Wet zeggenschap in ter beurze genoteerde vennootschappen BES

[Regeling vervallen per 01-07-2012.]
Geraadpleegd op 24-11-2024. Gebruikte datum 'geldig op' 17-08-2015 en zichtdatum 17-08-2015.
Geldend van 10-10-2010 t/m 30-06-2012

Wet zeggenschap in ter beurze genoteerde vennootschappen BES

Hoofdstuk I. Algemene bepalingen

[Regeling vervallen per 01-07-2012]

Artikel 1

[Regeling vervallen per 01-07-2012]

In deze wet en de daarop berustende bepalingen wordt verstaan onder:

  • a. vennootschap: een naamloze vennootschap of een besloten vennootschap naar het recht van de openbare lichamen Bonaire, Sint Eustatius en Saba waarvan stemgerechtigde aandelen, zoals hierna gedefinieerd, op een of meer erkende effectenbeurzen worden genoteerd of incourant worden verhandeld;

  • b. stemgerechtigde aandelen: aandelen met volledig stemrecht, en aandelen met beperkt stemrecht, indien dit stemrecht kan worden uitgeoefend in enige vergadering ter benoeming, schorsing of ontslag van een bestuurder of commissaris, of tot goedkeuring, machtiging, of opdracht tot enige handeling van het bestuur, ongeacht of de aandelen op een erkende effectenbeurs worden genoteerd of incourant worden verhandeld;

  • c. effecten:

    • 1°. aandelen, behoudens die waarvoor met medewerking van de vennootschap certificaten van aandelen zijn uitgegeven;

    • 2°. met medewerking van de vennootschap uitgegeven certificaten van aandelen;

    • 3°. winstbewijzen, oprichtersbewijzen en andere stukken die recht geven op een deel van de winst of het vermogen, voor zover op een erkende effectenbeurs genoteerd of incourant verhandeld;

    • 4°. rechten, en stukken waaraan verbonden zijn rechten tot het verkrijgen van aandelen en certificaten van aandelen als bedoeld in de onderdelen 1° en 2°, voor zover die rechten of stukken op een erkende effectenbeurs worden genoteerd of incourant worden verhandeld;

  • d. erkende effectenbeurs: een effectenbeurs, of een andere organisatie voor effectenhandel, die is opgenomen in de lijst van erkende effectenbeurzen vastgesteld bij regeling van Onze Minister van Financiën ter uitvoering van deze wet;

  • e. persoon: een natuurlijk persoon of een rechtspersoon, ongeacht nationaliteit, woonplaats of domicilie, of het recht naar hetwelk hij is opgericht;

  • f. dochtermaatschappij van een persoon:

    • 1°. een rechtspersoon waarin de persoon of een of meer van zijn dochtermaatschappijen, al dan niet krachtens overeenkomst met andere stemgerechtigden, alleen of samen meer dan de helft van de stemrechten in de algemene vergadering kunnen uitoefenen;

    • 2°. een rechtspersoon waarvan de persoon of een of meer van zijn dochtermaatschappijen lid of aandeelhouder zijn en, al dan niet krachtens overeenkomst met andere stemgerechtigden, alleen of samen meer dan de helft van de bestuurders of van de commissarissen kunnen benoemen of ontslaan, ook indien alle stemgerechtigden stemmen;

    • 3°. een al dan niet rechtspersoonlijkheid bezittende vennootschap, waarin de persoon of een of meer van zijn dochtermaatschappijen, als vennoot jegens derden aansprakelijk is;

    • 4°. een rechtspersoon en een al dan niet rechtspersoonlijkheid bezittende vennootschap waarin de persoon een deelneming heeft; een persoon heeft een deelneming in een rechtspersoon of vennootschap indien hij of een of meer van zijn dochtermaatschappijen zoals bedoeld in de onderdelen 1°, 2° en 3°, alleen of samen voor eigen rekening aan die rechtspersoon kapitaal verschaffen of doen verschaffen teneinde met die rechtspersoon duurzaam verbonden te zijn ten dienste van de eigen werkzaamheid; indien een vijfde of meer van het geplaatste kapitaal wordt verschaft, wordt het bestaan van een deelneming vermoed.

Artikel 2

[Regeling vervallen per 01-07-2012]

  • 1 In deze wet en de daarop berustende bepalingen worden onder stemgerechtigde aandelen mede verstaan:

    • a. certificaten van stemgerechtigde aandelen; als de bezitter of houder van het stemrecht op de onderliggende aandelen, worden zowel de aandeelhouder als de certificaathouder aangemerkt;

    • b. depositobewijzen en andere stukken welke een belang in stemgerechtigde aandelen vertegenwoordigen; als de bezitter of houder van het stemrecht op de onderliggende aandelen, worden zowel de aandeelhouder als de houder van het bewijs of stuk aangemerkt;

    • c. het recht van pand en het recht van vruchtgebruik op stemgerechtigde aandelen, indien de pandhouder of de vruchtgebruiker het aan die aandelen verbonden stemrecht uitoefent; de pandgever of bloot-eigenaar wordt mede als bezitter of houder van het aan de aandelen verbonden stemrecht aangemerkt;

    • d. rechten tot het verkrijgen van stemgerechtigde aandelen; de houder of bezitter van het recht wordt mede als de houder van het aan die aandelen verbonden stemrecht aangemerkt; indien het recht aandelen betreft die niet zijn uitgegeven of die door de vennootschap zelf worden gehouden, worden voor de berekening van het aan een persoon toekomend percentage van het stemrecht, de aandelen op de verkrijging waarvan die persoon recht heeft, berekend als zijnde uitgegeven en door die persoon gehouden.

  • 2 Onder het verkrijgen of houden van stemgerechtigde aandelen door een persoon wordt mede verstaan:

    • a. het verkrijgen of houden, zomede het aanvangen van het houden, door een derde voor rekening of risico van die persoon of een persoon als bedoeld in de onderdelen b, c, en d;

    • b. het verkrijgen of houden door een dochtermaatschappij van die persoon of van een persoon als in de onderdelen c en d, bedoeld;

    • c. het verkrijgen of houden door de niet van die persoon duurzaam gescheiden wonende echtgenoot, door degene met wie die persoon samenwoont als ware partijen gehuwd, door minderjarige kinderen waarover die persoon het gezag uitoefent, en door bloed- en aanverwanten in wiens levensonderhoud grotendeels door die persoon wordt voorzien;

    • d. het verkrijgen of houden door een bestuurder, commissaris of functionaris van die persoon, en personen die tot hen in een verhouding staan als hiervoor in onderdeel c bedoeld, en hun dochtermaatschappijen.

  • 3 Onder het verkrijgen of houden van stemgerechtigde aandelen door een persoon wordt mede verstaan het verkrijgen of houden, door een derde met wie de persoon of een of meer personen die tot hem in een verhouding staan als bedoeld in het tweede lid, onderdelen b, c en d, een overeenkomst is aangegaan welke overeenkomst voorziet in een duurzaam gemeenschappelijk beleid inzake het uitoefenen van het stemrecht in de vennootschap, of welke overeenkomst bedoeld is ter verkrijging van inspraak in de vennootschap, hetzij gezamenlijk hetzij door een of meer der bij de overeenkomst betrokken partijen.

  • 4 Wanneer een persoon met een derde die stemgerechtigde aandelen houdt, een overeenkomst aangaat als in het derde lid bedoeld, of tussen die persoon en de derde een verhouding ontstaat als in het tweede lid bedoeld, of de derde dochtermaatschappij van die persoon wordt, dan geldt het tijdstip waarop de overeenkomst wordt aangegaan, de verhouding ontstaat, of de derde dochtermaatschappij wordt, als het moment waarop die aandelen door die persoon zijn verkregen.

  • 5 Onder een met een persoon gelieerde partij wordt in deze wet verstaan een persoon wiens verkrijging of houderschap van stemgerechtigde aandelen, op grond van het tweede lid, onderdelen b, c of d, of op grond van het derde lid, mede wordt toegerekend aan die persoon.

