Verordening Bosschap Algemene Heffing 2011

[Regeling materieel uitgewerkt per 01-01-2012.]
Geraadpleegd op 02-12-2024. Gebruikte datum 'geldig op' 01-01-2017 en zichtdatum 30-11-2024.
Geldend van 01-01-2011 t/m heden

Verordening van het Bosschap van 30 september 2010 houdende regels ter zake van de aan de onder de werkingssfeer van het Bosschap vallende ondernemingen op te leggen algemene heffing voor het jaar 2011 (Verordening Bosschap Algemene Heffing 2011)

§ 1. Begripsbepalingen

Artikel 1

Deze verordening verstaat onder:

§ 2. Heffingen

Artikel 2

De heffingsplichtige is voor het jaar 2011 per onderneming een basisheffing van € 40,- aan het Bosschap verschuldigd;

Artikel 3

  • 1 De heffingsplichtige is voor het jaar 2011 per onderneming als bedoeld in artikel 1 eerste lid onder a een hectareheffing aan het Bosschap verschuldigd van € 3,02 per ha bos. De hectareheffing voor natuur bedraagt voor het jaar 2011 € 0,03 per ha natuurgrond.

  • 2 Indien de oppervlakte bos- of natuurgrond niet in het register staat opgenomen, wordt deze oppervlakte geschat en wordt de heffing ambtshalve door de voorzitter opgelegd.

Artikel 4

  • 1 De heffingsplichtige met betrekking tot een onderneming als bedoeld in artikel 1 eerste lid onder b, ontvangt voor iedere bosbouwambachtonderneming een ‘aangifteformulier omzet boswerk’.

  • 2 De voorzitter stelt het ‘aangifteformulier omzet boswerk’ vast.

  • 3 Verzending van een ‘aangifteformulier omzet boswerk’ kan achterwege blijven indien de gevraagde gegevens op een andere wijze worden verkregen.

  • 4 De heffingsplichtige verstrekt de op het aangifteformulier gevraagde gegevens binnen een maand na ontvangst van dit formulier.

  • 5 De heffingsplichtige is voor het jaar 2011 per bosbouwambachtonderneming een omzetheffing aan het Bosschap verschuldigd volgens onderstaande tariefschaal.

    Omzet boswerk

    omzetheffing

    € 11.345

    Tot

    € 45.380

    € 133,86

    € 45.380

    Tot

    € 113.445

    € 261,89

    € 113.445

    Tot

    € 226.890

    € 390,12

    € 226.890

    Tot

    € 453.780

    € 518,15

    € 453.780

    en meer

     

    € 646,34

  • 6 De omzet wordt bepaald aan de hand van het ‘formulier voor opgave omzet boswerk 2010’, waarop is aangegeven:

    Voor de bepaling van de omzet over 2010 wordt het gekochte of verkregen hout gewaardeerd tegen € 11,67 per m3.

  • 7 indien de omzet boswerk, als bedoeld in voorgaande leden niet in het register staat opgenomen wordt deze omzet geschat en de heffing ambtshalve door de voorzitter opgelegd.

Artikel 5

Voor de toepassing van deze verordening wordt gebruikt gemaakt van de gegevens, verstrekt krachtens de Registratieverordening Bosschap 1954, de Registratieverordening Bosschap 1957, de Registratieverordening Bosschap 1990, de Registratieverordening Bosschap 1998, de Registratieverordening Bosschap 2002, de Registratieverordening Bosschap 2006, de Registratieverordening Bosschap 2009, de Registratieverordening 2010 en de opgave van de behaalde omzet als bedoeld in artikel 4.

Artikel 6

  • 1 Aan de heffingsplichtige die lid of indirect lid is van:

    • -

      de Nederlandse Vereniging van boseigenaren (verder: NVBE) of

    • -

      de Algemene Vereniging Inlands Hout (verder: AVIH)

    wordt een aftrek toegestaan ter grootte van 50% van de aan de NVBE of AVIH betaalde contributie tot een maximum van 50% van het totaal van de algemene heffing 2011. Bij de berekening van de aftrek worden alleen de hectareheffing en omzetheffing betrokken en alleen het hectare- of omzetgerelateerde deel van de contributie aan NVBE en AVIH. De aftrek wordt voorts slechts verleend, indien uit door NVBE en AVIH verstrekte opgaven blijkt, dat de contributie over het aan de heffing voorafgaande jaar is betaald.

  • 2 Onder indirecte leden van de NVBE worden in dit verband verstaan leden van de NVBE Sectie Overheden en leden van de Federatie Particulier Grondbezit, alleen en voorzover zij bos of natuur in eigendom, erfpacht, opstalrecht of vruchtgebruik hebben. Onder directe leden van de NVBE worden verstaan Staatsbosbeheer, Natuurmonumenten en De Landschappen.

  • 4 Aan de heffingsplichtige wordt per kalenderjaar slechts eenmaal de aftrek, als bedoeld in het eerste tot en met derde lid, toegekend.

Artikel 7

Oplegging van de heffing geschiedt door of namens het bestuur door middel van toezending of uitreiking van een gedagtekende heffingsaanslag aan de in artikel 1 bedoelde personen.

De heffingsaanslag bevat:

  • a. de naam van de heffingsplichtige

  • b. een specificatie van het bedrag van de heffing;

  • c. in de daarvoor in aanmerking komende gevallen het in artikel 6 bedoelde bedrag van de aftrek;

  • d. het totaal van de heffingsaanslag.

§ 3. Betaling en invordering

Artikel 8

  • 1 De heffingsplichtige voldoet de heffing binnen 30 dagen na dagtekening van de aanslag.

  • 2 Indien de heffingsplichtige ten aanzien van het bepaalde in het eerste lid in gebreke blijft zendt de voorzitter de heffingsplichtige een herinnering.

  • 3 Indien de heffingsplichtige de heffing binnen twee weken na dagtekening van de herinnering niet of onvolledig heeft betaald maant de voorzitter de heffingsplichtige schriftelijk aan om alsnog binnen 14 dagen te betalen.

  • 4 Indien de heffingsplichtige de heffing op basis van de aanmaning van het derde lid niet of onvolledig heeft betaald volgt invordering bij dwangbevel.

Driebergen, 30 september 2010

E.H.T.M. Nijpels

voorzitter

G.J.P. Jansen

secretaris