Besluit van 23 december 2010 tot vaststelling van een inkomensbesluit voor de volksverzekeringen
en de sociale voorzieningen (Inkomensbesluit volksverzekeringen en sociale voorzieningen)
Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau,
enz. enz. enz.
Op de voordracht van Onze Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid van 27 sepember
2010, nr. IVV/I/2010/18284;
Gelet op de artikelen 10, tweede lid, en 20 van de Algemene nabestaandenwet, 12a van de Algemene Ouderdomswet, 8, derde lid, van de Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte
werkloze werknemers, 8, vierde lid, van de Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte
gewezen zelfstandigen, 47, tweede lid, van de Wet financiering sociale verzekeringen, 10, zesde lid, van de Wet inkomensvoorziening oudere werklozen, 2:6 van de Wet werk en arbeidsondersteuning jonggehandicapten, 52, vijfde lid, 60, vijfde lid, en 61, negende lid, van de Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen, 8, tweede lid, van de Tijdelijke wet pilot loondispensatie en 45a, vijfde lid, van de Ziektewet;
De Afdeling advisering van de Raad van State gehoord (advies van 27 oktober 2010,
nr. W12.10.0475/III);
Gezien het nader rapport van Onze Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid van
21 december 2010, nr. IVV/FB/2010/21595;
Hebben goedgevonden en verstaan: