1. Het onderbouwrendement
[Regeling vervallen per 01-08-2016]
Berekening van de indicator
[Regeling vervallen per 01-08-2016]
Het onderbouwrendement wordt berekend door van elke leerling het verschil te nemen
tussen de verwachte onderwijspositie op basis van het basisschooladvies, en de bereikte
positie in het derde jaar. Daarbij wordt meegerekend of de leerling is blijven zitten
en geldt als regel dat één jaar zittenblijven gelijk staat aan daling van één schoolsoort
van de vijf onderscheiden schoolsoorten vmbo-basis, vmbo-kader, vmbo-gemengde of theoretische
leerweg, havo en vwo. Aan elke schoolsoort wordt een scorepositie toegekend, die met
gelijke afstanden omhoog loopt van vmbo-basis tot en met vwo.
Correctie onderbouwrendement
[Regeling vervallen per 01-08-2016]
Indien de leerling is geïndiceerd voor leerwegondersteuning geldt dat indien de leerling
gemiddeld een kwartjaar langer dan twee jaar over de onderbouw doet, een vergelijkbare
prestatie is verricht aan de situatie waarin de leerling zonder indicatie voor leerwegondersteuning
er twee jaar over doet.
Normering score onderbouwrendement
[Regeling vervallen per 01-08-2016]
De op basis van deze uitgangspunten berekende score wordt met andere scholen vergeleken
in de volgende scholengroepen.
-
• Categorale vestiging voor vwo;
-
• Vestiging voor Havo/vwo gecombineerd;
-
• Categorale vestiging voor vmbo-(g)t (gemengde en theoretische leerweg);
-
• Vestiging voor Vmbo-(g)t/havo gecombineerd, categorale vestiging voor havo en vestiging
voor vmbo-(g)t, havo en vwo gecombineerd;
-
• Vestiging voor vmbo-basis, vmbo-kader en vmbo-basis en -kader gecombineerd;
-
• Vestiging met alle soorten voor vmbo-breed (basis, kader en g(t)) en vmbo-breed-havo
gecombineerd;
-
• Vestigingen met een aanbod van vmbo-basis tot en met vwo gecombineerd.
Binnen de scholengroep worden percentielscores berekend en vindt de normering vindt
plaats met een relatieve norm. Hierbij worden de volgende scores toegekend.
-
• Percentiel 1–10: score 1
-
• Percentiel 10–25: score 2
-
• Percentiel 25–75: score 3
-
• Percentiel 75–90: score 4
-
• Percentiel 90–100: score 5
De scores 1 en 2 gelden als onvoldoende.