Deelregeling WBT

[Regeling vervallen per 01-01-2017.]
Geraadpleegd op 29-11-2024. Gebruikte datum 'geldig op' 11-02-2014 en zichtdatum 11-02-2014.
Geldend van 11-02-2014 t/m 31-12-2016

Deelregeling WBT

Het bestuur van het Mondriaan Fonds,

Gelet op artikel 10, lid 4 van de Wet op het specifiek cultuurbeleid;

Besluit:

Artikel 1. Doel

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

De regeling is bedoeld voor het stimuleren van de ontwikkeling van het oeuvre, het cultureel ondernemerschap en de zichtbaarheid van beeldend kunstenaars met bewezen talent zodat werk ontstaat dat een betekenisvolle en zichtbare bijdrage levert aan de hedendaagse beeldende kunst in Nederland.

Artikel 2. Vereisten

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

  • 1 Een werkbijdrage bewezen talent kan worden verstrekt aan beeldend kunstenaars.

  • 2 De aanvrager van een werkbijdrage dient ten minste zes jaar professioneel als beeldend kunstenaar werkzaam te zijn. Indien de aanvrager een hbo-opleiding aan een opleidingsinstituut voor beeldende kunsten heeft gevolgd, kan eerst zes jaar na het verlaten van die opleiding een werkbijdrage worden verstrekt.

  • 3 Een werkbijdrage bewezen talent wordt aan dezelfde kunstenaar ten hoogste eenmaal in de vier jaar toegekend.

  • 4 Een werkbijdrage kan niet worden verstrekt gedurende de looptijd van een andere financiële werkbijdrage van het fonds die naar het oordeel van het bestuur in dekking van dezelfde kosten voorziet als de werkbijdrage bewezen talent.

  • 5 Een werkbijdrage kan niet worden verstrekt gedurende de periode waarin een aanvrager deelnemer is bij een instelling waarvoor een beurs praktijkverdieping kan worden verstrekt die door het fonds gesubsidieerd kan worden.

  • 6 Een werkbijdrage kan slechts worden toegekend voor zover het belastbaar inkomen van de aanvrager, exclusief een verstrekking op basis van een eerder toegekende bijdrage van het fonds in de twee kalenderjaren voorafgaand aan het jaar waarin de werkbijdrage is aangevraagd, gelijk of lager is dan een door het bestuur voor het betreffende jaar vast te stellen bedrag.

  • 7 Het in het zesde lid van dit artikel bepaalde wordt getoetst aan de hand van de aangiftebiljetten inkomstenbelasting van de twee voorafgaande kalenderjaren.

  • 8 Indien het inkomen in de twee voorafgaande kalenderjaren hoger is dan het in het zesde lid bedoelde bedrag zal de aanvraag niet in behandeling worden genomen tenzij sprake is van tevoren voorziene tijdelijke omstandigheden.

  • 9 Indien het inkomen van de aanvrager in de twee kalenderjaren voorafgaand aan zijn aanvraag door van tevoren voorziene omstandigheden hoger is dan het in het zesde lid van dit artikel bepaalde, of indien de aanvrager in de twee kalenderjaren voorafgaand aan zijn aanvraag geen aangifte inkomstenbelasting in Nederland heeft gedaan, dient het inkomen van de aanvrager in het jaar van verlening en in het daaropvolgende jaar gelijk of lager te zijn dan het krachtens het zesde lid van dit artikel door het bestuur vastgestelde bedrag. Dit zal getoetst worden aan de hand van de definitieve aanslagen inkomstenbelasting over het jaar van verlening en het daaropvolgende jaar. Deze opgaaf dient zo spoedig mogelijk na afloop van dat jaar doch uiterlijk vóór 15 juli van het jaar na het jaar, waarop de aanslag betrekking heeft, te geschieden.

Artikel 3. Aanvraag

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

Naast de bepalingen vastgesteld in het Algemeen reglement, in het aanvraagformulier en in de toelichting daarop, dient de aanvraag voor een werkbijdrage vergezeld te gaan van visueel documentatiemateriaal, een cv, een werkplan, en een presentatievoorstel voor het zichtbaar maken van het werk.

Artikel 4. Inhoudelijke beoordeling

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

  • 1 Bij de beoordeling van een aanvraag voor een werkbijdrage beoordeelt het bevoegde adviesorgaan of het artistiek functioneren van de aanvrager van belang is voor de hedendaagse beeldende kunst. Bij de advisering betrekt het bevoegd adviesorgaan, in onderlinge samenhang, de volgende aspecten.

