel) een automatisch sectie-afsluitingssysteem met GPS/GIS koppeling,
een autopilot systeem, een aansluiting op GPS/GIS, een aanpassingssysteem en/of stuursysteem
voor de spuitinstallatie, (eventueel) een plantherkenningssysteem, (eventueel) onkruidsensoren,
een driftbeperkend systeem en een middelbesparend systeem.
Toelichting: Investeringen in alleen een middelbesparend of driftbeperkend systeem
of alleen een GPS/GIS systeem komen niet in aanmerking. Een afzonderlijk GPS/GIS systeem
kan worden gemeld onder E 2325.
A 2322
Apparatuur voor plaatsspecifiek verzorgen van landbouwgewassen
-
a. bestemd voor: het schoffelen, wieden of zodanig toedienen van meststoffen, gewasbeschermings-
of loofdodingsmiddelen, dat rekening wordt gehouden met de plaatselijke omstandigheden
door meting van de in de grond aanwezige voorraad meststoffen, of de in het gewas
aanwezige onkruid- of ziektedruk, waarbij:
-
– de verkregen gegevens via elektronische koppeling in een GPS/GIS-systeem met een afwijking
van ten hoogste 10 centimeter worden vastgelegd,
-
– vervolgens op basis van de vastgelegde gegevens (taakkaarten) de optimale hoeveelheid
door een regeleenheid wordt bepaald,
-
– ingeval van een spuitinstallatie door een regeleenheid (taakkaarten) per sectie of
per dop onafhankelijk het middel of de mest aan het gewas wordt toegediend, en
-
– ingeval van bemestingseenheden van kunstmeststrooiers:
-
1. door een regeleenheid (taakkaarten gebaseerd op grondmonsters) plaatsspecifiek meer
of minder mest wordt toegediend aan het gewas, of
-
2. overlap grotendeels voorkomen wordt doordat de strooier voorzien is van een automatische
variabele werkbreedte (taakkaarten gebaseerd op grondmonsters zijn in dit geval niet
nodig),
-
b. bestaande uit: een schoffel- of spuitmachine of bemestingsapparatuur, meetapparatuur
met GPS/GIS-koppeling, een GPS/GIS-systeem, een regeleenheid voor optimale dosering,
(eventueel) sensoren, (eventueel) een plantherkenningssysteem, (eventueel) een ISObus
11783-systeem, (eventueel) een automatisch sectieafsluitingssysteem met GPS/GIS-koppeling,
een autopilot systeem, (eventueel) schoffelapparatuur, (eventueel) spuitmachine, (eventueel)
bemestingsapparatuur en (eventueel) een sneltester voor stikstof.
Toelichting: Investeringen in alleen een middelbesparend of driftbeperkend systeem
of alleen een GPS/GIS systeem komen niet in aanmerking. Een afzonderlijk GPS/GIS systeem
kan worden gemeld onder E 2325.
D 2323
Monitoringssysteem voor plantactiviteit
-
a. bestemd voor: het systematisch waarnemen van plantactiviteit bij een land- of tuinbouwbedrijf,
waarop direct gestuurd wordt door de procescomputer bij het toedienen van water, meststoffen
of gewasbeschermingsmiddelen,
-
b. bestaande uit: een plantactiviteitssensor, een elektronisch verwerkings- en registratiesysteem,
(eventueel) andere plantsensoren, (eventueel) een infraroodcamera voor meting van
de gewastemperatuur en (eventueel) een fotosynthesemeter, exclusief de volgende onderdelen:
procescomputer en apparatuur voor het toedienen van water, meststoffen of gewasbeschermingsmiddelen.
B 2324
Plaatsspecifieke spuitmachine voor de volle grondteelt
-
a. bestemd voor: het, ter voorkoming van ziekten in teelten in de volle grond, plaatsspecifiek
bestrijden en voorkomen van onkruidgroei of het plaatsspecifiek toedienen van gewasbeschermingsmiddel
aan de plant, waarbij sensoren detecteren waar de plant of het onkruid staat, waarop
de spuitdoppen worden aangestuurd en waardoor alleen middel wordt toegediend waar
het onkruid of de plant staat,
-
b. bestaande uit: een spuitmachine, sensoren, spuitdoppen, een computer, een regeleenheid
en een sensorbesturing van de spuitboom.
Het bedrijfsmiddel komt voor ten hoogste 50% van het investeringsbedrag in aanmerking
voor de milieu-investeringsaftrek.
E 2325
GPS/GIS systeem voor precisielandbouw
-
a. bestemd voor: het recht rijden in land- of akkerbouwgewassen ter voorkoming van overlap,
waarbij het GPS/GIS systeem een afwijking heeft van ten hoogste 10 centimeter,
-
b. bestaande uit: een GPS/GIS systeem en een bedieningsterminal.
Toelichting: Plaatsspecifieke landbouwapparatuur met of zonder een driftbeperkend
of middelbesparend systeem op basis van een GPS/GIS systeem kan worden gemeld onder
F 2321 of A 2322.
B 2326
Sensor voor het meten van biomassa van landbouwgewassen
-
a. bestemd voor: het meten van de grootte van landbouwgewassen op basis van gewasreflectie
met een (na-)infrarood sensor op basis waarvan de hoeveelheid toe te dienen meststoffen,
gewasbeschermingsmiddelen of loofdodingsmiddelen direct wordt bepaald en toegediend
met een regeleenheid,
-
b. bestaande uit: een gewassensor, een montageset, een bedieningspaneel, een regeleenheid,
softwaremodules, aansluitkabels, een GPS/GIS systeem en (eventueel) een sneltester
voor stikstof, exclusief apparatuur voor het toedienen van meststoffen, gewasbeschermingsmiddelen
of loofdodingsmiddelen.
A 2327
Toedieningssysteem voor gewasbeschermingsmiddelen of meststoffen tijdens het zaaien
-
a. bestemd voor: het tijdens het zaaien van zaden in trays of perspotten toedienen van
gewasbeschermingsmiddelen of meststoffen exact op de plek waar het zaad wordt gezaaid,
waarbij gebruik gemaakt wordt van een op het tray- of perspottenformaat afgestemde
spuitboom met zeer nauwkeurige elektromagnetische ventielen,
-
b. bestaande uit: een spuitboom, elektromagnetische ventielen, een dripeenheid, een besturingseenheid,
een mengeenheid, voorraadvat(-en) en een magneetgekoppelde circulatiepomp, exclusief
de zaaimachine en de zaailijn.
A 2330
Boomgaardspuitmachine met variabele luchtondersteuning
-
a. bestemd voor: het in horizontale richting bespuiten van boomgaarden met een spuitmachine
die het gewasbeschermingsmiddel in de vorm van grote druppels het gewas inblaast en
die,
-
1. ten minste drie rijen in één werkgang behandelt en is uitgerust met een variabel luchtondersteuningssysteem
dat de juiste uitblaasrichting en -snelheid bepaalt op basis van door sensoren gemeten
windrichting en windsnelheid,
-
2. ten minste 2 rijen in één werkgang behandelt en is uitgerust met een luchtondersteuningssysteem,
reflectieschermen en een recirculatiesysteem voor het gewasbeschermingsmiddel dat
opgevangen wordt door de reflectieschermen, of
-
3. ten minste 95% driftreductie realiseert,
-
b. bestaande uit: een watertank, een blower, chassis, een drukpomp, venturidoppen of
sensoren voor het bepalen van windrichting en -snelheid of reflectieschermen en een
recirculatiesysteem voor het gewasbeschermingsmiddel.
B 2331
Mastspuit voor (laan-)bomenteelt
-
a. bestemd voor: het ter plaatse van de bladeren toedienen van gewasbeschermingsmiddel
aan bomen door een spuitmachine voorzien van een ventilator, driftarme spuitdoppen,
groensensoren en een mast die ten minste 5 meter hoog is,
-
b. bestaande uit: een spuitmachine, een ventilator, driftarme spuitdoppen, groensensoren
en een spuitmast.
B 2335
Insectenzuiger voor teelt in de buitenlucht
-
a. bestemd voor: het opzuigen en vernietigen van insecten in teeltgewassen, niet zijnde
asperges, door grote zuigmonden, nadat de insecten gedwongen zijn op te vliegen door
een luchtstroom in het gewas te blazen, ter voorkoming van het gebruik van gewasbeschermingsmiddelen
tegen plagen en insecten in open teelten,
-
b. bestaande uit: een getrokken machine welke insecten in gewassen opzuigt.
Toelichting: Dit bedrijfsmiddel komt alleen in aanmerking indien het wordt toegepast
bij open teelt van gewassen ofwel teelt in de buitenlucht.
A 2336
UV-gewasbeschermingsinstallatie
-
a. bestemd voor: het doden van plantpathogenen in grasvelden of land- en tuinbouwgewassen
door behandeling met UV-licht, ter beperking van het gebruik van chemische bestrijdingsmiddelen,
-
b. bestaande uit: een zelfrijdende, hangende of getrokken gewasbeschermingsinstallatie,
UV-lampen, voeding en meet- en regelapparatuur, exclusief het trekkend voertuig of
de rail.
E 2339
Hagelnetten voor de fruitteelt
-
a. bestemd voor: het verminderen van het gebruik en de verspreiding van chemische middelen
in de fruitteelt en het voorkomen van hagelschade aan fruit door toepassing van hagelnetten,
-
b. bestaande uit: hagelnetten en een ondersteuningsconstructie voor de hagelnetten.
Het bedrijfsmiddel komt voor 50% van het investeringsbedrag in aanmerking voor de
milieu-investeringsaftrek.
F 2340
Grondwaterpeilgestuurde drainage
-
a. bestemd voor: het reguleren van de afvoer van water in drainagesystemen in de landbouw
door opvang in een verzamelput met verstelbare overstort, waardoor verdroging, te
natte landbouwgrond en afspoeling van meststoffen wordt voorkomen,
-
b. bestaande uit: een verzameldrain en verzamelput met verstelbare overstort waarmee
de grondwaterstand in hoogte geregeld kan worden.
A 2341
Voorzieningen ter voorkoming van verontreinigingen door erfafspoeling bij een veehouderij
-
a. bestemd voor: het tegengaan van verontreinigingen door erfafspoelwater bij een veehouderij
zonder stal(ontwerp)certificaat MDV 5, 6, 7 of 8 door ten minste één van de volgende
investeringen:
-
1. een opvangput zonder overstort voor perssappen bij kuilvoerplaatsen waarbij geen ongezuiverde
lozing op het oppervlaktewater plaatsvindt,
-
2. een overkapping voor voeropslagen,
-
3. compartimentering van het erf, waardoor een volledige scheiding tussen afvalwater
en schoon hemelwater wordt bereikt, of
-
4. een veegmachine met opvangbak en een veegbreedte van ten minste 120 centimeter, voor
het bezemschoon maken van het erf,
-
b. bestaande uit: een opvangput of een overkapping voor een voeropslag of (her)inrichting
van het erf of een veegmachine met opvangbak, exclusief betonvloeren van mest- en
voedersilo's.
B 2345
Waterzuiveringsinstallatie voor (chemisch) verontreinigd afvalwater in de akkerbouw
of veehouderij
-
a. bestemd voor: het tegengaan van de emissie voor zover daarvoor geen verplichting bestaat
vanuit het bevoegd gezag of het Activiteitenbesluit milieubeheer, van:
-
1. chemische verontreinigingen in spoel- en afvalwater, of
-
2. perssappen of mestresten uit erfafspoelwater afkomstig uit de landbouw of veehouderij,
via spoelwaterlozing of erfafspoeling naar het oppervlaktewater door het zuiveren
van dit afvalwater met een biologisch filter,
-
b. bestaande uit: een waterzuiveringsinstallatie of een biologisch filter, een buffervat
en (eventueel) een helofytenfilter.
B 2346
(Waterzuiverings-)installatie voor chemisch verontreinigd spuiwater uit de fruit-,
witlofteelt of glastuinbouw
-
a. bestemd voor: het tegengaan van de emissie van (chemische) verontreinigingen, zoals
meststoffen en gewasbeschermingsmiddelen, afkomstig uit de fruit-, witlofteelt of
glastuinbouw, via drainwaterlozing, erfafspoeling, lozing van water uit een fruitsorteerinstallatie
of spoelwaterlozing naar het oppervlaktewater of het riool, voor zover daarvoor geen
wettelijke verplichting bestaat,
-
b. bestaande uit: apparatuur ter voorkoming van emissie van (chemische) verontreinigingen
of een waterzuiveringseenheid.
A 2350
Mechanische onkruidbestrijdingsmachine met plantherkenningssysteem of onkruidsensoren
-
a. bestemd voor: het mechanisch bestrijden van onkruid tussen de rijen van het gewas
met behulp van een plantherkenningssysteem of onkruidsensoren,
-
b. bestaande uit: een mechanische onkruidbestrijdingmachine met onkruidsensoren of een
plantherkenningssysteem, (eventueel) een autopilotsysteem en (eventueel) een klaverdoorzaaimodule.
A 2351
Intrarijwieder
-
a. bestemd voor: het mechanisch en/of pneumatisch bestrijden van onkruid zowel tussen
als in de rijen van het gewas,
-
b. bestaande uit: een intrarijwieder met een mechanisch en/of pneumatisch onkruidbestrijdingssysteem,
(eventueel) onkruidsensoren en (eventueel) een plantherkenningssysteem.
D 2352
Aardappellooftrekker
-
a. bestemd voor: het mechanisch verwijderen van aardappelloof door een looftrekker met
een werkbreedte van ten minste 1,5 meter,
-
b. bestaande uit: een aardappellooftrekker, (eventueel) een aardappelhaarwortelsnijmachine
en (eventueel) een rijafhankelijke elektronische diepteregeling.
E 2353
Aardappelloofbrander
-
a. bestemd voor: het thermisch verwijderen van aardappelloof,
-
b. bestaande uit: een aardappelloofbrander en (eventueel) een aardappelhaarwortelsnijmachine.
E 2354
Brander voor loofverwijdering
-
a. bestemd voor: het bestrijden van onkruid en ziektekiemen door vuur of warmtestraling,
-
b. bestaande uit: een gasfles, een gasbrander en edelstaalreflectoren, een draagbok en
een gascontainer.
B 2359
Potafdekinstallatie
-
a. bestemd voor: het in de boom-, vaste planten- of sierteelt tegengaan van de groei
van onkruid in de potten, door het machinaal strooien van een afdeklaag bestaande
uit los organisch materiaal op de bovenzijde van het substraat,
-
b. bestaande uit: een elevator, een doseersysteem, transportbanden en een trilsysteem.
D 2360
Doseereenheid voor de vloeibare fractie van mest
-
a. bestemd voor: het gelijktijdig met het zaaien, poten, planten, frezen, schoffelen
of aanaarden gedoseerd toedienen van de vloeibare fractie die rest na de verwerking
van dierlijke meststoffen, in de grond vlakbij het zaad, de knol of het plantje,
-
b. bestaande uit: een geheel van een volume-regeleenheid, een tank, een zuigslang, een
verdeelstuk, doseerslangen, een aangepaste injectiekouter of -tand en een slangenpompset
of een membraan-, een centrifugaal- of een tandwielpomp, waarbij sleepslangdoseersystemen,
sleepslang- en zodenbemesters niet in aanmerking komen voor de milieu-investeringsaftrek.
D 2361
Fertigatiesysteem
-
a. bestemd voor: het gereguleerd doseren van water, meststoffen en eventueel gewasbeschermingsmiddelen
aan gewassen in de volle grondteelt, niet zijnde glastuinbouw, ter voorkoming van
uitspoeling,
-
b. bestaande uit: vochtmeetapparatuur, (eventueel) een lichtmeter, (eventueel) apparatuur
voor het bepalen van het mineralengehalte, een regeleenheid en een waterafgiftesysteem.
E 2362
Rijenbemestingseenheid
-
a. bestemd voor:
-
1. de rijenbemesting in de teelt van fruit of boomkwekerijgewassen in de volle grond,
of
-
2. nauwkeurige rijenbemesting van teelt in de volle grond, waarbij geen meststoffen op
de paden worden afgegeven,
-
b. bestaande uit:
-
1. met betrekking tot onderdeel a, onder 1, een voorraadbak, een mechanische of hydraulische
aandrijving, een strooi-inrichting en een verdeelmechanisme,
-
2. met betrekking tot onderdeel a, onder 2, een voorraadbak, een mechanische, pneumatische
of hydraulische aandrijving en een strooi-inrichting met zijwaarts begrensde uitstroomopeningen
of een kunstmestgiftsysteem direct in de rij onder de planten, waarbij sleepslang-
en zodenbemesters niet in aanmerking komen voor milieu-investeringsaftrek.
Aquacultuur
[Regeling vervallen per 01-01-2019]
F 2410
Duurzame viskwekerij
-
a. bestemd voor: het kweken van vis in een viskwekerij, die voldoet aan de Maatlat Duurzame
Veehouderij en Aquacultuur 5, onderdeel MDA 5 – viskwekerijen, wat blijkt uit een
(ontwerp)certificaat MDA 5 dat voor de meldingsdatum is afgegeven door een door de
Raad voor Accreditatie hiervoor geaccrediteerde organisatie, en waarbij binnen twee
jaar na afgifte van het voorlopige certificaat een definitief certificaat wordt overgelegd,
dan wel binnen drie jaar een definitief certificaat wordt overgelegd volgens de dan
vigerende Maatlat Duurzame Veehouderij en Aquacultuur en de bijbehorende criteria,
beoordelingsrichtlijnen en aanvullende besluiten,
-
b. bestaande uit: een viskwekerij, exclusief de ruimten bedoeld voor het personeel.
Toelichting: Het certificatieschema Maatlat Duurzame Veehouderij en Aquacultuur ligt
ter inzage in de Bibliotheek van het Ministerie van Infrastructuur en Milieu. Het
certificatieschema is ook te downloaden via www.maatlatduurzameaquacultuur.nl. Op
deze site zijn tevens vigerende criteria, beoordelingsrichtlijnen en aanvullende besluiten
te vinden.
F 2411
Duurzame pootviskwekerij
-
a. bestemd voor: het opkweken van pootvis in een viskwekerij, die voldoet aan de eisen
van de Maatlat Duurzame Veehouderij en Aquacultuur 5, onderdeel MDA 5 – viskwekerijen
en de bijbehorende criteria, beoordelingsrichtlijnen en aanvullende besluiten, en
waarbij pootvis verkregen wordt van gekweekte ouderdieren,
-
b. bestaande uit: een viskwekerij, exclusief de ruimten bedoeld voor het personeel.
Toelichting: Het certificatieschema Maatlat Duurzame Veehouderij en Aquacultuur ligt
ter inzage in de Bibliotheek van het Ministerie van Infrastructuur en Milieu. Het
certificatieschema is ook te downloaden via www.maatlatduurzameaquacultuur.nl. Op
deze site zijn tevens vigerende criteria, beoordelingsrichtlijnen en aanvullende besluiten
te vinden.
F 2420
Schaal- en schelpdierbroedinstallatie
-
a. bestemd voor: het broeden en opkweken van gebiedseigen schaal- en schelpdieren als
kokkel, oester of mosselzaad uit ouderdieren in een nagenoeg gesloten waterrecirculatiesysteem
met een maximum verversingsgraad van 0,5% van het dagelijks debiet, waarbij het verstrekte
voer gekweekt wordt,
-
b. bestaande uit: een broedinstallatie en een voerkweeksysteem.
F 2421
Schaal- of schelpdierkwekerij
-
a. bestemd voor: het kweken van schelp- of schaaldieren in een nagenoeg gesloten waterrecirculatiesysteem
met een verversing van ten hoogste 0,5% van het dagelijks debiet, waarbij de juveniele
schelp- of schaaldieren worden verkregen van gekweekte ouderdieren en waarbij het
verstrekte voer gekweekt wordt of afkomstig is van een MSC-gecertificeerde bron,
-
b. bestaande uit: kweekbassins, filtratie- en zuiveringsunit(s), recirculatievoorzieningen
en een voerkweeksysteem.
Toelichting: MSC staat voor Marine Stewardship Council. MSC is een internationaal
keurmerk voor duurzame visserij. Meer informatie is te vinden op www.msc.org.
Visserij
[Regeling vervallen per 01-01-2019]
F 2510
Akoestische afschrikkingsapparatuur aan visnetten
-
a. bestemd voor: het ter vermijding van bijvangst verdrijven van walvisachtigen door
aan visnetten bevestigde apparatuur die ultrasoon geluid produceert met een variabele
pulssnelheid, voor zover die visnetten niet genoemd zijn in bijlage I van Verordening
(EG) nr. 812/2004 van de Raad van 26 april 2004 tot vaststelling van maatregelen betreffende
de bijvangsten van walvisachtigen bij de visserij en tot wijziging van Verordening
(EG) nr. 88/98 (PbEU 2004, L150/13),
-
b. bestaande uit: akoestische afschrikkingsapparatuur.
B 2511
Zegenvisinstallatie op een bestaand visserijschip
-
a. bestemd voor: het verminderen van bijvangst en schade aan de bodem door het gebruik
van Deense of Schotse zegennetten of soortgelijk vistuig op een bestaand visserijschip,
waarbij de bestaande boomkorinstallatie wordt verwijderd. Dat met het betreffende
schip met Deense of Schotse zegennetten of soortgelijk vistuig wordt gevist en niet
meer met boomkor, blijkt uit het vigerend speciaal visdocument dat de Minister van
Economische Zaken voor het schip heeft afgegeven,
-
b. bestaande uit: (aanpassing van de) sleepinstallatie voor zegennetten of soortgelijk
vistuig, zegennetten of soortgelijk vistuig, scheerborden en het verwijderen van de
boomkorinstallatie, waarbij pulskorvisinstallaties en hydrorig-vleugelinstallaties
niet in aanmerking komen voor milieu-investeringsaftrek en willekeurige afschrijving
milieu-investeringen.
Toelichting: Investeringen in een pulskorvisinstallatie en een hydrorig-vleugelinstallatie
kunnen worden gemeld voor energie-investeringsaftrek.
F 2515
Overlevingsbak voor bijvangst in de aal- of garnalenvisserij met verbeterde terugvoer
-
a. bestemd voor: het ter verhoging van de overlevingskans van bijvangst in de aal- of
garnalenvisserij, opvangen en automatisch sorteren van de bijvangst in een overlevingsbak,
waarna terugvoer van de bijvangst plaatsvindt door een diep in het water stekende
buis, en waarbij de werking van het systeem is aangetoond door een relevante en erkende
onderzoeksorganisatie,
-
b. bestaande uit: een opvangbak met sorteervoorziening en een terugvoersysteem.
A 2520
Roestvrijstalen dipkoeltank voor schaaldieren op een vissersschip
-
a. bestemd voor: het aan boord van een vissersschip conserveren van schaaldieren door
een vast opgesteld, luchtdicht afsluitbaar roestvrijstalen vat, waarin SC-20 als conserveringsmiddel
wordt gebruikt, ter vervanging van dipkoeling met natriumbisulfiet of een derivaat
daarvan,
-
b. bestaande uit: luchtdicht afsluitbaar roestvrijstalen vat.
Verwerkingsapparatuur voor agrarische producten
[Regeling vervallen per 01-01-2019]
F 2610
Apparatuur voor het vervaardigen van vleesvervangers
-
a. bestemd voor: het vervaardigen van vleesvervangers op basis van plantaardige grondstoffen
of (grondstoffen uit) schimmels, waarbij wordt voldaan aan de voorwaarden, genoemd
onder punt 7 van paragraaf 1 van deze bijlage,
-
b. bestaande uit: productieapparatuur voor vleesvervangers.
