Besluit toekenning vergoedingen (plaatsvervangend) voorzitters en (plaatsvervangend) leden regionale toetsingscommissies euthanasie

Geraadpleegd op 30-11-2024. Gebruikte datum 'geldig op' 01-07-2016 en zichtdatum 26-11-2024.
Geldend van 25-03-2014 t/m heden

Besluit van de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport van 14 maart 2014, kenmerk 335072-117952-PG, houdende de toekenning van vergoedingen aan de (plaatsvervangend) voorzitters en (plaatsvervangend) leden van de regionale toetsingscommissies euthanasie voor werkzaamheden die zij verrichten in de periode januari tot en met juni 2014

Artikel 1

Aan de voorzitters en de plaatsvervangend voorzitters en de leden en de plaatsvervangend leden van de regionale toetsingscommissies euthanasie worden de hierna genoemde vergoedingen toegekend voor hun werkzaamheden in de periode januari 2014 tot en met juni 2014:

  • a. de voorzitter, de leden en hun plaatsvervangers van de regionale toetsingscommissie euthanasie te Groningen

    • de voorzitter van de regionale toetsingscommissie euthanasie te Groningen, dhr. mr. A.R.O. Mooy MBA, een vaste beloning conform 2,05 uur per week in schaal 018 Bezoldigingsbesluit Burgelijke Rijksambtenaren (BRRA) 1984, bijlage B, anciënniteit 10;

    • de plaatsvervangend voorzitter van de regionale toetsingscommissie euthanasie te Groningen, dhr. mr. W. van Nierop, een vaste beloning conform 4,16 uur per week in schaal 018 BBRA 1984, bijlage B, anciënniteit 10;

    • het arts-lid van de regionale toetsingscommissie euthanasie te Groningen, dhr. dr. E.F.M. Veldhuis, een vaste beloning conform 3,91 uur per week in schaal 017 BBRA 1984, bijlage B, anciënniteit 10;

    • het plaatsvervangend arts-lid van de regionale toetsingscommissie euthanasie te Groningen, dhr. drs. W.G.P. Mulder, een vaste beloning conform 2,63 uur per week in schaal 017 BBRA 1984, bijlage B, anciënniteit 10;

    • het ethicus-lid van de regionale toetsingscommissie euthanasie te Groningen, dhr. prof. mr. dr. A.R. Mackor, een vaste beloning conform 2,19 uur per week in schaal 017 BBRA 1984, bijlage B, anciënniteit 10;

    • het plaatsvervangend ethicus-lid van de regionale toetsingscommissie euthanasie te Groningen, mw. dr. E.L.M. Maeckelberghe, een vaste beloning conform 1,79 uur per week in schaal 017 BBRA 1984, bijlage B, anciënniteit 10;

    • het plaatsvervangend ethicus-lid, dhr. dr. D.G. van Tol, een vaste beloning conform 2,54 uur per week in schaal 017 BBRA 1984, bijlage B, anciënniteit 10;

  • b. de voorzitter, de leden en hun plaatsvervangers van de regionale toetsingscommissie euthanasie te Arnhem

    • de voorzitter van de regionale toetsingscommissie euthanasie te Arnhem, mw. mr. R.S.T. van Rossem-Broos, een vaste beloning conform 6,96 uur per week in schaal 018 BBRA 1984, bijlage B, anciënniteit 10;

    • de plaatsvervangend voorzitter van de regionale toetsingscommissie euthanasie te Arnhem, mw. mr. H. Mollema-de Jong, een vaste beloning conform 6,01 uur per week in schaal 018 BBRA 1984, bijlage B, anciënniteit 10;

    • de plaatsvervangend voorzitter van de regionale toetsingscommissie euthanasie te Arnhem, dhr. prof. dr. L.H.J. Adams, een vaste beloning conform 4,85 uur per week in schaal 018 BBRA 1984, bijlage B, anciënniteit 10;

    • het arts-lid van de regionale toetsingscommissie euthanasie te Arnhem, dhr. drs. V.G.G. Vanneste, een vaste beloning conform 3,59 uur per week in schaal 017 BBRA 1984, bijlage B, anciënniteit 10;

    • het plaatsvervangend arts-lid van de regionale toetsingscommissie euthanasie te Arnhem, mw. drs. M.P.W. Toemen, een vaste beloning conform 1,96 uur per week in schaal 017 BBRA 1984, bijlage B, anciënniteit 10;

    • het plaatsvervangend arts-lid van de regionale toetsingscommissie euthanasie te Arnhem, dhr. drs. L.P. van Bavel, een vaste beloning conform 3,79 uur per week in schaal 017 BBRA 1984, bijlage B, anciënniteit 10;

    • het ethicus-lid van de regionale toetsingscommissie euthanasie te Arnhem, dhr. dr. Th.A. Boer, een vaste beloning conform 3,45 uur per week in schaal 017 BBRA 1984, bijlage B, anciënniteit 10;

    • het plaatsvervangend ethicus-lid van de regionale toetsingscommissie euthanasie te Arnhem, mw. dr. B. van Baarsen, een vaste beloning conform 1,87 uur per week, in schaal 017 BBRA 1984, bijlage B, anciënniteit 10;

    • het plaatsvervangend ethicus-lid van de regionale toetsingscommissie euthanasie te Arnhem, mw. drs. A.N. Raat, een vaste beloning conform 3,62 uur per week, in schaal 017 BBRA 1984, bijlage B, anciënniteit 10;

