-
aansluitafstand:
afstand tussen een leiding van het distributienet en het deel van het bouwwerk dat
zich het dichtst bij die leiding bevindt, gemeten langs de kortste lijn waarlangs
een aansluiting zonder bezwaren kan worden gemaakt;
-
aansluitend terrein:
aan een bouwwerk grenzend onbebouwd gedeelte van een perceel of openbaar toegankelijk
gebied;
-
ADR-klasse:
classificatie als bedoeld in de op 30 september 1957 te Genève tot stand gekomen
Europese overeenkomst betreffende het internationale vervoer van gevaarlijke goederen
over de weg (Trb. 1959, 171);
-
asbest:
asbest als bedoeld in artikel 1, eerste lid, onder a, van het Asbestverwijderingsbesluit 2005;
-
basisnetroute:
basisnetroute als bedoeld in het Besluit externe veiligheid transportroutes;
-
bedgebied: verblijfsgebied met een of meer bedruimten;
-
bedieningscentrale:
centrale met voorzieningen om voorvallen te detecteren, installaties te bedienen
en met tunnelgebruikers en hulpverleningsdiensten te communiceren;
-
bedruimte: verblijfsruimte bestemd voor een of meer bedden bestemd voor slapen of voor het verblijf
van aan bed gebonden patiënten in die ruimte;
-
belastingscombinatie:
verzameling van belastingen die gelijktijdig kunnen optreden;
-
beschermd subbrandcompartiment: gedeelte van een bouwwerk dat binnen de begrenzing van een subbrandcompartiment ligt
of daarmee samenvalt, dat meer bescherming biedt tegen brand of rook dan een subbrandcompartiment;
-
beschermde route:
buiten het subbrandcompartiment waar de vluchtroute begint gelegen gedeelte van een
vluchtroute;
-
beschermde vluchtroute:
buiten een subbrandcompartiment gelegen gedeelte van een vluchtroute die uitsluitend
voert door een verkeersruimte;
-
bevoegd gezag:
bevoegd gezag als bedoeld in de Wabo;
-
bezwijken:
het overschrijden van een uiterste grenstoestand;
-
bijna energieneutraal gebouw: gebouw met een zeer hoge energieprestatie, waarbij de dicht bij nul liggende of zeer
lage hoeveelheid energie die is vereist in zeer aanzienlijke mate wordt geleverd uit
hernieuwbare bronnen die deels ter plaatse of dichtbij wordt geproduceerd;
-
bouwconstructie:
onderdeel van een bouwwerk dat bestemd is om belasting te dragen;
-
bouwschil: de geïntegreerde onderdelen die de binnenruimte van een gebouw scheiden van de buitenwereld;
-
brandcompartiment:
gedeelte van een of meer bouwwerken bestemd als maximaal uitbreidingsgebied van brand;
-
brandgevaarlijke stof: vaste, vloeibare of gasvormige stof die brandbaar of brandbevorderend is, of bij
brand gevaar oplevert, in de zin van de ADR-klassen twee tot en met vijf;
-
brandklasse:
Europese brandklasse als bedoeld in NEN-EN 13501-1, onderdeel Classification criteria
for construction products;
-
brandweerlift:
lift die met een eenvoudige handeling ter beschikking van de brandweer kan worden
gesteld voor het transport van materieel en manschappen;
-
CE-markering:
CE-markering als bedoeld in artikel 8 van de verordening bouwproducten;
-
dagwaarde:
de waarde van het langtijdgemiddeld beoordelingsniveau voor geluid tussen 07.00 tot
19.00 uur op de gevel van een geluidsgevoelig object als bedoeld in artikel 11.1 van de Wet milieubeheer, vermeerderd met een eventuele toeslag voor geluid met een impulskarakter, bepaald
volgens de Handleiding meten en rekenen industrielawaai, internetuitgave 2004;
-
distributienet voor warmte:
collectief circulatiesysteem voor het transport van warmte door een circulerend medium
voor verwarming of warmtapwater;
-
doorgang:
toegang, uitgang of doorlaatopening voor personen van een bouwwerk of van een gedeelte
daarvan;
-
erf:
erf als bedoeld in bijlage II bij het Besluit omgevingsrecht;
-
extra beschermde vluchtroute:
buiten een brandcompartiment gelegen gedeelte van een beschermde vluchtroute;
-
functiegebied:
gebruiksgebied of een gedeelte daarvan, waar de voor die gebruiksfunctie kenmerkende
activiteiten, niet zijnde het verblijven van personen, plaatsvinden;
-
functieruimte:
in een functiegebied gelegen ruimte;
-
gebruiksfunctie:
gedeelten van een of meer bouwwerken die dezelfde gebruiksbestemming hebben en die
tezamen een gebruikseenheid vormen;