Toelichting: Dit is een zogenoemd generiek bedrijfsmiddel. Informatie over generieke
bedrijfsmiddelen en de bijbehorende meerkostenberekening, bedoeld onder punt 7 van
paragraaf 1 van deze bijlage, is te vinden op: www.agentschapnl.nl/miavamil onder
‘Onderwerpen toegelicht’ en vervolgens ‘Generieke bedrijfsmiddelen’. Het advies luidt
voorafgaand aan een melding de MIA/Vamil-helpdesk te bellen voor overleg. De voorwaarden
waaronder een investering kan voldoen, worden desgewenst schriftelijk bevestigd.
A 2611
Verwerkingsapparatuur voor lokale verwerking van biologische landbouwproducten, fruit,
gekweekte vis, schaal- of schelpdieren
-
a. bestemd voor: het verwerken van zelf gekweekte primaire biologische landbouwproducten,
fruit, vis, schaal- of schelpdieren, of reststromen daarvan, tot een (half)product
volgens het Landbouwkwaliteitsbesluit 2007, wat blijkt uit een certificaat Biologische Productie Nederland van Skal voor de
betreffende verwerking, waarbij:
-
– de verwerking plaatsvindt op de locatie van het eigen bedrijf waar de primaire landbouwproducten
worden geproduceerd, en
-
– de verwerkingsapparatuur voor ten minste 80% wordt gebruikt voor de productie van
een (half)product volgens het Landbouwkwaliteitsbesluit 2007,
-
b. bestaande uit: (aanpassen van) verwerkingsapparatuur en -voorzieningen, exclusief
gebouwen en exclusief mobiele machines.
Toelichting: Met landbouwproducten worden alle dierlijke en plantaardige producten
bedoeld, dus ook het kweken van bomen, struiken en niet-eetbare gewassen. Informatie
over het Landbouwkwaliteitsbesluit 2007 is te vinden op www.skal.nl. Op basis van de verwerkingscijfers van het eerste halfjaar
wordt vastgesteld of aan de gestelde norm wordt voldaan.
B 2615
Volautomatische optische aardappelsorteerinstallatie
-
a. bestemd voor: het met een camerasysteem automatisch sorteren van aardappelen, zodat
er qua vorm, maat en kwaliteit, uniforme partijen aardappelen worden verkregen, waardoor
uitval van partijen nagenoeg voorkomen wordt en waarbij sortering op ten minste diameter,
vierkantsmaat, knolvorm, beschadigingen, groeiafwijkingen en ziekten plaatsvindt,
-
b. bestaande uit: in-, door- en uitvoerbanden, een verenkelings- en rotatiesysteem met
trillende axiaalrollen, een kleuren- en infraroodcamera, een Led-belichtingssysteem,
een besturingscomputer met classificatie- en sorteersoftware en een persluchtsysteem
waarmee aardappelen bij de juiste sorteeruitgang worden geblazen en sorteeruitgangen.
F 2620
Hoge druk pasteurisatie-installatie voor conservering van verse levensmiddelen
-
a. bestemd voor: het gedurende enkele minuten onder hoge druk (400 – 600 MPa) pasteuriseren
van verse levensmiddelen bij kamertemperatuur waardoor de houdbaarheid verlengd wordt,
-
b. bestaande uit: een hoge drukvat, een juk, een systeem om het vat op druk te brengen,
een systeem voor het laden en lossen en een regeleenheid.
Toelichting: Deze conserveringstechniek wordt ook High Pressure Processing (HPP) genoemd.
A 2621
Heetwaterinstallatie voor fruitbehandeling
-
a. bestemd voor: het uitsluitend met water bestrijden van vruchtrot bij hardfruit, zonder
gebruik te maken van chemische toevoegingen, door het fruit voor bewaring enkele minuten
in aanraking te brengen met water met een temperatuur van circa 50°C,
-
b. bestaande uit: een watertank, een verwarmingselement en regelapparatuur.
A 2630
Apparatuur voor het actief verpakken van groenten of fruit
-
a. bestemd voor: het verpakken van groenten of fruit, waarbij per productsoort de gasbarrière-eigenschappen
van de gebruikte plastic folie online tijdens het verpakken kan worden ingesteld door
gaatjes in de folie te schieten met een laser, waarbij het aantal en de grootte van
de gaatjes wordt bepaald na meting van de actuele respiratie van het te verpakken
product,
-
b. bestaande uit: een laserperforatiesysteem en een respiratiemeter, exclusief de overige
onderdelen van de verpakkingslijn.
F 2650
Mestverwerkingsinstallatie met terugwinning van fosfaat en stikstof
-
a. bestemd voor: het verwerken van mest, waarbij:
-
– fosfaat- en stikstofhoudende concentraten uit de mest worden gescheiden en nuttig
toegepast,
-
– de waterige fractie wordt hergebruikt of geloosd op het oppervlaktewater of het riool,
-
– geen covergistingsproducten worden toegevoegd als er een mestvergistingsinstallatie
wordt toegepast, en
-
– wordt voldaan aan de voorwaarden, genoemd onder punt 7 van paragraaf 1 van deze bijlage,
-
b. bestaande uit: apparatuur voor het verwerken van mest.
Toelichting: Dit is een zogenoemd generiek bedrijfsmiddel. Informatie over generieke
bedrijfsmiddelen en de bijbehorende meerkostenberekening, bedoeld onder punt 7 van
paragraaf 1 van deze bijlage, is te vinden op: www.agentschapnl.nl/miavamil onder
‘Onderwerpen toegelicht’ en vervolgens ‘Generieke bedrijfsmiddelen’. Het advies luidt
voorafgaand aan een melding de MIA/Vamil-helpdesk te bellen voor overleg. De voorwaarden
waaronder een investering kan voldoen, worden desgewenst schriftelijk bevestigd.
Alleen scheiding van mest door bijvoorbeeld een schroefpers of een decanter is niet
voldoende om in aanmerking te komen. Ook na vergisting is een nageschakelde techniek
voor verdere verwerking van de mest nodig om in aanmerking te komen.
Onder de dunne fractie wordt het stikstofhoudend concentraat verstaan. De waterige
fractie behoort niet tot de dunne fractie. De waterige fractie is na verwerking getest
en moet loosbaar zijn op het oppervlaktewater of op het riool. De dikke fractie is
het fosfaathoudend concentraat.
A 2651
Scheidings- en composteerinstallatie voor de dikke fractie van (drijf)mest
-
a. bestemd voor: het scheiden en composteren van de dikke fractie van (drijf)mest, waarbij:
-
– de (drijf)mest wordt gehygiëniseerd of gevalideerd waardoor de in de mest aanwezige
ziektekiemen aantoonbaar worden vernietigd,
-
– het restproduct van de installatie wordt gebruikt als strooisel,
-
– de compostering plaatsvindt in een gesloten installatie,
-
– de ammoniakemissie van de installatie naar de omgeving wordt gereduceerd met een luchtwasser,
en
-
– de geuremissie op bedrijfsniveau aantoonbaar niet toeneemt,
-
b. bestaande uit: een mestscheider, een gesloten composteerinstallatie en een luchtwasser,
exclusief opslagvoorzieningen voor mest of strooisel.
Toelichting: Hygiënisatie van mest is gedurende een periode van minimaal een uur ver
warmen van de mest tot een temperatuur van ten minste 70°C.
Bij validatie van mest worden de ziektekiemen gedood door een combinatie van een variabele
verblijftijd en variabele temperatuur, bijvoorbeeld 10 uur verwarmen van de mest tot
een temperatuur van rond de 60°C.
Per aangeschaft apparaat dient een validatierapport, waaruit blijkt dat de ziektekiemen
na compostering vernietigd zijn, overgelegd te worden. Dit rapport dient te worden
opgesteld door een gerenommeerd bedrijf.
A 2652
Scheidings- en verdampingsinstallatie voor varkensmest
-
a. bestemd voor: het scheiden van mest en het verdampen van de dunne fractie van varkensmest
met warme stallucht en zonne-energie, waarbij:
-
– de uitgaande stallucht na gebruik in het verdampingsproces met een luchtwasser wordt
gewassen,
-
– de fosfaat- en stikstofhoudende concentraten uit de mest nuttig worden aangewend,
-
– eventueel gevolgd door het maken van mestkorrels met het oog op een betere afzetbaarheid
van de mest, en
-
– de geuremissie op bedrijfsniveau aantoonbaar niet toeneemt,
-
b. bestaande uit: een mestscheider, een verdampingsinstallatie, een zonnecollectorsysteem,
een luchtwasser, pompen, een besturingskast, (eventueel) een persinstallatie met toevoerbanden
en (eventueel) een opzakinstallatie, exclusief opslagvoorzieningen voor mest en strooisel.
A 2690
Ozonoxidatie-installatie voor ontsmetting van (opslag)ruimten, lucht of producten
in de land- en tuinbouw
-
a. bestemd voor: het desinfecteren van lucht, een gesloten (opslag)ruimte of een product
door oxidatie met ozon, waardoor het gebruik van chemicaliën aantoonbaar wordt verminderd
of vermeden,
-
b. bestaande uit: een oxidatie-installatie, een ozongenerator, (eventueel) doseer- of
injectieapparatuur, (eventueel) een restozonabsorber of -vernietiger, (eventueel)
een besturingssysteem en (eventueel) meet- en regelapparatuur.
Toelichting: Een oxidatiereactor voor waterreiniging of legionellabestrijding kan
gemeld worden onder B 1545. Een oxidatiereactor voor luchtreiniging kan gemeld worden
onder E 4681.
Mobiliteit
[Regeling vervallen per 01-01-2019]
Transportpreventie, stille, schone en zuinige transportmiddelen, mobiele werktuigen,
distributie van alternatieve brandstoffen
Transportpreventie
[Regeling vervallen per 01-01-2019]
F 3050
Modulair bouwsysteem ter vermindering van woon-werkverkeer
-
a. bestemd voor: het verminderen van woon-werkverkeer door het faciliteren van een kantoorwerkomgeving
bij werknemers thuis met een modulair bouwsysteem buitenshuis,
-
b. bestaande uit: een modulair bouwsysteem, (eventueel) een PV-systeem, (eventueel) een
zonnewarmtesysteem, (eventueel) een vegetatiedak, (eventueel) een gevelbegroeiingssysteem,
(eventueel) ICT-aansluitvoorzieningen en (eventueel) domotica-voorzieningen, exclusief
kantoormeubilair.
Toelichting: Investeringen in woonhuizen komen op grond van paragraaf 1, onder 9,
van deze bijlage niet in aanmerking voor milieu-investeringsaftrek en willekeurige
afschrijving milieu-investeringen. Overleg met uw belastinginspecteur of een modulair
bouwsysteem dat buitenshuis wordt geplaatst bij werknemers als (onderdeel van) een
woonhuis wordt gezien.
Wegvervoer
[Regeling vervallen per 01-01-2019]
G 3110
Uitsluitend elektrisch aangedreven voertuig
-
a. bestemd voor: vervoer over de openbare weg of op bedrijfsterreinen in de open lucht
en dat is voorzien van een lithiumhoudende accu voor de opslag van energie voor de
aandrijving, niet zijnde een fiets, bromfiets, snorfiets, gehandicaptenvoertuig, vorkheftruck
of een andere mobiele machine, tram of een metro, en dat voldoet aan de volgende eis:
-
1. voor een voertuig met kenteken geldt een CO2-uitstoot van 0 gram per kilometer, of
-
2. voor een voertuig zonder kenteken geldt een actieradius van ten minste 50 kilometer
op een volle accu,
-
b. bestaande uit: een uitsluitend elektrisch aangedreven voertuig, (eventueel) een vast
aan het voertuig verbonden zonnepaneel en (eventueel) een oplaadstation.
Het bedrijfsmiddel komt voor ten hoogste € 50.000 van het investeringsbedrag in aanmerking
voor de milieu-investeringsaftrek.
Toelichting: Onder G 3110 kunnen worden gemeld alle volledig elektrische personen-
en bedrijfsauto's met een CO2-uitstoot van 0 gram CO2 per kilometer. Plugin-hybride personenauto's met een CO2-uitstoot van meer dan nul en ten hoogste 30 gram CO2 per kilometer kunnen worden gemeld onder D 3111. Plugin-hybride personenauto's met
een CO2-uitstoot van meer dan 30 en ten hoogste 50 gram CO2 per kilometer kunnen worden gemeld onder E 3112. Elektrische of hybride mobiele machines
kunnen worden gemeld onder F 3410. Oplaadpalen kunnen worden gemeld onder F 3720.
D 3111
Plugin-hybride personenauto (> 0 – 30 gram CO2 per kilometer)
-
a. bestemd voor: personenvervoer over de openbare weg of op bedrijfsterreinen in de open
lucht en die is voorzien van een kenteken, een elektrische aandrijving, een verbrandingsmotor
en een lithiumhoudende accu voor de opslag van energie voor de aandrijving, niet zijnde
een fiets, bromfiets, snorfiets, gehandicaptenvoertuig, vorkheftruck of een andere
mobiele machine, tram of een metro, en die een CO2-uitstoot heeft van meer dan 0 en ten hoogste 30 gram CO2 per kilometer,
-
b. bestaande uit: een personenauto en (eventueel) een oplaadstation.
Het bedrijfsmiddel komt voor ten hoogste € 35.000 van het investeringsbedrag in aanmerking
voor de milieu-investeringsaftrek.
Toelichting: Elektrische auto's waarvan de CO2-uitstoot 0 gram CO2 per kilometer is, kunnen worden gemeld onder G 3110. Plugin-hybride auto’s met een
CO2-uitstoot van meer dan 30 en ten hoogste 50 gram CO2 per kilometer kunnen worden gemeld onder E 3112.
E 3112
Plugin-hybride personenauto (> 30 – 50 gram CO2 per kilometer)
-
a. bestemd voor: personenvervoer over de openbare weg of op bedrijfsterreinen in de open
lucht en die is voorzien van een kenteken, een elektrische aandrijving, een verbrandingsmotor
en een lithiumhoudende accu voor de opslag van energie voor de aandrijving, niet zijnde
een fiets, bromfiets, snorfiets, gehandicaptenvoertuig, vorkheftruck of een andere
mobiele machine, tram of een metro, en die een CO2-uitstoot heeft van meer dan 30 en ten hoogste 50 gram CO2 per kilometer,
-
b. bestaande uit: een personenauto en (eventueel) een oplaadstation.
Het bedrijfsmiddel komt voor ten hoogste € 12.500 van het investeringsbedrag in aanmerking
voor de milieu-investeringsaftrek.
Toelichting: Elektrische auto's waarvan de CO2-uitstoot 0 gram CO2 per kilometer is, kunnen worden gemeld onder G 3110. Plugin-hybride auto’s met een
CO2-uitstoot van meer dan 0 en ten hoogste 30 gram CO2 per kilometer kunnen worden gemeld onder D 3111.
E 3113
Aardgasauto voor zakelijk vervoer
-
a. bestemd voor: het vervoer van goederen of personen over de openbare weg met een voertuig,
niet zijnde een voertuig waarvoor in het kentekenregister de vermelding van de Europese
voertuigcategorie N1 dan wel de vermelding ‘taxi’ is opgenomen met een aardgasmotor
als hoofdmotor, met een CO2-uitstoot van meer dan 50 gram per kilometer, waarbij onder aardgas ook wordt verstaan
biogas dat tot aardgaskwaliteit of beter is opgewerkt,
-
b. bestaande uit: een door een aardgasmotor aangedreven voertuig.
Het bedrijfsmiddel komt voor 50% van het investeringsbedrag in aanmerking voor de
milieu-investeringsaftrek.
Toelichting: Aardgasaflever- of aardgasvulpunten kunnen worden gemeld onder G 3740.
B 3118
Elektrisch aangedreven brom- of snorfiets met lithiumhoudende accu
-
a. bestemd voor: het vervoer over de openbare weg of op bedrijfsterreinen in de open
lucht, met een gekentekende brom- of snorfiets, voorzien van een elektromotor als
hoofdmotor, waarbij de elektrische energie, waarmee de elektromotor wordt aangedreven,
is opgeslagen in één of meer lithiumhoudende accu’s,
-
b. bestaande uit: een elektrisch aangedreven bromfiets of snorfiets met één of meer lithiumhoudende
accu’s, (eventueel) een oplaadstation, en (eventueel) een vast aan het voertuig verbonden
zonnepaneel.
Het bedrijfsmiddel komt voor ten hoogste 50% van het investeringsbedrag in aanmerking
voor milieu-investeringsaftrek en willekeurige afschrijving milieu-investeringen.
F 3119
Fiets met overkapping en trapondersteuning
-
a. bestemd voor: het vervoer van personen of goederen over de openbare weg of op bedrijfsterreinen
in de open lucht met een fiets,
-
– die is voorzien van elektrische trapondersteuning,
-
– die is voorzien van een carrosserie of overkapping van niet-flexibel materiaal, die
ten minste de berijder overdekt, en
-
– waarbij de elektrische energie is opgeslagen in één of meer lithiumhoudende accu's,
-
b. bestaande uit: fiets met overkapping en trapondersteuning, (eventueel) oplaadstation,
één of meer lithiumhoudende accu's en (eventueel) een vast aan het voertuig verbonden
zonnepaneel.
A 3120
Lithiumhoudende accu voor elektrische vervoermiddelen of mobiele werktuigen
A 3130
Systeem voor adaptieve cruise control voor vrachtverkeer
-
a. bestemd voor: het bij vervoer van goederen met een vrachtwagen automatisch constant
houden van de snelheid, dan wel automatisch aanpassen van de snelheid, zodat de afstand
tot de voorligger gelijk blijft, waardoor het brandstofverbruik en de luchtzijdige
emissies worden verminderd,
-
b. bestaande uit: een systeem voor adaptieve cruise control.
F 3135
Bandenpomp
-
a. bestemd voor: het oppompen van banden van motorvoertuigen bij tankstations of parkeerplaatsen,
waarbij de band via sensorgestuurde elektronica altijd op de juiste spanning wordt
gebracht, waarbij rekening wordt gehouden met de temperatuur van de banden, het soort
banden (zomer- of winterbanden) en de buitentemperatuur, en bovendien de gebruiker
inzicht krijgt in de vermoedelijke brandstofbesparing, waardoor het brandstofverbruik
en de luchtzijdige emissies worden verminderd,
-
b. bestaande uit: een bandenpomp en (eventueel) een zonnepaneel.
D 3150
Rijsimulator
-
a. bestemd voor: het lesgeven in rijvaardigheid door autorijscholen met een rijsimulator,
-
b. bestaande uit: een rijsimulator, bedieningsmiddelen, LCD-projectoren en een computer.
A 3160
Brandstofreinigingssysteem
-
a. bestemd voor: het reinigen van in een tank opslagen brandstof, waarbij water en bezinksel
wordt verwijderd, bij:
-
1. een tankstation voor de verkoop van brandstoffen, of
-
2. een thuistankinstallatie, waar per jaar vanuit de tank minder dan 100.000 liter wordt
afgeleverd,
-
b. bestaande uit: een ontwateringseenheid, een pomp, een grof- en een fijnfilter.
A 3170
Bakwagen of trekker met gereduceerd aandrijfgeluid (Quiet Truck)
-
a. zijnde: een bakwagen of een trekker, die behoort tot voertuigcategorie N2 of N3 als
bedoeld in Richtlijn 2007/46/EG van het Europees Parlement en de Raad van 5 september
2007 tot vaststelling van een kader voor de goedkeuring van motorvoertuigen en aanhangwagens
daarvan en van systemen, onderdelen en technische eenheden die voor dergelijke voertuigen
zijn bestemd (PbEU 2007, L 263), met:
-
– een aandrijfgeluid van ten hoogste 72 dB(A),
-
– een motor die voldoet aan de Euro VI-eisen, als bedoeld in Verordening (EG) nr. 595/2009
van het Europees Parlement en de Raad van 18 juni 2009 betreffende de typegoedkeuring
van motorvoertuigen en motoren met betrekking tot emissies van zware bedrijfsvoertuigen
(Euro VI) en de toegang tot reparatie- en onderhoudsinformatie, tot wijziging van
Verordening (EG) nr. 715/2007 en Richtlijn 2007/46/EG en tot intrekking van de Richtlijnen
80/1269/EEG, 2005/55/EG en 2005/78/EG (PbEU 2009, L 188) en Verordening (EU) nr. 582/2011
van de Europese Commissie van 25 mei 2011 tot uitvoering en wijziging van Verordening
(EG) nr. 595/2009 van het Europees Parlement en de Raad met betrekking tot emissies
van zware bedrijfsvoertuigen (Euro VI) en tot wijziging van de bijlagen I en III bij
Richtlijn 2007/46/EG van het Europees Parlement en de Raad (PbEU 2011, L 167), en
-
– waarvoor een QuietTRUCK-certificaat van Piek-Keur is afgegeven,
-
b. bestaande uit: een bakwagen of trekker.
Toelichting: Elektrisch aangedreven bakwagens of trekkers kunnen worden gemeld onder
G 3110. LNG of CNG aangedreven trekkers kunnen in aanmerking komen, mits zij voldoen
aan de gestelde eisen.
A 3171
Geluidarme opbouw voor een gekoelde aanhanger, bakwagen, bestelwagen of oplegger
-
a. bestemd voor: het verminderen van piekniveau's tijdens het laden en lossen in de bebouwde
omgeving door een aanhanger, bakwagen, bestelwagen of oplegger:
-
– met een cryogene koelinstallatie of een door de voertuigmotor aangedreven koelinstallatie,
op basis van natuurlijke, halogeenvrije koudemiddelen,
-
– waarbij de opbouw inclusief koelinstallatie voldoet aan het geluiddrukniveau LpA(7,5m) ten hoogste 60 dB(A) bedraagt, gemeten volgens de Meetmethode voor piekgeluiden bij
laden en lossen, rapport TNO rapport MON-RPT-2010-00466 van 18 februari 2010 opgesteld
door TNO, en
-
– waarbij het verreist geluidsdrukniveau wordt aangetoond door een Piekcertificaat indien
sprake is van een samengesteld voertuig of een vermelding op de Piek-Keur website
indien sprake is van een volledig gecertificeerd voertuig,
-
b. bestaande uit: een oplegger, een bestelwagen, een aanhanger of een opbouw voor een
bakwagen.
Toelichting: Een samengesteld voertuig voldoet als alle afzonderlijke componenten
zoals vloer en wanden, laadklep, topklep, roldeur of zijdeur Piek-gecertificeerd zijn.
Voor meer informatie zie www.piek-international.com.
A 3180
Halogeenvrij gekoeld bulktransport van LPG of toxische gassen per tankcontainer of
tankwagen
-
a. bestemd voor: het bij calamiteiten verminderen van de uitstroom van LPG of toxische
gassen uit bulktransporttanks van een tankwagen of een tankcontainer door omschakeling
van drukopslag naar gekoelde opslag met een passend halogeenvrij koelsysteem,
-
b. bestaande uit: een (verdampings-) koelsysteem.
A 3185
Deluge-sprinklersysteem voor losplaatsen van LPG-tankwagens bij tankstations
-
a. bestemd voor: het bestrijden van beginnende branden en het voorkomen van explosies
bij het lossen van LPG-tankwagens bij een tankstation door vroegtijdig en automatisch
blussen van de brand en koelen van de tankwagen, voor zover het sprinklersysteem niet
wettelijk verplicht is,
-
b. bestaande uit: een sprinklernetwerk, een delugeklep, een waterreservoir en een branddetectiesysteem
dat de delugeklep bedient.
