Regeling spreiding zomervakantie 2013

[Regeling vervallen per 01-10-2013.]
Geraadpleegd op 14-11-2024. Gebruikte datum 'geldig op' 17-10-2015 en zichtdatum 17-10-2015.
Geldend van 01-08-2012 t/m 30-09-2013

Regeling van de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap van 23 mei 2012, nr. VO/OK/394399, houdende regels voor het vaststellen van de spreiding zomervakantie 2013 (Regeling spreiding zomervakantie 2013)

De Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, handelende in overeenstemming met de Minister van Economische Zaken, Landbouw en Infrastructuur,

Gelet op artikel 15, tweede lid, van de Wet op het primair onderwijs, artikel 26, tweede lid, van de Wet op de expertisecentra, en artikel 17 van het Inrichtingsbesluit W.V.O.,

Besluit:

Artikel 1. Begripsomschrijvingen

[Regeling vervallen per 01-10-2013]

In deze regeling wordt verstaan onder:

Artikel 2. Regio's en perioden van zomervakantie

[Regeling vervallen per 01-10-2013]

Voor de vaststelling van de perioden van zomervakantie, genoemd in artikel 5, derde lid, behoort een school tot één van de regio's, genoemd in artikel 3. De plaats van vestiging is bepalend voor de regio waartoe een school behoort. Indien een school vestigingen heeft in meer dan één regio, behoort elke vestiging tot de regio waarin ze is gelegen.

Artikel 3. Regio-indeling zomervakanties

[Regeling vervallen per 01-10-2013]

De regio's, bedoeld in artikel 2, zijn :

  • a. regio noord, bestaande uit: de provincies Groningen, Friesland, Drente, Overijssel en Flevoland met uitzondering van de gemeente Zeewolde, de provincie Noord-Holland, alsmede wat betreft de provincie Gelderland de gemeente Hattem, en wat betreft de provincie Utrecht de gemeente Eemnes;

  • b. regio midden, bestaande uit: de provincie Utrecht met uitzondering van de gemeente Eemnes, de provincie Zuid-Holland, alsmede wat betreft de provincie Flevoland de gemeente Zeewolde, wat betreft de provincie Gelderland de gemeenten Aalten, Apeldoorn, Barneveld, Berkelland, Bronckhorst, Brummen, Buren, Culemborg, Doetinchem, Ede, Elburg, Epe, Ermelo, Geldermalsen, Harderwijk en Heerde. Voorts Lingewaal, Lochem, Montferland met uitzondering van de voormalige gemeente Didam, Neder-Betuwe met uitzondering van de voormalige gemeente Dodewaard, Neerijnen, Nijkerk, Nunspeet, Oldebroek, Oost-Gelre, Oude IJsselstreek, Putten, Scherpenzeel, Tiel, Voorst, Wageningen, Winterswijk en Zutphen, en wat betreft de provincie Noord-Brabant de gemeenten Werkendam, met uitzondering van de kernen Hank en Dussen, en Woudrichem;

  • c. regio zuid, bestaande uit: de provincies Limburg en Noord-Brabant met uitzondering van de gemeenten Woudrichem en Werkendam, waar het de kernen Sleeuwijk, Nieuwendijk en Werkendam betreft, en de provincie Zeeland, alsmede wat betreft de provincie Gelderland de gemeenten Arnhem, Beuningen, Doesburg, Druten, Duiven, Groesbeek, Heumen, Neder-Betuwe voor zover het betreft de voormalige gemeente Dodewaard, Lingewaard, Maasdriel, Millingen aan de Rijn, Montferland voor zover het betreft de voormalige gemeente Didam, Nijmegen, Overbetuwe, Renkum, Rheden, Rozendaal, Rijnwaarden, Ubbergen, Westervoort, West Maas en Waal, Wijchen, Zaltbommel en Zevenaar.