-
gebruiksgebied: vrij indeelbaar gedeelte van een gebruiksfunctie waar voor de gebruiksfunctie kenmerkende
activiteiten plaatsvinden, dat bestaat uit een of meer op dezelfde bouwlaag gelegen
ruimten gelegen in een brandcompartiment die niet door een dragende scheidingsconstructie
van elkaar zijn gescheiden en die geen toiletruimte, badruimte, technische ruimte
of verkeersruimte zijn, tenzij die ruimte zelf een functieruimte is;
-
gebruiksoppervlakte:
gebruiksoppervlakte als bedoeld in NEN 2580;
-
gecorrigeerde loopafstand:
loopafstand waarbij constructieonderdelen die geen onderdeel uitmaken van de bouwconstructie
buiten beschouwing worden gelaten, waarbij de loopafstand voor zover deze door een
gebruiksgebied voert met 1,5 wordt vermenigvuldigd;
-
geharmoniseerde norm: norm als bedoeld in artikel 2, elfde lid, van de verordening bouwproducten;
-
geharmoniseerde technische specificatie: specificatie als bedoeld in artikel 2, tiende lid, van de verordening bouwproducten;
-
herziene richtlijn energieprestatie gebouwen:
richtlijn 2010/31/EU van het Europees Parlement en de Raad van 19 mei 2010 betreffende
de energieprestatie van gebouwen (herschikking) (PbEU L153/13);
-
hoge spanning:
nominale wisselspanning van meer dan 1.000 volt, hetzij een nominale gelijkspanning
van meer dan 1.500 volt;
-
installatie:
voor het functioneren van een bouwwerk of een gedeelte daarvan noodzakelijke voorziening
van niet-bouwkundige aard;
-
integraal toegankelijke badruimte:
badruimte in een toegankelijkheidssector;
-
integraal toegankelijke toiletruimte:
toiletruimte in een toegankelijkheidssector;
-
inwendige scheidingsconstructie:
constructie die de scheiding vormt tussen twee voor personen toegankelijke besloten
ruimten van een gebouw, waaronder begrepen de op die constructie aansluitende delen
van andere constructies, voor zover die delen van invloed zijn op het voldoen van
die scheidingsconstructie aan een bij of krachtens dit besluit gegeven voorschrift;
-
klimlijn:
denkbeeldige, vloeiend verlopende lijn die de voorkanten van de treden van een trap
met elkaar verbindt;
-
koelsysteem:
technisch bouwsysteem met als doel het koelen van een ruimte binnen een gebouw of
gedeelte daarvan, door middel van het toevoeren van koude of het ontvochtigen van
de lucht of een combinatie van beide;
-
lage spanning:
nominale wisselspanning van niet meer dan 1.000 volt, hetzij nominale gelijkspanning
van niet meer dan 1.500 volt;
-
leefzone:
gedeelte van een verblijfsgebied waarbij de ruimte gelegen binnen 1 m van een uitwendige
scheidingsconstructie, binnen 0,2 m van een inwendige scheidingsconstructie en hoger
gelegen dan 1,8 m boven de vloer buiten beschouwing blijft;
-
lift:
lift als bedoeld in artikel 1 van het Warenwetbesluit liften bestemd voor personen;
-
lifttoegang:
doorgang van een liftschacht voor het bereiken van een kooi van een lift;
-
loopafstand:
afstand, gemeten langs een denkbeeldige, kortst realiseerbare lijn tussen twee punten,
waarover op een afstand van ten minste 0,3 m van constructieonderdelen kan worden
gelopen en waarbij de loopafstand over een trap samenvalt met de klimlijn;
-
lozingstoestel:
toestel met een mogelijkheid voor aansluiting op de afvoervoorziening voor huishoudelijk
afvalwater;
-
meetniveau:
hoogte van het aansluitende terrein, gemeten ter plaatse van de toegang van het gebouw;
-
milieugevaarlijke stoffen:
gevaarlijke stoffen als bedoeld in het Activiteitenbesluit milieubeheer;
-
NEN:
door de Stichting Nederlands Normalisatie-instituut uitgegeven norm;
-
NEN-EN:
door de Europese Commissie voor Normalisatie geharmoniseerde norm;
-
nevenfunctie:
gebruiksfunctie die ten dienste staat van een andere gebruiksfunctie;
-
nominale belasting:
maximale belasting van een verbrandingstoestel, bepaald op basis van de calorische
bovenwaarde van de brandstof waarvoor dat toestel is ingericht;
-
nooddeur:
deur die uitsluitend is bestemd om te vluchten;
-
NVN:
door de Stichting Nederlands Normalisatie-instituut uitgegeven voornorm;
-
onderdeel van een gebouw: technisch bouwsysteem of een onderdeel van de bouwschil;