Artikel 3

[Regeling vervallen per 01-07-2012]

Stemgerechtigde aandelen die verkregen en gehouden worden door clearing instellingen, effectenbewaarders, makelaars en commissionairs in effecten, en soortgelijke instellingen en personen, die toegelaten zijn tot een erkende effectenbeurs of anderszins onder de voor die beurs van toepassing zijnde regels vergunning hebben hun bedrijf uit te oefenen, voorzover die aandelen in de normale uitoefening van hun beroep of bedrijf worden verkregen en gehouden, en voorzover zij door hen niet worden gebruikt om zeggenschap in de vennootschap te verkrijgen of trachten te verkrijgen, worden voor de berekening van het door hen verkregen of gehouden percentage aan stemrecht buiten beschouwing gelaten.

Hoofdstuk II. Kennisgeving van zeggenschap

[Regeling vervallen per 01-07-2012]

Artikel 4

[Regeling vervallen per 01-07-2012]

  • 1 De persoon die onder welke titel ook stemgerechtigde aandelen in het kapitaal van een vennootschap verkrijgt, en die weet of behoort te weten dat hij door deze verkrijging stemrecht bezit welke een percentage bereikt of overschrijdt van 5, 10, 20, 33 1/3, 50 of 66 2/3 van alle stemmen welke op het geplaatste kapitaal van die vennootschap kunnen worden uitgebracht, dient dit onverwijld aan de vennootschap te melden.

  • 2 Wanneer stemgerechtigde aandelen anders dan door overdracht van aandelen op naam worden verkregen, wordt aan de plicht onverwijld melding te doen, voldaan, indien zij door de vennootschap binnen vijf dagen nadat de meldingsplicht ontstond, is ontvangen.

Artikel 5

[Regeling vervallen per 01-07-2012]

  • 1 De melding dient schriftelijk te geschieden aan het kantoor van de vennootschap volgens het Handelsregister gehouden door de Kamer van Koophandel en Nijverheid in het openbaar lichaam waar de vennootschap is gevestigd, zomede aan de domicilies van de vennootschap in steden waarin een erkende effectenbeurs is gevestigd, welke door de vennootschap ter uitvoering van deze wet zijn gekozen en opgegeven aan bedoeld Handelsregister.

  • 2 De melding dient in te houden:

    • a. naam, woonplaats en adres van de meldingsplichtige, en de aard van zijn onderneming of bedrijf;

    • b. het aantal van iedere soort stemgerechtigde aandelen die door hem werden gehouden en die door hem worden verkregen en, indien zich een van de situaties omschreven in artikel 2, zich voordoet, de namen, woonplaatsen en adressen van degene door wie zij worden gehouden of verkregen;

    • c. het percentage der stemmen en het percentage van het geplaatste kapitaal dat hij, ingevolge artikel 2, is gaan houden;

    • d. de datum waarop de meldingsplicht is ontstaan.

  • 3 Indien het door de meldingsplichtige gehouden percentage van stemrecht 10% of meer bedraagt, moet hij voorts in de melding opgeven of hij voornemens is binnen de tijd van twaalf maanden:

    • a. meer stemgerechtigde aandelen te verwerven of op andere wijze zijn stemrecht uit te breiden;

    • b. zijn deelname in de vennootschap te gebruiken om het beleid van het bestuur te beïnvloeden, of om beslissingen tot stand te brengen die niet passen in een normale beleggingspolitiek, of om vertegenwoordiging te verkrijgen in het bestuur of de raad van commissarissen, of om volmachten van aandeelhouders te verkrijgen voor een komende vergadering van aandeelhouders.

    Indien in de melding door de meldingsplichtige is gesteld dat hij niet een van de in de onderdelen a en b genoemde voornemens heeft, is het hem verboden om binnen de tijd van twaalf maanden meer aandelen te verwerven, zonder eerst ten minste vier weken van te voren daarvan aan het bestuur melding te doen overeenkomstig dit artikel.

Artikel 6

[Regeling vervallen per 01-07-2012]

Indien ingevolge artikel 2, tweede lid, meerdere personen meldingsplichtig zijn, worden door de melding door een hunner de overigen van de meldingsplicht ontslagen.

Artikel 7

[Regeling vervallen per 01-07-2012]

  • 1 Het bestuur van een vennootschap dat een melding heeft ontvangen als in dit hoofdstuk bedoeld, dient onverwijld de inhoud ervan openbaar te maken door een advertentie in een of meer in de openbare lichamen Bonaire, Sint Eustatius en Saba gepubliceerde nieuwsbladen, en door kennisgeving aan de aandeelhouders op de wijze waarop zij doorgaans berichten of oproepingen aan hen doorgeeft.