F 3190
CO2- of N2-vulstation voor transportkoeling
-
a. bestemd voor: het afleveren van vloeibare CO2 of stikstof als koelmiddel van cryogene koelinstallaties van vrachtwagens of vaartuigen
voor transport van goederen, ter beperking van luchtzijdige emissies en geluidhinder,
-
b. bestaande uit: een afleverkast of -zuil, een pomp, een bufferopslag en een card reader.
Toelichting: Installaties voor het vullen van stationaire installaties met CO2 of stikstof komen niet in aanmerking.
F 3191
Voertuig met koeling op zonnecellen
-
a. bestemd voor: het geconditioneerd vervoeren van goederen in een bestelauto, vrachtauto
of oplegger, die is voorzien van een koeling die van energie wordt voorzien door zonnecellen
en werkt op basis van natuurlijke, halogeenvrije koudemiddelen, waardoor het brandstofverbruik
en de luchtzijdige emissies worden verminderd,
-
b. bestaande uit: een bestelauto of een vrachtauto of een oplegger, een koelinstallatie
en zonnecellen.
F 3195
Onbemand, geautomatiseerd systeem voor het stallen en verhuren van fietsen
-
a. bestemd voor: het onbemand, automatisch uitgeven en innemen van verhuurfietsen of
betaald stallen van fietsen, ten behoeve van voor- en natransport van reizigers,
-
b. bestaande uit: een inname- en uitgiftesysteem, een elektronisch pasleessysteem, een
registratiesysteem, (eventueel) een accu-oplaadpunt, (eventueel) een transportmechanisme
en (eventueel) een locatiezuil.
Toelichting: Computergestuurde kluizen, boxen en standaarden met slotsysteem voor
fietsen komen ook in aanmerking voor milieu-investeringsaftrek en willekeurige afschrijving
milieu-investeringen.
Installaties voor vervoermiddelen en werktuigen
[Regeling vervallen per 01-01-2019]
F 3210
Brandstofcelsysteem voor mobiele werktuigen en transportmiddelen
-
a. bestemd voor: het in een mobiel werktuig of een transportmiddel opwekken van elektrische
energie met een vermogen van ten hoogste 1.000 kiloWatt waarbij de brandstof rechtstreeks
wordt omgezet in elektrische energie, die bijvoorbeeld wordt gebruikt voor de aandrijving
van transportmiddelen of in verkeersinformatiewagens,
-
b. bestaande uit: een systeem bestaande uit één of meer brandstofcellen en (eventueel)
een elektrisch aandrijfsysteem.
A 3220
Standtijdverlengingssysteem voor olie
-
a. bestemd voor: het zuiveren van hydraulische-, smeer- of systeemolie in een oliereinigingseenheid,
die gekoppeld is aan het systeem waarin de olie wordt gebruikt en waarbij de olie
vervolgens wordt hergebruikt in datzelfde systeem,
-
b. bestaande uit: een oliereinigingseenheid, een recirculatieleiding, (eventueel) een
buffervat en (eventueel) een koeleenheid.
A 3221
Smeeroliesysteem voor benzine- of dieselmotoren
-
a. bestemd voor: continue verversing en suppletie van smeerolie van benzine-of dieselmotoren
zodanig dat de periodieke algehele olieverversing achterwege kan blijven,
-
b. bestaande uit: een smeeroliesuppletietank, (eventueel) een continue oliepeilmeting,
meet- en regeleenheid en een doseringseenheid inclusief bijbehorende leidingen en
appendages.
A 3222
Automatisch smeersysteem
-
a. bestemd voor: het automatisch smeren van transportmiddelen en (mobiele) werktuigen,
waarmee wordt gewerkt boven een niet-vloeistofdichte ondergrond, met smeerolie of
smeervet dat biologisch afbreekbaar en niet-toxisch is,
-
b. bestaande uit: een pomp met vet- of oliereservoir, een elektronische regeleenheid
en een doseereenheid.
Toelichting: Voor informatie over bio-olie en biovet zie onder punt 6 van paragraaf
1 van deze bijlage. Meer informatie over bio-olie en biovet is ook te vinden op www.biosmeermiddelen.nl.
B 3240
Waterzuiveringsinstallatie voor vaar-, vlieg- en voertuigen
-
a. bestemd voor: het zuiveren en eventueel hergebruiken van aan boord van een vaar-,
vlieg- of voertuig ontstaan afvalwater van huishoudelijke aard of hiermee vergelijkbaar,
door een vast opgestelde niet-chemische of biologische afvalwaterzuiveringsinstallatie,
voor zover dit niet wettelijk verplicht is,
-
b. bestaande uit: een waterzuiveringsinstallatie, een opslagtank en (eventueel) een hergebruiksysteem.
B 3245
Watergenerator voor offshore, vaar- of voertuigen
-
a. bestemd voor: het onder atmosferische druk uit de omgevingslucht genereren van water
met drinkwaterkwaliteit in de offshore of aan boord van een vaar- of voertuig,
-
b. bestaande uit: een watergenerator.
D 3260
Gesloten roetfilter voor een werktuig
-
a. bestemd voor: het verwijderen van roetdeeltjes uit de uitlaatgassen van vast opgestelde
dieselmotoren en mobiele werktuigen voor grondverzet, landbouw en wegenbouw met een
roetfilter:
-
– met een verwijderingsrendement van ten minste 90%,
-
– dat voldoet aan de eisen van TRGS 554 of dat staat op de roetfilterlijst van VERT
(Verminderung der Emissionen von Real-Dieselmotoren im Tunnelbau) of BAFU (Bundesambt
für Umwelt) of op de typegoedkeuringslijst van de RDW (de Dienst Wegverkeer),
-
– waarvoor geen verplichting geldt volgens of krachtens de Arbeidsomstandighedenwet, en
-
– waarbij het filter niet is voorzien van een bypass-voorziening voor als het filter
vol is,
-
b. bestaande uit: een gesloten roetfilter.
Toelichting: De roetfilterlijsten van VERT en BAFU zijn te vinden op www.vert-certification.eu
en www.bafu.admin.ch.
A 3280
Hittewerende coating van transporttank voor brandbaar gas
-
a. bestemd voor: het verminderen van de kans op het bezwijken van de tankwand van een
transporttank voor brandbaar gas op een schip, een treinwagon, een tankcontainer of
een tankwagen, niet zijnde een LPG-tankwagen, door warmtestraling bij brand door de
wand van de transporttank van een hittewerende coating te voorzien,
-
b. bestaande uit: een hittewerende coating.
A 3285
Halogeenvrije gekoelde verlading van LPG of toxische gassen
-
a. bestemd voor: het bij calamiteiten verminderen van de uitstroom van LPG of toxische
gassen bij verladingsinstallaties door gekoeld verladen of verpompen, waarbij wordt
gekoeld met een passend halogeenvrij koelsysteem, eventueel gevolgd door opwarming
tot de gewenste transporttemperatuur door middel van verdamping,
-
b. bestaande uit: een (verdampings-) koelsysteem en een verdampingseenheid.
Scheepvaart
[Regeling vervallen per 01-01-2019]
F 3310
Duurzaam vaartuig
-
a. bestemd voor: het vervoer van goederen of personen over binnenwateren of voor het
bestrijden van calamiteiten op binnenwateren met een vaartuig, dat voldoet aan de
volgende criteria:
-
1. de romp voldoet aan de eisen van bedrijfsmiddel B 3330,
-
2. als het vaartuig een eigen energieopwekking of aandrijving heeft, is dit een duurzame
energieopwekking respectievelijk aandrijving als bedoeld in bedrijfsmiddel B 3320,
en
-
3. als op het vaartuig huishoudelijk afvalwater vrijkomt wordt dit opgevangen volgens
de eisen van bedrijfsmiddel B 3341 of behandeld in een installatie die voldoet aan
de eisen van bedrijfsmiddel B 3240,
-
b. bestaande uit: een vaartuig.
Het bedrijfsmiddel komt voor ten hoogste € 900.000 van het investeringsbedrag in aanmerking
voor de milieu-investeringsaftrek en willekeurige afschrijving milieu-investeringen.
Toelichting: Zowel binnenvaartschepen, duwbakken, schepen zonder eigen voortstuwing
als rondvaartboten kunnen onder deze omschrijving vallen.
B 3320
Duurzame energievoorziening en aandrijving voor een binnenvaartschip
-
a. bestemd voor: de energievoorziening of aandrijving van een binnenvaartschip voor het
vervoer van personen of goederen over binnenwateren of voor het bestrijden van calamiteiten
op binnenwateren met een installatie, die voldoet aan de volgende criteria, waarbij
de eigenaar van het schip met meetrapporten of certificaten aantoont dat aan de vereiste
specificaties wordt voldaan. Voor de energieopwekking en aandrijving van het schip
geldt dat:
-
1. de hoofdmotor bestaat uit één van de volgende alternatieven:
-
a. een elektromotor of vloeibaar aardgasmotor (LNG) of samengeperst aardgasmotor (CNG),
-
b. een dual fuel motor: een motor die werkt op basis van een mengsel van diesel en aardgas
als brandstof,
-
c. een motor die voldoet aan de eisen van CCR fase 2 en voorzien is van een nageschakeld
systeem voor deeltjesverwijdering (gecertificeerd roetfilter) als bedoeld in bedrijfsmiddel
A 3361 en een NOx-reductiesysteem als bedoeld in bedrijfsmiddel F 3360,
-
d. een motor die voldoet aan de eisen gesteld aan de motoren van fase IIIa als bedoeld
in Richtlijn 2004/26/EG van het Europees Parlement en de Raad van 21 april 2004 tot
wijziging van Richtlijn 97/68/EG betreffende de onderlinge aanpassing van de wetgevingen
van de lidstaten inzake maatregelen tegen de uitstoot van verontreinigende gassen
en deeltjes door inwendigeverbrandingsmotoren die worden gemonteerd in niet voor de
weg bestemde mobiele machines (PbEU 2004, L 225), of
-
e. een diesel-geïntegreerd elektrisch systeem voor voorstuwing en de overige vermogensbehoefte,
waarbij de dieselmotor ten minste voldoet aan de eisen gesteld onder c of d,
-
2. het hulpvermogen uit de volgende voorzieningen bestaat:
-
a. als het hulpvermogen niet gegenereerd wordt door een diesel-geïntegreerd elektrisch
systeem, een systeem als bedoeld in onderdeel a, onder 1, onderdeel a, b, c of d,
en
-
b. een aansluitvoorziening voor het betrekken van walstroom, als bedoeld in bedrijfsmiddel
G 3390,
-
3. de aandrijving/voortstuwing:
-
a. asloos is of de afdichting van de schroefaskoker zo plaatsvindt, dat geen olie of
vet in het water terechtkomt, bijvoorbeeld met een retourvetsysteem of een systeem
gesmeerd met water, bio-olie of biovet, en
-
b. wordt gerealiseerd door één van de volgende technieken:
-
– een (roer)propeller: een constructie, waarbij de schroef is bevestigd aan een verticale
as, die 360 graden gedraaid kan worden,
-
– een contraroterende propeller,
-
– een straalbuis: een schroef die aangebracht is in een koker,
-
– een vector oppervlakteschroef, of
-
– een aangepaste keerkoppeling bij dubbele scheepsschroef die het mogelijk maakt dat
bij het varen met één aangedreven schroef de niet aangedreven schroef vrij kan meedraaien,
-
4. het stuurwerk aan de volgende eisen voldoet:
-
a. de afdichting van de hennegatkoker vindt zo plaats, dat geen olie of vet in het water
terecht komt, bijvoorbeeld met een retourvetsysteem of een systeem gesmeerd met water,
bio-olie of biovet, en
-
b. er is een energiebesparend roersysteem bestaande uit: een spoilersysteem (per schroef
tweeroerensysteem met vaste spoiler, of een drieroerensysteem, waarbij de spoiler
of het kleine middenroer is geplaatst op de hartlijn van de schroefas) of een dolfijnroer-,
of roerpropeller-, of contraroterend roerpropellersysteem,
-
b. bestaande uit: een motor, een aandrijving, een stuurinstallatie, (eventueel) een generator
en (eventueel) nageschakelde technieken.
Het bedrijfsmiddel komt voor ten hoogste € 1.000.000 van het investeringsbedrag in
aanmerking voor milieu-investeringsaftrek en willekeurige afschrijving milieu-investeringen.
Toelichting: Elektrische, hybride of gasmotoren voor een binnenvaartschip kunnen worden
gemeld onder F 3321. Onder aardgas wordt ook verstaan biogas dat tot aardgaskwaliteit
of beter is opgewerkt.
De investeringen moeten voldoen aan ten minste één eis onder elk van de onderdelen
1 tot en met 4. Investeringen die alleen voldoen aan 1 eis onder één van de genoemde
onderdelen komen niet in aanmerking.
Voor informatie over bio-olie en biovet zie onder punt 6 van paragraaf 1 van deze
bijlage. Meer informatie over bio-olie en biovet is ook te vinden op www.biosmeermiddelen.nl.
Dit bedrijfsmiddel kan bijdragen aan het behalen van een Green Award-certificaat.
Zie www.greenaward.org voor de voorwaarden.
F 3321
Elektro-, hybride- of gasmotor voor een vaartuig
-
a. bestemd voor: de energievoorziening of voortstuwing van een vaartuig, waarbij de hoofdmotor
bestaat uit:
-
1. uitsluitend een LPG- of aardgasmotor, of
-
2. een elektromotor eventueel in combinatie met een verbrandingsmotor (hybride), die
is voorzien van lithiumhoudende accu's voor de opslag van energie voor de aandrijving,
waarbij zowel voor punt 1 en 2 geldt dat onder aardgas ook wordt verstaan biogas dat
tot aardgaskwaliteit of beter is opgewerkt,
-
b. bestaande uit: motor(en), (eventueel) een gastank, (eventueel) lithiumhoudende (wissel)accu's
en (eventueel) een oplaadstation, exclusief niet-lithiumhoudende accu's.
Toelichting: Dit bedrijfsmiddel kan bijdragen aan het behalen van een Green Award-certificaat.
Zie www.greenaward.org voor de voorwaarden.
C 3322
Luchtmatras of zeil voor voorstuwing van een zeeschip
-
a. bestemd voor: het, ter beperking van luchtzijdige emissies, voortbewegen van een zeeschip
door met een luchtmatras of zeil gebruik te maken van windenergie, voor zover het
zeeschip niet wordt ingezet voor de recreatievaart,
-
b. bestaande uit: een luchtmatras of zeiltuigage, een lanceer- of hijsinrichting, een
strijkinrichting en een regeleenheid.
A 3325
Automatisch smeerolie-deelverversingseenheid voor een scheepsmotor
-
a. bestemd voor: het automatisch op basis van het zwavelgehalte in de brandstof en de
specifieke samenstelling van de smeerolie, uitvoeren van smeerolie-deelverversingen
in een scheepsmotor op een schip dat onder Nederlandse vlag vaart,
-
b. bestaande uit: een smeerolie-deelverversingseenheid.
Het bedrijfsmiddel komt voor ten hoogste € 25.000 van het investeringsbedrag in aanmerking
voor de milieu-investeringsaftrek en willekeurige afschrijving milieu-investeringen.
B 3330
Duurzame romp van een binnenvaartschip
-
a. bestemd voor: het vervoer van goederen of personen over binnenwateren, of voor het
bestrijden van calamiteiten op binnenwateren, met een schip waarvan de romp voldoet
aan onderstaande criteria, waarbij de eigenaar van het schip met meetrapporten of
certificaten aantoont dat aan de vereiste specificaties wordt voldaan. De romp van
het schip:
-
1. bestaat uit kunststof of is voorzien van een milieuvriendelijke antifouling, als bedoeld
in bedrijfsmiddel F 3331,
-
2. heeft glad afgewerkte ankers en kluizen als het schip is voorzien van kluisankers,
-
3. heeft een beschermingssysteem tegen corrosie dat geen offeranodes bevat, zoals opgedrukte
stroom, als een beschermingssysteem tegen corrosie wordt gebruikt, en
-
4. heeft een kunststof of stalen buikdenning, als een buikdenning wordt toegepast,
-
b. bestaande uit: een metalen of kunststof romp van het binnenvaartschip, (eventueel)
een milieuvriendelijke antifouling, (eventueel) een beschermingssysteem tegen corrosie
en (eventueel) een buikdenning.
Het bedrijfsmiddel komt voor ten hoogste € 500.000 van het investeringsbedrag in aanmerking
voor milieu-investeringsaftrek en willekeurige afschrijving milieu-investeringen.
F 3331
Milieuvriendelijk beschermingssysteem voor scheepshuiden
-
a. bestemd voor: het beschermen van de scheepshuid tegen corrosie en aangroei door een
initiële antifouling-bedekking, die biocidevrij, kopervrij en niet-toxisch voor waterorganismen
is, waarbij de PEC/PNEC-ratio voor ten minste 2 voor het ecosysteem maatgevende waterorganismen
bepaald volgens de Regeling gewasbescherming en biociden, niet meer dan 1 bedraagt,
-
b. bestaande uit: een borstelbare harde coating of een 'non-stick' zachte coating, waarbij
moet worden aangetoond met een certificaat of een meetrapport dat het beschermingssysteem
geen biociden, koper of andere voor waterorganismen toxische stoffen bevat.
Toelichting: PEC en PNEC uit Richtlijn 98/8/EG van het Europees Parlement en de Raad
van 16 februari 1998 betreffende het op de markt brengen van biociden (PbEG 1998,
L 123) staan voor Predicted Environmental Concentration en Predicted No Effect Concentration.
A 3340
Gesloten grijswatersysteem voor een schip
-
a. bestemd voor: het opvangen en hergebruiken van grijswater op een schip in een gesloten
systeem ter voorkoming van ongezuiverde lozingen op het oppervlaktewater,
-
b. bestaande uit: een vuilwater buffertank, een zuiveringsinstallatie, een slibopvangvoorziening,
een drukvat, een secundair waterleidingnet en een pomp.
Toelichting: Dit bedrijfsmiddel kan bijdragen aan het behalen van een Green Award-certificaat.
Zie www.greenaward.org voor de voorwaarden.
B 3341
Opslagtank voor huishoudelijk afvalwater van schepen
-
a. bestemd voor: de opslag van huishoudelijk afvalwater aan boord van een binnenvaart-,
een passagiers- of een hotelschip, met minder dan 50 passagiers of hotelgasten,
-
b. bestaande uit: een opslagtank en een koppeling voor walafgifte, waarbij een opslagtank
aan boord van een recreatievaartuig als bedoeld in de Wet op de pleziervaartuigen, niet in aanmerking komt voor milieu-investeringsaftrek en willekeurige afschrijving
milieu-investeringen.
F 3345
Ballastwatermanagementsysteem
-
a. bestemd voor: het voorkomen van de verspreiding van ecologieverstorende deeltjes,
sedimenten of organismen door ballastwater van een zeegaand schip door een installatie,
die:
-
– goedgekeurd is door de International Maritime Organization,
-
– voldoet aan de artikel D-2 van de Bijlage Voorschriften voor controle en beheer van
ballastwater en sedimenten van schepen bij het Internationaal Verdrag voor de controle
en het beheer van ballastwater en het beheer van ballastwater en sedimenten van schepen,
2004, en
-
– niet verplicht is op grond van voorschrift B-3 van de Bijlage Voorschriften voor controle
en beheer van ballastwater en sedimenten van schepen bij het Internationaal Verdrag
voor de controle en het beheer van ballastwater en het beheer van ballastwater en
sedimenten van schepen, 2004,
-
b. bestaande uit: een ballastwatermanagementsysteem.
F 3360
NOx-reductiesysteem voor een binnenvaartschip
-
a. bestemd voor: het verwijderen van NOx uit de afgassen van binnenvaartschepen door het uitrusten van de dieselmotoren met
een NOx-reductiesysteem (retrofit) zoals een SCR-katalysator en waarbij,
-
– de NOx-uitstoot niet meer bedraagt dan 2 gram per kilowattuur voor nieuwe motoren en 3 gram
per kilowattuur voor bestaande motoren, en
-
– de NOx-uitstoot kan worden aangetoond met een NOx-meetrapport waarbij de NOx-metingen uitgevoerd zijn conform het VERS-protocol of ISO 8178:1994,
-
b. bestaande uit: een NOx-reductiesysteem en (eventueel) NOx meetrapport.
Toelichting: Dieselmotoren op een binnenvaartschip die in aanmerking kunnen komen
zijn voortstuwingsmotoren, boegschroeven, aggregaten en (beladings-)pompen. SCR-installaties
voor motoren van een zeeschip kunnen worden gemeld onder A 4315.
Roetfilters kunnen geplaatst worden in combinatie met SCR-katalysatoren (retrofitinstallaties)
zoals genoemd in F 3360. Roetfilters voor een binnenvaartschip kunnen worden gemeld
onder A 3361.
Dit bedrijfsmiddel kan bijdragen aan het behalen van een Green Award-certificaat.
Zie www.greenaward.org voor de voorwaarden.
A 3361
Gesloten roetfilter voor een binnenvaartschip
-
a. bestemd voor: het verwijderen van roetdeeltjes, eventueel in combinatie met andere
schadelijke luchtverontreinigingen, uit de rookgassen van binnenvaartschepen, met
een gesloten roetfilter dat voldoet aan de eisen van TRGS 554 of dat staat op de roetfilterlijst
van VERT (Verminderung der Emissionen von Real-Dieselmotoren im Tunnelbau) of BAFU
(Bundesambt für Umwelt), en dat voorzien is van een:
-
1. actief regeneratiesysteem, of
-
2. passief regeneratiesysteem in combinatie met een SCR-katalysator,
-
b. bestaande uit: een gesloten roetfilter en een actief of passief regeneratiesysteem.
Toelichting: Roetfilters kunnen geplaatst worden in combinatie met SCR-katalysatoren
(retrofitinstallaties) zoals genoemd in F 3360. De roetfilterlijsten van VERT en BAFU
zijn te vinden op www.vert-certification.eu en www.bafu.admin.ch.
Dit bedrijfsmiddel kan bijdragen aan het behalen van een Green Award-certificaat.
Zie www.greenaward.org voor de voorwaarden.
F 3365
Ontgassingsinstallatie voor transportcontainers
-
a. bestemd voor: het ontgassen van transportcontainers door afzuiging van lucht gevolgd
door behandeling van de afgezogen lucht, ter voorkoming van emissie van ontsmettingsgassen
of andere luchtverontreinigende stoffen naar de buitenlucht,
-
b. bestaande uit: een afzuiginstallatie, een filterinstallatie, gasdetectieapparatuur
en (eventueel) gasnabehandelingsapparatuur.
F 3366
Ontgassingsinstallatie voor scheepstanks
-
a. bestemd voor: het ontgassen van scheepstanks die gebruikt zijn voor het vervoer van
vluchtige koolwaterstoffen of brandstoffen, waarbij de afgevangen gassen worden gereinigd
en de afgescheiden koolwaterstoffen nuttig worden toegepast of worden vernietigd,
-
b. bestaande uit: een ontgassingsinstallatie en een luchtreinigingsinstallatie.
Toelichting: Onder dit bedrijfsmiddel valt ook een ontgassingsinstallatie aan boord
van een schip of op een ponton.
B 3370
Geluidarme scheepsschroef
-
a. bestemd voor: het verminderen van trillings- en cavitatiegeluid bij schepen door het
gebruik van een vervormbare kunststof scheepsschroef,
-
b. bestaande uit: een kunststof schroef.
A 3380
Automatisch noodbesturingssysteem voor een binnenvaartschip
-
a. bestemd voor: het voorkomen van aanvaringen van binnenvaartschepen, doordat bij uitval
van het primaire besturingssysteem binnen 5 seconden automatisch, zonder handmatige
handelingen, een noodbesturingssysteem wordt ingeschakeld,
-
b. bestaande uit: een automatisch noodbesturingssysteem.
