Hoofdstuk 2. Registratie van notariële akten langs elektronische weg bij de KNB
-
2 De registratie, bedoeld in artikel 1, tweede lid, onderdeel a, van de wet, en de vermelding van de gegevens, bedoeld in het derde lid, geschieden overeenkomstig
de door de KNB, in overeenstemming met de Belastingdienst, daartoe opgestelde richtlijnen.
-
1 De inschrijving, bedoeld in artikel 7 van de wet, in het repertorium omvat voor elke akte ten minste:
-
a. een doorlopend volgnummer;
-
b. de dagtekening van de akte;
-
c. de soort van de akte;
-
d. van ten minste een van de bij de akte optredende partijen:
-
1°. bij natuurlijke personen: de naam, met inbegrip van de voornamen, en de woonplaats;
-
2°. bij niet-natuurlijke personen: de statutaire naam en de woonplaats;
-
e. de vermelding of het een in minuut dan wel in originali verleden akte betreft;
-
f. het aantal renvooien en het aantal annexen;
-
g. de dagtekening van de registratie, wanneer deze heeft plaatsgehad.
Doorhalingen in het repertorium blijven zichtbaar.
-
1 De notaris doet aangifte overdrachtsbelasting als bedoeld in artikel 21a, eerste lid, van de Uitvoeringsregeling Algemene wet inzake rijksbelastingen
1994, via de KNB bij de inspecteur door registratie van de akte, bedoeld in artikel 3 van de wet, alsmede door het insturen van een elektronisch bericht overeenkomstig de door de
KNB, in overeenstemming met de Belastingdienst, daartoe opgestelde richtlijnen, dat
ten minste de volgende gegevens omvat:
-
a. het verschuldigde bedrag;
-
b. de vermelding of sprake is van meegeleverde roerende zaken;
-
c. de vermelding of een beroep op een vrijstelling wordt gedaan.
-
2 Als tijdstip van het doen van aangifte overdrachtsbelasting bij de inspecteur geldt
het tijdstip waarop het elektronische afschrift en het elektronische bericht de KNB
hebben bereikt. Als tijdstip van ontvangst door de inspecteur van de berichten inzake
de overdrachtsbelasting waarmee een aangifte wordt gecorrigeerd, waarmee bezwaar wordt
gemaakt of waarmee een verzoek wordt ingediend, geldt het tijdstip waarop dat bericht
de KNB heeft bereikt. De inzending van de berichten, bedoeld in de eerste en tweede
volzin, geschiedt overeenkomstig de door de KNB, in overeenstemming met de Belastingdienst,
daartoe opgestelde richtlijnen.
-
3 De KNB draagt zorg voor onverwijlde doorzending van het elektronische bericht, bedoeld
in het eerste lid, en de berichten, bedoeld in het tweede lid, op de wijze zoals is
vastgesteld in overleg tussen de KNB en de Belastingdienst waarbij bij verzending
van het elektronische bericht een verwijzing wordt opgenomen naar de desbetreffende
akte.
De notaris draagt ervoor zorg dat de elektronische middelen waarmee hij toegang heeft
tot het register en het repertorium en waarmee hij de gegevens verstrekt ten behoeve
van de aangifte overdrachtsbelasting voldoen aan de daarvoor door de KNB gestelde
eisen.
De KNB draagt zorg voor onverwijlde doorzending van de gegevens, bedoeld in artikel 7a, eerste lid, van de wet, op de wijze zoals is vastgesteld in overleg tussen de KNB en de Belastingdienst.
De verplichtingen van notarissen, genoemd in de wet, gelden jegens iedere inspecteur.
De KNB kan beschikken over gegevens uit het repertorium indien dat noodzakelijk is
voor het voldoen aan haar wettelijke taken. De KNB draagt zorg voor het onderhoud
van het register en het repertorium.
