3.4. Verkoop van accijnsgoederen aan reizigers aan boord van schepen en vliegtuigen
in het verkeer tussen twee lidstaten
[Regeling vervallen per 01-01-2016]
De verkoop van accijnsgoederen op schepen en in luchtvaartuigen in het verkeer tussen
twee lidstaten van de Europese Unie is gebonden aan de bepalingen van de richtlijn.
Volgens de voorgeschreven formaliteiten zal bij iedere binnenkomst in een lidstaat
over de accijnsgoederen die behoren tot de winkelvoorraad een aangifte voor de accijns
moeten worden gedaan. Daartegenover staat dat er een recht op teruggaaf ontstaat van
de accijns die in de lidstaat van vertrek is voldaan.
Op grond van artikel 2e, vijfde lid, van de wet worden accijnsgoederen die aan boord van een schip of een vliegtuig dat een verbinding
tussen een andere lidstaat en Nederland verzorgt, voorhanden worden gehouden maar
die niet beschikbaar zijn voor de verkoop wanneer dit schip of vliegtuig zich op het
grondgebied van Nederland bevindt, niet geacht in Nederland voor commerciële doeleinden
voorhanden te worden gehouden.
De exploitant van de (mobiele) winkel kan er echter de voorkeur aan geven om zowel
op het grondgebied van de ene als van de andere lidstaat aan de reizigers de gelegenheid
te bieden accijnsgoederen te kopen. In deze situatie zal de exploitant bij iedere
binnenkomst van zijn tot de winkelvoorraad behorende accijnsgoederen in een andere
lidstaat de accijns van die lidstaat verschuldigd worden. Vervolgens ontstaat er weer
een recht op teruggaaf van de in de lidstaat van vertrek voldane accijns.
Zonder nadere vereenvoudiging zal één en ander via de algemene regels van de desbetreffende
lidstaat moeten worden aangegeven en betaald, hetgeen kan leiden tot een fors aantal
aangiften en teruggaafverzoeken van accijns.
Goedkeuring
Ter vereenvoudiging van de door de exploitant te verrichten aangiften en betalingen
van accijns en gelet op de notitie van de Europese Commissie (gepubliceerd in het
Pb EG van 10 april 1999 nr. 1999/ C 99/08) en artikel 35, tweede lid, van de richtlijn
keur ik het volgende goed.
De inspecteur kan op schriftelijk verzoek en met inachtneming van de hierna vermelde
voorwaarden bij vergunning een vereenvoudigde regeling treffen. De vergunning ziet
op een situatie dat een exploitant van een (mobiele) winkel veelvuldig en regelmatig
accijnsgoederen overbrengt als winkelvoorraad aan boord van een schip of vliegtuig
in het verkeer tussen twee lidstaten.
Met toepassing van deze regeling is het mogelijk dat de exploitant van de (mobiele)
winkel periodiek een aangifte doet waarin de in het tijdvak verschuldigd geworden
accijns – en, wat betreft tabaksproducten: BTW – al zijn gesaldeerd met de in dat tijdvak ontstane rechten op teruggaaf van bedoelde
belastingen.
Bij zijn verzoek moet belanghebbende schriftelijk verklaren dat de niet van Nederlandse
accijnszegels voorziene tabaksproducten tijdens het verblijf binnen het Nederlandse
territorium en tijdens reizen vanuit Nederland naar het territorium van een andere
lidstaat niet worden verkocht.
In de vergunning moet aandacht worden besteed aan de volgende aspecten: administratie,
teruggaaf BTW, afdracht belasting en de aanwezigheid van tabaksproducten uit andere
lidstaten.
Administratie
De exploitant moet een administratie voeren waarin alle in- en verkopen van de winkel
zodanig worden geregistreerd dat daaruit kan worden vastgesteld welke soorten en hoeveelheden
accijnsgoederen deel uitmaken van de winkelvoorraad op het tijdstip van binnenkomst
in het territorium van de desbetreffende lidstaat. Dit houdt onder andere in dat in
de voorraadadministratie de in- en verkopen van de mobiele winkel zodanig moeten worden
geregistreerd dat daaruit kan worden vastgesteld welke soorten en hoeveelheden accijnsgoederen
deel uitmaken van de winkelvoorraad op het tijdstip van binnenkomst in het territorium
van de desbetreffende lidstaat. Hieraan kan bijvoorbeeld worden voldaan door, uitgaande
van de voorraad bij vertrek, bij de winkelverkopen aan boord tevens het tijdstip van
de verkoop te registreren. Voor zover deze gegevens nu niet al worden bijgehouden,
mag worden verwacht dat de registratie hiervan op relatief eenvoudige wijze – nl.
via het kassaregister – valt te realiseren. Ervan uitgaande dat het verkeer met de
andere lidstaat plaatsvindt in een geregelde dienst, kunnen in de te verlenen vergunning
desgewenst, bij wijze van extra vereenvoudiging, de tijdstippen van binnenkomst in
de andere lidstaat worden vastgelegd per vaar/ vliegroute en per schip/vliegtuig.
Over deze vastlegging worden tussen de belanghebbenden en de bevoegde douaneautoriteiten
van de desbetreffende lidstaten afspraken gemaakt.
Teruggaaf BTW en afdracht
Indien de accijns in Nederland wordt geheven wordt de omzetbelasting met betrekking
tot tabaksproducten geheven als accijns. Deze systematiek wordt niet in alle lidstaten
gehanteerd. In gevallen waarin een lidstaat met betrekking tot tabaksproducten de
algemene BTW-regels toepast, zal er wegens de verkopen van deze goederen aan reizigers
vanuit die lidstaat op weg naar Nederland omzetbelasting moeten worden aangegeven
en betaald overeenkomstig de tarieven van de lidstaat van vertrek. Wanneer deze tabaksproducten
van Nederlandse accijnszegels zijn voorzien ontstaat er een recht van teruggaaf van
de in de zegelaankoop begrepen Nederlandse BTW. Deze bijzondere teruggaaf BTW zal
worden behandeld overeenkomstig een accijnsteruggaaf van tabaksproducten. Daarbij
is het voor het verkrijgen van de teruggaaf niet nodig dat de accijnszegels worden
overgelegd.
De exploitant zal in Nederland periodiek (maandelijks) aangifte moeten doen bij het
daartoe bevoegde belastingkantoor van de in het tijdvak verschuldigde accijns, gesaldeerd
met de BTW op tabaksproducten waarvoor recht op teruggaaf bestaat (zie hiervoor).
Voorraad tabaksproducten uit andere lidstaten
In de vergunning kan toestemming worden verleend dat tabaksproducten uit andere lidstaten
zich tijdelijk hier te lande in de voorraad van mobiele verkooppunten mogen bevinden.
Omgekeerd zullen de autoriteiten van de andere lidstaat eenzelfde positie innemen,
zodat belanghebbende desgewenst via een dubbele voorraad toch gedurende de hele reis
tabaksproducten kan verkopen. Hierbij speelt mee dat ook de andere lidstaten, evenals
Nederland, binnen het toepassingsbereik van hun accijnsregime alleen verkopen zullen
toelaten van tabaksproducten die in overeenstemming zijn met de gezondheidsvoorschriften
en de eventuele accijnsbepalingen van de desbetreffende lidstaat.
Tabaksproducten die naar het Nederlandse accijnsregime worden verkocht, moeten steeds
van Nederlandse accijnszegels en gezondheidswaarschuwingen zijn voorzien.