-
open erf:
onbebouwd deel van een erf;
-
permanente vuurbelasting:
volgens NEN 6090 bepaalde vuurbelasting van de brandbare materialen in de constructieonderdelen
van een bouwwerk of van een daarin gelegen ruimte, dan wel de constructieonderdelen
die dat bouwwerk of die ruimte begrenzen;
-
permanente vuurlast:
product van de permanente vuurbelasting van een ruimte of een groep van ruimten en
de volgens NEN 2580 bepaalde netto-vloeroppervlakte van het beschouwde gedeelte van
het bouwwerk;
-
plasbrandaandachtsgebied:
gebied als bedoeld in het Besluit externe veiligheid transportroutes;
-
prestatieverklaring: verklaring als bedoeld in artikel 4, eerste lid, van de verordening bouwproducten;
-
RAL:
door het RAL Deutsches Institut für Gütesicherung und Kennzeichnung gestandaardiseerde
kleurcode;
-
rechtens verkregen niveau:
niveau dat het gevolg is van de toepassing op enig moment van de relevante op dat
moment van toepassing zijnde technische voorschriften en dat niet lager ligt dan het
niveau van de desbetreffende voorschriften voor een bestaand bouwwerk en niet hoger
dan het niveau van de desbetreffende voorschriften voor een te bouwen bouwwerk;
-
rookklasse:
Europese brandklasse als bedoeld in NEN-EN 13501-1, onderdeel Additional classifications
for smoke production;
-
rijbaan:
rijbaan als bedoeld in artikel 1 van het Reglement verkeersregels en verkeerstekens 1990;
-
stookplaats:
opstelplaats voor een verbrandingstoestel dat bestemd is voor open verbranding van
vaste brandstoffen;
-
straatpeil:
-
a. voor een bouwwerk waarvan de hoofdtoegang direct aan de weg grenst de hoogte van de
weg ter plaatse van die hoofdtoegang;
-
b. voor een bouwwerk waarvan de hoofdtoegang niet direct aan de weg grenst de hoogte
van het terrein ter plaatse van die hoofdtoegang bij voltooiing van de bouw;
-
subbrandcompartiment:
gedeelte van een bouwwerk dat binnen de begrenzing van een brandcompartiment ligt
of daarmee samenvalt, bestemd voor beperking van verspreiding van rook of verdere
beperking van het uitbreidingsgebied van brand;
-
systeemrendement:
verhouding tussen de door het technisch bouwsysteem nuttig geleverde energie voor
het doelmatig functioneren van dat systeem en de door dat systeem aangewende primaire
energie;
-
technisch bouwsysteem:
gebouwgebonden samenstelling van alle bestanddelen van een installatie, waaronder
de isolatiekenmerken daarvan, die is bedoeld voor het verwarmen, koelen, ventileren,
of het voorzien van warmtapwater, of een combinatie daarvan, van een gebouw of een
gedeelte daarvan;
-
technische ruimte:
ruimte voor het plaatsen van de apparatuur, noodzakelijk voor het functioneren van
het bouwwerk, waaronder in ieder geval begrepen een meterruimte, een liftmachineruimte
en een stookruimte;
-
terrein:
bij een bouwwerk behorend onbebouwd perceel, of een gedeelte daarvan, niet zijnde
een erf;
-
toegankelijkheidssector:
voor personen met een fysieke functiebeperking zelfstandig bruikbaar en toegankelijk
gedeelte van een gebouw;
-
trappenhuis:
verkeersruimte waarin een trap ligt;
-
tunnelbuislengte:
lengte van het omsloten gedeelte van een tunnelbuis;
-
tunnellengte:
lengte van de wegtunnelbuis met de grootste tunnelbuislengte;
-
tijdelijk bouwwerk:
bouwwerk dat bedoeld is om voor een periode van ten hoogste vijftien jaar op een
bepaalde plaats aanwezig te zijn;
-
uitgang van een gebruiksfunctie:
uitgang tot het aansluitende terrein, een gemeenschappelijke verkeersruimte, een
gemeenschappelijk verblijfsgebied of een ruimte van een andere gebruiksfunctie, ter
plaatse waarvan een route eindigt die begint in een punt in een niet-gemeenschappelijk
verblijfsgebied en uitsluitend voert door niet-gemeenschappelijke ruimten van de gebruiksfunctie;
-
uitwendige scheidingsconstructie:
constructie die de scheiding vormt tussen een voor personen toegankelijke besloten
ruimte van een gebouw en de buitenlucht, de grond of het water, waaronder begrepen
de op die constructie aansluitende delen van andere constructies, voor zover die delen
van invloed zijn op het voldoen van die scheidingsconstructie aan een bij of krachtens