Artikel 4. Samenvoeging gemeenten

[Regeling vervallen per 01-10-2013]

Bij samenvoeging van gemeenten na publicatie van deze regeling behoort de nieuw te vormen gemeente tot dezelfde regio als die waartoe de samengevoegde gemeenten behoorden. Als de samen te voegen gemeenten tot verschillende regio’s behoorden, beslist de minister tot welke regio de nieuwe gemeente gaat behoren. Voordat zij definitief beslist wordt het college van burgemeester en wethouders van de nieuwe gemeente gehoord.

Artikel 5. Zomervakantie 2013

[Regeling vervallen per 01-10-2013]

  • 1 De zomervakantie omvat voor een school voor basisonderwijs, een school voor speciaal onderwijs, alsmede voor het speciaal onderwijs aan een school voor speciaal en voortgezet speciaal onderwijs de in het schema van het derde lid aangegeven periode van zes weken.

  • 2 De zomervakantie omvat voor een school voor voortgezet onderwijs, een school voor voortgezet speciaal onderwijs, alsmede voor het voortgezet speciaal onderwijs aan een school voor speciaal en voortgezet speciaal onderwijs de in het schema van het derde lid aangegeven periode van zeven weken.

  • 3 De perioden, bedoeld in het eerste en tweede lid, zijn voor het jaar 2013 vastgesteld, zoals hieronder in een schema is aangegeven. In dit schema is BO = basisonderwijs, SO = speciaal onderwijs, VO = voortgezet onderwijs en VSO = voortgezet speciaal onderwijs.

         

    Regio Noord

    BO/SO

    6 juli t/m 18 augustus 2013

     

    VO/VSO

    6 juli t/m 25 augustus 2013

    Regio Midden

    BO/SO

    20 juli t/m 1 september 2013

     

    VO/VSO

    13 juli t/m 1 september 2013

    Regio Zuid

    BO/SO

    29 juni t/m 11 augustus 2013

     

    VO/VSO

    29 juni t/m 18 augustus 2013

Artikel 6. Afwijkende regio en vakantieperioden

[Regeling vervallen per 01-10-2013]

  • 1 Het bevoegd gezag van een school kan de periode, vastgesteld in artikel 5, derde lid, verlengen met ten hoogste twee dagen voorafgaand aan die periode en met ten hoogste twee dagen na die periode.

  • 2 In afwijking van artikel 2 kan het bevoegd gezag van een school, indien meer dan de helft van de leerlingen van de school in een andere regio woont dan die van de school, die andere regio aanwijzen ten behoeve van de periode, vastgesteld in artikel 5, derde lid. Voor de vaststelling van het aantal leerlingen, bedoeld in de eerste zin, wordt uitgegaan van het aantal leerlingen in het voorafgaande schooljaar.

  • 3 In afwijking van artikel 2 kan het bevoegd gezag van een school voor basisonderwijs, een school voor speciaal onderwijs, een school voor voortgezet speciaal onderwijs of een school voor speciaal en voortgezet speciaal onderwijs, indien gedurende drie achtereenvolgende schooljaren telkens meer dan zeventig procent van de leerlingen is doorgestroomd naar scholen voor voortgezet onderwijs in een andere regio dan die van de school, met ingang van het daaropvolgend schooljaar die andere regio aanwijzen ten behoeve van de periode, vastgesteld in artikel 5, derde lid.

  • 4 In afwijking van artikel 2 kan het bevoegd gezag van een school die gelegen is in een gemeente die tegen een regiogrens aanligt en die minder dan 50.000 inwoners telt, de voor zijn school geldende periode, vastgesteld in artikel 5, derde lid, zodanig naar één week vroeger of één week later verschuiven dat de in artikel 5, eerste lid, bedoelde periode van het basisonderwijs en het speciaal onderwijs in de ene regio vijf weken gemeenschappelijk heeft met de in artikel 5, tweede lid, bedoelde periode van het voortgezet onderwijs en het voortgezet speciaal onderwijs in de andere regio.