Hoofdstuk 3. De registratie van onderhandse akten bij de Belastingdienst
-
2 Het kantoor, bedoeld in het eerste lid, is voor het aanbieden van de akten ter registratie
dagelijks van 9.00 uur tot 17.00 uur geopend, met uitzondering van de zaterdag, de
zondag, algemeen erkende feestdagen in de zin van de Algemene termijnenwet en de bij of krachtens artikel 3 van die wet daarmee gelijkgestelde dagen.
-
1 Akten als bedoeld in artikel 1, tweede lid, onderdeel b, van de wet worden door de inspecteur geregistreerd in het register Registratie, waarvan het
model is opgenomen in bijlage A. De bladen kunnen tevens andere kolommen of gegevens inhouden dan uit dat model voortvloeit.
De registratie in het register Registratie, bedoeld in artikel 13, omvat voor elke akte als bedoeld in artikel 1, tweede lid, onderdeel b, van de wet ten minste de volgende gegevens:
-
a. een per registerdeel doorlopend volgnummer;
-
b. de naam van de akte;
-
c. van ten minste een van de bij de akte optredende partijen:
-
1°. bij natuurlijke personen: de naam, met inbegrip van de voornamen, en de woonplaats;
-
2°. bij niet-natuurlijke personen: de statutaire naam en de woonplaats;
-
d. het aantal exemplaren van de akte dat tegelijk ter registratie is aangeboden;
-
e. het aantal bladen van de akte;
-
f. het aantal renvooien en het aantal annexen.
Tegelijk ter registratie aangeboden gelijksoortige akten als bedoeld in artikel 1, tweede lid, onderdeel b, van de wet, die door dezelfde persoon zijn aangeboden, kunnen tezamen worden geregistreerd onder
een aantal volgnummers dat overeenkomt met het aantal akten. In dat geval worden de
gegevens, bedoeld in artikel 14, slechts eenmaal vermeld, voor zover deze voor de verschillende akten gelijk zijn.
-
1 De inspecteur stelt ten blijke van de registratie van een akte als bedoeld in artikel 1, tweede lid, onderdeel b, van de wet op de akte of, indien meer exemplaren van de akte tegelijk ter registratie zijn aangeboden,
op alle exemplaren een door hem ondertekende verklaring van registratie.
Hoofdstuk 4. Overige bepalingen
[Red: Wijzigt de Uitvoeringsregeling Algemene wet inzake rijksbelastingen 1994.]
Als kosten als bedoeld in artikel 13a, tweede lid, van de wet komen voor vergoeding in aanmerking de werkelijk gemaakte kosten op basis van nacalculatie
door of ten laste van de KNB die noodzakelijk zijn ten behoeve van de uitoefening
van de in de wet aan de KNB opgedragen taken zoals deze tussen de KNB en de Belastingdienst zijn vastgesteld
dan wel op verzoek van beide partijen door een onafhankelijke ter zake deskundige
derde partij. Vijf jaren na eerste ingebruikname van het door de KNB, in overeenstemming
met de Belastingdienst, te ontwikkelen systeem van registratie langs elektronische
weg, vindt een evaluatie van de wet, haar uitvoering en dit systeem van vergoeding
plaats.
Tot de datum, bedoeld in artikel V, eerste lid, van de Wet elektronische registratie notariële akten, blijven met betrekking tot akten van notarissen, het repertorium en de aangifte
overdrachtsbelasting de Uitvoeringsbeschikking Registratiewet 1970 en artikel 21a, eerste lid, van de Uitvoeringsregeling Algemene wet inzake rijksbelastingen
1994 van toepassing zoals deze luidden onmiddellijk voorafgaande aan de inwerkingtreding
van deze regeling. Indien ten aanzien van een notaris een beschikking is genomen als
bedoeld in artikel V, tweede lid, van de Wet elektronische registratie notariële akten,
treedt de in die beschikking vermelde datum in de plaats van de datum, bedoeld in
de eerste volzin.
Deze regeling treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van
de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst.