Zuivelverordening 2008, Gewichtsbepaling bij gebruik van rijdende melkontvangsten met mobiel weegsysteem

[Regeling vervallen per 01-06-2013.]
[Regeling treedt (deels) in werking per 17-01-2009.]
Geraadpleegd op 08-11-2024. Gebruikte datum 'geldig op' 01-01-2002 en zichtdatum 07-11-2024.
Geldend van 17-01-2009 t/m 31-05-2013

Verordening van het Productschap Zuivel van 29 oktober 2008, houdende regels voor de gewichtsbepaling van boerderijmelk bij gebruik van rijdende melkontvangsten met mobiel weegsysteem (Zuivelverordening 2008, Gewichtsbepaling boerderijmelk bij gebruik van rijdende melkontvangsten met mobiel weegsysteem)

Het bestuur van het Productschap Zuivel;

Gelet op de artikelen 93, 95 en 102 van de Wet op de bedrijfsorganisatie, alsmede de artikelen 5 en 6 van het Instellingsbesluit Productschap Zuivel;

Besluit:

§ 1. Begripsbepalingen

[Regeling vervallen per 01-06-2013]

Artikel 1

[Regeling vervallen per 01-06-2013]

In deze verordening wordt gebezigd de terminologie van de Zuivelverordening 2005, Grondslag uitbetaling boerderijmelk. Voorts wordt in deze verordening verstaan onder:

Metrologiewet:

Wet van 2 februari 2006, houdende regels omtrent meeteenheden en omtrent het in de handel brengen en het gebruik van meetinstrumenten. (Stb. 2006, 137).

toezichthoudende instantie:

Een in Nederland gevestigde rechtspersoon die op grond van artikel 27 van de Metrologiewet door de Minister van Economische Zaken is aangewezen en tot taak heeft gekregen zorg te dragen voor de uitoefening van het toezicht op de naleving van het bepaalde bij of krachtens hoofdstuk 5 en artikel 39 van de Metrologiewet.

type goedkeuring:

keuring van het type weegsysteem overeenkomstig de Metrologiewet.

mobiel weegsysteem:

een RMO uitgerust met een weegsysteem waarmee het mogelijk is om direct de ingenomen kilogrammen melk te bepalen.

voorinregeling:

het inregelen van een RMO voorzien van een type goedgekeurd mobiel weegsysteem voorafgaand aan de periode van setting.

setting:

de periode waarin het mobiel weegsysteem wordt gebruikt voor het innemen van boerderijmelk voorafgaand aan de eerste keuring.

fijninregeling:

het inregelen van een RMO voorzien van een mobiel weegsysteem.

eerste keuring:

Overeenstemmingsbeoordeling van een nieuwe RMO als bedoeld in artikel 6 van de Metrologiewet.

reguliere keuring:

Overeenstemmingsbeoordeling (keuring) van een in gebruik zijnde RMO als bedoeld in artikel 7 van de Metrologiewet.

herkeuring:

Overeenstemmingsbeoordeling (keuring) van een gewijzigde RMO zoals vastgelegd in deze verordening.

e:

de ijkeenheid zoals is vermeld op de opschriftenplaat van het mobiele weegsysteem.

zuivelkeuring:

keuring van een mobiel weegsysteem zoals vastgelegd in deze verordening.

nieuwnorm:

de bandbreedte van de weegcurve vereist bij nieuwe RMO’s.

gebruiksnorm:

de bandbreedte van de weegcurve bij in gebruik zijnde RMO’s.

gewijzigde RMO:

een in gebruik zijnde RMO waaraan wijzigingen hebben plaatsgevonden, die het weegresultaat kunnen beïnvloeden, of een RMO waarbij schending van ijkmerken heeft plaatsgevonden.

in gebruik zijnde RMO:

een RMO die, met goed resultaat, een eerste keuring heeft ondergaan.

maximale belasting:

maximale belasting van het weegsysteem, zoals aangegeven op de opschriftenplaat.

opbouwvoorschriften:

eisen die worden gesteld aan de opbouw van een mobiel weegsysteem.

erkende keurder:

de erkende instelling voor de keuring van mobiele weegsystemen.

zuivelgekeurde weegbrug:

een weegbrug die is voorzien van de wettelijke kenmerken en voldoet aan de nauwkeurigheidseisen voor de ingebruikname van nieuwe weegwerktuigen, zoals bepaald bij of krachtens de Metrologiewet.

tanksnelweger:

weegtank met een afleeseenheid groter dan of gelijk aan 10 kg die is voorzien van de wettelijke kenmerken en die voldoet aan de nauwkeurigheidseisen voor de ingebruikname van nieuwe weegwerktuigen, zoals bepaald bij of krachtens de Metrologiewet of een weegtank met een afleeseenheid kleiner dan 10 kg die is voorzien van wettelijke kenmerken en die voldoet aan de nauwkeurigheidseisen voor de keuring van reeds in gebruik zijnde weegwerktuigen, zoals bepaald bij of krachtens de Metrologiewet.

opweging:

weging met toenemende belasting.

neerweging:

weging met afnemende belasting.

§ 2. Gewichtsbepaling

[Regeling vervallen per 01-06-2013]

Artikel 2

[Regeling vervallen per 01-06-2013]

  • 2 Met de in deze verordening bedoelde RMO’s met mobiel weegsysteem worden gelijkgesteld RMO’s met mobiel weegsysteem, die rechtmatig zijn vervaardigd of in de handel zijn gebracht in een andere lidstaat van de Europese Unie, dan wel rechtmatig zijn vervaardigd in een staat die partij is bij de overeenkomst inzake de Europese Ruimte, en die aan ten minste gelijkwaardige technische eisen voldoen.

§ 3. RMO’S

[Regeling vervallen per 01-06-2013]

Artikel 3

[Regeling vervallen per 01-06-2013]

De ontvanger van boerderijmelk maakt gebruik van RMO’s voorzien van een mobiel weegsysteem dat voldoet aan de hiernavolgende eisen.

  • a. voorzien van een mobiel weegsysteem dat voldoet aan de in artikel 4 genoemde eisen;

  • b. voorzien van een doelmatige ruimte, waarin de monsters diepgekoelde boerderijmelk kunnen worden gekoeld en bewaard op een temperatuur van tenminste 0,0 °C en ten hoogste 4,0 °C;

  • c. op een duidelijk zichtbare plaats voorzien van een verzegelbare opschriftenplaat, waarop de merktekens en de vereiste aanvullende gegevens zoals bepaald bij of krachtens de Metrologiewet.

Artikel 4

[Regeling vervallen per 01-06-2013]

  • 1 De RMO is voorzien van een mobiel weegsysteem met een typegoedkeuring en moet zijn geconstrueerd overeenkomstig de door de leverancier van het weegsysteem opgestelde voorschriften. Deze voorschriften moeten doelmatig zijn in relatie tot het realiseren van de wegingen en moeten voldoen aan de eisen bij of krachtens deze verordening.

  • 2 Wanneer de maximale belasting van het mobiel weegsysteem wordt overschreden vindt een signalering en registratie hiervan plaats; wanneer de overschrijding van de maximale belasting meer dan 9e bedraagt wordt de inname geblokkeerd.

§ 4. Keuringen

[Regeling vervallen per 01-06-2013]

Artikel 5

[Regeling vervallen per 01-06-2013]

Voordat een nieuwe RMO voorzien van een mobiel weegsysteem in gebruik wordt genomen moet een voorinregeling worden uitgevoerd:

  • 1. Een voorinregeling van het weegsysteem moet door de ontvanger van boerderijmelk worden uitgevoerd. Hierbij wordt de instructie van de leverancier van het weegsysteem gevolgd.

  • 2. De ontvanger van boerderijmelk controleert voorafgaand aan de voorinregeling of is voldaan aan het bepaalde in artikel 4.

  • 3. Voor de uitvoering van de voorinregeling maakt de ontvanger van boerderijmelk gebruik van de erkende keurder.

  • 4. Voorafgaand aan de uitvoering van de eerste keuring ondergaat de RMO een setting. De setting duurt minimaal 2 weken en maximaal 6 weken. In deze periode legt de RMO onder praktijkomstandigheden minimaal 2.000 km af. Bij aanvang van de setting moet de eerste keuring zijn aangevraagd.

Artikel 6

[Regeling vervallen per 01-06-2013]

  • 1 Na de in artikel 5, lid 4, genoemde periode van setting wordt door de ontvanger van boerderijmelk voorafgaand aan de keuring een fijninregeling uitgevoerd. Hierbij worden de instructies van de leverancier van het weegsysteem gevolgd.

  • 2 Voor de fijninregeling maakt de ontvanger van boerderijmelk gebruik van de diensten van de erkende keurder.

  • 3 Voor de uitvoering van de eerste keuring maakt de ontvanger van boerderijmelk eveneens gebruik van de diensten van de erkende keurder. De eerste keuring wordt uitgevoerd overeenkomstig het bepaalde bij of krachtens de Metrologiewet. Bij de eerste keuring voldoet de RMO voorzien van een mobiel weegsysteem aan de nieuwnorm.

Artikel 7

[Regeling vervallen per 01-06-2013]

  • 1 Elk mobiel weegsysteem moet tenminste één keer per jaar worden onderworpen aan een zuivelkeuring. Voor de zuivelkeuring maakt de ontvanger van boerderijmelk gebruik van de diensten van de erkende keurder.

  • 2 Wanneer de weegresultaten van het weegsysteem tijdens de zuivelkeuring niet voldoen aan de gebruiksnorm, dient de afwijking te worden opgespoord en worden verholpen. Na het verbreken van de verzegeling moet het mobiel weegsysteem opnieuw worden gekeurd.

  • 3 Wanneer de reguliere keuring wordt uitgevoerd kan dit in de plaats worden gesteld van een zuivelkeuring als bedoeld in lid 1.

    Bij de zuivelkeuring en de reguliere keuring voldoet het weegsysteem aan de gebruiksnorm.

Artikel 8

[Regeling vervallen per 01-06-2013]

  • 1 Een gewijzigde RMO wordt door de ontvanger van boerderijmelk direct aan een weegcontrole onderworpen. Deze weegcontrole moet worden uitgevoerd overeenkomstig de werkwijze als omschreven in artikel 9. Indien tijdens deze meting niet wordt voldaan aan de in artikel 9, lid 4, vastgelegde nauwkeurigheidscriteria moet de RMO binnen een periode van 5 werkdagen voor de uitvoering van een voorinregeling bij de erkende keurder worden aangeboden.

  • 2 Indien wel wordt voldaan aan de in artikel 9, lid 4, vastgestelde nauwkeurigheidscriteria moet de RMO binnen 8 weken voor een reguliere keuring door de erkende keurder worden aangeboden.

  • 3 Van een gewijzigde RMO is sprake indien:

    • a. een weegcel is vervangen;

    • b. bij schade aan het chassis, waardoor de weegframes een andere stand hebben aangenomen.

      In dergelijke gevallen zal het chassis uitgelijnd moeten worden;

    • c. bij schade aan de tank tussen de weegcellen, waardoor de ruimte tussen de weegcellen is gewijzigd;

    • d. na een reparatie die van invloed is op het weegresultaat.

Artikel 9

[Regeling vervallen per 01-06-2013]

  • 1 Minimaal één keer per maand wordt van elke in gebruik zijnde RMO die is voorzien van een mobiel weegsysteem, een weegcontrole uitgevoerd. De weegcontrole wordt uitgevoerd door de ontvanger van boerderijmelk.

