In 2012 bestaan vier verschillende SiSa-vormen op grond waarvan medeoverheden in aanmerking
komen voor verantwoording via SiSa.
2. : SiSa tussen medeoverheden (regulier)
Bij enkele specifieke uitkeringen is de basisvorm uitgebreid en geldt SiSa ook in
de situatie dat provincies als directe ontvangers de uitkering doorverstrekken aan
een gemeente en/of een gemeenschappelijke regeling (ingesteld op grond van de Wet
gemeenschappelijke regelingen (Wgr)). De ontvangers van deze doorverstrekking zijn
‘indirecte’ ontvangers. Indirecte ontvangers verantwoorden aan de verstrekker van de uitkering, in het geval
van SiSa tussen medeoverheden is dat dus de provincie en niet het Rijk. De provincie
(de doorverstrekker) verantwoordt de besteding van de medeoverheid een jaar later
aan het Rijk. De provincie heeft immers wel de taken overgedragen, maar niet de verantwoordelijkheid
en moet zich daarom over de totale taakuitvoering aan het Rijk verantwoorden.
Figuur b: SiSa inclusief SiSa tussen medeoverheden (regulier)
In de situatie zoals afgebeeld in figuur b, is gemeente A zowel een directe ontvanger
van een specifieke uitkering, als een indirecte ontvanger via een doorverstrekking
door de provincie. Gemeente A neemt in dezelfde SiSa-bijlage verantwoordingsinformatie,
via de daarvoor bestemde afzonderlijke regelingen, zowel de verantwoordingsinformatie
op die bestemd is voor de provincie als de verantwoordingsinformatie bestemd voor
het Rijk.
Overige organisaties die taken uitvoeren, zoals een stichting of een BV zijn niet
opgericht op grond van de Wet gemeenschappelijke regelingen en kunnen daarom niet
via SiSa verantwoorden. In de SiSa-systematiek beschouwt de provincie zichzelf als
de uitvoerder van de taken die overige organisaties voor haar uitvoeren. De provincie
verantwoordt dus de taken in haar eigen jaarstukken en is voor die taken een ‘zelfstandige
uitvoerder’.
3:. SiSa tussen medeoverheden SZW
Op grond van het SiSa tussen medeoverheden-systeem was het niet mogelijk dat ook gemeenten
konden fungeren als verstrekkers van een specifieke uitkering, net als provincies
bij SiSa tussen medeoverheden. Omdat het doorverstrekken door gemeenten bij regelingen
van het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (SZW) veelvuldig voorkomt,
is het SiSa-systeem hiervoor uitgebreid. Net als bij de reguliere SiSa tussen medeoverheden
kunnen uitsluitend gemeenschappelijke regelingen opgericht via de Wgr via SiSa verantwoorden
aan (in dit geval) de gemeente.
SiSa tussen medeoverheden SZW geldt met ingang van het verantwoordingsjaar 2010 voor:
-
• de Wet sociale werkvoorziening (Wsw);
-
• de Wet Participatiebudget (WPB);
-
• de onderdelen levensonderhoud en kapitaalverstrekking gevestigde zelfstandigen van
het Besluit bijstandsverlening zelfstandigen (Bbz) 2004;
-
• de gebundelde uitkering bestaande uit:
-
○
Wet werk en bijstand (WWB);
-
○
Wet investeren in jongeren (WIJ);
-
○
Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werkloze werknemers
(IOAW);
-
○
Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte gewezen zelfstandigen
(IOAZ);
-
○
Wet werk en inkomen kunstenaars (WWIK)
-
○ levensonderhoud beginnende zelfstandigen van het Bbz 2004.
SiSa tussen medeoverheden geldt dus niet voor de overige specifieke uitkeringen van het ministerie van SZW. SiSa tussen medeoverheden
voor de hierboven genoemde SZW uitkeringen geldt in de situatie dat gemeenten de uitvoering
uitbesteden aan openbare lichamen, die zijn ingesteld op grond van de Wet gemeenschappelijke
regelingen (Wgr). SiSa tussen medeoverheden geldt dus niet in andere situaties, zoals uitvoering door een NV, een BV of interne dienst van een
gemeente. Ook geldt SiSa tussen medeoverheden niet voor gemeenten onderling.
Deze verantwoording van openbare lichamen aan gemeenten wordt, onder meer in wet-
en regelgeving, aangeduid als SiSa tussen medeoverheden. Dit betekent dat openbare
lichamen uiterlijk 15 juli volgend op het verantwoordingsjaar via SiSa aan gemeenten
verantwoorden. Hierdoor zijn openbare lichamen niet meer genoodzaakt om versneld en
apart door de accountant gecertificeerd een separate verantwoording aan te leveren
bij een gemeente. Dit zorgt voor minder bestuurlijke drukte en administratieve lasten.
SiSa tussen medeoverheden SZW geldt alleen voor openbare lichamen die zijn ingesteld
op grond van de Wet gemeenschappelijke regelingen (Wgr). Zij verantwoorden niet langer
versneld en met een aparte accountantsverklaring aan gemeenten over hun uitvoering
/ besteding, maar via de SiSa-bijlage in de toelichting op hun eigen jaarrekening,
tussen 15 mei en 15 juli. In alle overige situaties (uitvoering door een NV, BV, stichting,
andere gemeente, et cetera) verandert er niets aan de verantwoording: gemeenten zorgen
ervoor dat ze de uitvoeringsinformatie tijdig ontvangen om in hun eigen SiSa-verantwoording
vóór 15 juli T+1 te kunnen aanleveren.
