Beleidsregels handhaving door het CBP

Geraadpleegd op 23-11-2024. Gebruikte datum 'geldig op' 01-01-2015 en zichtdatum 21-11-2024.
Geldend van 01-02-2011 t/m heden

Beleidsregels handhaving door het CBP

Het College bescherming persoonsgegevens,

Gelet op de hem in artikel 51 en 52 Wet bescherming persoonsgegevens opgedragen toezichthoudende taken;

Stelt hierbij de Beleidsregels handhaving door het CBP vast:

1. Definities

In dit besluit wordt verstaan onder:

2. Overwegingen

  • 2.1 Het CBP richt zich op het doen naleven van de normen die zijn neergelegd in de Wbp en andere wetten, algemene maatregelen van bestuur en andere wettelijke regelingen op grond waarvan persoonsgegevens worden verwerkt.

  • 2.2 Daarbij behartigt het CBP het publieke belang van de bescherming van de persoonlijke levenssfeer in verband met de verwerking van persoonsgegevens.

  • 2.3 Teneinde naleving van de in artikel 2.1 genoemde normen te bewerkstelligen, kan het CBP handhavingsinstrumenten inzetten.

  • 2.4 Bij de inzet van handhavingsinstrumenten neemt het CBP de in deze Beleidsregels handhaving door het CBP opgenomen uitgangspunten en prioriteringscriteria in acht.

3. Uitgangspunten

  • 3.1 Bij de uitoefening van de hem in artikel 51 en 52 Wbp opgedragen toezichthoudende taken past het CBP de onderstaande uitgangspunten toe:

    • a. elke verantwoordelijke dient uit eigen beweging te bewerkstelligen dat de verwerking van persoonsgegevens door hem (en/of de door hem ingeschakelde bewerker) op rechtmatige wijze plaatsvindt;

    • b. indien een verantwoordelijke persoonsgegevens verwerkt in strijd met de in artikel 2.1 genoemde normen, staan burgers ter bescherming van hun individuele belang eigen rechtsmiddelen ten dienst zoals neergelegd in hoofdstuk 6 Wbp en artikel 49 en 50 Wbp;

    • c. het CBP handelt bij de inzet van handhavingsinstrumenten conform de algemene beginselen van behoorlijk bestuur en de Awb;

    • d. het CBP stelt prioriteiten met het oog op de beschikbare middelen en maakt zelfstandig een afweging bij het bepalen van de inzet van handhavingsinstrumenten;

    • e. de inzet van handhavingsinstrumenten door het CBP hangt mede af van de omstandigheden van het geval, waaronder de inhoud en de strekking van de overtreden norm en de daarbij betrokken belangen. Doel, effect en efficiëntie staan voorop;

    • f. het CBP is transparant over de inzet van handhavingsinstrumenten en de gestelde prioriteiten en legt daarover verantwoording af in het jaarverslag.

4. Prioriteringscriteria

  • 4.1 Bij de afweging die ten grondslag ligt aan de inzet van handhavingsinstrumenten naar aanleiding van een bemiddelingsverzoek, handhavingsverzoek en/of klacht alsmede bij het instellen van ambtshalve onderzoek geeft het CBP prioriteit aan zaken waarbij het vermoeden heeft van:

    • a. ernstige overtredingen;

    • b. structurele overtredingen;

    • c. overtredingen die veel mensen treffen;

    • d. overtredingen waarbij het CBP door de inzet van handhavingsinstrumenten effectief verschil kan maken;

    • e. overtredingen die vallen binnen de (jaarlijkse) aandachtspunten die door het CBP bekend zijn gemaakt.

  • 4.2 De criteria a t/m d gelden cumulatief, tenzij zwaarwichtige gronden zich daartegen verzetten.

Den Haag, 17 januari 2011

J. Kohnstamm,

voorzitter,

College bescherming persoonsgegevens.