    • de kwaliteit van het tot het moment van de aanvraag door de kunstenaar opgebouwde oeuvre en de ontwikkeling daarvan,

    • de erkenning van het kunstenaarschap van de aanvrager als aspect van het cultureel ondernemerschap,

    • de wijze waarop de kunstenaar naar buiten treedt en een publiek voor zijn werk weet te vinden.

  • 2 Indien het bevoegde adviesorgaan het in het eerste lid van dit artikel bedoelde functioneren van de aanvrager niet van voldoende belang acht, komt het tot een negatief advies over de aanvraag.

  • 3 Indien het bevoegd adviesorgaan het in het eerste lid van dit artikel bedoelde functioneren van de aanvrager wel van voldoende belang acht, beoordeelt het het bij de aanvraag behorende presentatie- en werkplan.

  • 4 Indien het bevoegd adviesorgaan de in het eerste en derde lid genoemde aspecten in onderlinge samenhang positief beoordeelt brengt het een positief advies uit.

  • 5 Indien het bevoegd adviesorgaan de in het eerste en derde lid genoemde aspecten in onderlinge samenhang negatief beoordeelt brengt het een negatief advies uit.

  • 6 Het bestuur kan het bevoegd adviesorgaan verzoeken de positieve adviezen in volgorde van prioriteit te rangschikken op basis van het oordeel zoals bedoeld in het eerste lid en die prioritering te onderbouwen.

Artikel 5. Verstrekking

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

  • 1 Aanspraak op een toegekende werkbijdrage bewezen talent geschiedt in vier gelijke, halfjaarlijkse tranches, tenzij de aanvrager schriftelijk een ander ritme met het fonds overeenkomt, met dien verstande dat op jaarbasis maximaal de helft van de toegekende werkbijdrage kan worden verleend, met inachtneming van het bepaalde in het tweede en derde lid.

  • 2 Tijdens de periode waarin een beeldend kunstenaar gebruik maakt van een andere subsidie van het fonds die, naar het oordeel van het bestuur, in dekking van dezelfde kosten voorziet als de werkbijdrage bewezen talent kunnen geen verstrekkingen op grond van een reeds toegekende werkbijdrage plaatsvinden. Indien de gebruikmaking van de in dit artikel bedoelde andere subsidie aanvangt in hetzelfde jaar als waarin een of meerdere verstrekkingen van de werkbijdrage hebben plaats gevonden, heeft het bestuur het recht om deze geheel of gedeeltelijk terug te vorderen c.q. te verrekenen met de andere subsidie. Deze terugvordering of verrekening laat onverlet het recht om het desbetreffende bedrag op een later tijdstip alsnog, conform het in deze regeling ten aanzien van verstrekkingen bepaalde, op te nemen.

  • 3 Tijdens de periode, waarin een beeldend kunstenaar deelnemer is aan de RijksAteliers, de Jan van Eyck Academie, het EKWC of aan onderwijs aan instellingen die krachtens de Wet op het Hoger Onderwijs en Wetenschappelijk Onderzoek bekostigd worden, kunnen geen verstrekkingen op grond van een reeds toegekend werkbijdrage bewezen talent plaatsvinden. Indien deelname aan een van de hierboven genoemde instellingen aanvangt in hetzelfde jaar waarin een of meerdere verstrekkingen hebben plaatsgevonden, heeft het bestuur het recht om deze verstrekkingen geheel of gedeeltelijk terug te vorderen. Deze terugvordering laat onverlet het recht om het desbetreffende bedrag op een later tijdstip alsnog, conform het in deze regeling ten aanzien van verstrekkingen bepaalde, op te nemen.

  • 4 Degene aan wie een werkbijdrage is toegekend dient op het moment dat hij een deel van het bijdrage verstrekt krijgt in Nederland gevestigd te zijn en indien hij niet de Nederlandse nationaliteit bezit te beschikken over een geldige verblijfstitel op grond van de Vreemdelingenwet. Bij het verzoek tot verstrekking kan het bestuur vragen om een afschrift van documenten, waaruit dit blijkt.

Artikel 6. Inwerkingtreding

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

Deze regeling treedt in werking met ingang van 1 januari 2013. Indien de Staatscourant waarin deze regeling wordt geplaatst wordt uitgegeven na 31 december 2012, treedt zij in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst en werkt zij terug tot en met 1 januari 2013.

Artikel 7. Citeertitel

[Regeling vervallen per 01-01-2017]

Deze regeling wordt aangehaald als: Deelregeling WBT.

Deze regeling zal in de Staatscourant worden geplaatst.

De stichting Mondriaan Fonds,

B. Donker

(directeur/bestuurder)