Wijzigingsregeling Uitvoeringsregeling inkomstenbelasting 2001, enz. (2013)

Geraadpleegd op 03-12-2024. Gebruikte datum 'geldig op' 01-01-2017 en zichtdatum 21-11-2024.
Geldend van 01-01-2014 t/m heden

Wijziging van enige fiscale uitvoeringsregelingen en van enige overige uitvoeringsregelingen

De Staatssecretaris van Financiën,

Handelende wat artikel 3.22 van de Wet inkomstenbelasting 2001 betreft, in overeenstemming met de Minister van Infrastructuur en Milieu;

Handelende wat artikel 28 van de Wet op de loonbelasting 1964 betreft, in overeenstemming met de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid;

Gelet op de artikelen 3.22, 3.119aa, 3.119g, 5.14, 6.17, 6.18 en 10bis.5 van de Wet inkomstenbelasting 2001, de artikelen 13, 25, 28, 28a, 29 en 39c van de Wet op de loonbelasting 1964, de artikelen 6 en 32 van de Wet vermindering afdracht loonbelasting en premie voor de volksverzekeringen, artikel 9 van de Wet op de vennootschapsbelasting 1969, de artikelen 34c, 34e en 35a en tabel II van de Wet op de omzetbelasting 1968, artikel 9 van de Wet op het BTW-compensatiefonds, de artikelen 3, 10, 14a en 14b van de Wet op de belasting van personenauto’s en motorrijwielen 1992, de artikelen 3 en 37f van de Wet op de motorrijtuigenbelasting 1994, artikel 7a van het Uitvoeringsbesluit motorrijtuigenbelasting 1994, de artikelen 11 en 14a van de Wet belasting zware motorrijtuigen, de artikelen 1:3, 2:1, 3:2 en 6:1 van de Algemene douanewet, de artikelen 1a, 2d, 40, 70, 71h en 73 van de Wet op de accijns, artikel 14 van de Wet op de verbruiksbelastingen van alcoholvrije dranken en van enkele andere produkten, de artikelen 3, 5b, 19, 62 en 67 van de Algemene wet inzake rijksbelastingen, de artikelen 22bis, 26, 34, 35 en 67 van de Invorderingswet 1990 en – in samenhang met artikel 26 van de Invorderingswet 1990artikel 93a van de Gezondheids- en welzijnswet voor dieren, artikel 10 van de Registratiewet 1970, artikel 44 van de Wet belastingen op milieugrondslag, artikel 18 van het Uitvoeringsbesluit belastingen op milieugrondslag, artikel 47 van de Algemene wet inkomensafhankelijke regelingen, artikel 22 van de Wet op de internationale bijstandsverlening bij de heffing van belastingen, de artikelen 6.1, 6.11, 6.20, 7.4 en 8.21 van de Belastingwet BES, de artikelen 4.23, 4.24, 4.39, 4.49, 4.50, 4.50a, 4.61, 4.62 en 4.65 van de Douane- en Accijnswet BES, de artikelen 2.64, 2.79, 2.85 en 4.7 van de Wet op het financieel toezicht, artikel 2.8 van de Wet wegvervoer goederen en artikel XXXIII van Overige fiscale maatregelen 2013;

Besluit:

Artikel III

De Uitvoeringsregeling loonbelasting 2001 zoals deze op 31 december 2010 luidde wordt als volgt gewijzigd:

  • A Artikel 34, eerste lid, wordt als volgt gewijzigd:

    • 1. In onderdeel a wordt ’€ 13,50’ vervangen door: € 13,00.

    • 2. In onderdeel b wordt ‘€ 57,00’ vervangen door ‘€ 62,00’, wordt ‘€ 13,25’ vervangen door ‘€ 14,25’ en wordt ‘€ 2,65’ vervangen door: € 2,85.

    • 3. In onderdeel c wordt ‘€ 31,50’ vervangen door ‘€ 34,25’, wordt ‘€ 7,25’ vervangen door ‘€ 8,00’ en wordt ‘€ 1,45’ vervangen door: € 1,60.

    • 4. In onderdeel d wordt ‘€ 13,50’ vervangen door ‘€ 14,25’, wordt ‘€ 3,00’ vervangen door ‘€ 3,25’ en wordt ‘€ 0,60’ vervangen door: € 0,65.

    • 5. In onderdeel e wordt ‘€ 6,25’ vervangen door: € 6,00.

  • B In artikel 35, eerste lid, wordt ‘€ 164,50’ vervangen door ‘€ 167,50’, wordt ‘€ 38,00’ vervangen door ‘€ 38,75’ en wordt ‘€ 7,60’ vervangen door: € 7,75.

  • C In artikel 51 wordt de tabel vervangen door:

    Huisvesting:

    Per maand

    Per week

    Per dag

    a. aan boord van binnenschepen – andere dan vissersschepen – en baggermaterieel:

         

    1. voor de werknemer die met zijn gezin aan boord woont:

         

    – van een schip van meer dan 2000 ton:

    € 153,00

    € 35,00

    € 7,00

    – van een schip van meer dan 500, doch niet meer dan 2000 ton:

    € 114,75

    € 26,25

    € 5,25

    – van een ander schip of van baggermaterieel:

    € 76,50

    € 17,50

    € 3,50

    2. voor de werknemer die aan boord woont en geen gezin heeft:

    € 62,00

    € 14,25

    € 2,85

    b. aan boord van zeeschepen – andere dan vissersschepen – en op boorplatforms:

         

    1. voor de werknemer die met zijn gezin aan boord woont:

       

    € 10,70

    2. voor de werknemer die aan boord woont en geen gezin heeft

         

    – voor een kapitein en voor een officier:

       

    € 5,00

    – voor een andere werknemer:

       

    € 2,50

    c. aan boord van vissersschepen:

         

    voor de werknemer die aan boord woont en geen gezin heeft:

       

    € 3,45

    d. in pakwagens van kermisexploitanten:

         

    voor de werknemer die in een pakwagen woont en geen gezin heeft:

    € 62,00

    € 14,25

    € 2,85

    e. voor de werknemer die niet is aangeduid in de onderdelen a, b, c en d:

    nihil

    nihil

    nihil

  • D In artikel 55 wordt ‘€ 2,25’ telkens vervangen door ‘€ 2,30’ en wordt ‘€ 4,30’ vervangen door: € 4,45.

  • E In artikel 59, eerste lid, wordt ‘2,85%’ vervangen door: 3%.

Artikel IX

[Red: Wijzigt de Uitvoeringsregeling belasting van personenauto’s en motorrijwielen 1992.]

Artikel XIV

[Red: Wijzigt de Uitvoeringsregeling verbruiksbelastingen van alcoholvrije dranken en van enkele andere produkten.]

Artikel XV

[Red: Wijzigt de Uitvoeringsregeling Algemene wet inzake rijksbelastingen 1994.]

Artikel XVIII

[Red: Wijzigt de Uitvoeringsregeling inleners-, keten- en opdrachtgeversaansprakelijkheid 2004.]

Artikel XX

[Red: Wijzigt de Uitvoeringsregeling Algemene wet inkomensafhankelijke regelingen.]

Artikel XXI

[Red: Wijzigt de Uitvoeringsregeling internationale bijstandsverlening bij de heffing van belastingen.]

Artikel XXVI

Op een verzoek om teruggaaf gedaan op de voet van artikel XXXIII, eerste lid, van Overige fiscale maatregelen 2013 zijn de artikelen 89, vierde lid, en 91 van de Wet belastingen op milieugrondslag zoals deze luidden op 31 december 2012 van toepassing. Voor de toepassing van artikel 87b, tweede lid, van de Wet belastingen op milieugrondslag zoals dit luidde op 31 december 2012 wordt het eerste kwartaal van het kalenderjaar 2013 aangemerkt als het betreffende tijdvak.

Artikel XXVII

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De

Staatssecretaris

van Financiën,

F.H.H. Weekers