A 3381
Aanvaringsbestendige binnenvaarttanker
-
a. bestemd voor: het vervoeren over binnenwateren in een binnenvaartschip, dat voorzien
is van een dubbelwandige romp en een waarschuwingssysteem bij het manoeuvreren van
het schip, voor zover deze voorzieningen niet verplicht zijn volgens ADN, en waarbij:
-
1. uitsluitend gevaarlijke stoffen (zoals gedefinieerd in het ADN) worden getransporteerd,
of
-
2. voor de voortstuwing LNG als brandstof of een combinatie van brandstoffen zoals dual
fuel wordt gebruikt,
-
b. bestaande uit: dubbele (roestvrij) stalen wanden en tanks en een waarschuwingssysteem
bij het manoeuvreren.
Toelichting: ADN staat voor Accord Européen relatif au Transport International des
Marchandises Dangereuses par voie de Navigation.
A 3385
Halogeenvrij gekoeld bulktransport van LPG en toxische gassen per binnenvaartschip
-
a. bestemd voor: het bij calamiteiten verminderen van de uitstroom van LPG of toxische
gassen uit bulktransporttanks van een binnenvaartschip door omschakeling van drukopslag
naar gekoelde opslag met een passend halogeenvrij koelsysteem,
-
b. bestaande uit: een (verdampings-) koelsysteem.
A 3386
Warmtebestendige tankondersteuning voor lading met hoge temperatuur (ombouw)
-
a. bestemd voor: het, ter voorkoming van calamiteiten, ondersteunen van tanks met een
vloeibare lading met een temperatuur van ten hoogste 250°C op een bestaand binnenvaartschip
waarbij de niet-warmtebestendige ondersteuning van de tanks wordt vervangen door een
gelaagde en drukvaste tankondersteuning waarmee temperatuurverschillen tussen de lading
en het water wordt opgevangen conform de eisen van de ADN en die is gecertificeerd
door een erkend classificatiebureau,
-
b. bestaande uit: een gelaagde en drukvaste ondersteuningsconstructie.
Toelichting: ADN staat voor Accord Européen relatif au Transport International des
Marchandises Dangereuses par voie de Navigation.
G 3390
Walstroomaansluiting aan boord van het schip
-
a. bestemd voor: het gebruik maken van aangeboden walstroom aan boord van een schip,
niet zijnde een pleziervaartuig, dat is voorzien van een eigen aandrijving en bestemd
is voor het vervoer van personen of goederen,
-
b. bestaande uit: aansluitpunt(en), aanpassing van het elektrische systeem aan boord
en een verlengkabel om een verbinding tussen het schip en de walstroomkast te kunnen
maken, exclusief eventuele zonnepanelen.
Het bedrijfsmiddel komt voor ten hoogste € 7.500 van het investeringsbedrag in aanmerking
voor de milieu-investeringsaftrek. Deze aftopping geldt niet voor walstroomaansluitingen
aan boord van zeegaande schepen.
Toelichting: Dit bedrijfsmiddel kan bijdragen aan het behalen van een Green Award-certificaat.
Zie www.greenaward.org voor de voorwaarden.
G 3391
Walstroominstallatie op de kade
-
a. bestemd voor: het leveren van walstroom aan schepen, niet zijnde pleziervaartuigen,
zodat de eigen generatoren niet gebruikt worden als de schepen aan de kade liggen,
-
b. bestaande uit: een walstroomkast met één of meerdere aansluitpunten, (eventueel) een
aan de walstroomkast gekoppeld betalingssysteem, (eventueel) een omvormer naar 60 Hertz
en transformatorstation(s).
Mobiele werktuigen
[Regeling vervallen per 01-01-2019]
F 3410
Elektrische of hybride aangedreven mobiele machine
-
a. bestemd voor: het verrichten van werkzaamheden met:
-
1. een niet vast opgesteld hybride stroomaggregaat, dat is voorzien van één of meer lithiumhoudende
accu’s, of
-
2. een niet vast opgestelde puinbreker of pomp, of een niet gekentekende mobiele machine
met een vaste bestuurders(zit)plaats, die ten minste voor de aandrijving is voorzien
van een elektromotor, of een voorziening waarmee bewegingsenergie tijdelijk kan worden
opgeslagen (hybride), en waarbij, als elektrische accu's worden toegepast, dit lithiumhoudende
accu's zijn,
-
b. bestaande uit: een mobiele machine, (eventueel) aan de machine te monteren werktuigen
of gereedschappen die nodig zijn om met de mobiele machine te kunnen werken, (eventueel)
een oplaadstation, (eventueel) een lithiumhoudende (wissel)accu en (eventueel) een
vast aan het voertuig verbonden zonnepaneel.
Toelichting: Een mobiele machine met een vaste bestuurders(zit)plaats is bijvoorbeeld
een dozer, graafmachine, hoogwerker, laadschop, landbouwmachine, trekker of vorkheftruck.
B 3411
Emissiearme milieuvriendelijke mobiele machine
-
a. bestemd voor: het verrichten van werkzaamheden met een niet vast opgestelde houtversnipperaar,
puinbreker, stroomaggregaat, compressor, motorpomp of mobiele machine met een vaste
bestuurders(zit)plaats die voor de aandrijving is voorzien van een:
-
1. dieselmotor, waarbij de emissies de grenswaarden van fase IV, dan wel bij vermogens
tot en met 36 kiloWatt US-EPA-emissienorm Tier 4 final niet overschrijden, of
-
2. aardgasmotor, waarbij onder aardgas ook wordt verstaan biogas dat tot aardgaskwaliteit
(groen gas) of beter is opgewerkt en die voldoet aan één van de eisen zoals opgenomen
in onderdeel a van bedrijfsmiddel E 3412,
-
b. bestaande uit: een mobiele machine en (eventueel) aan de machine te monteren werktuigen
of gereedschappen die noodzakelijk zijn om met de mobiele machine te kunnen werken.
Toelichting: Een mobiele machine met een vaste bestuurders(zit)plaats is bijvoorbeeld
een dozer, dumper, graafmachine, hoogwerker, laadschop, landbouwmachine, kolkenzuiger,
kraan, trekker, vorkheftruck of vuilniswagen.
Machines met een fase III-B-motor of een Tier IV interim- motor voldoen niet aan de
onder 1 gestelde eis.
E 3412
Milieuvriendelijke mobiele machine
-
a. bestemd voor: het verrichten van werkzaamheden met een niet vast opgestelde houtversnipperaar,
stroomaggregaat, motorpomp, puinbreker of een zelfrijdende of getrokken mobiele machine,
die voldoet aan ten minste één van de volgende eisen:
-
1. het geluidniveau van de door een verbrandingsmotor aangedreven mobiele machine is
gelijk aan of lager dan het geluidniveau zoals opgenomen onder punt 4 van paragraaf
1 van deze bijlage,
-
2. in geval van een landbouw- of bosbouwtrekker, is deze voorzien van een stroomaansluiting
voor de elektrische aandrijving van werktuigen,
-
3. het hydraulisch systeem is af-fabriek gevuld met bio-olie, waarbij voor bio-olie voor
land- en bosbouwmachines naast Europees Ecolabel ook een Blauer Engel-certificaat
voldoet, of
-
4. het hydraulisch systeem is voorzien van een tweezijdig elektronisch slangbreukbeveiligingssysteem,
-
b. bestaande uit: een mobiele machine en (eventueel) aan de machine te monteren werktuigen
of gereedschappen die noodzakelijk zijn om met de mobiele machine te kunnen werken.
Het bedrijfsmiddel komt voor 50% van het investeringsbedrag in aanmerking voor de
milieu-investeringsaftrek.
Toelichting: Een mobiele machine is bijvoorbeeld een dozer, dumper, graafmachine,
hoogwerker, laadschop, landbouwmachine, kolkenzuiger, kraan, trekker of vorkheftruck.
Met een tweezijdig elektronisch slangbreukbeveiligingssysteem wordt een systeem bedoeld
dat de olie-uitstroom stopt naar beide zijden van de breuk: de cilinderzijde en bedieningsklepzijde.
Machines met een fase IV-motor of een Tier 4-motor, niet zijnde een Tier 4A- of Tier
4-interim-motor kunnen worden gemeld onder B 3411.
Indien in de tabel onder 4 van paragraaf 1 van deze bijlage geen geluideis is opgenomen,
dan wordt niet aan die eis in de omschrijving van het bedrijfsmiddel voldaan.
B 3413
Mobiele machine voor heiwerkzaamheden
-
a. bestemd voor: het plaatsen van funderingspalen door,
-
1. een emissiearm heiblok, waarbij:
-
– brandstof onder hoge druk gereguleerd wordt ingespoten op basis van de bodemgesteldheid,
en waarbij verse lucht onder druk in de verbrandingskamer wordt gebracht voor het
koelen en spoelen,
-
– het powerpack is voorzien van een dieselmotor die ten minste voldoet aan de eisen
van fase IIIa als bedoeld in Richtlijn 2004/26/EG van het Europees Parlement en de
Raad van 21 april 2004 tot wijziging van Richtlijn 97/68/EG betreffende de onderlinge
aanpassing van de wetgevingen van de lidstaten inzake maatregelen tegen de uitstoot
van verontreinigende gassen en deeltjes door inwendigeverbrandingsmotoren die worden
gemonteerd in niet voor de weg bestemde mobiele machines (PbEU 2004, L 225), en
-
– olieresten uit de afgassen van het heiblok worden verwijderd met een scheidingstechniek,
of
-
2. een hydraulische boorstelling voor het boren van gaten voor funderingspalen, waarvan
het hydraulische systeem af-fabriek is gevuld met biologisch afbreekbare, niet-toxisch
olie conform Europees Ecolabel,
-
b. bestaande uit: een emissiearm heiblok inclusief bijbehorend powerpack of een hydraulische
boorstelling, inclusief boorkast en avegaarboor.
Toelichting: Voor informatie over emissies van de dieselverbrandingsmotor en bio-olie
voor duurzaam gebruik zie onder 5 en 6 van paragraaf 1 van deze bijlage. Meer informatie
over bio-olie is ook te vinden op www.biosmeermiddelen.nl.
A 3460
Stofarme veeg(zuig)machine
-
a. bestemd voor: het verrichten van onderhoudswerkzaamheden in de openbare ruimte of
bedrijfsterreinen door een zelfrijdende veeg(zuig)machine, die is voorzien van een
ontstoffingsinstallatie waardoor de uitgeblazen lucht van fijn stof wordt ontdaan
waardoor de continue stofemissie niet meer bedraagt dan 5 milligram per nominaal kubieke
meter gemeten conform UNI EN 13284-1:2003 en het verwijderingsrendement ten minste
90% voor PM2,5 en ten minste 97% voor PM10 bedraagt gemeten conform US-EPA Testmethode 201A,
-
b. bestaande uit: een veeg(zuig)machine en (eventueel) een oplaadstation.
C 3465
Vacuümtruck met dampverwerkingssysteem
-
a. bestemd voor: het met een vacuümtruck opzuigen en vervoeren van brandstoffen uit de
gevarenklasse ADR-3, waarbij de afgezogen dampen nuttig worden toegepast of vernietigd,
-
b. bestaande uit: een vacuümtruck met een op de truck gemonteerd dampverwerkings- of
toepassingssysteem.
Toelichting: ADR staat voor Accord Européen relatif au Transport International des
Marchandises Dangereuses par Route.
B 3470
Geluidarme hei- of trilapparatuur
-
a. bestemd voor: geluidarm heien of trillen van funderingspalen of damwandplanken waarbij
de geluidsemissie, gemeten conform EN 996 A2: 2003, voldoet aan de volgende norm in
dB(A):
-
1. 100 + 11 log(E) voor hamerende heiapparatuur, waarbij E staat voor de impactenergie
in kilojoule, of
-
2. 115 voor tril- of statische hei-apparatuur,
-
b. bestaande uit: hei- of trilapparatuur, exclusief hydrauliekaggregaat.
Toelichting: De meetmethode EN 996 A2: 2003 wordt naar verwachting in 2014 vervangen
door meetmethode EN 16228.
Spoorvervoer
[Regeling vervallen per 01-01-2019]
F 3510
Locomotief met elektrische of hybride aandrijving
-
a. bestemd voor: het bedrijfsmatig vervoeren van goederen met een locomotief, die is
voorzien van een elektromotor als hoofdmotor, die in staat is alleen op het lithiumhoudende
batterijpakket te rijden, eventueel in combinatie met een dieselaggregaat, en die
eventueel is voorzien van een ingebouwd elektronisch systeem voor rijden op beveiligde
baanvakken,
-
b. bestaande uit: een locomotief.
A 3590
Spoorwisselsegment zonder smering
-
a. bestemd voor: het zonder smering laten functioneren van spoorwissels door oplichting
van de tong door het spoorwisselsegment,
-
b. bestaande uit: metalen onderplaten, spoorwisselsegmenten en (eventueel) stempelveren.
Vliegverkeer
[Regeling vervallen per 01-01-2019]
C 3670
Geluidreducerende voorzieningen voor lichte propellervliegtuigen
-
a. bestemd voor: het terugbrengen van het brongeluidniveau van een licht propellervliegtuig
door aanpassing van het vliegtuig of vervanging door een nieuw vliegtuig, waarbij:
-
1. voor vliegtuigen met een ten hoogste toegelaten startmassa M van 5.700 kilogram of
minder het ten hoogste toegelaten geluidniveau gemeten volgens Annex 16, hoofdstuk
6, van het ICAO-verdrag niet meer mag bedragen dan:
M (in kilogram)
|
Geluidniveau (in dB(A))
|
5.700 tot 1500
|
76
|
1.500 tot 600
|
64 + (M-600)/75
|
600 of minder
|
64
|
-
2. voor vliegtuigen met een maximaal toegelaten startmassa M van 8.618 kilogram of minder
het maximaal toegelaten geluidniveau gemeten volgens ICAO, annex 16 van 7 oktober
2004, hoofdstuk 10 niet meer mag bedragen dan:
M (in kilogram)
|
Geluidniveau (in dB(A))
|
8.618 tot 1.325
|
80
|
1.325 tot 618
|
68 + (M-618)*12/707
|
618 of minder
|
68
|
-
b. bestaande uit: (eventueel) een geluiddemper op de uitlaat, (eventueel) een drie- of
meerbladige propeller en (eventueel) aandrijfeenheden waarbij het maximum (start-)
vermogen wordt bereikt bij een propellertoerental kleiner dan of gelijk aan 2.200
rpm.
Het bedrijfsmiddel, ingeval van een nieuw vliegtuig, komt voor ten hoogste € 37.000
van het investeringsbedrag in aanmerking voor willekeurige afschrijving milieu-investeringen.
Toelichting: ICAO staat voor International Civil Aviation Organization, het ICAO-verdrag
is het op 7 december 1944 te Chicago tot stand gekomen Verdrag inzake de internationale
burgerluchtvaart (Trb. 1973, 109).
Distributie van alternatieve brandstoffen
[Regeling vervallen per 01-01-2019]
F 3710
Waterstofafleverstation
-
a. bestemd voor: het afleveren van gasvormige waterstof als motorbrandstof voor voertuigen,
waarbij de waterstof in gasvorm wordt geleverd aan het afleverstation,
-
b. bestaande uit: een afleverzuil, compressoren, een bufferopslag en (eventueel) een
lokale waterstofzuiveringseenheid.
F 3720
Oplaadpunt voor elektrische voer-of vaartuigen
-
a. bestemd voor: het aan een elektriciteitsnet laden van accu’s van voer- of vaartuigen,
die zijn voorzien van een geheel of gedeeltelijke elektrische hoofdaandrijving,
-
b. bestaande uit: een oplaadsysteem, (eventueel) een meet- en regelsysteem, (eventueel)
een betaalsysteem, (eventueel) een lockerkast met een stroomafnamepunt per locker,
(eventueel) een stekkerherkenningssysteem, exclusief zonnepanelen.
Toelichting: Onder voertuig wordt hier ook verstaan fiets of bromfiets.
F 3721
Accuwisselstation
-
a. bestemd voor: het volautomatisch verwisselen van lithiumhoudende accu’s van elektrische
auto’s,
-
b. bestaande uit: een accuwisselstation en (eventueel) lithiumhoudende accu's.
B 3730
Afleverstation voor hoge blend biobrandstoffen
-
a. bestemd voor: het afleveren van de biobrandstoffen B30, B100, E85, E95, biomethanol
of PPO als motorbrandstof voor voertuigen,
-
b. bestaande uit: een afleverzuil en een bufferopslag voor biobrandstof.
G 3740
Aardgasaflever- of aardgasvulpunt
-
a. bestemd voor: het afleveren van aardgas als motorbrandstof voor voer- of vaartuigen,
door een installatie die, voor zover van toepassing, voldoet aan de eisen gesteld
in de PGS 25: 2009, de PGS 33-1: 2013 of de PGS 33-2, en waarbij:
-
– ten minste de helft van de afleverpunten van de afleverkast of -zuil wordt gebruikt
voor het afleveren van aardgas, en
-
– onder aardgas ook wordt verstaan CNG, LNG en biogas dat tot aardgaskwaliteit of beter
is opgewerkt,
-
b. bestaande uit: een afleverkast of -zuil, een compressor, een bufferopslag, (eventueel)
een droger en (eventueel) een betaalsysteem, waarbij de compressor, (eventueel) een
bufferopslag, droger en betaalsysteem alleen in aanmerking komen voor de milieu-investeringsaftrek
voor zover deze worden gebruikt voor het opslaan, afleveren en betalen van aardgas.
Toelichting: PGS staat voor Publicatiereeks Gevaarlijke Stoffen.
Klimaat en lucht
[Regeling vervallen per 01-01-2019]
CO2-uitstoot, overige broeikasgassen, zure depositie, fijn stof, smog, vluchtige organische
stoffen (VOS), geur
CO2-uitstoot
[Regeling vervallen per 01-01-2019]
F 4110
Kleinschalige stoomreformer voor waterstofproductie
-
a. bestemd voor: de lokale productie van industrieel waterstof of waterstof voor vervoerstoepassingen,
waarbij:
-
1. de waterstof gemaakt wordt uit biogas of biobrandstof, of
-
2. de vrijkomende CO2 nuttig wordt toegepast of wordt opgeslagen,
-
b. bestaande uit: een reformer-reactor en een waterstofzuiveringseenheid.
Het bedrijfsmiddel komt voor ten hoogste € 500.000 van het investeringsbedrag in aanmerking
voor de milieu-investeringsaftrek en willekeurige afschrijving milieu-investeringen.
F 4111
Noodstroomvoorziening met brandstofcelsysteem
-
a. bestemd voor: het, bij uitval van de primaire stroomvoorziening, garanderen van de
stroomvoorziening met een brandstofcelsysteem, waarbij de ingezette brandstof direct
wordt omgezet in elektrische energie,
-
b. bestaande uit: een (systeem van) brandstofcel(len) en (eventueel) een elektriciteitsomzetter.
F 4120
Oxyfuel-verbrandingsinstallatie
-
a. bestemd voor: het verbranden van brandstoffen met zuivere zuurstof, met uitzondering
van toepassingen in de be- en verwerking van metalen, metaalverbindingen en glas,
-
b. bestaande uit: (aanpassingen aan) een verbrandingsinstallatie en (eventueel) een gasscheidingsinstallatie
voor het maken van zuivere zuurstof.
A 4121
Luchtemissiebeperkende voorziening voor een bestaande stookinstallatie
-
a. bestemd voor: het verminderen van luchtzijdige emissies van een bestaande stookinstallatie,
waarbij voldaan wordt aan de volgende eisen:
-
– de stookinstallatie heeft een thermisch vermogen kleiner dan 50 megaWatt,
-
– onder stookinstallatie wordt niet verstaan een ketel met een nominaal vermogen kleiner
dan 1 megaWatt,
-
– de stookinstallatie is vóór 1 april 2010 in gebruik genomen, en
-
– de emissie van NOx, SO2, totaal stof of CxHy in de afgassen voldoet aan de emissiegrenswaarden gesteld in paragraaf 3.2.1 van het Activiteitenbesluit milieubeheer,
-
b. bestaande uit: emissiebeperkende nageschakelde techniek en (eventueel) aanpassing
van een bestaande stookinstallatie.
Toelichting: Informatie over het Activiteitenbesluit milieubeheer is te vinden op www.infomil.nl. Onder het thermisch vermogen wordt het ingangsvermogen
van de installatie verstaan. Technieken die emissies verder verminderen dan vereist
is volgens het Activiteitenbesluit milieubeheer zijn te vinden in hoofdstuk 2, 3 en
4 van de Milieulijst, waarbij veelal een hoger financieel voordeel verkregen kan worden.
A 4140
Bioreactor met verminderde slibretentie voor stikstofverwijdering (aanpassen bestaande
situatie)
-
a. bestemd voor: het verminderen van de emissie van CO2 van een bestaande waterzuiveringsinstallatie door het vervangen van een conventionele
nitrificatie-/denitrificatie-installatie door een bioreactor voor verwijdering van
stikstof waarin nitrificatie en denitrificatie plaatsvindt zonder nitraatvorming,
-
b. bestaande uit: een bioreactor, een (lamellen)afscheider, een chemicaliëndosering,
een compressor, een beluchtingsinstallatie, een menger, een koolstofbrondosering en
(eventueel) een warmtewisselaar, exclusief de volgende onderdelen: voorzuiveringstechnieken
en voorzieningen voor het beschermen van apparatuur tegen weersinvloeden.
Overige broeikasgassen
[Regeling vervallen per 01-01-2019]
F 4210
SF6-vrij hoog- of middenspanningsschakelsysteem (vervanging)
-
a. bestemd voor: het doorschakelen van hoog- en middenspanning in een transformatorstation,
waarbij bestaande SF6-bevattende schakelsystemen worden vervangen door gevacumeerde of gekoelde schakelsystemen
die geen SF6 bevatten,
-
b. bestaande uit: een vacuüm last- of vermogensschakelaar of een gekoelde last- of vermogensschakelaar.
B 4211
Transformator met plantaardige olie
-
a. bestemd voor: het omzetten van hoogspanning naar laagspanning door een transformator
die is geïsoleerd met uitsluitend plantaardige olie,
-
b. bestaande uit: een transformator.
F 4220
Koolwaterstofemissiereducerende techniek (ten minste 75% vermindering)
-
a. bestemd voor: het verminderen van de emissie van koolwaterstoffen uit de rookgassen
van stationaire gas- of dieselmotoren, waarbij de koolwaterstofemissie met ten minste
75% wordt gereduceerd, en waarbij de emissie van koolwaterstoffen ten hoogste 1.200 milligram
per normaal kubieke meter (bij 3% O2) bedraagt,
-
b. bestaande uit: koolwaterstofemissiereducerende apparatuur of aanpassing van een bestaande
motor en (eventueel) een roetfilter.
A 4221
Koolwaterstofemissiereducerende techniek (ten minste 50% vermindering)
-
a. bestemd voor: het verminderen van de emissie van koolwaterstoffen uit de rookgassen
van stationaire gas- of dieselmotoren, waarbij de koolwaterstofemissie met ten minste
50% wordt gereduceerd, en waarbij de emissie van koolwaterstoffen ten hoogste 1.200
milligram per normaal kubieke meter (bij 3% O2) bedraagt,
-
b. bestaande uit: koolwaterstofemissiereducerende apparatuur of aanpassing van een bestaande
motor en (eventueel) een roetfilter.
F 4230
Gesloten plasmareinigingssysteem op basis van NF3 (vervanging)
-
a. bestemd voor: het intern reinigen van procesapparatuur voor het produceren van halfgeleiders
of zonnecellen met NF3 in een gesloten systeem, ter vervanging van een bestaand reinigingsproces op basis
van C2F6,
-
b. bestaande uit: een gesloten plasmareinigingssysteem.