  • 5 In afwijking van artikel 2 kan het bevoegd gezag van een school voor voortgezet onderwijs met een dislocatie, tijdelijke nevenvestiging of nevenvestiging in een andere regio dan die van de hoofdvestiging, voor deze school de periode, bedoeld in artikel 5, tweede lid, zodanig vaststellen dat die periode niet eerder begint dan de vroegste periode en niet later eindigt dan de laatste periode van een van de vestigingen.

  • 6 Indien het vijfde lid van toepassing is, kan het bevoegd gezag van een school voor basisonderwijs, een school voor speciaal onderwijs of een school voor speciaal en voortgezet speciaal onderwijs die in de nabijheid van de hoofdvestiging, een dislocatie, tijdelijke nevenvestiging of een nevenvestiging van de school voor voortgezet onderwijs is gelegen, de periode, bedoeld in artikel 5, eerste lid, zodanig vaststellen dat die periode vijf weken gemeenschappelijk heeft met de periode van de school voor voortgezet onderwijs, vastgesteld volgens het vijfde lid.

  • 7 Het bevoegd gezag van een school voor speciaal en voortgezet speciaal onderwijs kan voor het voortgezet speciaal onderwijs de periode, vastgesteld in artikel 5, derde lid, gelijkstellen met de in artikel 5, eerste lid, bedoelde periode van het speciaal onderwijs.

  • 8 Het bevoegd gezag van een school voor speciaal onderwijs, een school voor voortgezet speciaal onderwijs of een school voor speciaal en voortgezet speciaal onderwijs kan, voor zover het betreft:

    • a. een school voor zeer moeilijk lerende kinderen,

    • b. een school voor zeer moeilijk opvoedbare kinderen,

    • c. een school voor lichamelijk gehandicapte kinderen,

    • d. een school voor langdurig zieke kinderen,

    • e. een school voor meervoudig gehandicapte kinderen,

    • f. een school waaraan een afdeling voor zeer moeilijk lerende kinderen is verbonden,

    • g. een school waaraan een afdeling voor meervoudig gehandicapte kinderen is verbonden,

    de perioden, vastgesteld in artikel 5, derde lid, bekorten.

  • 9 In afwijking van het gestelde in artikel 5, eerste en tweede lid, hebben in de gemeenten Vlieland, Terschelling, Ameland en Schiermonnikoog de zomervakanties in het primair onderwijs een duur van 5 weken en in het voortgezet onderwijs een duur van 6 weken. In afwijking van het gestelde in artikel 5, derde lid, beginnen de zomervakanties in deze gemeenten steeds tegelijk met die regio die het eerst vakantie heeft.

  • 10 De inspectie toetst of de afwijkingen, bedoeld in het tweede, derde, vierde en vijfde lid, voldoen aan de in deze leden genoemde voorschriften.

Artikel 7. Afwijkingen op verzoek

[Regeling vervallen per 01-10-2013]

Het bevoegd gezag van een school kan in geval van bijzondere omstandigheden, bij de minister een verzoek indienen om te mogen afwijken van de perioden, vastgesteld in artikel 5, derde lid.

Artikel 8. Voor vakantie te bestemmen examendagen voortgezet onderwijs

[Regeling vervallen per 01-10-2013]

Het bevoegd gezag van een school voor voortgezet onderwijs kan in bijzondere gevallen en onder voorwaarde dat de centrale examens in het voortgezet onderwijs doorgang vinden op de daarvoor voorgeschreven tijdstippen, dagen die door de minister of de minister van Economische Zaken, Landbouw en Infrastructuur voor de scholen als examendag zijn aangewezen, voor vakantie bestemmen.

Artikel 9. Inwerkingtreding

[Regeling vervallen per 01-10-2013]

Deze regeling treedt in werking met ingang van 1 augustus 2012 en vervalt met ingang van 1 oktober 2013.

Artikel 10. Citeertitel

[Regeling vervallen per 01-10-2013]

Deze regeling wordt aangehaald als: Regeling spreiding zomervakantie 2013.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De

Minister

van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap,

M. van Bijsterveldt-Vliegenthart