Stcrt. 2015, 12400, datum inwerkingtreding 09-05-2015, bevat een wijziging met terugwerkende
kracht van dit artikel. Deze wijziging werkt terug tot en met 01-01-2015.
4 In afwijking van het derde lid, aanhef en onder c, kan voor privaatrechtelijke betalingen
tot hoogstens het grensbedrag, bedoeld in het vijfde lid, het vaststellen of de prestatie
door de wederpartij is geleverd achterwege blijven, mits:
-
a. op basis van risico-inschatting in de administratieve organisatie is vastgelegd bij
welke categorieën privaatrechtelijke betalingen en bij welk bedrag het achterwege
laten van de prestatieverklaringen is toegestaan;
-
b. de levering van de prestaties voor de betalingen, bedoeld onder a, na het verrichten
van de betaling steekproefsgewijs worden vastgesteld;
-
c. de inrichting, de omvang, de periodiciteit, de criteria en de evaluatie van de steekproef
in de administratieve organisatie zijn vastgelegd;
-
d. de risico-inschatting periodiek wordt geëvalueerd.
5 Onze Minister van Financiën schrijft het grensbedrag voor privaatrechtelijke betalingen,
voor.
6 De resultaten van de verificatie worden controleerbaar vastgelegd.
7 De vorderingenordonnateur draagt zorg voor een deugdelijke verificatie van het recht
op de vorderingen, voordat hij een vordering invorderbaar stelt.