Zure depositie
[Regeling vervallen per 01-01-2019]
A 4300
Emissiearme houtgestookte ketel of kachel
A 4310
Verwarmingsketel met geïntegreerde low-NOx-brander < 30 milligram per normaal kubieke meter
-
a. bestemd voor: het verwarmen van water met een ketel met een geïntegreerde brander,
waarbij de rookgassen niet meer dan 30 milligram NOx per normaal kubieke meter (bij 3% O2) bevatten, gemeten volgens Scope 6 van de SCIOS-certificatieregeling, uitgave oktober
2009, waarbij géén correctie van de meetwaarden voor de meetonzekerheid wordt toegepast,
-
b. bestaande uit: een ketel met een geïntegreerde brander.
A 4311
Verwarmingsketel met low-NOx-voorzetbrander < 40 milligram per normaal kubieke meter
-
a. bestemd voor: het verwarmen van water of het produceren van lagedrukstoom (ten hoogste
5 bar en ten hoogste 110 °C) met een combinatie van een ketel en een voorzetbrander,
waarbij de rookgassen niet meer dan 40 milligram NOx per normaal kubieke meter (bij 3% O2) bevatten, gemeten volgens Scope 6 van de SCIOS-certificatieregeling, uitgave oktober
2009, waarbij géén correctie van de meetwaarden voor de meetonzekerheid wordt toegepast,
-
b. bestaande uit: een voorzetbrander en een ketel.
B 4312
Verwarmingsketel met low-NOx-brander voor stoom of thermische olie < 60 milligram per normaal kubieke meter
-
a. bestemd voor: het produceren van hogedrukstoom (ten minste 5 bar) of het verwarmen
van thermische olie met een combinatie van een ketel en een brander, waarbij de rookgassen
niet meer dan 60 milligram NOx per normaal kubieke meter (bij 3% O2) bevatten, gemeten volgens Scope 6 van de SCIOS-certificatieregeling, uitgave oktober
2009, waarbij géén correctie van de meetwaarden voor de meetonzekerheid wordt toegepast,
-
b. bestaande uit: een brander en een ketel.
A 4315
Selectieve katalytische reductie-installatie (SCR)
Toelichting: Een Stoom- en Gasturbine (STEG) wordt gezien als een verbrandingsinstallatie
en kan onder dit bedrijfsmiddel worden gemeld. Een SCR-installatie op een binnenvaartschip
kan worden gemeld onder F 3360.
A 4316
Selectieve non-katalytische reductie-installatie (SNCR)
-
a. bestemd voor: het omzetten van NOx in afgassen van installaties met injectie van ureum of ammoniak door een reductie-installatie
met een NOx-verwijderingsrendement van ten minste 85%, waardoor de NOx-emissie lager is dan 50 milligram per normaal kubieke meter (bij 3% O2), gemeten volgens de Regeling meetmethoden emissie-eisen stookinstallaties milieubeheer A,
-
b. bestaande uit: een ammoniak- of ureuminjectiesysteem.
F 4320
Gaswasser voor een aluminiumsmelterij
-
a. bestemd voor: het ontzwavelen van afgassen van een aluminiumsmelterij door het oplossen
van de verontreinigende stoffen in een vloeistof,
-
b. bestaande uit: een gaswasser.
F 4325
Ontzwavelingsinstallatie
-
a. bestemd voor: het ontzwavelen van afgassen die niet afkomstig zijn van afval- of slibverbrandingsinstallaties,
raffinaderijen of petrochemische installaties, door een installatie met een zwavelverwijderingsrendement
van ten minste 95%, waarbij elementair zwavel of zwavelverbindingen als zwavelzuur
of zwaveligzuur worden gevormd en nuttig worden toegepast,
-
b. bestaande uit: (eventueel) wastorens, (eventueel) een concentratieverhogingsstap of
indikker, (eventueel) reactoren, (eventueel) een membraaninstallatie, (eventueel)
een neutralisatie-installatie, (eventueel) een oxidatiereactor, (eventueel) een chemicaliëndosering
en (eventueel) een condensatie-eenheid, waarbij apparatuur voor de productie of nuttige
toepassing van zwavel of zwavelverbindingen niet in aanmerking komt voor de milieu-investeringsaftrek
en de willekeurige afschrijving milieu-investeringen.
Fijn stof
[Regeling vervallen per 01-01-2019]
F 4410
Apparatuur voor procesgeïntegreerde vermindering van stofontwikkeling (aanpassen bestaande
situatie)
-
a. bestemd voor: het met ten minste 80% verminderen van het ontstaan van stof, al dan
niet in combinatie met het verwijderen van andere milieuschadelijke componenten, door
aanpassing of vervanging van een productieproces in de industrie, waarbij:
-
– sprake is van de aanpak van de stofbron(nen), waarbij het ontstaan van vaste deeltjes
in de lucht wordt voorkomen,
-
– de reststofemissie naar de buitenlucht niet meer bedraagt dan 5 milligram stof per
normaal kubieke meter,
-
– de vermindering van stofemissie niet wordt gerealiseerd door het isoleren, afzuigen
of afvangen van reeds gevormd stof,
-
– de vermindering van de stofontwikkeling gerealiseerd wordt ten opzichte van de bestaande
situatie, en
-
– wordt voldaan aan de voorwaarden, genoemd onder punt 7 van paragraaf 1 van deze bijlage,
-
b. bestaande uit: (aanpassing van) apparatuur die noodzakelijk is om het ontstaan van
stof te beperken of te voorkomen, exclusief end-of-pipe-technieken en exclusief investeringen
in uitbreiding van de productiecapaciteit.
Toelichting: Dit is een zogenoemd generiek bedrijfsmiddel. Informatie over generieke
bedrijfsmiddelen en de bijbehorende meerkostenberekening, bedoeld onder punt 7 van
paragraaf 1 van deze bijlage, is te vinden op: www.agentschapnl.nl/miavamil onder
‘Onderwerpen toegelicht’ en vervolgens ‘Generieke bedrijfsmiddelen’. Het advies luidt
voorafgaand aan een melding de MIA/Vamil-helpdesk te bellen voor overleg. De voorwaarden
waaronder een investering kan voldoen, worden desgewenst schriftelijk bevestigd.
De aanpassing of vervanging van het productieproces voorkomt dat stof of een groot
deel daarvan ontstaat tijdens tussenstappen of aan het eind van het proces.
A 4415
Lasergraveersysteem voor natuursteen
-
a. bestemd voor: het stofvrij aanbrengen van afbeeldingen en tekst op natuursteen met
een CO2-laserstraal,
-
b. bestaande uit: een lasergraveerinstallatie, een besturingssysteem en een afzuiginstallatie.
B 4416
Platenkoeler, -droger of -warmtewisselaar voor indirect halogeenvrij koelen, drogen
of verwarmen in de kunstmest- en voedingsmiddelenindustrie
-
a. bestemd voor: het indirect koelen, drogen of verwarmen van vrijstromende vaste stoffen
in de kunstmest- en voedingsmiddelenindustrie, waardoor het ontstaan van stof, al
dan niet in combinatie met andere gasvormige verontreinigingen, wordt voorkomen of
geminimaliseerd, en waarbij het energieverbruik niet groter is dan bij toepassing
van een directe koel-, droog- of verwarmingstechniek en in geval van koeling uitsluitend
halogeenvrije koelmiddelen worden gebruikt,
-
b. bestaande uit: een platenkoeler, -droger of -warmtewisselaar.
Toelichting: Bij een indirect systeem komen het medium en het te koelen, te drogen
of te verwarmen product niet met elkaar in contact. Het indirect koelen, drogen of
verwarmen van vloeistoffen komt niet in aanmerking.
F 4420
Apparatuur voor vermindering van stofemissie tijdens niet-reguliere bedrijfsvoering
-
a. bestemd voor: het afscheiden van stof uit afgas of luchtstroom tijdens niet-reguliere
bedrijfsvoering (bijvoorbeeld tijdens een storing) door een vast opgestelde ontstoffingsinstallatie,
waarbij de stofemissie naar de buitenlucht niet meer dan 20 milligram stof per normaal
kubieke meter bevat en waarbij wordt voldaan aan de voorwaarden, genoemd onder punt
7 van paragraaf 1 van deze bijlage,
-
b. bestaande uit: (aanpassing van) apparatuur die noodzakelijk is om de emissie van stof
te verminderen tijdens niet-reguliere bedrijfsvoering.
Toelichting: Dit is een zogenoemd generiek bedrijfsmiddel. Informatie over generieke
bedrijfsmiddelen en de bijbehorende meerkostenberekening, bedoeld onder punt 7 van
paragraaf 1 van deze bijlage, is te vinden op: www.agentschapnl.nl/miavamil onder
‘Onderwerpen toegelicht’ en vervolgens ‘Generieke bedrijfsmiddelen’. Het advies luidt
voorafgaand aan een melding de MIA/Vamil-helpdesk te bellen voor overleg. De voorwaarden
waaronder een investering kan voldoen, worden desgewenst schriftelijk bevestigd.
Met niet-reguliere bedrijfsvoering wordt bedoeld: storingen, onderhoud aan de (reinigings-)technieken
en opstarten en stoppen van installaties of processen. Bedrijfsmiddelen die de stofemissie
tijdens niet-reguliere bedrijfsvoering kunnen beperken zijn bijvoorbeeld twee parallel
geschakelde stoffilters waarbij in geval van uitval van één van de twee filters toch
sprake is van ontstoffing.
F 4421
Snuffelpalen voor stofdetectie en -registratie
-
a. bestemd voor: het continu optisch online detecteren, registreren en terugrekenen van
stofemissies tot bedrijfsemissies rondom op- en overslagen met een verwachte emissie
van fijn stof van ten minste 25 ton per jaar, om de stofemissie te beheren en te minimaliseren,
-
b. bestaande uit: stofdetectieapparatuur op basis van een optische techniek en registratieapparatuur.
D 4422
Gesloten beladingssysteem
-
a. bestemd voor: het met een sluitkegel, een opblaasbare band of een stofrok verminderen
van stofemissies bij het laden of lossen van vrachtwagens of schepen, waarbij de verbinding
op onderdruk wordt gehouden en de uittredende lucht wordt gefilterd,
-
b. bestaande uit: een beladingsbalg met een sluitkegel, een opblaasbare band of een stofrok,
een filteraansluiting of een geïntegreerd stoffilter en (eventueel) een ventilator.
D 4423
Mobiele lostrechter
-
a. bestemd voor: het lossen van stofvormende bulkgoederen in een mobiele lostrechter
die de grijper van de loskraan geheel kan omvatten en die is voorzien van onderafzuiging
en een filter, zodanig dat wordt voorkomen dat stofverspreiding optreedt die op een
afstand van ten hoogste 2 meter van de bron met het blote oog waarneembaar is,
-
b. bestaande uit: een lostrechter, een filter en afzuigventilatoren.
F 4424
Gesloten op- of overslag van kolen of andere niet-agrarische droge bulkgoederen
-
a. bestemd voor: het ter beperking van de verspreiding van stofdeeltjes naar de buitenlucht
op- of overslaan van kolen, erts, mineralen, stofvormend afval of biomassa niet voor
dierlijke consumptie, in een gesloten opslagruimte voorzien van ontstoffingsinstallatie,
waarbij:
-
– de capaciteit bulkgoederenopslag ten minste 10 ton bedraagt,
-
– de bulkgoederen vallen onder de stuifklasse S4 en S5 zoals genoemd in de Nederlandse
emissierichtlijn lucht (NeR),
-
– in geval van een opslagruimte of loods sprake is van bronafzuigpunten,
-
– de luchtstroom die eventueel naar buiten wordt afgevoerd van stof wordt ontdaan waardoor
de luchtstroom minder dan 5 milligram stof per normaal kubieke meter bevat, en
-
– het laden, lossen of transport van de bulkgoederen volledig gesloten plaatsvindt,
-
b. bestaande uit: een gesloten opslag, loods of silo, een ontstoffingsinstallatie, (eventueel)
een mechanisch en afgesloten systeem voor het vullen en legen van de gesloten opslag,
en (eventueel) een brandveiligheidssysteem ter beperking van het broeirisico.
Het bedrijfsmiddel komt voor ten hoogste € 4.000.000 van het investeringsbedrag in
aanmerking voor milieu-investeringsaftrek en willekeurige afschrijving milieu-investeringen.
F 4429
Gesloten overkapping van een puinbreker
-
a. bestemd voor: het beperken van verspreiding van geluid alsmede stofdeeltjes naar de
buitenlucht door het breken van puin met een vast opgestelde puinbreker en het aanverwante
puintransport onder een gesloten overkapping te laten plaatsvinden, waarbij:
-
– de luchtstroom die naar buiten wordt afgevoerd van stof wordt ontdaan waardoor de
luchtstroom minder dan 5 milligram stof per normaal kubieke meter bevat, en
-
– de overkapping is voorzien van geluidwerende voorzieningen.
-
b. bestaande uit: een gesloten overkapping met geluidwerende voorzieningen en een ontstoffingsinstallatie.
A 4480
Niet-filtrerende ontstoffingsinstallatie (aanpassen bestaande situatie)
-
a. bestemd voor: het verwijderen van stofdeeltjes uit een afgas- of luchtstroom, al dan
niet in combinatie met andere milieuschadelijke of hinderlijke componenten, met een
niet-filtrerende stofafscheider, waarbij:
-
– de reststofemissie naar de buitenlucht niet meer bedraagt dan 4 milligram stof per
normaal kubieke meter,
-
– aangetoond wordt dat scheidingsrendementen worden behaald van ten minste 99% voor
PM10 en ten minste 70% voor PM2,5,
-
– de vermindering van de reststofemissie gerealiseerd wordt ten opzichte van de bestaande
situatie, en
-
– wordt voldaan aan de voorwaarden, genoemd onder punt 7 van paragraaf 1 van deze bijlage,
-
b. bestaande uit: een niet-filtrerende stofafscheider, (eventueel) een ventilator en
(eventueel) een systeem voor het terugvoeren van de grondstof.
Toelichting: Dit is een zogenoemd generiek bedrijfsmiddel. Informatie over generieke
bedrijfsmiddelen en de bijbehorende meerkostenberekening, bedoeld onder punt 7 van
paragraaf 1 van deze bijlage, is te vinden op: www.agentschapnl.nl/miavamil onder
‘Onderwerpen toegelicht’ en vervolgens ‘Generieke bedrijfsmiddelen’. Het advies luidt
voorafgaand aan een melding de MIA/Vamil-helpdesk te bellen voor overleg. De voorwaarden
waaronder een investering kan voldoen, worden desgewenst schriftelijk bevestigd.
D 4485
Filtrerende stofafscheider voorafgegaan door puntgerichte afzuiging
-
a. bestemd voor: het verwijderen van stofdeeltjes uit een afgas of luchtstroom waarbij:
-
– puntgericht afgezogen lucht van stof wordt ontdaan met een vast opgestelde filtrerende
stofafscheider, waardoor de lucht die naar buiten wordt geblazen niet meer dan 1 milligram
stof per normaal kubieke meter bevat, voor zover deze restemissie niet verplicht is
volgens de Arbeidsomstandighedenwet, en
-
– de aanschaf van de ontstoffingsinstallatie ten minste € 10.000 bedraagt,
-
b. bestaande uit: een filtrerende stofafscheider, een ventilator en (eventueel) apparatuur
benodigd om de condities van de te reinigen gassen aan te passen voor stofafscheiding
op basis van filtratie.
Toelichting: Arboverplichtingen zoals genoemd in dit bedrijfsmiddel kunnen bijvoorbeeld
gelden als gefilterde lucht gedeeltelijk of geheel wordt gerecirculeerd in de bedrijfsruimte
waar personeel werkt.
D 4487
Meertraps-ontstoffingsinstallatie voor sinterfabriek
-
a. bestemd voor: het verwijderen van stofdeeltjes en schadelijke gassen uit de afgassen
van een sinterfabriek, waarbij gebruik wordt gemaakt van ten minste twee afzonderlijke
scheidingssystemen, waaronder een filtrerende afscheider, waardoor de stofemissie
naar de buitenlucht ten hoogste 5 milligram stof per normaal kubieke meter bedraagt,
-
b. bestaande uit: een meertraps-ontstoffingsinstallatie, (eventueel) een doseerinstallatie,
(eventueel) een reactor en (eventueel) een wastoren.
Vluchtige organische stoffen (VOS)
[Regeling vervallen per 01-01-2019]
F 4500
VOS-emissiereducerende technieken binnen de metaalindustrie
-
a. bestemd voor: het voorkomen, terugwinnen of beperken van de emissie van vluchtige
organische stoffen (VOS) bij het reinigen, lijmen of coaten van metalen door toepassing
van één of meer milieuvriendelijke technieken, waarbij wordt voldaan aan de voorwaarden,
genoemd onder punt 7 van paragraaf 1 van deze bijlage, en:
-
b. bestaande uit: VOS-emissiereducerende apparatuur.
Toelichting: Dit is een zogenoemd generiek bedrijfsmiddel. Informatie over generieke
bedrijfsmiddelen en de bijbehorende meerkostenberekening, bedoeld onder punt 7 van
paragraaf 1 van deze bijlage, is te vinden op: www.agentschapnl.nl/miavamil onder
‘Onderwerpen toegelicht’ en vervolgens ‘Generieke bedrijfsmiddelen’. Het advies luidt
voorafgaand aan een melding de MIA/Vamil-helpdesk te bellen voor overleg. De voorwaarden
waaronder een investering kan voldoen, worden desgewenst schriftelijk bevestigd.
Informatie over of uw bedrijf een type B of C bedrijf is, is te vinden op www.infomil.nl/onderwerpen/integrale/wet-milieubeheer/typen-inrichting-0/.
Voor nadere informatie over de VOS-eisen genoemd onder 1b zie Handhaving Vos op www.infomil.nl/onderwerpen/klimaat-lucht/lucht-in-het/metaal-0/reinigen-lijmen/.
Met een bedrijf dat onder het Activiteitenbesluit milieubeheer valt, zoals genoemd bij punt 2, wordt bedoeld een bedrijf dat bijvoorbeeld bij een
activiteit als bedoeld in tabel 2.28a, onder 8, van het Activiteitenbesluit milieubeheer (andere coatingprocessen) een verbruiksdrempel van meer 5 ton VOS per jaar overschrijdt.
Bij punt 2, onder b, wordt gesproken over ten minste 30% lager dan de eis voor diffuse
emissie. Voor bijvoorbeeld een activiteit als bedoeld in tabel 2.28a, onder 8, van het Activiteitenbesluit milieubeheer (andere coatingprocessen) wordt hiermee ten minste 30% van 20% bedoeld. Dit komt
overeen met een vermindering van de diffuse emissie met ten minste 14%.
Voor nadere informatie over de beoogde emissie genoemd bij punt 2, onder a, en de
emissiegrenswaarde genoemd bij punt 2, onder b, zie Activiteiten en grenswaarden onder
respectievelijk 5.1 regime 1 en 5.2 regime 2 op www.infomil.nl/onderwerpen/klimaat-lucht/stoffen/vos/artikel/5-voldoen/.
F 4520
Dubbele mechanische asafdichting
-
a. bestemd voor: het verminderen van lek- en verdampingsverliezen van vluchtige organische
stoffen langs roterende assen van machines, door een dubbele mechanische afdichting
die voldoet aan ISO 21049:2004, categorie 3, arrangement 3,
-
b. bestaande uit: een dubbele mechanische asafdichting.
A 4530
Gesloten reinigingsinstallatie zonder vluchtige organische stoffen
-
a. bestemd voor: het onder vacuüm reinigen van machineonderdelen met uitsluitend reinigingsmiddelen
zonder vluchtige organische stoffen, waarbij het gebruikte reinigingsmiddel wordt
gerecycled,
-
b. bestaande uit: een gesloten reinigingsinstallatie.
D 4531
Reinigings- of ontvettingsinstallatie
-
a. bestemd voor: het ontvetten en reinigen van metalen (half-)producten door een installatie
waarin uitsluitend reinigingsmiddelen zonder vluchtige organische oplosmiddelen worden
gebruikt, en waarbij het gebruikte reinigingsmiddel wordt gerecycled,
-
b. bestaande uit: een ontvettings- en reinigingsinstallatie, pompen, (eventueel) een
verwarmingssysteem, (eventueel) een drooginstallatie en (eventueel) een water- of
badreinigingsinstallatie, exclusief eventuele beitsinstallaties.
Toelichting: Ook poederontvetting of reiniging met superkritisch CO2 komen in aanmerking voor de milieu-investeringsaftrek.
A 4550
Druktorens voor waterloze offset
-
a. bestemd voor: het bedrukken van materiaal zoals papier, karton, textiel of kunststof
door een offsetdrukmachine die waterloze inkten verbruikt,
-
b. bestaande uit: druktorens en (eventueel) een droogeenheid.
A 4551
Drukvormwasinstallatie voor zeefdrukvormen
-
a. bestemd voor: het in twee opeenvolgende processtappen verwijderen van inkt en het
strippen van zeefdruksjablonen in een gesloten systeem zonder gebruik te maken van
vluchtige organische reinigingsmiddelen,
-
b. bestaande uit: een inktverwijderingseenheid, een stripeenheid en een rondpompsysteem,
waarbij apparatuur voor het reinigen van persrollen niet in aanmerking komt voor milieu-investeringsaftrek
en willekeurige afschrijving milieu-investeringen.
F 4570
Textielreinigingssysteem met CO2
-
a. bestemd voor: het reinigen van textiel met CO2,
-
b. bestaande uit: een reinigingsinstallatie, een toevoereenheid, een mengsysteem, een
pomp en een opslagsysteem voor CO2.
G 4571
Natreinigingssysteem
-
a. bestemd voor: het reinigen van bovenkleding door een nat proces op basis van water
in plaats van perchloorethyleen, waarbij de gereinigde bovenkleding met een gasgestookte
roterende droger wordt gedroogd,
-
b. bestaande uit: een reinigingsmachine, een droger en (eventueel) een vormdroger.
E 4572
Gesloten textielreinigingsmachine met halogeenvrije oplosmiddelen
-
a. bestemd voor: het reinigen van niet-natwasbaar textiel in een gesloten textielreinigingsmachine
ter vervanging van een bestaande PER-reinigingsmachine,
-
– die in één cyclus textiel reinigt en droogt,
-
– die reinigt met niet-toxische, halogeenvrije oplosmiddelen van klasse A III met een
vlampunt boven 55°C en die lichter zijn dan water,
-
– die voorzien is van een droogsysteem op basis van een warmtepomp,
-
– waarin het oplosmiddel wordt teruggewonnen in een emissievrij destillatiesysteem,
en
-
– waarbij de bestaande PER-reinigingsmachine wordt verwijderd,
-
b. bestaande uit: een computergestuurde textielreinigingsmachine, een warmtepomp, elektronische
droogcontrole, een koelcompressor, een waterafscheider, een overvulbeveiliging van
het destillatie- en residuvat en een emissievrij vul- en uitruimsysteem.
A 4580
Vlamloze thermische naverbrander voor afgassen
-
a. bestemd voor: het naverbranden van vluchtige organische stoffen of aromatische koolwaterstoffen
in afgassen met behulp van een keramisch bed dat wordt verhit, waarbij:
-
– het afgas niet direct in contact staat met de open vlam van de brander(s),
-
– de NOx-emissie niet meer bedraagt dan 10 milligram per nominaal kubieke meter (bij 11% O2), en
-
– het netto energieverbruik niet meer bedraagt dan 75 kilojoule per nominaal kubieke
meter afgas,
-
b. bestaande uit: een vlamloze thermische naverbrander.
