2. Gevallen waarin afloopberichten worden verzonden
[Regeling vervallen per 01-08-2015]
Niet in alle gevallen waarin de verdachte niet is of zal worden veroordeeld, ter zake
van het in proces-verbaal vermelde feit, is een afloopbericht aan de verantwoordelijke
noodzakelijk. Dit dient slechts te geschieden in de vier volgende gevallen:
-
a. sepot 01 (ten onrechte als verdachte vermeld);
-
b. sepot 07 (onrechtmatig verkregen bewijs);
-
c. sepot 09 (rechtmatige geweldsaanwending);
-
d. vrijspraak of ontslag van rechtsvervolging; en
-
e. aanzienlijke discrepantie tussen registratie en veroordeling.
ad a. Sepot 01 wordt toegepast indien iemand achteraf ten onrechte als verdachte wordt aangemerkt als gevolg van (administratieve) fouten
van politie of parket, dan wel omdat op het moment van inboeking nog niet vast stond
wie als verdachte moest worden beschouwd en het dus kennelijk ten onrechte toch gebeurd
is, dan wel omdat later blijkt dat de betreffende persoon ten onrechte als verdacht
is aangemerkt, bijvoorbeeld na valse aangifte e.d.
ad b.. Een van de uitgangspunten voor het verwerken van persoonsgegevens in politiegegevens
is dat deze gegevens rechtmatig moeten zijn verkregen. Indien vaststaat dat de opgenomen
gegevens niet rechtmatig zijn verkregen, dienen deze te worden verwijderd. Wanneer
bijvoorbeeld een strafzaak niet eindigt in een veroordeling, omdat sprake is van onrechtmatig
verkregen bewijs, dient de verantwoordelijke voor de betreffende gegevensverwerking
hiervan in kennis te worden gesteld door middel van een afloopbericht.
In een dergelijk geval zijn in de regel de gronden van de verdenking niet komen te
vervallen, maar kan sprake zijn van onrechtmatig verkregen gegevens die door de verantwoordelijke
moeten worden verwijderd.
ad c. Sepotgrond 09 is opgenomen met betrekking tot de afdoening van de strafzaken die hun
aanleiding hebben in strafrechtelijk onderzoek naar geweldsaanwending door een politieambtenaar.
Bijvoorbeeld een onderzoek naar een schietincident, waarbij een politieambtenaar iemand
heeft doodgeschoten. In een aantal gevallen zal een zodanig onderzoek ingeschreven
moeten worden (bijvoorbeeld als er aanleiding bestaat om onderzoekshandelingen door
de rechter-commissaris te vorderen). Als uit dit strafrechtelijk onderzoek blijkt
dat er is gehandeld binnen de wettelijke kaders (bijvoorbeeld bij een schietincident
binnen de kaders van de Ambtsinstructie) dan zal er geen (verdere) strafrechtelijk
vervolging geïndiceerd zijn en kan de zaak worden geseponeerd. Van deze afdoening
dient de verantwoordelijke op de hoogte gesteld te worden door middel van een afloopbericht.
ad. d. De problematiek betreffende de verwijdering van politiegegevens houdt nauw verband
met de mate waarin nog verdenking bestaat, met andere woorden de vraag naar het redelijk
vermoeden van schuld genoemd in art. 27, lid 1 Sv. Ingeval de strafzaak eindigt in een vrijspraak of een ontslag van rechtsvervolging,
dient automatisch vanuit Compas/GPS een afloopbericht te worden gezonden aan de betreffende verantwoordelijke.
ad e.. Wanneer de strafzaak leidt tot een veroordeling, bestaat er doorgaans geen noodzaak
om verantwoordelijke een afloopbericht te zenden. De verwerking heeft in dat geval
immers terecht plaatsgevonden. Toch kan de zorgplicht van de verantwoordelijke tevens
impliceren dat bij de gegevensverwerkingen, naar aanleiding van een proces-verbaal
, de vermelding van de afloop van de strafzaak noodzakelijk is om de gegevens juist
en volledig te krijgen. Hierbij dient met name gedacht te worden aan gevallen waarin
er een aanzienlijke discrepantie bestaat tussen het feit waarvoor proces-verbaal is
opgemaakt (en dat als zodanig is geregistreerd) en het feit waarvoor betrokkene uiteindelijk
is veroordeeld. Het gegeven bijvoorbeeld dat een proces-verbaal opgemaakt is ter zake
van poging tot moord c.q. doodslag, krijgt immers een andere dimensie indien daarbij
vermeld wordt dat vervolging op basis van het proces-verbaal op inhoudelijke gronden
heeft geleid tot een veroordeling wegens rijden onder invloed. Zonder deze aanvulling
moet het oorspronkelijke gegeven als onvolledig worden beschouwd.
In verband met de geautomatiseerde verwerking is het van belang dat het oorspronkelijke
feit wordt geseponeerd en een nieuw feit wordt geïntroduceerd. Op basis van het nieuwe
feit wordt de vervolgingsbeslissing genomen.