  • 2 Voor de uitvoering van de weegcontrole wordt gebruik gemaakt van een zuivelgekeurde weegbrug dan wel tanksnelweger.

  • 3 Voor de uitvoering van een tussentijdse meting moet de volgende werkwijze worden gevolgd:

    • a. na beëindiging van een melkrit wordt eerst het gewicht van een geladen RMO vastgesteld, alvorens het gewicht van de lege RMO (tarragewicht) te bepalen, of

    • b. voor de aanvang van een melkrit wordt het gewicht van de lege RMO (tarragewicht) vastgesteld en na beëindiging van de melkrit het gewicht van de geladen RMO bepaald;

    • c. bij de vaststelling van de afwijking wordt rekening gehouden met het verbruik van dieselolie door de RMO; hierbij wordt uitgegaan van een verbruik van 1 kg op 3 kilometer.

  • 4 Het verschil tussen de gemeten hoeveelheid door de RMO en de gemeten hoeveelheid door middel van de weegbrug/tanksnelweger mag niet meer zijn dan 0,5 %.

  • 5 Als het verschil tussen de gemeten hoeveelheid door de RMO en de gemeten hoeveelheid door middel van de weegbrug/tanksnelweger meer is dan 0,5 % vindt opnieuw een weging op een weegbrug dan wel tanksnelweger plaats.

  • 6 Wanneer wederom een verschil groter dan 0,5 % wordt gevonden, moet binnen 5 werkdagen een zuivelkeuring worden uitgevoerd.

  • 7 De gegevens van de tussentijdse metingen worden door de ontvanger van boerderijmelk bewaard en zijn ter inzage van het COKZ.

§ 5 . Kwaliteitssysteem

[Regeling vervallen per 01-06-2013]

Artikel 10

[Regeling vervallen per 01-06-2013]

De ontvanger van boerderijmelk beschikt over een kwaliteitssysteem waarmee hij aantoonbaar voldoet aan de bepalingen bij deze verordening. Dit kwaliteitssysteem is vastgelegd in een door de ontvanger van boerderijmelk opgesteld handboek.

§ 6. Erkende keurder

[Regeling vervallen per 01-06-2013]

Artikel 11

[Regeling vervallen per 01-06-2013]

Aan de erkende keurder wordt de voorwaarde verbonden dat deze instelling de in de artikelen 12 tot en met 17 omschreven bepalingen in acht neemt.

Artikel 12

[Regeling vervallen per 01-06-2013]

De erkende keurder toont ten genoegen van het bestuur, gehoord het COKZ, aan dat het beschikt over een terzake deskundige leiding, over een voor het te verrichten onderzoek voldoende outillage, alsmede over een gedocumenteerd en adequaat functionerend kwaliteitssysteem.

Artikel 13

[Regeling vervallen per 01-06-2013]

De erkende keurder verricht de keuringen overeenkomstig het bepaalde in deze verordening.

Artikel 14

[Regeling vervallen per 01-06-2013]

De resultaten van de keuringen worden vastgelegd op een voor het COKZ toegankelijke en overzichtelijke wijze. De resultaten worden gedurende ten minste vier jaar bewaard.

Artikel 15

[Regeling vervallen per 01-06-2013]

De erkende keurder verleent aan het COKZ alle medewerking en verstrekt alle gegevens welke het voor een goede controle noodzakelijk acht.

Artikel 16

[Regeling vervallen per 01-06-2013]

Voor het aanbrengen van de vereiste kenmerken is de erkende keurder in het bezit van een door de toezichthoudende instantie verleende bevoegdheid; het door deze instantie goed te keuren kwaliteitshandboek is hiervan een onderdeel.

Artikel 17

[Regeling vervallen per 01-06-2013]

De erkenning van de keuringsinstelling kan worden ingetrokken, indien niet aan de in de artikelen 12 tot en met 16 gestelde voorwaarden wordt voldaan.

Zoetermeer, 29 oktober 2008

G.A. Koopstra

voorzitter

F. Beekman

secretaris