B 4581
Biologisch luchtfilter voor vluchtige organische stoffen
-
a. bestemd voor: de microbiologische afbraak van vluchtige organische stoffen uit afgassen,
-
b. bestaande uit: een bak of vat met biomassa op dragermateriaal, een ventilator, (eventueel)
een filterbevochtigingsinstallatie, (eventueel) een afgasbevochtigingsinstallatie,
(eventueel) een demister en (eventueel) een afgassenkoelinstallatie.
F 4582
Gas- en dampadsorber met regeneratie
Overige luchtverontreiniging
[Regeling vervallen per 01-01-2019]
F 4610
Alkalizoutvrije vulcanisatie-installatie (ombouw of vervanging)
-
a. bestemd voor: het vulcaniseren van rubber met waterstofperoxide, waardoor het vulcaniseren
met alkalizouten wordt vermeden, door aanpassing of vervanging van een bestaande installatie,
-
b. bestaande uit: (aanpassing van) een vulcanisatie-installatie.
B 4615
Gesloten malsysteem voor kunstharsverwerking
-
a. bestemd voor: het verwerken van kunstharsen in een gesloten mal voorzien van een vacuüminjectie-
of overdruksysteem ter vermijding van styreenemissies,
-
b. bestaande uit: een vacuüm- of persinstallatie, een gesloten malsysteem, injectieapparatuur
en (eventueel) een oven.
A 4680
Plasma-omzetter voor gasvormige verontreinigingen
-
a. bestemd voor: het in een niet-thermisch plasmaveld ontleden van gasvormige verontreinigingen
in ruimtelucht, niet bestemd voor productie, of afgassen of andere naar buiten af
te voeren lucht, waarbij de verontreinigingen worden omgezet in onschadelijke stoffen
of uiteenvallen in hun elementaire componenten,
-
b. bestaande uit: een hoogspanningsbron, een reactiekamer, een besturingssysteem en (eventueel)
een katalysator.
Toelichting: Apparatuur voor de reiniging van lucht door oxidatie kan gemeld worden
onder E 4681.
E 4681
(Katalytische) Oxidatie-installatie voor luchtreiniging
-
a. bestemd voor: het (al dan niet katalytisch) oxideren met waterstofperoxide, zuurstofradicalen,
zuurstofionen, ozon of UV-bestraling,
-
1. van pathogenen, geur- of koolwaterstoffen in naar buiten te blazen luchtstromen, of
-
2. voor desinfectie van ruimtelucht bij toepassing in de industrie, waardoor het gebruik
van chemicaliën aantoonbaar wordt verminderd,
-
b. bestaande uit: een oxidatie-installatie, (eventueel) doseer- of injectieapparatuur,
(eventueel) een waterstofperoxidewasser, (eventueel) een wastoren, (eventueel) een
katalysator, (eventueel) een ozongenerator, (eventueel) een restozonabsorber of -vernietiger
en (eventueel) een zuurstofradicaalgenerator.
Toelichting: Apparatuur voor de reiniging van lucht met niet-thermische plasma kan
gemeld worden onder A 4680.
B 4685
Biogaswasser
-
a. bestemd voor: het verwijderen van gasvormige verontreinigingen uit afgassen die niet
afkomstig zijn van afval- of slibverbrandingsinstallaties of stallen, door een biologische
gaswasinstallatie, waarbij er geen sprake is van het opwaarderen van gas, zoals biogas
of stortgas, tot een hoogwaardiger brandstof,
-
b. bestaande uit: biomassa op dragermateriaal, een tank, (eventueel) een ventilator,
(eventueel) een druppelvanger, (eventueel) een chemicaliëndoseerinstallatie en (eventueel)
een wasvloeistofbehandelingssysteem.
B 4686
Oxidatiebed voor zuivering van lucht
-
a. bestemd voor: het biologisch reinigen van lucht of het gelijktijdig in één reactor
biologisch reinigen van lucht en afvalwater, niet afkomstig van afval- of slibverwerkingsinstallaties,
waarbij het verwijderingsrendement voor geurstoffen in de lucht ten minste 90% bedraagt,
-
b. bestaande uit: een oxidatiebed.
Ruimtegebruik
[Regeling vervallen per 01-01-2019]
Ecologische systemen, biodiversiteit, oppervlaktewater, grondwater, bodem, gevaarlijke
stoffen, externe veiligheid
Ecosystemen en biodiversiteit
[Regeling vervallen per 01-01-2019]
F 5100
Biodiversiteitversterkende apparatuur of werken
-
a. bestemd voor: het op land door apparatuur, landschapselementen, bouwkundige of civieltechnische
werken versterken van gebiedseigen biodiversiteitsfactoren, waarbij:
-
– het toegepaste hout voldoet aan de eisen genoemd onder a, punt 1 van bedrijfsmiddel
A 6310, en
-
– wordt voldaan aan de voorwaarden, genoemd onder punt 7 van paragraaf 1 van deze bijlage,
-
b. bestaande uit: apparatuur, landschapselementen, bouwkundige of civieltechnische werken
die noodzakelijk zijn voor versterking van de gebiedseigen biodiversiteit.
Het bedrijfsmiddel komt voor ten hoogste € 1.000.000 van het investeringsbedrag in
aanmerking voor milieu-investeringsaftrek en willekeurige afschrijving milieu-investeringen.
Toelichting: Dit is een zogenoemd generiek bedrijfsmiddel. Informatie over generieke
bedrijfsmiddelen en de bijbehorende meerkostenberekening, bedoeld onder punt 7 van
paragraaf 1 van deze bijlage, is te vinden op: www.agentschapnl.nl/miavamil onder
‘Onderwerpen toegelicht’ en vervolgens ‘Generieke bedrijfsmiddelen’. Het advies luidt
voorafgaand aan een melding de MIA/Vamil-helpdesk te bellen voor overleg. De voorwaarden
waaronder een investering kan voldoen, worden desgewenst schriftelijk bevestigd.
Andere in de Milieulijst genoemde bedrijfsmiddelen komen niet in aanmerking onder
F 5100. Bedrijfsmiddelen die uitgesloten zijn op grond van artikel 3.45 van de Wet inkomstenbelasting 2001 komen niet in aanmerking.
Landschapselementen kunnen bijvoorbeeld veedrinkpoelen, houtwallen, hagen en bomen
zijn, die als element homogeen in het gebiedseigen landschap opgenomen zijn. Informatie
over gebiedseigen elementen zijn onder andere te vinden op de volgende websites: www.spade.nl,
www.landschapsbeheer.nl en www.nederlandscultuurlandschap.nl.
Voor landschapsinrichting kan mogelijk ook gebruik gemaakt worden van de maatlat BREEAM-NL
Gebied, http://www.breeam.nl/gebied/breeam_gebied/.
C 5110
Visvriendelijk en geluidarm waterkrachtsysteem
-
a. bestemd voor: het opwekken van energie door een niet-axiale rotor met watergesmeerde
magnetische of kunststof lagers,
-
b. bestaande uit: een waterkrachtsysteem.
F 5120
Visgeleidingssysteem
F 5125
Onderwatergeluidschade beperkende apparatuur
-
a. bestemd voor: het in real time voorkomen van gedragsverstoring of gehoorschade bij
zeezoogdieren door het monitoren van de aanwezigheid van zeezoogdieren, het meten
van door de mens veroorzaakt onderwatergeluid en het op basis hiervan nemen van geluidbeperkende
maatregelen,
-
b. bestaande uit: een onderwatergeluidmonitoringssysteem, een zeezoogdiermonitoringssysteem
en geluidbeperkende voorzieningen.
F 5129
Verjagingsapparatuur voor vogels en vleermuizen bij windmolens
-
a. bestemd voor: het verjagen en eventueel monitoren van vogels en vleermuizen bij windmolens
ter voorkoming en vermindering van letsel bij deze diersoorten, waarbij plaatsing
en uitvoering van de verjagings- en eventueel monitoringsapparatuur plaatsvindt in
samenwerking met een relevante en erkende onderzoeksorganisatie,
-
b. bestaande uit: verjagingsapparatuur en (eventueel) monitoringsapparatuur, (eventueel)
aanpassingen aan de windmolen.
A 5140
Moerasbed- of helofytenfilter
-
a. bestemd voor: het stimuleren van de lokale biodiversiteit en het zuiveren van oppervlaktewater
met een drijvend of vast filtersysteem samengesteld uit bodemmateriaal en waterzuiverende
beplanting, al dan niet opgenomen in een natuurvriendelijke oever zijnde een glooiende
oever met, bij voorkeur gebiedseigen, begroeiing,
-
b. bestaande uit: een filtersysteem, (eventueel) apparatuur voor het opwekken van elektriciteit
uit zonne-energie, (eventueel) een pomp en exclusief de volgende onderdelen: terrassen,
beschoeiingen, kunstobjecten en reclame-uitingen.
Toelichting: Moerasbed- of helofytenfilters die gebruikt worden voor het zuiveren
van afvalwaterstromen uit de agrarische sector kunnen gemeld worden onder A 2145,
B 2345, of B 2346.
Filters voor de zuivering van industrieel afvalwater of effluent komen niet in aanmerking.
A 5190
Mobiele verbrandingsoven voor verdelging van eikenprocessierupsen
-
a. bestemd voor: het met een mobiel werktuig verwijderen en verwerken van (resten van)
eikenprocessierupsen door opzuiging van de rupsen direct gevolgd door vernietiging
ter plaatse in een oven,
-
b. bestaande uit: een zuigeenheid, een toevoersysteem, een oven, een brander en een rookgasbehandeling.
Oppervlaktewater
[Regeling vervallen per 01-01-2019]
A 5210
Windgekoelde condensor
-
a. bestemd voor: het condenseren van koudemiddel in een koelinstallatie door buitenlucht
zonder gebruik te maken van ventilatoren of spuiwater, ter voorkoming van geluidhinder
en waterverbruik,
-
b. bestaande uit: een windgekoelde condensor.
A 5220
Uitklapbare waterkering
-
a. bestemd voor: het voorkomen van overstromingen of de verspreiding van verontreinigd
blus-, afval- of regenwater bij calamiteiten, door een uitklapbare waterkerende constructie,
die buiten gebruik ter plaatse ondergronds is opgeslagen,
-
b. bestaande uit: een stalen uitklapbare damwand, een betonnen goot en afdekplaten.
B 5221
Noodopslagvoorziening voor rioolwater
-
a. bestemd voor: de tijdelijke berging van rioolwater in bergingszakken of -slurven ter
voorkoming van riooloverstort,
-
b. bestaande uit: bergingszakken of -slurven en (eventueel) apparatuur voor lokale zuivering
voorafgaand aan lozing of infiltratie.
A 5250
Plaatsspecifieke onkruidbestrijdingsapparatuur voor (half-)verhardingen
-
a. bestemd voor: het plaatsspecifiek bestrijden en voorkomen van onkruidgroei op (half-)verhardingen
door water of een biologisch afbreekbaar bestrijdingsmiddel onder een druk van ten
hoogste 3 bar of met een temperatuur van ten minste 95°C toe te dienen waarbij,
-
– met behulp van optische sensoren onkruid wordt gedetecteerd en daarop de spuitdoppen
worden aangestuurd,
-
– de afstand tussen de spuitdoppen en het onkruid niet meer dan 25 centimeter bedraagt,
en
-
– de afstand tussen de spuitdoppen niet meer dan 10 centimeter bedraagt,
-
b. bestaande uit: een onkruidbestrijdingmachine met onkruidsensoren, spuitdoppen, een
computer, een regeleenheid, een sensorbesturing van de spuitboom en buffervaten.
A 5251
Onkruidbestrijdingsapparatuur met heet water voor (half-)verhardingen of spoorbanen
-
a. bestemd voor: het bestrijden van onkruid op (half-)verhardingen of spoorbanen met
water met een temperatuur van ten minste 95°C door een machine die uitgerust is met
een warmtewisselaar,
-
b. bestaande uit: een onkruidbestrijdingmachine met heet water systeem, warmtewisselaar
voor het koken van het water, roetfilter, brander, ketels, spuitdoppen, een computer,
een regeleenheid, besturing van de spuitboom en buffervaten.
Bodem en grondwater
[Regeling vervallen per 01-01-2019]
F 5310
Ingeterpte of ondergrondse dubbelwandige tanks en leidingen voor bodembedreigende
vloeistoffen in de industrie
-
a. bestemd voor: het ter voorkoming van bodemverontreiniging bij de industrie buiten
grondwaterbeschermingsgebieden in dubbelwandige tanks ondergronds of ingeterpt opslaan
en/of in dubbelwandige leidingen ondergronds transporteren van niet-explosieve vloeistoffen
die volgens de Nederlandse Richtlijn Bodembescherming bedrijfsmatige activiteiten
als bodembedreigend worden aangemerkt,
-
b. bestaande uit: dubbelwandige tanks of dubbelwandige leidingen en (eventueel) een lekdetectiesysteem.
B 5315
Verplaatsbaar tijdelijk opslagreservoir
-
a. bestemd voor: het in het geval van calamiteiten tijdelijk opslaan van bodembedreigende
stoffen, niet zijnde rioolwater, in een verplaatsbaar tijdelijk opslagreservoir op
een locatie niet zijnde een op- en overslagplaats met een capaciteit van meer dan
10 ton,
-
b. bestaande uit: een verplaatsbare opslagzak, (eventueel) een haspel en (eventueel)
een haspelwagen.
B 5319
Olieverwerkend geotextiel
-
a. bestemd voor: het afvangen en afbreken van lichte minerale olie uit afstromend of
percolerend regenwater op een bedrijfsterrein door in de bodem of onder de verharding
aangebracht waterdoorlatend geotextiel, waarbij de minerale deeltjes in het geotextiel
worden gefixeerd waarna de in de bodem aanwezige micro-organismen de deeltjes afbreken,
-
b. bestaande uit: olieverwerkend geotextiel.
F 5320
Grondwatersaneringssysteem met nuttig gebruik van saneringswater voor een andere toepassing
in de ondergrond
-
a. bestemd voor: het saneren van verontreinigd grondwater in de zin van de Wet bodembescherming, waarbij het verontreinigd grondwater nuttig gebruikt wordt voor een andere toepassing
in de ondergrond en waarbij tevens sprake is van zuivering van het te infiltreren
grondwater met een zuiveringswerk,
-
b. bestaande uit: onttrekkings- en infiltratiefilters, leidingwerk, een pomp, (eventueel)
een warmtewisselaar, (eventueel) een elektronische monitorings- en regeleenheid en
(eventueel) een zuiveringswerk voor het te infiltreren grondwater.
Toelichting: Andere voorbeelden van nuttige toepassingen in de ondergrond zijn het
tegengaan van verdroging (natuurbeheer of -herstel) of van grondwateroverlast door
het stopzetten van industriële bronnen of elke andere combinatie van meerdere gebruiksfuncties
waarvan het verbeteren van de grondwaterkwaliteit er één is.
B 5321
Grondwaterbeheerssysteem met nuttig gebruik van saneringswater voor een andere toepassing
in de ondergrond
-
a. bestemd voor: het nuttig gebruik van verontreinigd grondwater in de zin van de Wet bodembescherming voor een andere toepassing in de ondergrond en waarbij de verontreinigingsvlek aantoonbaar
geohydrologisch beheerst wordt,
-
b. bestaande uit: onttrekkings- en infiltratiefilters, leidingwerk, een pomp, (eventueel)
een warmtewisselaar en (eventueel) een elektronische monitorings- en regeleenheid.
Toelichting: Zie F 5320.
A 5322
Grondwaterbeheerssysteem met duurzame energievoorziening
-
a. bestemd voor: het beheersen van grondwater met verontreinigingen in de zin van de
Wet bodembescherming, die op de betreffende locatie aantoonbaar niet gesaneerd kunnen worden en waarbij
de energievoorziening van de beheersing ten behoeve van de exploitatiefase voor ten
minste 75% ter plaatse wordt opgewekt uit duurzame energiebronnen,
-
b. bestaande uit: onttrekkings- en infiltratiefilters, leidingwerk, (eventueel) overige
apparatuur ten behoeve van beheersing van de verontreiniging en (eventueel) een elektronische
monitorings- en regeleenheid, exclusief de duurzame energievoorziening.
Toelichting: Duurzame energievoorzieningen komen mogelijk in aanmerking voor de energie-investeringsaftrek
of de regeling Stimulering Duurzame Energieproductie.
B 5323
Systeem voor nuttig gebruik van saneringswater in processen
-
a. bestemd voor: het winnen en als koel- of proceswater aanwenden van verontreinigd grondwater
in de zin van de Wet bodembescherming, waarbij het water geloosd wordt op het riool of het oppervlaktewater,
-
b. bestaande uit: onttrekkingsfilters, leidingwerk, een pomp, (eventueel) een warmtewisselaar,
(eventueel) een elektronische monitorings- en regeleenheid en (eventueel) een zuiveringswerk
voor de aanwending van het saneringswater, waarbij het zuiveringswerk om te lozen
niet in aanmerking komt voor de milieu-investeringsaftrek en de willekeurige afschrijving
milieu-investeringen.
Toelichting: Het zuiveringswerk dat nodig is om aanwending van het saneringswater
mogelijk te maken, komt wel in aanmerking voor de milieu-investeringsaftrek en de
willekeurige afschrijving milieu-investeringen.
A 5330
Onderzuigapparatuur voor sanering of verlaging van bodems
-
a. bestemd voor: het saneren of verlagen van droge of natte bodems door onderzuigen,
waarbij minimale roering van de toplaag plaatsvindt,
-
b. bestaande uit: een pomp, een zuiglans (inclusief ladder) of een zuigmes, een procescontrolesysteem,
leidingwerk en (eventueel) een wateropslagtank, waarbij het draag- en vervoermiddel
(ponton of hydraulische kraan) niet in aanmerking komt voor milieu-investeringsaftrek
en willekeurige afschrijving milieu-investeringen.
B 5335
Stoomstripsysteem voor bodemsanering
-
a. bestemd voor: het in situ saneren van bodem- of grondwaterverontreiniging, waarbij
de vervuiling door het in de bodem brengen van stoom wordt gemobiliseerd of afgebroken,
-
b. bestaande uit: injectie- of doseerapparatuur, injectie- en onttrekkingsfilters en
(eventueel) een elektronische monitorings- en regeleenheid.
E 5336
Directe chemische oxidatie-installatie voor bodemsanering
-
a. bestemd voor: het in situ oxideren van bodemverontreiniging door het gericht inbrengen
van oxidanten in de bodem, waardoor de bodemverontreiniging chemisch wordt gereduceerd
tot onschadelijke componenten,
-
b. bestaande uit: injectie- of doseerapparatuur, injectie- en onttrekkingsfilters en
(eventueel) een elektronische monitorings- en regeleenheid.
A 5340
Saneringssysteem voor verdergaande gestimuleerde afbraak in de bodem
-
a. bestemd voor: het in situ saneren van bodem- of grondwaterverontreiniging door het
activeren van aërobe en anaërobe microbiologische processen in de bodem door injectie
van micro-organismen in combinatie met (verrijkt) dragergas, voedingsstoffen of elektronendonoren,
-
b. bestaande uit: injectie- of doseerapparatuur, injectie- en onttrekkingsfilters, (eventueel)
een elektronische monitorings- en regeleenheid, (eventueel) zuurstofverrijkingsapparatuur.
A 5341
Saneringssysteem voor gestimuleerde vastlegging in de bodem
-
a. bestemd voor: het in situ saneren van bodem- of grondwaterverontreiniging door het
door injectie van voedingsstoffen of sulfaat, eventueel gecombineerd met micro-organismen,
doen neerslaan van metaalsulfiden in de bodem en daarmee immobiliseren van de verontreiniging,
-
b. bestaande uit: injectie- of doseerapparatuur, injectie- en onttrekkingsfilters en
(eventueel) een elektronische monitorings- en regeleenheid.
B 5342
Reactief scherm voor bodemsanering
-
a. bestemd voor: het ondergronds beheersen van verontreiniging van bodem of grondwater,
waarbij de verontreiniging door een in de bodem aangelegd reactief scherm wordt geleid
en hierin wordt afgebroken of vastgelegd,
-
b. bestaande uit: reactief materiaal of infiltratiefilters, een poort, (eventueel) een
impermeabele wand en (eventueel) een elektronische monitorings- en regeleenheid.
Gevaarlijke stoffen
[Regeling vervallen per 01-01-2019]
F 5410
Gasdetectieapparatuur bij grote opslagen van toxische gassen
-
a. bestemd voor: het met ten minste twee sensoren vroegtijdig detecteren van lekken bij
opslagen van toxische gassen, zoals ammoniak of chloor, groter dan 5 normaal kubieke
meter, met activering van een systeem dat het ontsnappen van de gassen tegengaat of
met automatische doormelding naar een alarmcentrale, voor zover dit niet wettelijk
verplicht is,
-
b. bestaande uit: early warning gasdetectieapparatuur, (eventueel) apparatuur voor doormelding
naar een alarmcentrale en (eventueel) een noodopslagtank die geen deel uitmaakt van
de normale bedrijfsvoering.
F 5411
Branddetectiesysteem in chemicaliënopslagen tot 10 ton
-
a. bestemd voor: het vroegtijdig detecteren van brand in chemicaliënopslagruimten met
een opslagcapaciteit van minder dan 10 ton, met activering van een blussysteem of
met automatische doormelding naar een alarmcentrale, voor zover het systeem niet wettelijk
verplicht is of vanuit een brandconcept noodzakelijk is,
-
b. bestaande uit: detectieapparatuur, (eventueel) een automatisch brandblussysteem en
(eventueel) apparatuur voor doormelding naar een alarmcentrale.
Toelichting: Branddetectiesystemen bij vuurwerkopslagen komen niet in aanmerking voor
milieu-investeringsaftrek en de willekeurige afschrijving milieu-investeringen. Vuurwerkopslagen
worden niet aangemerkt als chemicaliënopslagen.
F 5412
Lichtschuimblusinstallatie voor chemicaliënopslagen
-
a. bestemd voor: het bij brand vol schuimen van de opslagruimte bij installaties waarbij
op grond van PGS 15:2005 voldoen aan beschermingsniveau 1 niet verplicht is,
-
b. bestaande uit: lichtschuimgeneratoren.
Toelichting: PGS staat voor Publicatiereeks Gevaarlijke Stoffen.
A 5413
Halogeenvrij gekoelde bulkopslag van LPG of toxische gassen (ombouw of vervanging)
-
a. bestemd voor: het bij calamiteiten verminderen van de uitstroom van LPG of toxische
gassen uit bulkopslagtanks door omschakeling van drukopslag naar gekoelde opslag met
een passend halogeenvrij koelsysteem, voor zover dit niet wettelijk verplicht is,
-
b. bestaande uit: een (verdampings-) koelsysteem.
A 5415
Laad- en losapparatuur voor modaliteitsverschuiving vervoer gevaarlijke stoffen
-
a. bestemd voor: het verminderen van het risico van een zwaar ongeval door het omschakelen
van bestaand transport van gevaarlijke stoffen over weg of spoor naar transport per
binnenvaartschip,
-
b. bestaande uit: laad- en losvoorzieningen en (eventueel) kadefaciliteiten die noodzakelijk
zijn om vervoer via een binnenvaartschip mogelijk te maken.