  • 2 Aan de plicht om onverwijld kennisgeving te doen, heeft het bestuur voldaan indien de advertentie is geplaatst en de kennisgevingen zijn gedaan binnen vijf dagen nadat de melding op ieder der in artikel 4 bedoelde domicilies is ontvangen.

  • 3 Het bestuur kan in de advertentie en kennisgevingen gedeeltes uit de mededeling weglaten die niet terzake zijn, of welke bij de aandeelhouders een valse indruk zouden kunnen wekken.

Hoofdstuk III. Openbaar bod op effecten

[Regeling vervallen per 01-07-2012]

Artikel 8

[Regeling vervallen per 01-07-2012]

  • 1 De persoon die voornemens is onder welke titel dan ook, stemgerechtigde aandelen in het kapitaal van een vennootschap te verkrijgen, en die weet of behoort te weten dat hij na die verkrijging stemmen zal hebben welke 20% of meer vertegenwoordigen van alle stemmen die op het geplaatste kapitaal van die vennootschap kunnen worden uitgebracht, is verplicht alvorens tot die verkrijging over te gaan, het bestuur van de vennootschap van zijn voornemen op de hoogte te stellen, en het de gelegenheid te geven met hem te overleggen, binnen een periode welke hij op niet minder kan stellen dan twee weken nadat hij het bestuur op de hoogte heeft gesteld.

  • 2 De uitnodiging tot overleg als in het vorige lid bedoeld dient schriftelijk te geschieden, overeenkomstig het bepaalde in artikel 5, onder opgave van mutatis mutandis de in artikel 5 omschreven voornemens van de persoon met betrekking tot de vennootschap indien hij invloed verwerft over haar beleid, en de wijze waarop de verwerving zal worden gefinancierd, met inbegrip van de naam en het adres van iedere bank, financiële instelling of andere partij die zich verbonden heeft de verwerving geheel of gedeeltelijk te financieren.

  • 3 Gedurende de tijd dat het overleg kan plaats vinden en gedurende een week nadat het overleg is begonnen, is het de persoon en de met hem gelieerde partijen verboden enig openbaar of onderhands bod uit te brengen op stemgerechtigde aandelen of andere effecten van de vennootschap, noch om deze te verwerven anders dan met toestemming van het bestuur en van de raad van commissarissen.

  • 4 Indien het bestuur geen gebruik heeft gemaakt van de uitnodiging tot overleg, of indien het overleg niet binnen een week tot een met toestemming van de raad van commissarissen bereikt resultaat heeft geleid, is het de persoon verboden stemgerechtigde aandelen en andere effecten van de vennootschap boven de in het eerste lid genoemde drempel te verwerven, anders dan door het uitbrengen van een openbaar bod waarbij de voorwaarden, in artikel 10 gesteld, in acht zijn genomen.

Artikel 9

[Regeling vervallen per 01-07-2012]

  • 1 De persoon die stemgerechtigde aandelen boven de in het eerste lid van artikel 8 bedoelde drempel door welke oorzaak dan ook is gaan houden zonder toestemming van het bestuur en de raad van commissarissen van de vennootschap of anders dan als gevolg van een openbaar bod als bedoeld in artikel 10, is verplicht onmiddellijk zijn aandelenbezit tot beneden die drempel te brengen.

  • 2 Indien de bedoelde drempel onopzettelijk of buiten toedoen van de persoon of van met hem gelieerde partijen werd overtreden, is het bestuur met toestemming van de raad van commissarissen bevoegd om de persoon alsnog geheel of gedeeltelijk ontheffing te verlenen van de verplichting om zijn aandelenbezit beneden de drempel te brengen, welke ontheffing onder voorwaarden verleend kan worden.

  • 3 Binnen tien dagen nadat een persoon onopzettelijk of buiten zijn toedoen en buiten het toedoen van met hem gelieerde partijen, stemgerechtigde aandelen is gaan houden boven de bedoelde drempel, of nadat hem dat feit bekend werd, of nadat een verzoek tot ontheffing als in het eerste lid bedoeld is afgewezen, kan de persoon aan het bestuur zijn voornemen kenbaar maken om een openbaar bod als in artikel 10 bedoeld uit te brengen, in welk geval hij niet verplicht is zijn aandelenbezit tot beneden de drempel terug te brengen. De verplichting herleeft evenwel zodra hij van dat voornemen afziet.