Figuur c: SiSa tussen medeoverheden SZW
In de situatie beschreven in figuur c kunnen de directe ontvangers gemeente A en gemeente
B zich via SiSa verantwoorden én de indirecte ontvangers Gr 1 en Gr 2. De gemeenten
verantwoorden aan het Rijk en de Gr-en aan gemeente A (via SiSa.
Gr 1 heeft een deel van de taken uit laten voeren door Gr 3, zonder dat er een formele
relatie (zoals een contract of beschikking) bestaat tussen gemeente A en Gr 3. Zonder
deze formele relatie is Gr 3 in deze SiSa-vorm géén indirecte ontvanger, ook al is
Gr 3 opgericht op grond van de Wet gemeenschappelijke regelingen. Het is in deze situatie
de verantwoordelijkheid van Gr 1 om de verantwoordingsinformatie van Gr 3 mee te nemen
in de eigen SiSa-verantwoording en dus te doen alsof Gr 1 zelf alle taken heeft uitgevoerd.
In deze situatie verantwoordt gemeente A in jaar T over de eigen taakuitvoering in
jaar T en de volledige taakuitvoering (dus door gemeente én Gr 1 én Gr 2) in jaar
T-1. Het is immers de verantwoordelijkheid van gemeente A om zich over de volledige
taakuitvoering te verantwoorden aan het Rijk.
Gemeente B verantwoordt in jaar T over de volledige taakuitvoering, inclusief een
overige organisatie (een stichting, een BV et cetera) én de taakuitvoering door Gr
4. Gr 4 is weliswaar opgericht op grond van de Wet gemeenschappelijke regelingen,
maar kent geen formele relatie met gemeente B. Dus kan Gr 4 niet via SiSa verantwoorden.
Gemeente B beschouwt zichzelf dus als een ‘zelfstandige uitvoerder’.
Budgetverdeling
Voor de verdeling van de budgetten voor jaar T+1 aan gemeenten hechten de relevante
partijen (VNG, Cedris, Divosa en het ministerie van SZW) aan het gebruik van zo actueel
mogelijke informatie. Daarom gebruikt het ministerie van SZW hiervoor niet alleen
de SiSa-verantwoordingen van gemeenten met SiSa tussen medeoverheden over jaar T-2,
maar ook die van de openbare lichamen. Het ministerie van SZW gaat voor de budgetverdeling
uit van de SiSa-informatie die beschikbaar is op 15 augustus van het jaar volgend
op het verantwoordingsjaar. Informatie die na deze datum beschikbaar komt wordt door
SZW niet meegenomen in de berekening van de budgetverdeling. Dit verandert niets aan
de verplichting van gemeenten op grond van artikel 17a, tweede lid van de Financiëleverhoudingswet
en van openbare lichamen op grond van artikel 34a Wet gemeenschappelijke regelingen
om de SiSa-verantwoording jaarlijks uiterlijk 15 juli bij BZK te hebben aangeleverd.
Vaststelling
Voor de vaststelling achteraf van de specifieke uitkeringen gebruikt het ministerie
van SZW de SiSa-verantwoordingen van gemeenten. Wel is, in situaties van SiSa tussen
medeoverheden SZW, vaststelling over een uitvoeringsjaar één jaar later dan in de
huidige situatie. Voor de Wsw inclusief de uitkering van de bonus Wsw geldt de latere
vaststelling in alle situaties, dus ook indien er geen sprake is van SiSa tussen medeoverheden
SZW.
Casus: Hoe weet ik of een uitvoeringsorganisatie een openbaar lichaam op grond van
de Wgr is?
-
– de organisatie is formeel opgericht bij raadsbesluiten van de deelnemende gemeenten
-
– hierin en in het oprichtingsdocument – de gemeenschappelijke regeling – is expliciet
aangegeven dat de organisatie wordt opgericht op grond van de Wgr
-
– de organisatie heeft een Algemeen Bestuur en een Dagelijks Bestuur
Casus: Hoe weet een gemeente welke openbare lichamen (Wgr) de uitvoering verrichten?
Elke gemeente is op grond van de SZW regelgeving verantwoordelijk voor de uitvoering
van de sociale wetten. Dat betekent dat zij ervoor moet zorgen dat zij inzicht heeft
wie voor haar de uitvoering verricht. Deze uitvoering zal de gemeente moeten betalen.
Ook vanuit dat oogpunt zal zij het inzicht in uitvoerders moeten hebben.
Casus: Geldt SiSa tussen medeoverheden SZW alleen voor het openbaar lichaam (Wgr)
waarin de gemeente deelneemt?
Nee, openbare lichamen (Wgr) verantwoorden de uitvoering aan alle gemeenten. Dus ook
de aan zogenaamde ‘buitengemeenten’, dat zijn gemeenten die geen deelnemer in de gemeenschappelijke
regeling zijn.
Casus: Kan een gemeente de totale verantwoording in SiSa laten doen door één openbaar
lichaam (Wgr), bijvoorbeeld omdat zij hieraan de regie over de uitvoering heeft opgedragen?
Nee, elke openbaar lichaam (Wgr) verantwoordt via SiSa zelf per gemeente het deel
dat zij voor die gemeenten heeft uitgevoerd / besteed. En gemeenten verantwoorden
zelf via SiSa de overige uitvoering, dat wil zeggen het deel dat niet door openbare
lichamen (Wgr) is uitgevoerd.