Indeling
[Regeling vervallen per 04-07-2012 met terugwerkende kracht tot en met 01-07-2012]
Hoofdstuk 1 bevat de vereisten voor deskundigheid van beleidsbepalers en de informatie die de
toezichthouder gebruikt bij de toetsing. Deze vereisten gelden voor elke onderneming
en elke beleidsbepaler, zowel voorafgaand aan het aantreden van een beleidsbepaler
als daarna, wanneer een beleidsbepaler in functie is. Het uitgangspunt van deze beleidsregel
is dat beleidsbepalers doorlopend voldoen aan de vereisten van deskundigheid en dit
in hun optreden laten zien.
Om een proportionele toepassing van de deskundigheidsvereisten mogelijk te maken,
hebben de toezichthouders de onder toezichtstaande ondernemingen ingedeeld in drie
groepen: A, B en C. Dit doet recht aan de uiteenlopende activiteiten, risico’s, omvang
en complexiteit van de ondernemingen. Het uitgangspunt is dat alle beleidsbepalers,
ongeacht de groep waarvan zij deel uitmaken, voldoen aan het eerste hoofdstuk van
de beleidsregel.
Hoofdstuk 2 bevat bepalingen voor de toetsing van deskundigheid voorafgaand aan het aantreden
van een beleidsbepaler van ondernemingen die tot groep B of C behoren en is een nadere
uitwerking van onderdeel 1.2.1.
Groep A omvat aanbieders van beleggingsobjecten; banken; clearinginstellingen; entiteiten
voor risicoacceptatie; financiële instellingen; financiële holdings; gemengde financiële
holdings of verzekeringsholdings met zetel in Nederland; herverzekeraars; levensverzekeraars;
marktexploitanten; pensioenfondsen; beroepspensioenfondsen; premiepensioeninstellingen,
schadeverzekeraars (vergunninghoudend).
Groep B omvat aanbieders van krediet; beleggingsondernemingen; beheerders van beleggingsinstellingen;
beleggingsmaatschappijen; bewaarders.
Groep C omvat financiëledienstverleners met uitzondering van de financiëledienstverleners
in groep A en B; betaalinstellingen; elektronischgeldinstellingen; natura-uitvaart-verzekeraars;
onderlinge waarborgmaatschappijen met een verklaring; trustkantoren.
Hoofdstuk 3 bevat bepalingen over de evaluatie van de beleidsregel, de intrekking van de huidige
beleidsregel deskundigheid van de AFM, de inwerkingtreding van deze beleidsregel en
de citeertitel.
Na hoofdstuk 3 is een bijlage met competenties opgenomen, gevolgd door een algemene toelichting en een toelichting
op de hoofdstukken 1, 2 en 3.