Artikel 10

[Regeling vervallen per 01-07-2012]

Een openbaar bod, uitgebracht door een persoon of door een met hem gelieerde partij, en waarmee wordt beoogd of dat ertoe kan leiden dat die persoon stemgerechtigde aandelen in het kapitaal van een vennootschap verkrijgt boven de in het eerste lid van artikel 8 bedoelde drempel, en welk bod wordt uitgebracht zonder de toestemming van het bestuur en van de raad van commissarissen van de vennootschap, dient:

  • a. openbaar te worden uitgebracht op alle effecten van de vennootschap, met uitzondering van effecten die door de vennootschap zelf worden gehouden;

  • b. een in contanten betaalbare prijs per effect te bieden niet lager dan, voor iedere soort van de effecten:

    • 1°. de door erkende effectenbeurzen hoogst genoteerde koers of bekendgemaakte prijs voor die soort van de effecten gedurende de onmiddellijk aan het bod voorafgaande twaalf maanden; en

    • 2°. de hoogste prijs die voor die soort van de effecten door de persoon en de met hem gelieerde partijen gedurende de onmiddellijk aan het bod voorafgaande vierentwintig maanden is geboden voor enig effect van dezelfde soort;

  • c. de gelegenheid te geven het bod gedurende een eerste aanmeldingstermijn van tenminste vier en ten hoogste tien weken te aanvaarden, en gedurende een daarop aansluitende tweede aanmeldingstermijn van tenminste twee weken, indien het bod aanvankelijk voorwaardelijk werd uitgebracht en gedurende de eerste termijn onvoorwaardelijk wordt;

  • d. onvoorwaardelijk en onherroepelijk te zijn met dien verstande dat de bieder een of meer van de volgende voorwaarden kan stellen:

    • 1°. dat zich onder de gedurende de eerste aanmeldingstermijn aangemelde effecten, zoveel stemgerechtigde aandelen bevinden, dat de persoon tenminste 50%, of een hoger door hem vastgesteld percentage van de stemmen die op het geplaatste kapitaal kunnen worden uitgebracht, zal kunnen uitbrengen;

    • 2°. dat gedurende de eerste aanmeldingstermijn niet door een derde voor het eerst wordt bekend gemaakt dat deze een openbaar bod op de effecten of een deel daarvan uitbrengt of het voornemen daartoe heeft, of dat deze met de vennootschap is overeengekomen stemgerechtigde aandelen te nemen welke vijf procent of meer vertegenwoordigen van de stemmen die op het geplaatste kapitaal kunnen worden uitgebracht;

    • 3°. dat gedurende de eerste aanmeldingstermijn alle benodigde rechterlijke of administratieve toestemmingen voor de verkrijging van de effecten zijn of worden verleend of toezeggingen daartoe zijn of worden gedaan;

    • 4°. dat een voorwaarde waaronder een in onderdeel 3° bedoelde toestemming of toezegging tot toestemming is verleend, niet is vervuld;

    • 5°. dat gedurende de eerste aanmeldingstermijn zich geen omstandigheden voordoen die aan de persoon bij het uitbrengen van het bod onbekend waren en niet bekend hoefden te zijn, en welke een doorslaggevende betekenis zouden hebben gehad, ware zij bij het uitbrengen van het bod bekend geweest.

Hoofdstuk IV. Diverse bepalingen

[Regeling vervallen per 01-07-2012]

Artikel 11

[Regeling vervallen per 01-07-2012]

Indien door een persoon of door een met hem gelieerde partij een openbaar bod is uitgebracht als in artikel 10 bedoeld, en de persoon tengevolge van de op grond van dat bod verkregen stemgerechtigde aandelen tezamen met de stemgerechtigde aandelen die hij bij het uitbrengen van het bod reeds bezat, minder dan 85% van de stemmen kan uitbrengen die op het geplaatste kapitaal van de vennootschap kunnen worden uitgebracht, zal het hem en de met hem gelieerde partijen voor de duur van een jaar na verloop van de aanmeldingstermijn of -termijnen, verboden zijn:

  • a. enige zakelijke transactie met de vennootschap aan te gaan met betrekking tot een aanzienlijk deel van de vermogensbestanddelen van de vennootschap;

  • b. in te stemmen met, mee te werken aan, en anderen ertoe te bewegen om in te stemmen met of mede te werken aan de verkoop van aanzienlijke vermogensbestanddelen van de vennootschap en haar dochtermaatschappijen, en aan enig besluit tot ontbinding, fusie of zetelverplaatsing van de vennootschap.