dit besluit gegeven voorschrift;
-
V:
door de Hoofdcommissie voor de Normalisatie uitgegeven leidraad;
-
veiligheidsroute:
gedeelte van een extra beschermde vluchtroute dat voert door een niet besloten ruimte
en aansluitend daarop door een ruimte die in de vluchtrichting uitsluitend kan worden
bereikt vanuit een niet besloten ruimte;
-
veiligheidsvluchtroute:
gedeelte van een extra beschermde vluchtroute dat voert door een niet besloten ruimte
en aansluitend daarop door een ruimte die uitsluitend kan worden bereikt vanuit niet
besloten ruimten;
-
veiligheidszone:
gebied langs of binnen een basisnetroute waar het plaatsgebonden risico meer bedraagt
of kan bedragen dan 10-6;
-
ventilatiesysteem:
technisch bouwsysteem, geen onderdeel uitmakend van een verwarmings- of koelsysteem,
dat verse lucht toevoert of verontreinigde binnenlucht afvoert, of een combinatie
daarvan;
-
verblijfsgebied:
gebruiksgebied of een gedeelte daarvan voor het verblijven van personen;
-
verblijfsruimte:
in een verblijfsgebied gelegen ruimte voor het verblijven van personen;
-
vergunning voor brandveilig gebruik:
vergunning voor brandveilig gebruik als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder d, van de Wabo;
-
vergunning voor het bouwen:
vergunning voor een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, van de Wabo;
-
verkeersroute:
route die begint bij een doorgang van een ruimte, uitsluitend voert over vloeren,
trappen of hellingbanen en eindigt bij de doorgang van een andere ruimte;
-
verkeersruimte:
ruimte bestemd voor het bereiken van een andere ruimte, niet zijnde een ruimte in
een verblijfsgebied of in een functiegebied, een toiletruimte, een badruimte of een
technische ruimte;
-
verordening bouwproducten:
verordening van het Europees parlement en de Raad van 9 maart 2011 tot vaststelling
van geharmoniseerde voorwaarden voor het verhandelen van bouwproducten en tot intrekking
van Richtlijn 89/106/EEG van de Raad (305/2011/EU, PbEU L88);
-
verpakkingsgroep:
verpakkingsgroep als bedoeld in de op 30 september 1957 te Genève tot stand gekomen
Europese overeenkomst betreffende het internationale vervoer van gevaarlijke goederen
over de weg (Trb. 1959, 171);
-
verwarmingssysteem:
technisch bouwsysteem waarin warmte wordt opgewekt, gedistribueerd of afgegeven of
een combinatie daarvan;
-
vluchtroute:
route die begint in een voor personen bestemde ruimte, uitsluitend voert over vloeren,
trappen of hellingbanen en eindigt op een veilige plaats, zonder dat gebruik behoeft
te worden gemaakt van een lift;
-
voor personen bestemde vloer of ruimte:
vloer of ruimte waarvan het kenmerkende gebruik verbonden is met de aanwezigheid
van personen;
-
vrije breedte:
kleinste afstand tussen constructieonderdelen aan weerskanten van een doorgang;
-
vrije hoogte:
vrije hoogte als bedoeld in NEN 2580;
-
vuurbelasting:
hoeveelheid warmte die vrijkomt per eenheid vloeroppervlakte bij verbranding van
alle in een gebouw of een daarin gelegen ruimte aanwezige brandbare materialen;
-
Wabo:
Wet algemene bepalingen omgevingsrecht;
-
warmtapwatersysteem:
technisch bouwsysteem waarin warmtapwater wordt opgewekt, gedistribueerd of afgegeven
of een combinatie daarvan;
-
warmteplan:
besluit van de gemeenteraad inzake de aanleg van een distributienet voor warmte in
een bepaald gebied, waarin voor een periode van ten hoogste 10 jaar, uitgaande van
het voor die periode geplande aantal aansluitingen op dat distributienet, de mate
van energiezuinigheid en bescherming van het milieu, gebaseerd op de energiezuinigheid
van dat distributienet en het opwekkingsrendement van de over dat distributienet getransporteerde
warmte, bij aansluiting op dat distributienet is opgenomen;
-
weerstand tegen branddoorslag en brandoverslag:
kortste tijd die een brand nodig heeft om zich uit te breiden van een ruimte naar
een andere ruimte;
-
wegtunnel:
tunnel of tunnelvormig bouwwerk uitsluitend dan wel mede bestemd voor motorrijtuigen
als bedoeld in artikel 1, eerste lid, onder c, van de Wegenverkeerswet 1994;
-
wegtunnelbuis:
gedeelte van een wegtunnel voor een rijbaan;
-
wet:
Woningwet.