A 5416
Tweede omhulling voor een proces- of verladingsinstallatie
-
a. bestemd voor: het voorkomen van het in de buitenlucht komen van incidentele emissies
van toxische gassen uit een chemische procesinstallatie of een verladingsinstallatie,
voor zover de tweede omhulling niet wettelijk verplicht is. De uitsluitend daartoe
bestemde constructie is in overeenstemming met de eisen betreffende arbeidsveiligheid,
externe veiligheid en rampenbestrijding, wat blijkt uit een verklaring opgesteld door
een onafhankelijke deskundige dan wel het bevoegde gezag,
-
b. bestaande uit: een constructie die als een tweede omhulling de proces- of verladingsinstallatie
omsluit zodanig dat er geen toxisch gas naar buiten kan treden, exclusief de gasopvang-
en neutralisatie-installatie.
Bebouwde omgeving
[Regeling vervallen per 01-01-2019]
DuBo, gebouwen, bedrijfsterreinen, bouwmaterialen, installaties, civiele voorzieningen
DuBo
[Regeling vervallen per 01-01-2019]
E 6110
Zeer duurzaam utiliteitsgebouw volgens de maatlat Groen Financiering
-
a. bestemd voor: het duurzaam vervullen van utiliteitsfuncties met een gebouw dat gerealiseerd
is volgens de eisen van de vigerende maatlat Groen Financiering wat blijkt uit de
Groen Verklaring voor het betreffende gebouw,
-
b. bestaande uit: een utiliteitsgebouw.
Het bedrijfsmiddel komt voor ten hoogste € 10.000.000 van het investeringsbedrag in
aanmerking voor milieu-investeringsaftrek.
Investeringen in een duurzaam gebouw kunnen uitsluitend in zijn geheel voor één van
de codes genoemd onder E 6110 tot en met C 6129 worden gemeld.
B 6111
Duurzame renovatie bestaand utiliteitsgebouw volgens de maatlat van Groen Financiering
-
a. bestemd voor: het duurzaam vervullen van utiliteitsfuncties met een gebouw dat gerenoveerd
is volgens de eisen van de vigerende maatlat Groen Financiering wat blijkt uit de
Groen Verklaring voor het betreffende gebouw,
-
b. bestaande uit: een utiliteitsgebouw.
Het bedrijfsmiddel komt voor ten hoogste € 10.000.000 van het investeringsbedrag in
aanmerking voor milieu-investeringsaftrek en willekeurige afschrijving milieu-investeringen.
Investeringen in een duurzaam gebouw kunnen uitsluitend in zijn geheel voor één van
de codes genoemd onder E 6110 tot en met C 6129 worden gemeld.
F 6115
Zeer duurzaam gerenoveerd of verdergaand zeer duurzaam nieuw gebouw volgens BREEAM-NL
-
a. bestemd voor: het duurzaam vervullen van (utiliteits-)gebruiksfuncties zoals genoemd
in tabel 5.1 van het Bouwbesluit 2012, niet zijnde gebruiksfunctie 1 (woonfunctie), 11 (overige gebruiksfunctie) of 12
(bouwwerk geen gebouw zijnde), met een gebouw, niet zijnde een stal of een kas, waarvan
is vastgesteld dat het voldoet aan de volgende eisen:
-
1. al het aangeschafte nieuwe duurzame hout dat verwerkt wordt in het gebouw voldoet
aan de eisen genoemd onder a, punt 1, van bedrijfsmiddel A 6310,
-
2. voor het gemelde gebouw dient een Milieuprestatieberekening (MPG) overgelegd te worden,
-
3a. voor het gerenoveerde gebouw(deel) moet het niveau ‘Excellent’ (4 sterren) op het
aspect ‘Asset’ van het keurmerk voor duurzame vastgoedobjecten (BREEAM-NL-In-Use)
van de Dutch Green Building Council behaald worden, waarbij voor de volgende categorieën
ten minste de genoemde score wordt behaald: 60% op ‘Energie’, 30% op ‘Landgebruik
en Ecologie’ en 30% op ‘Materialen’, of
-
3b. voor het nieuwe of grootschalig gerenoveerd gebouw moet het niveau ‘Outstanding’ (5
sterren) van het keurmerk voor duurzame vastgoedobjecten (BREEAM-NL Nieuwbouw en Grootschalige
Renovatie) van de Dutch Green Building Council behaald worden, waarbij voor de volgende
categorieën ten minste de genoemde score wordt behaald: 60% op ‘Energie’, 30% op ‘Landgebruik
en Ecologie’ en 30% op ‘Materialen’ en aanvullend voor onderdeel ENE1 ten minste 12
punten,
-
4a. dat voldaan wordt aan de bovenstaande eisen van 3a moet blijken uit een voor meldingsdatum
afgegeven BREEAM-NL-in-Use certificaat als uitgangspunt én bijbehorende self-assessment
waaruit het vereiste niveau blijkt, en waarbij binnen drie jaar na afgifte van het
hierboven genoemde certificaat, een oplevercertificaat (BREEAM-NL In Use) wordt overgelegd,
of
-
4b. dat voldaan wordt aan de bovenstaande eisen van 3b moet blijken uit een voor meldingsdatum
afgegeven BREEAM-NL ontwerp-certificaat, en waarbij binnen drie jaar na afgifte van
het ontwerpcertificaat, een oplevercertificaat wordt overgelegd dan wel binnen vier
jaar een oplevercertificaat wordt overgelegd volgens de dan vigerende maatlat van
BREEAM-NL Nieuwbouw en Grootschalige Renovatie, en
-
5. er is slechts sprake van renovatie van een bestaand gebouw indien de fundering en
bouwconstructie conform het Bouwbesluit 2012 gehandhaafd blijven,
-
b. bestaande uit: een nieuw utiliteitsgebouw of de voor renovatie noodzakelijke apparatuur,
bouwkundige werken en gebouwgebonden installaties om te voldoen aan bovengenoemde
eisen. Interieur- en inrichtingskosten, kosten voor grond en kosten voor sloop en
aanschaf van een bestaand gebouw, komen niet in aanmerking voor F 6115.
Het bedrijfsmiddel komt voor 50% van het investeringsbedrag in aanmerking voor milieu-investeringsaftrek
en willekeurige afschrijving milieu-investeringen. Investeringen in een duurzaam gebouw
kunnen uitsluitend in zijn geheel voor één van de codes genoemd onder E 6110 tot en
met C 6129 worden gemeld.
Toelichting: Informatie over BREEAM-NL kan worden gevonden op www.BREEAM.nl. Een lijst
van goedgekeurde houtcertificatiesystemen is te vinden op www.tpac.smk.nl of www.inkoopduurzaamhout.nl.
Informatie over Keurhout is te vinden op www.keurhout.nl. Het Bouwbesluit 2012 is te raadplegen via www.wetten.nl.
A 6116
Duurzaam gerenoveerd of zeer duurzaam nieuw gebouw volgens BREEAM-NL
-
a. bestemd voor: het duurzaam vervullen van (utiliteits-)gebruiksfuncties zoals genoemd
in tabel 5.1 van het Bouwbesluit 2012, niet zijnde gebruiksfunctie 1 (woonfunctie), 11 (overige gebruiksfunctie) of 12
(bouwwerk geen gebouw zijnde), met een gebouw, niet zijnde een stal, een kas, waarvan
is vastgesteld dat het voldoet aan de volgende eisen:
-
1. al het aangeschafte nieuwe duurzame hout dat verwerkt wordt in het gebouw voldoet
aan de eisen genoemd onder a, punt 1, van bedrijfsmiddel A 6310,
-
2. voor het gemelde gebouw dient een Milieuprestatieberekening (MPG) overgelegd te worden,
-
3a. voor het gerenoveerde gebouw(deel) moet het niveau ‘Very Good’ (3 sterren) op het
aspect ‘Asset’ van het keurmerk voor duurzame vastgoedobjecten (BREEAM-NL-In-Use,)
van de Dutch Green Building Council behaald worden, waarbij voor de volgende categorieën
ten minste de genoemde score wordt behaald: 60% op ‘Energie’, 30% op ‘Landgebruik
en Ecologie’ en 30% op ‘Materialen’, of
-
3b. voor het nieuwe of grootschalig gerenoveerd gebouw moet het niveau ‘Excellent’ (4
sterren) van het keurmerk voor duurzame vastgoedobjecten (BREEAM-NL Nieuwbouw en Grootschalige
Renovatie) van de Dutch Green Building Council behaald worden, waarbij voor de volgende
categorieën ten minste de genoemde score wordt behaald: 60% op ‘Energie’, 30% op ‘Landgebruik
en Ecologie’ en 30% op ‘Materialen’ en aanvullend voor onderdeel ENE1 ten minste 9
punten,
-
4a. dat voldaan wordt aan de bovenstaande eisen van 3a moet blijken uit een voor meldingsdatum
afgegeven BREEAM-NL-in-Use certificaat als uitgangspunt én bijbehorende self-assessment
waaruit het vereiste niveau blijkt, en waarbij binnen drie jaar na afgifte van het
hierboven genoemde certificaat, een oplevercertificaat (BREEAM-NL In Use) wordt overgelegd,
of
-
4b. dat voldaan wordt aan de bovenstaande eisen van 3b moet blijken uit een voor meldingsdatum
afgegeven BREEAM-NL ontwerp-certificaat, en waarbij binnen drie jaar na afgifte van
het ontwerpcertificaat, een oplevercertificaat wordt overgelegd dan wel binnen vier
jaar een oplevercertificaat wordt overgelegd volgens de dan vigerende maatlat van
BREEAM-NL Nieuwbouw en Grootschalige Renovatie, en
-
5. er is slechts sprake van renovatie van een bestaand gebouw indien de fundering en
bouwconstructie conform het Bouwbesluit 2012 gehandhaafd blijven,
-
b. bestaande uit: een nieuw utiliteitsgebouw of de voor renovatie noodzakelijke apparatuur,
bouwkundige werken en gebouwgebonden installaties om te voldoen aan bovengenoemde
eisen. Interieur- en inrichtingskosten, kosten voor grond en kosten voor sloop en
aanschaf van een bestaand gebouw, komen niet in aanmerking voor A 6116.
Het bedrijfsmiddel komt voor 50% van het investeringsbedrag in aanmerking voor milieu-investeringsaftrek
en willekeurige afschrijving milieu-investeringen. Investeringen in een duurzaam gebouw
kunnen uitsluitend in zijn geheel voor één van de codes genoemd onder E 6110 tot en
met C 6129 worden gemeld.
Toelichting: Zie F 6115.
B 6117
Duurzaam nieuw gebouw volgens BREEAM-NL
-
a. bestemd voor: het duurzaam vervullen van (utiliteits-)gebruiksfuncties zoals genoemd
in tabel 5.1 van het Bouwbesluit 2012, niet zijnde gebruiksfunctie 1 (woonfunctie), 11 (overige gebruiksfunctie) of 12
(bouwwerk geen gebouw zijnde), met een gebouw, niet zijnde een stal, een kas, waarvan
is vastgesteld dat het voldoet aan de volgende eisen:
-
1. al het aangeschafte nieuwe duurzame hout dat verwerkt wordt in het gebouw voldoet
aan de eisen genoemd onder a, punt 1, van bedrijfsmiddel A 6310,
-
2. voor het gemelde gebouw dient een Milieuprestatieberekening (MPG) overgelegd te worden,
-
3. voor het nieuwe of grootschalig gerenoveerd gebouw moet het niveau ‘Very Good’ (3
sterren) van het keurmerk voor duurzame vastgoedobjecten (BREEAM-NL Nieuwbouw en Grootschalige
Renovatie) van de Dutch Green Building Council behaald worden, waarbij voor de volgende
categorieën ten minste de genoemde score wordt behaald: 60% op ‘Energie’, 30% op ‘Landgebruik
en Ecologie’ en 30% op ‘Materialen’ en aanvullend voor onderdeel ENE1 ten minste 6
punten, en
-
4. dat voldaan wordt aan de bovenstaande eisen van 3 moet blijken uit een voor meldingsdatum
afgegeven BREEAM-NL ontwerp-certificaat, en waarbij binnen drie jaar na afgifte van
het ontwerpcertificaat, een oplevercertificaat wordt overgelegd dan wel binnen vier
jaar een oplevercertificaat wordt overgelegd volgens de dan vigerende maatlat van
BREEAM-NL Nieuwbouw en Grootschalige Renovatie,
-
b. bestaande uit: een nieuw utiliteitsgebouw. Interieur- en inrichtingskosten, kosten
voor grond en kosten voor sloop en aanschaf van een bestaand gebouw, komen niet in
aanmerking voor B 6117.
Het bedrijfsmiddel komt voor 50% van het investeringsbedrag in aanmerking voor milieu-investeringsaftrek
en willekeurige afschrijving milieu-investeringen. Investeringen in een duurzaam gebouw
kunnen uitsluitend in zijn geheel voor één van de codes genoemd onder E 6110 tot en
met C 6129 worden gemeld.
Toelichting: Zie F 6115.
F 6120
Zeer duurzaam gerenoveerd of verdergaand zeer duurzaam nieuw gebouw volgens GPR Gebouw
4.2
-
a. bestemd voor: het duurzaam vervullen van (utiliteits-)gebruiksfuncties zoals genoemd
in tabel 5.1 van het Bouwbesluit 2012, niet zijnde gebruiksfunctie 1 (woonfunctie), 11 (overige gebruiksfunctie) of 12
(bouwwerk geen gebouw zijnde), met een gebouw, niet zijnde een stal, een kas of een
datacenter, waarvan is vastgesteld dat het voldoet aan de volgende eisen:
-
1. al het aangeschafte nieuwe duurzame hout dat verwerkt wordt in het gebouw voldoet
aan de eisen genoemd onder a, punt 1, van bedrijfsmiddel A 6310,
-
2. voor het gemelde gebouw dient een Milieuprestatieberekening (MPG) overgelegd te worden,
-
3a. het gerenoveerde gebouw(deel) moet voldoen aan de eisen van de maatlat van GPR Gebouw
4.2 met een score van ten minste 7,5 voor de thema’s Energie, Milieu, Gezondheid,
Gebruikskwaliteit en Toekomstwaarde, of
-
3b. het nieuwe gebouw (niet zijnde gebouwdeel) moet voldoen aan de eisen van de maatlat
van GPR Gebouw 4.2 met een score van ten minste 8,5 voor de thema’s Energie, Milieu,
Gezondheid, Gebruikskwaliteit en Toekomstwaarde,
-
4. dat voldaan wordt aan de eisen onder 3 moet blijken uit een voor meldingsdatum afgegeven
rapportage van de GPR Gebouw berekening, welke is opgesteld of gevalideerd door een
GPR Gebouw Expert voor de vergunningsaanvraag volgens de Procedure Kwaliteitsborging
GPR Gebouw berekening, en waarbij na de oplevering van het gebouw, binnen drie jaar
na opsteldatum van de voor meldingsdatum afgegeven rapportage, een opleverrapportage
overgelegd dient te worden die gevalideerd is door een onafhankelijke GPR Gebouw Assessor
volgens de Procedure Kwaliteitsborging GPR Gebouw berekening, dan wel binnen vier
jaar volgens de dan vigerende maatlat van GPR Gebouw,
-
5. het gerenoveerde of nieuwe gebouw (niet zijnde gebouwdeel) heeft een totaal Bruto
Vloer Oppervlak (BVO) van minder dan 5.000 vierkante meter, en
-
6. er is slechts sprake van renovatie van een bestaand gebouw indien de fundering en
bouwconstructie conform het Bouwbesluit 2012 gehandhaafd blijven,
-
b. bestaande uit: een nieuw utiliteitsgebouw of de voor renovatie noodzakelijke apparatuur,
bouwkundige werken en gebouwgebonden installaties om te voldoen aan bovengenoemde
eisen. Interieur- en inrichtingskosten, kosten voor grond en kosten voor sloop en
aanschaf van een bestaand gebouw, komen niet in aanmerking voor F 6120.
Het bedrijfsmiddel komt voor 50% van het investeringsbedrag in aanmerking voor milieu-investeringsaftrek
en willekeurige afschrijving milieu-investeringen. Investeringen in een duurzaam gebouw
kunnen uitsluitend in zijn geheel voor één van de codes genoemd onder E 6110 tot en
met C 6129 worden gemeld.
Toelichting: Alleen gebouwen waarvan de totale BVO minder is dan 5.000 m2 kunnen gebruik maken van bovenstaande code.
Informatie over GPR Gebouw 4.2 kan worden gevonden op www.gprgebouw.nl. Een lijst
van goedgekeurde houtcertificatiesystemen is te vinden op www.tpac.smk.nl of www.inkoopduurzaamhout.nl.
Informatie over Keurhout is te vinden op www.keurhout.nl. Het Bouwbesluit 2012 is te raadplegen via www.wetten.nl.
A 6121
Duurzaam gerenoveerd of zeer duurzaam nieuw gebouw volgens GPR Gebouw 4.2
-
a. bestemd voor: het duurzaam vervullen van (utiliteits-)gebruiksfuncties zoals genoemd
in tabel 5.1 van het Bouwbesluit 2012, niet zijnde gebruiksfunctie 1 (woonfunctie), 11 (overige gebruiksfunctie) of 12
(bouwwerk geen gebouw zijnde), met een gebouw, niet zijnde een stal, een kas of een
datacenter, waarvan is vastgesteld dat het voldoet aan de volgende eisen:
-
1. al het aangeschafte nieuwe duurzame hout dat verwerkt wordt in het gebouw voldoet
aan de eisen genoemd onder a, punt 1, van bedrijfsmiddel A 6310,
-
2. voor het gemelde gebouw dient een Milieuprestatieberekening (MPG) overgelegd te worden,
-
3a. het gerenoveerde gebouw(deel) moet voldoen aan de eisen van de maatlat van GPR Gebouw
4.2 met een score van ten minste 7,0 voor de thema’s Energie, Milieu, Gezondheid,
Gebruikskwaliteit en Toekomstwaarde, of
-
3b. het nieuwe gebouw (niet zijnde gebouwdeel) moet voldoen aan de eisen van de maatlat
van GPR Gebouw 4.2 met een score van ten minste 8,0 voor de thema’s Energie, Milieu,
Gezondheid, Gebruikskwaliteit en Toekomstwaarde,
-
4. dat voldaan wordt aan de eisen onder 3 moet blijken uit een voor meldingsdatum afgegeven
rapportage van de GPR Gebouw berekening, welke is opgesteld of gevalideerd door een
GPR Gebouw Expert voor de vergunningsaanvraag volgens de Procedure Kwaliteitsborging
GPR Gebouw berekening, en waarbij na de oplevering van het gebouw, binnen drie jaar
na opsteldatum van de voor meldingsdatum afgegeven rapportage, een opleverrapportage
overgelegd dient te worden die gevalideerd is door een onafhankelijke GPR Gebouw Assessor
volgens de Procedure Kwaliteitsborging GPR Gebouw berekening, dan wel binnen vier
jaar volgens de dan vigerende maatlat van GPR Gebouw,
-
5. het gerenoveerde of nieuwe gebouw (niet zijnde gebouwdeel) heeft een totaal Bruto
Vloer Oppervlak (BVO) van minder dan 5.000 vierkante meter, en
-
6. er is slechts sprake van renovatie van een bestaand gebouw indien de fundering en
bouwconstructie conform het Bouwbesluit 2012 gehandhaafd blijven,
-
b. bestaande uit: een nieuw utiliteitsgebouw of de voor renovatie noodzakelijke apparatuur,
bouwkundige werken en gebouwgebonden installaties om te voldoen aan bovengenoemde
eisen. Interieur- en inrichtingskosten, kosten voor grond en kosten voor sloop en
aanschaf van een bestaand gebouw, komen niet in aanmerking voor A 6121.
Het bedrijfsmiddel komt voor 50% van het investeringsbedrag in aanmerking voor milieu-investeringsaftrek
en willekeurige afschrijving milieu-investeringen. Investeringen in een duurzaam gebouw
kunnen uitsluitend in zijn geheel voor één van de codes genoemd onder E 6110 tot en
met C 6129 worden gemeld.
Toelichting: Zie F 6120.
B 6122
Duurzaam nieuw gebouw volgens GPR Gebouw 4.2
-
a. bestemd voor: het duurzaam vervullen van (utiliteits-)gebruiksfuncties zoals genoemd
in tabel 5.1 van het Bouwbesluit 2012, niet zijnde gebruiksfunctie 1 (woonfunctie), 11 (overige gebruiksfunctie) of 12
(bouwwerk geen gebouw zijnde), met een gebouw, niet zijnde een stal, een kas of een
datacenter, waarvan is vastgesteld dat het voldoet aan de volgende eisen:
-
1. al het aangeschafte nieuwe duurzame hout dat verwerkt wordt in het gebouw voldoet
aan de eisen genoemd onder a, punt 1, van bedrijfsmiddel A 6310,
-
2. voor het gemelde gebouw dient een Milieuprestatieberekening (MPG) overgelegd te worden,
-
3. een nieuw gebouw moet voldoen aan de eisen van de maatlat van GPR Gebouw 4 met een
score van ten minste 7,5 voor de thema’s Energie, Milieu, Gezondheid, Gebruikskwaliteit
en Toekomstwaarde,
-
4. dat voldaan wordt aan de eisen onder 3 moet blijken uit een voor meldingsdatum afgegeven
rapportage van de GPR Gebouw berekening, welke is opgesteld of gevalideerd door een
GPR Gebouw Expert voor de vergunningsaanvraag volgens de Procedure Kwaliteitsborging
GPR Gebouw berekening, en waarbij na de oplevering van het gebouw, binnen drie jaar
na opsteldatum van de voor meldingsdatum afgegeven rapportage, een opleverrapportage
overgelegd dient te worden die gevalideerd is door een onafhankelijke GPR Gebouw Assessor
volgens de Procedure Kwaliteitsborging GPR Gebouw berekening, dan wel binnen vier
jaar volgens de dan vigerende maatlat van GPR Gebouw, en
-
5. het nieuwe gebouw (niet zijnde gebouwdeel) heeft een totaal Bruto Vloer Oppervlak
(BVO) van minder dan 5.000 vierkante meter,
-
b. bestaande uit: een nieuw utiliteitsgebouw. Interieur- en inrichtingskosten, kosten
voor grond en kosten voor sloop en aanschaf van een bestaand gebouw, komen niet in
aanmerking voor B 6122.
Het bedrijfsmiddel komt voor 50% van het investeringsbedrag in aanmerking voor milieu-investeringsaftrek
en willekeurige afschrijving milieu-investeringen. Investeringen in een duurzaam gebouw
kunnen uitsluitend in zijn geheel voor één van de codes genoemd onder E 6110 tot en
met C 6129 worden gemeld.
Toelichting: Zie F 6120.
A 6125
Zeer duurzaam gerenoveerd of nieuw gebouw volgens LEED BD+C
-
a. bestemd voor: het duurzaam vervullen van (utiliteits-)gebruiksfuncties zoals genoemd
in tabel 5.1 van het Bouwbesluit 2012, niet zijnde gebruiksfunctie 1 (woonfunctie), 11 (overige gebruiksfunctie) of 12
(bouwwerk geen gebouw zijnde), met een gebouw, niet zijnde een stal of een kas, waarvan
is vastgesteld dat het voldoet aan de volgende eisen:
-
1. al het aangeschafte nieuwe duurzame hout dat verwerkt wordt in het gebouw voldoet
aan de eisen genoemd onder a, punt 1, van bedrijfsmiddel A 6310,
-
2. voor het gemelde gebouw dient een Milieuprestatieberekening (MPG) overgelegd te worden,
-
3. voor het gebouw(deel) moet het niveau ‘Platinum’ van het keurmerk voor duurzame vastgoedobjecten
(LEED BD+C, versie 4) van de U.S. Green Building Council behaald worden. Dit moet
blijken uit een voor meldingsdatum, door een LEED Accredited Professional, opgesteld
statusrapport waaruit blijkt dat in het ontwerp de volgende creditscores zijn opgenomen:
SS credit 1 en 2 samen ten minste 2 punten, EA credit 2 ten minste 10 punten, MR credit
2 tot en met 4 samen ten minste 4 punten,
-
4. waarbij binnen drie jaar na afgifte van het statusrapport een oplevercertificaat wordt
overgelegd op het niveau ‘Platinum’ van het keurmerk voor duurzame vastgoedobjecten
(LEED) van de U.S. Green Building Council, en
-
5. er is slechts sprake van renovatie van een bestaand gebouw indien de fundering en
bouwconstructie conform het Bouwbesluit 2012 gehandhaafd blijven,
-
b. bestaande uit: een nieuw utiliteitsgebouw of de voor renovatie noodzakelijke apparatuur,
bouwkundige werken en gebouwgebonden installaties om te voldoen aan bovengenoemde
eisen. Interieur- en inrichtingskosten, kosten voor grond en kosten voor sloop en
aanschaf van een bestaand gebouw, komen niet in aanmerking voor A 6125.
Het bedrijfsmiddel komt voor 50% van het investeringsbedrag in aanmerking voor milieu-investeringsaftrek
en willekeurige afschrijving milieu-investeringen. Investeringen in een duurzaam gebouw
kunnen uitsluitend in zijn geheel voor één van de codes genoemd onder E 6110 tot en
met C 6129 worden gemeld.
Toelichting: Informatie over LEED kan worden gevonden op www.usgbc.org en www.bouwcertificering.nl.
Een lijst van goedgekeurde houtcertificatiesystemen is te vinden op www.tpac.smk.nl
of www.inkoopduurzaamhout.nl. Informatie over Keurhout is te vinden op www.keurhout.nl.
Het Bouwbesluit 2012 is te raadplegen via www.wetten.nl.
B 6126
Duurzaam gerenoveerd of nieuw gebouw volgens LEED BD+C
-
a. bestemd voor: het duurzaam vervullen van (utiliteits-)gebruiksfuncties zoals genoemd
in tabel 5.1 van het Bouwbesluit 2012, niet zijnde gebruiksfunctie 1 (woonfunctie), 11 (overige gebruiksfunctie) of 12
(bouwwerk geen gebouw zijnde), met een gebouw, niet zijnde een stal of een kas, waarvan
is vastgesteld dat het voldoet aan de volgende eisen:
-
1. al het aangeschafte nieuwe duurzame hout dat verwerkt wordt in het gebouw voldoet
aan de eisen genoemd onder a, punt 1, van bedrijfsmiddel A 6310,
-
2. voor het gemelde gebouw dient een Milieuprestatieberekening (MPG) overgelegd te worden,
-
3. voor het gebouw(deel) moet het niveau ‘Gold’ van het keurmerk voor duurzame vastgoedobjecten
(LEED BD+C, versie 4) van de U.S. Green Building Council behaald worden. Dit moet
blijken uit een voor meldingsdatum, door een LEED Accredited Professional, opgesteld
statusrapport waaruit blijkt dat in het ontwerp de volgende creditscores zijn opgenomen:
SS credit 1 maximale score, EA credit 2 ten minste 7 punten, MR credit 2 tot en met
4 samen ten minste 3 punten,
-
4. waarbij binnen drie jaar na afgifte van het statusrapport een oplevercertificaat wordt
overgelegd op het niveau ‘Gold’ van het keurmerk voor duurzame vastgoedobjecten (LEED)
van de U.S. Green Building Council, en
-
5. er is slechts sprake van renovatie van een bestaand gebouw indien de fundering en
bouwconstructie conform het Bouwbesluit 2012 gehandhaafd blijven,
-
b. bestaande uit: een nieuw utiliteitsgebouw of de voor renovatie noodzakelijke apparatuur,
bouwkundige werken en gebouwgebonden installaties om te voldoen aan bovengenoemde
eisen. Interieur- en inrichtingskosten, kosten voor grond en kosten voor sloop en
aanschaf van een bestaand gebouw, komen niet in aanmerking voor B 6126.
Het bedrijfsmiddel komt voor 50% van het investeringsbedrag in aanmerking voor milieu-investeringsaftrek
en willekeurige afschrijving milieu-investeringen. Investeringen in een duurzaam gebouw
kunnen uitsluitend in zijn geheel voor één van de codes genoemd onder E 6110 tot en
met C 6129 worden gemeld.
Toelichting: Zie A 6125.
C 6129
Gerenoveerd of nieuw gebouw met Slimbouwen Keurmerk
-
a. bestemd voor: het duurzaam vervullen van (utiliteits-)gebruiksfuncties zoals genoemd
in tabel 5.1 van het Bouwbesluit 2012, niet zijnde gebruiksfunctie 1 (woonfunctie), 11 (overige gebruiksfunctie) of 12
(bouwwerk geen gebouw zijnde), met een gebouw, niet zijnde een stal, een kas of een
datacenter, waarvan is vastgesteld dat het voldoet aan de volgende eisen:
-
1. al het aangeschafte nieuwe duurzame hout dat verwerkt wordt in het gebouw voldoet
aan de eisen genoemd onder a, punt 1, van bedrijfsmiddel A 6310,
-
2. voor het gemelde gebouw dient een Milieuprestatieberekening (MPG) overgelegd te worden,
-
3. voor meldingsdatum dient een Slimconcept Keurmerk voor het betreffende gebouw worden
overgelegd, welke is afgegeven door de expertcommissie aangesteld door de stichting
Slimbouwen,
-
4. waarbij binnen drie jaar na afgifte van het Slimconcept keurmerk, een Slimproject
Keurmerk wordt overgelegd welke is afgegeven door de expertcommissie aangesteld door
de stichting Slimbouwen, en
-
5. er is slechts sprake van renovatie van een bestaand gebouw indien de fundering en
bouwconstructie conform het Bouwbesluit 2012 gehandhaafd blijven,
-
b. bestaande uit: een nieuw utiliteitsgebouw of de voor renovatie noodzakelijke apparatuur,
bouwkundige werken en gebouwgebonden installaties om te voldoen aan bovengenoemde
eisen. Interieur- en inrichtingskosten, kosten voor grond en kosten voor sloop en
aanschaf van een bestaand gebouw, komen niet in aanmerking voor C 6129.
Het bedrijfsmiddel komt voor ten hoogste € 5.000.000 van het investeringsbedrag in
aanmerking voor willekeurige afschrijving milieu-investeringen. Investeringen in een
duurzaam gebouw kunnen uitsluitend in zijn geheel voor één van de codes genoemd onder
E 6110 tot en met C 6129 worden gemeld.
Toelichting: Informatie over Slimbouwen kan worden gevonden op www.slimbouwen.nl.
Een lijst van goedgekeurde houtcertificatiesystemen is te vinden op www.tpac.smk.nl
of www.inkoopduurzaamhout.nl. Informatie over Keurhout is te vinden op www.keurhout.nl.
Het Bouwbesluit 2012 is te raadplegen via www.wetten.nl.
Materiaalgebruik
[Regeling vervallen per 01-01-2019]
A 6310
Duurzaam hout in (onderdelen van) een werk of een product
-
a. bestemd voor: het gebruik van duurzaam hout in een werk, een product of onderdelen
hiervan, waarbij het gebruikte hout:
-
1. gecertificeerd is door middel van een certificatiesysteem dat door het Timber Procurement
Assessment Committee is goedgekeurd en waarvoor de betrokken fabrikant, aannemer(s)
en opdrachtnemer in het bezit is (zijn) van een ‘Chain of Custody’-certificaat van
een certificatiesysteem dat door het Timber Procurement Assessment Committee is goedgekeurd,
of
-
2. niet-geïmpregneerd sloophout is waarvan bekend is van welke bron deze afkomstig is
en waarbij dit geverifieerd kan worden met onder andere afvoerbonnen,
waarbij zowel onder 1 als 2 wordt voldaan aan de voorwaarden, genoemd onder punt 7
van paragraaf 1 van deze bijlage,
-
b. bestaande uit: (onderdelen van) een werk of (onderdelen van) een product van duurzaam
hout conform de in onderdeel a genoemde eisen, exclusief hout verwerkt in gebouwen,
niet zijnde interieur.
Toelichting: Dit is een zogenoemd generiek bedrijfsmiddel. Informatie over generieke
bedrijfsmiddelen en de bijbehorende meerkostenberekening, bedoeld onder punt 7 van
paragraaf 1 van deze bijlage, is te vinden op: www.agentschapnl.nl/miavamil onder
‘Onderwerpen toegelicht’ en vervolgens ‘Generieke bedrijfsmiddelen’. Het advies luidt
voorafgaand aan een melding de MIA/Vamil-helpdesk te bellen voor overleg. De voorwaarden
waaronder een investering kan voldoen, worden desgewenst schriftelijk bevestigd.
Een lijst van goedgekeurde houtcertificatiesystemen is te vinden op www.tpac.smk.nl
of www.inkoopduurzaamhout.nl. Informatie over Keurhout is te vinden op www.keurhout.nl.
Onder sloophout van gecontroleerde bron wordt verstaan: sloophout waarvan bekend is
van welke bron deze afkomstig is en waarbij dit geverifieerd kan worden met bijvoorbeeld
afvoerbonnen.
Investeringen in duurzame gebouwen kunnen worden gemeld onder E 6110 tot en met C 6129.
F 6320
Natuurvriendelijke voorzieningen in de bebouwde omgeving
-
a. bestemd voor: het versterken van biodiversiteit en verbeteren van leefomgeving voor
dieren door toepassing van ten minste twee maatregelen aan een gebouw en in de directe
omgeving daarvan, op basis van de checklist 'Natuurvriendelijke maatregelen in de
bebouwde omgeving' van de Vogelbescherming, waarbij:
-
– ten minste één van de maatregelen tevens ten goede komt aan het milieucompartiment
lucht, water of bodem,
-
– het toegepaste hout voldoet aan de eisen genoemd onder a, punt 1, van bedrijfsmiddel
A 6310, en
-
– wordt voldaan aan de voorwaarden, genoemd onder punt 7 van paragraaf 1 van deze bijlage,
-
b. bestaande uit: voorzieningen die noodzakelijk zijn om de gekozen maatregelen uit de
checklist 'Natuurvriendelijke maatregelen in de bebouwde omgeving' te realiseren,
exclusief investeringen in woningen.
Toelichting: Dit is een zogenoemd generiek bedrijfsmiddel. Informatie over generieke
bedrijfsmiddelen en de bijbehorende meerkostenberekening, bedoeld onder punt 7 van
paragraaf 1 van deze bijlage, is te vinden op: www.agentschapnl.nl/miavamil onder
‘Onderwerpen toegelicht’ en vervolgens ‘Generieke bedrijfsmiddelen’. Het advies luidt
voorafgaand aan een melding de MIA/Vamil-helpdesk te bellen voor overleg. De voorwaarden
waaronder een investering kan voldoen, worden desgewenst schriftelijk bevestigd.
De checklist 'Natuurvriendelijke maatregelen in de bebouwde omgeving' is te vinden
op www.vogelbescherming.nl/checklist.
B 6321
Natuurspeelplek in en bij de bebouwde omgeving
-
a. bestemd voor: het stimuleren van spelen van kinderen in en in de directe nabijheid
van de bebouwde omgeving door middel van begroeiing, natuurlijke speelelementen en
geprefabriceerde speelelementen van uitsluitend hout die voldoen aan de eisen genoemd
onder a, punt 1, van bedrijfsmiddel A 6310, waarbij de speelelementen voldoen aan
de voorschriften bedoeld in het Warenwetbesluit attractie- speeltoestellen,
-
b. bestaande uit: een natuurspeelplek en (eventueel) geprefabriceerde houten speelelementen.
A 6325
Vogelvriendelijke UV-reflecterende beglazing
-
a. bestemd voor: het voorkomen van botsingen van vogels tegen glas door een UV-reflectieve
coating die in een patroonvorm is aangebracht op HR++ glas of op glazen gevelbekleding,
waarvan de werking is onderbouwd met onderzoeksresultaten,
-
b. bestaande uit: HR++ glas of glazen gevelbekleding met UV-reflecterende coating.
B 6330
Geluidarm bedrijfsterrein
-
a. bestemd voor: het verlagen van het geluid(druk)niveau van een bedrijfsterrein met
3 dB(A) ten opzichte van de wettelijke verplichting, door een bedrijf dat reeds voldoet
aan de vigerende geluideisen,
-
b. bestaande uit: geluidarme technieken en isolatiemateriaal, exclusief (aanpassingen
aan) mobiele machines en transportmiddelen.
Toelichting: Voorbeelden van geluidarme technieken zijn het aanpassen van rijroutes
op het bedrijfsterrein, het treffen van voorzieningen aan bedrijfsgebouwen die de
weerkaatsing van het geluid verminderen, dempen van puntbronnen en toepassing van
geluidarme, vast opgestelde ventilatoren en aggregaten.
F 6390
Vervanging asbesthoudende daken, dakgoten of gevels (aanpassing van bestaande voorziening)
-
a. bestemd voor: het voorkomen van emissie van asbest door erosie van bestaand asbest
aan gebouwen door vervanging van asbesthoudende daken, dakgoten of gevels waarbij
aantoonbaar sprake is van gecertificeerde verwijdering en gescheiden afvoer van het
asbesthoudende materiaal,
-
b. bestaande uit: demontage van asbesthoudende dakplaten, dakgoten of gevelplaten, aanschaf
en montage van nieuwe asbestvrije dakplaten, dakgoten of gevelplaten, exclusief de
afvoer- en stortkosten van het asbestafval.
Het bedrijfsmiddel komt voor ten hoogste € 30 per vierkante meter vervangen dakplaat,
€ 30 per strekkende meter vervangen dakgoot en € 15 per vierkante meter vervangen
gevelplaat in aanmerking voor milieu-investeringsaftrek en willekeurige afschrijving
milieu-investeringen.
Installaties en civiele voorzieningen
[Regeling vervallen per 01-01-2019]
C 6400
Fotovoltaïsch zonne-energiesysteem in combinatie met vervanging van asbesthoudende
daken, goten of gevels
-
a. bestemd voor: het opwekken van elektrische energie uit zonlicht met behulp van zonnecellen
met een gezamenlijk piekvermogen van ten minste 90 Watt, die worden geplaatst op een
locatie waar volgens de eisen van code F 6390 een asbesthoudend dak, asbesthoudende
dakgoten of asbesthoudende gevels zijn vervangen, en waarbij zowel de investeringsverplichtingen
voor het vervangen van het asbest als die voor de zonnecellen binnen een periode van
drie maanden zijn verstrekt,
-
b. bestaande uit: panelen, (eventueel) een actief zonvolgsysteem, (eventueel) een stroom/spanningsomvormer,
(eventueel) een accumulator, (eventueel) aansluiting op het elektriciteitsnet en (eventueel)
een informatiepaneel.
Toelichting: Op het informatiepaneel wordt elektronisch informatie over de stroomopbrengst
van de zonnepanelen weergegeven. Er kan ook een provinciale subsidie voor een investering
mogelijk zijn. Voor meer informatie over de provinciale subsidieregeling zie www.asbestvanhetdak.nl.
Fotovoltaïsche zonne-energiesystemen dienen bij voorkeur aangebracht te worden door
gekwalificeerde installateurs. In het kwaliteitregister voor bouw- en installatiesector
QbisNl (zie http://www.qbisnl.nl/) opgenomen installateurs voldoen aan dit criterium.
F 6420
Vegetatiedak
-
a. bestemd voor: het afdekken en isoleren van een dakconstructie van een bedrijfsgebouw
door een pakket van waterbufferende lagen met vegetatie ter voorkoming van overlast
of overbelasting van het riool door regenwater, ter zuivering van de buitenlucht en/of
ter bevordering van broed- en foerageergelegenheid voor dieren,
-
b. bestaande uit: een waterkerende folie, een teeltlaag, (eventueel) een drainagelaag,
(eventueel) een kunstmatige bevloeiing en verankering, (eventueel) constructieve aanpassingen
bij bestaande daken en (eventueel) nestelvoorzieningen.
F 6421
Gevelbegroeiingssysteem
-
a. bestemd voor: het isoleren van de buitenmuren van een bedrijfsgebouw door een vegetatielaag
ter zuivering van de buitenlucht en/of ter bevordering van broed- en foerageermogelijkheden
van dieren,
-
b. bestaande uit: een frame met gevelbeschermende laag en substraat, (eventueel) constructieve
aanpassingen bij bestaande muren, (eventueel) irrigatieleidingwerk en (eventueel)
nestelvoorzieningen.
G 6422
Muurbegroeiingssysteem
-
a. bestemd voor: het beperken van geluidsoverlast en het bevorderen van broed-, schuil-
en/of foerageermogelijkheden voor dieren door middel van een muurbegroeiingsysteem
met dubbelzijdige begroeiing, waarbij het metalen frame zodanig beschermd is dat er
geen stoffen uitlogen naar de bodem,
-
b. bestaande uit: een metalen frame met beschermende laag, substraat en dubbelzijdige
begroeiing, (eventueel) irrigatieleidingwerk en (eventueel) nestelvoorzieningen.
Het bedrijfsmiddel komt voor ten hoogste € 150 per vierkante meter in aanmerking voor
milieu-investeringsaftrek.
B 6425
Natuurzwemvijver
-
a. bestemd voor: het stimuleren van natuurrecreatie en lokale biodiversiteit door een
openbare of commerciële zwemvijver met een helofytenfilter, waarbij het zwemwater
wordt gerecirculeerd en géén gebruik wordt gemaakt van chemische desinfectie, waarbij
de vijver eventueel gebruikt wordt als blusvijver,
-
b. bestaande uit: een zwemvijver, een helofytenfilter en (eventueel) aansluiting op een
warmte-/koudebron.
F 6429
Lichtvervuilingbeperkende buitenverlichting
-
a. bestemd voor:
-
1. het ’s avonds en ’s nachts verminderen van lichtvervuiling door aanpassing of vervanging
van bestaande verstorende lichtbronnen in de open lucht door energiezuinige lichtbronnen
(bij voorkeur Led-lampen) met dezelfde of lagere lichtintensiteit als de vervangen
lichtbronnen met een installatielabel van ten minste niveau B conform de aanbeveling
‘handleiding energielabeling openbare verlichting 2010’ van de Nederlandse Stichting
voor Verlichtingskunde (NSVV), in lichtverstrooiingsbeperkende armaturen, waarbij
indien mogelijk gebruik gemaakt wordt van windenergie, zonne-energie of aanwezigheidssensoren,
of
-
2. het 's avonds verlichten van sport- of recreatieterreinen door Led-verlichting in
lichtverstrooiingsbeperkende armaturen met een specifieke lichtstroom van ten minste
84 lumen per Watt gemeten conform LM-79-08,
-
b. bestaande uit:
-
1. met betrekking tot onderdeel a, onder 1, buitenverlichting in lichtverstrooiingsbeperkende
armaturen, (eventueel) Led-markeringen, (eventueel) een windturbine of zonnepaneel,
(eventueel) een regelunit en (eventueel) aanwezigheidssensoren,
-
2. met betrekking tot onderdeel a, onder 2, Led-lampen in lichtverstrooiingsbeperkende
armaturen.
Toelichting: Voor meer informatie over milieuvriendelijke verlichting, waaronder de
Richtlijn Openbare Verlichting 2011 en het Handboek Licht-Donker, zie www.nsvv.nl
en www.agentschapnl.nl/openbareverlichting.
F 6440
Infiltratiesysteem
-
a. bestemd voor:
-
1. het bufferen en infiltreren van regenwater in een geperforeerde container, waarbij
het regenwater na verblijf in deze container infiltreert in de bodem,
-
2. het transporteren van regenwater naar een infiltratiesysteem en/of infiltreren van
regenwater met geperforeerde leidingen, of
-
3. het bufferen en infiltreren van regenwater in een wadi,
-
b. bestaande uit:
-
1. met betrekking tot onderdeel a, onder 1, een geperforeerde container en (eventueel)
geotextiel,
-
2. met betrekking tot onderdeel a, onder 2, geperforeerde leidingen en (eventueel) geotextiel,
-
3. met betrekking tot onderdeel a, onder 3, een wadi.
F 6441
Voorziening voor het bufferen en vertraagd afvoeren van regenwater
-
a. bestemd voor: het tijdens hevige regenval opvangen en bufferen van regenwater afkomstig
van bedrijfsterreinen en bedrijfsgebouwen, niet zijnde kassen, waarbij ten minste
50 liter regenwater per vierkante meter opvangoppervlak kan worden gebufferd, en waarbij
het regenwater nuttig wordt toegepast of vertraagd wordt afgevoerd met een afvoersnelheid
van ten hoogste 0,36 liter per uur per vierkante meter opvangoppervlak,
-
b. bestaande uit: een wateropslagvoorziening, (eventueel) een verzwaarde dakconstructie,
(eventueel) geotextiel en (eventueel) leidingwerk voor nuttige toepassing.
Toelichting: Bufferen en infiltreren van regenwater kan worden gemeld onder F 6440.
F 6442
Voorziening voor gecontroleerde regenwateropslag op platte daken
-
a. bestemd voor: het afdekken en isoleren van horizontale dakconstructies van gebouwen
met een absorberende mat voorzien van overstortvoorziening, ter verlenging van de
levensduur van de dakbedekking en ter vermindering van wateroverlast of overbelasting
van het riool door regenval,
-
b. bestaande uit: waterabsorberende dakmaterialen, een sensorgecontroleerde afsluitklep,
(eventueel) een overstortvoorziening, (eventueel) een retourpomp en (eventueel) een
zonnecollector in de waterlaag.
Toelichting: Voorzieningen voor het bufferen en vertraagd afvoeren van regenwater
kunnen worden gemeld onder F 6441.
A 6445
Grijswater-recyclinginstallatie
-
a. bestemd voor: het hergebruiken van eigen zwembad- of douche- of gezuiverd afvalwater
voor toiletspoeling of klimaatbeheersing,
-
b. bestaande uit: een grijswatertank, een secundair waterleidingnet, een drukvat, een
automatische omschakelaar en een filtratie-eenheid.
F 6446
Decentrale sanitatie-installatie
-
a. bestemd voor: het bij kantoren, zorginstellingen of woningen zuiveren van afvalwaterstromen
van huishoudelijke aard of hiermee vergelijkbaar, waarbij:
-
1. scheiding van afvalwaterstromen aan de bron plaatsvindt en na bewerking of zuivering
van het afvalwater grondstoffen worden teruggewonnen die vervolgens worden gerecycled
of anderszins nuttig toegepast, of
-
2. geneesmiddelresten in het afvalwater onschadelijk worden gemaakt,
-
b. bestaande uit: een samenstel van geschakelde technieken, waaronder (eventueel) een
afvalcompressor en (eventueel) een zuiveringsinstallatie.
F 6449
Toilet met urinescheiding
-
a. bestemd voor: het gescheiden opvangen van urine en fecaliën in een toilet, waarbij
de opgevangen urine separaat wordt opgeslagen en verwerkt, en waarbij niet meer dan
4 liter water per spoeling wordt verbruikt,
-
b. bestaande uit: een toilet met urinescheiding, een inpandig urineafvoersysteem en een
urine-opslagtank en (eventueel) apparatuur ter voorkoming van verstopping.
A 6490
Verplaatsbaar sportveld met regenwaterbuffering
-
a. zijnde: een sportveld voorzien van een onderlaag van geperforeerde containers voor
het bufferen, infiltreren en eventueel gebruiken van regenwater, zodanig dat het gehele
sportveld verplaatsbaar is,
-
b. bestaande uit: een geperforeerde container, geotextiel, een rubberen tussenlaag en
(eventueel) kunstgraslaag.