Artikel 12

[Regeling vervallen per 01-07-2012]

  • 1 Indien aandelen op naam worden overgedragen en het bestuur van de vennootschap weet of vermoedt dat:

    • a. hetzij de overdracht ingevolge het tweede hoofdstuk vermeld moet worden, en zodanige melding niet is gedaan;

    • b. hetzij de overdracht in strijd is met een verbod krachtens deze wet om stemgerechtigde aandelen te verkrijgen;

    • c. hetzij de overdracht het gevolg is van het aanvaarden van een openbaar bod dat gedaan is in strijd met de regels van het derde hoofdstuk;

    is de vennootschap bevoegd de overdracht niet te erkennen danwel, indien de overdracht aan de vennootschap wordt betekend, de overdracht nietig te verklaren door aangetekend schrijven per luchtpost verzonden aan zowel de voorgenomen verkrijger als de voorgenomen vervreemder.

  • 2 Indien niet-erkennen van een overdracht het gevolg is van een vermoeden, dan wordt de overdracht erkend na verloop van twee weken, tenzij in de tussentijd het vermoeden is omgezet in bewijs of in een redelijk gegrond vermoeden.

  • 3 De overdracht wordt onmiddellijk erkend wanneer de reden voor het niet erkennen van de overdracht niet meer bestaat.

Artikel 13

[Regeling vervallen per 01-07-2012]

  • 1 Op de aan een persoon toegerekende stemgerechtigde aandelen mogen gezamenlijk niet meer stemmen uitgebracht worden dan vertegenwoordigende 5% van het geplaatste stemgerechtigde kapitaal van de vennootschap:

    • a. zolang de persoon een melding niet gedaan heeft waartoe hij ingevolge artikel 4 verplicht is;

    • b. tot vier weken nadat die melding is gedaan, indien de persoon stemgerechtigde aandelen heeft verkregen zonder de in het derde lid van artikel 5 bedoelde voorafgaande melding te hebben gedaan;

    • c. totdat de persoon zijn aandelenbezit beneden de in artikel 9 bedoelde drempel heeft gebracht, of ontheffing daartoe van het bestuur en de raad van commissarissen heeft verkregen.

  • 2 Een persoon die voornemens is, of van wie een gelieerde partij voornemens is, een openbaar bod te doen op stemgerechtigde aandelen van een vennootschap, en de met die persoon gelieerde partijen, mogen geen vergaderingen van aandeelhouders bijeenroepen, daarin aanwezig of vertegenwoordigd zijn, noch in of buiten vergadering stemrecht op stemgerechtigde aandelen van de vennootschap uitoefenen, totdat het openbare bod overeenkomstig artikel 10 is uitgebracht, of met het bestuur en de raad van commissarissen is overeengekomen dat het bod anders dan overeenkomstig artikel 10 kan worden uitgebracht. Wanneer van het voornemen wordt afgezien, blijft het verbod van dit artikel van kracht tot na verloop van een jaar nadat zulks aan het bestuur schriftelijk is medegedeeld.

  • 3 Stemmen, uitgebracht in strijd met het voorgaande, zijn desondanks geldig, behoudens in het geval van schorsing als in artikel 14 bedoeld.

  • 4 Voor de berekening van een door de statuten vereist quorum, worden de aandelen waarvoor vanwege het voorgaande geen stemmen mogen worden uitgebracht, aangemerkt als niet geplaatst.

Artikel 14

[Regeling vervallen per 01-07-2012]

  • 1 Indien het bestuur van een vennootschap weet of vermoedt dat iemand stem- of andere rechten uitoefent of tracht uit te oefenen in strijd met het bepaalde in artikel 13, is het bestuur bevoegd die persoon te schorsen in de uitoefening van bedoelde rechten, door middel van een aangetekend schrijven per luchtpost aan die persoon.

  • 2 Indien het bestuur zulks in het belang van de vennootschap of van de aandeelhouders acht, kan het bestuur de schorsing bekend maken op de wijze als in artikel 7 omschreven.

  • 3 Indien staande een aandeelhoudersvergadering blijkt of het vermoeden rijst dat iemand in strijd met het bepaalde in artikel 13 rechten tracht uit te oefenen, dan kan de voorzitter de vergadering voor tenminste een half uur en ten hoogste drie uur onderbreken, teneinde overleg te plegen met de betrokken persoon of personen. Indien dit overleg niet bewijs tot het tegendeel oplevert of het vermoeden wegneemt, kan de voorzitter van de vergadering de schorsing van de betrokken persoon of personen uitspreken, en de vergadering zonder hen voortzetten.

  • 4 Indien een schorsing het gevolg is van een vermoeden, dan zal de schorsing na verloop van twee weken worden opgeheven indien het vermoeden in de tussentijd niet is omgezet in bewijs of in redelijk gegrond vermoeden.

  • 5 Een schorsing wordt voorts terstond opgeheven wanneer het bepaalde in artikel 13 de betrokkene niet meer belet de rechten waarin hij is geschorst, uit te oefenen.

Artikel 15

[Regeling vervallen per 01-07-2012]

De aandeelhouders van een vennootschap als bedoeld in deze wet kunnen buiten vergadering slechts geldige besluiten nemen indien het bestuur verzoekt het besluit te nemen.

Hoofdstuk V. Uitzonderingen

[Regeling vervallen per 01-07-2012]

Artikel 16

[Regeling vervallen per 01-07-2012]

Bij algemene maatregel van bestuur kan voor daarvoor in aanmerking komende soorten van vennootschappen worden bepaald dat de hoofdstukken II en III van deze wet niet of slechts gedeeltelijk op die soorten van vennootschappen van toepassing zijn, of dat voor die soorten van vennootschappen andere drempelwaarden gelden dan zoals bepaald in die hoofdstukken.

Hoofdstuk VII. Strafbepalingen

[Regeling vervallen per 01-07-2012]

Artikel 18

[Regeling vervallen per 01-07-2012]

Als overtredingen worden beschouwd, en gestraft met een geldboete van de vierde categorie:

  • a. het niet nakomen, of niet volledig nakomen van de meldingsplicht als in hoofdstuk II bedoeld;

  • b. het opgeven van valse of misleidende gegevens in een melding als in hoofdstuk II bedoeld; en

  • c. het verkrijgen van stemgerechtigde aandelen onder bezwarende titel, in strijd met een verbod van deze wet;

  • d. het niet nakomen van de verplichting tot kennisgeving bedoeld in artikel 7 van deze wet;

  • e. het als bestuurder, commissaris, functionaris of adviseur van een rechtspersoon nemen of uitvoeren van een besluit, of het medewerken aan het nemen of uitvoeren van een besluit, waardoor de rechtspersoon een in dit artikel strafbaar gesteld feit begaat.

Artikel 19

[Regeling vervallen per 01-07-2012]

Als misdrijven worden beschouwd en gestraft met een gevangenisstraf van ten hoogste een jaar en een geldboete van de vijfde categorie:

  • a. de in artikel 18 in de onderdelen a, b en d, als overtreding strafbaar gestelde feiten, indien zij gepleegd zijn met het oogmerk te verheimelijken dat een persoon voornemens is zeggenschap in de vennootschap te verkrijgen;

  • b. het in artikel 18 in onderdeel c strafbaar gestelde feit, indien gepleegd met het oogmerk de zeggenschap in de vennootschap te verwerven;

  • c. het uitbrengen van een openbaar bod op stemgerechtigde aandelen van een vennootschap, anders dan zoals bij deze wet toegestaan;

  • d. het als bestuurder, commissaris, functionaris of adviseur van een rechtspersoon nemen of uitvoeren van een besluit, of het medewerken aan het nemen of uitvoeren van een besluit, waardoor de rechtspersoon een in dit artikel strafbaar gesteld feit begaat.