Examenprogramma
Een kandidaat die het praktijkexamen schipper binnenvaart, zoals bedoeld in artikel
7.19a van de Binnenvaartregeling, met goed gevolg aflegt, ontvangt een Verklaring
Praktijkexamen Vaartijd afgegeven door CBR. De Verklaring Praktijkexamen Vaartijd
is onbeperkt geldig en geeft recht op vermindering van de vaartijd, bedoeld in artikel 7.18, eerste lid, van de Binnenvaartregeling, met drie jaar.
Het praktijkexamen schipper binnenvaart bestaat uit minimaal 180 dagen vaartijd, een
portfolio en vier praktijktoetsen:
Praktijktoets 1;
Praktijktoets 2;
Praktijktoets 3;
Praktijktoets 4.
Voor het behalen van de Verklaring Praktijkexamen Vaartijd moet de kandidaat voor
alle vier de praktijktoetsen zijn geslaagd, een goedgekeurd portfolio hebben en 180
dagen vaartijd kunnen aantonen.
Voor iedere praktijktoets is een toetsmatrijs vastgesteld. De toetsmatrijs bestaat
uit competenties/eindtermen, die aangeven waar een kandidaat aan moet voldoen. Tevens
staan de cesuur en de vorm van de toetsen in de toetsmatrijs. De toetsmatrijzen zijn
terug te vinden op de website van het CBR.
Het portfolio moet voldoen aan het format van het CBR. Dit vaste format staat op de
website van het CBR.
De praktijktoetsen 1, 2 en 3 worden namens het CBR afgenomen door een organisatie,
vermeld op de website van het CBR.
Praktijktoets 4 wordt afgenomen door een CBR-examinator. Deze toets wordt afgenomen
op een schip van een organisatie, genoemd op de website van het CBR.
Het praktijkexamen start op de dag dat een kandidaat zich aanmeldt bij één van de
organisaties, die praktijktoets 1 tot en met 3 afneemt.
Alle praktijktoetsen bestaan uit een aantal deeltoetsen. Alle deeltoetsen moeten zijn
behaald om te zijn geslaagd voor de betreffende praktijktoets. Een kandidaat is voor
een deeltoets geslaagd als tenminste een voldoende is behaald. De resultaten van de
praktijktoetsen zijn geldig voor een termijn van twee jaar na de examendatum.
Een kandidaat die slaagt voor praktijktoets 1, minimaal 60 dagen vaartijd kan aantonen,
en in het bezit is van het CBR-diploma Aspirant Schipper kan de functie Matroos aanvragen
in zijn dienstboekje.
De Verklaring Praktijkexamen Vaartijd geeft vrijstelling voor het CBR-examen Navigatie
1. De Verklaring geeft geen vrijstelling voor de overige theorie-examens.
Een herkansing kan niet eerder plaatsvinden dan wanneer de onderdelen waar de kandidaat
voor is gezakt opnieuw zijn aangetoond in het portfolio.
Aanvullende toelatingseisen praktijktoetsen
De kandidaat moet minimaal het volgende aantal vaardagen hebben opgebouwd (binnen
het praktijkexamentraject), voordat hij deel mag nemen aan een praktijktoets:
Praktijktoets 1: 45 dagen;
Praktijktoets 2: 90 dagen;
Praktijktoets 3: 135 dagen;
Praktijktoets 4: 180 dagen.
De kandidaat moet per praktijktoets een door de assessor goedgekeurd portfolio hebben.
Alleen assessoren van organisaties, die op de website van het CBR vermeld staan, mogen
deze beoordelen.
De kandidaat moet voor alle theorie-examens behorende bij het diploma Schipper AB
of het diploma Schipper RKM, met uitzondering van Navigatie 1, zijn geslaagd voordat
hij praktijktoets 4 mag afleggen.
Voor praktijktoets 2, 3 en 4 geldt dat de kandidaat voor de daaraan voorafgaande toetsen
is geslaagd.