  • c. de voorzitter, de leden en hun plaatsvervangers van de regionale toetsingscommissie euthanasie te Haarlem

    • de voorzitter van de regionale toetsingscommissie euthanasie te Haarlem, tevens coördinerend voorzitter, mw. mr. W.J.C. Swildens-Rozendaal, een vaste beloning conform 8,05 uur per week in schaal 018 BBRA 1984, bijlage B, anciënniteit 10;

    • de plaatsvervangend voorzitter van de regionale toetsingscommissie euthanasie te Haarlem, dhr. mr. H.J.Bunjes, een vaste beloning conform 3,88 uur per week in schaal 018 BBRA 1984, bijlage B, anciënniteit 10;

    • de plaatsvervangend voorzitter van de regionale toetsingscommissie euthanasie te Haarlem, mw. mr. W.R. Kastelein, een vaste beloning conform 3,69 uur per week in schaal 018 BBRA 1984, bijlage B, anciënniteit 10;

    • het plaatsvervangend arts-lid van de regionale toetsingscommissie euthanasie te Haarlem, dhr. dr. W.J. Jabroer, een vaste beloning conform 3,25 uur per week in schaal 017 BBRA 1984, bijlage B, anciënniteit 10;

    • het plaatsvervangend arts-lid van de regionale toetsingscommissie euthanasie te Haarlem, dhr. dr. R.A. Verweij, een vaste beloning conform 2,88 uur per week in schaal 017 BBRA 1984, bijlage B, anciënniteit 10;

    • het ethicus-lid van de regionale toetsingscommissie euthanasie te Haarlem, mw. prof. dr. I.D. de Beaufort, een vaste beloning conform 0,17 uur per week in schaal 017 BBRA 1984, bijlage B, anciënniteit 10;

    • het plaatsvervangend ethicus-lid van de regionale toetsingscommissie euthanasie te Haarlem, mw. dr. D.P. Touwen, een vaste beloning conform 2,34 uur per week in schaal 017 BBRA 1984, bijlage B, anciënniteit 10;

  • d. de voorzitter, de leden en hun plaatsvervangers van de regionale toetsingscommissie euthanasie te Rijswijk

    • de voorzitter van de regionale toetsingscommissie euthanasie te Rijswijk, dhr. prof. mr. J.K.M. Gevers, een vaste beloning conform 4,02 uur per week in schaal 018 BBRA 1984, bijlage B, anciënniteit 10;

    • de plaatsvervangend voorzitter van de regionale toetsingscommissie euthanasie te Rijswijk, mw. A.D.R.M. Boumans, een vaste beloning conform 3,69 uur per week in schaal 018 BBRA 1984, bijlage B, anciënniteit 10;

    • de plaatsvervangend voorzitter van de regionale toetsingscommissie euthanasie te Rijswijk, dhr. mr. F. van der Hoek, een vaste beloning conform 4,63 uur per week in schaal 018 BBRA 1984, bijlage B, anciënniteit 10;

    • het arts-lid van de regionale toetsingscommissie euthanasie te Rijswijk, mw. drs. J.A. Schulkes-Van der Pol, een vaste beloning conform 2,05 uur per week in schaal 017 BBRA 1984, bijlage B, anciënniteit 10;

    • het plaatsvervangend arts-lid van de regionale toetsingscommissie euthanasie te Rijswijk, mw. drs. M.E.Y. Koster, een vaste beloning conform 2,23 uur per week in schaal 017 BBRA 1984, bijlage B, anciënniteit 10;

    • het plaatsvervangend arts-lid van de regionale toetsingscommissie euthanasie te Rijswijk, dhr. drs. M. te Paske, een vaste beloning conform 2,68 uur per week in schaal 017 BBRA 1984, bijlage B, anciënniteit 10;

    • het ethicus-lid van de regionale toetsingscommissie euthanasie te Rijswijk, dhr. drs. G. van Dijk, een vaste beloning conform 1,79 uur per week in schaal 017 BBRA 1984, bijlage B, anciënniteit 10;

    • het plaatsvervangend ethicus-lid van de regionale toetsingscommissie euthanasie te Rijswijk, dhr. drs. B.J. Roosjen, een vaste beloning conform 2,44 uur per week in schaal 017 BBRA 1984, bijlage B, anciënniteit 10;

    • het plaatsvervangend ethicus-lid van de regionale toetsingscommissie euthanasie te Rijswijk, dhr. drs. A. Krom, een vaste beloning conform 2,69 uur per week in schaal 017 BBRA 1984, bijlage B, anciënniteit 10;

  • e. de voorzitter, de leden en hun plaatsvervangers van de regionale toetsingscommissie euthanasie te ‘s-Hertogenbosch

    • de voorzitter van de regionale toetsingscommissie euthanasie te ’s-Hertogenbosch, tevens plaatsvervangend coördinerend voorzitter, dhr. mr. P.J.M. van Wersch, een vaste beloning conform 5,01 uur per week in schaal 018 BBRA 1984, bijlage B, anciënniteit 10;

    • de plaatsvervangend voorzitter van de regionale toetsingscommissie euthanasie te ’s-Hertogenbosch, dhr. mr. dr. J.C.J. Dute, een vaste beloning conform 4,82 uur per week in schaal 018 BBRA 1984, bijlage B, anciënniteit 10;

    • de plaatsvervangend voorzitter van de regionale toetsingscommissie euthanasie te ’s-Hertogenbosch, mw. mr. Ch.L. van den Putterlaar, een vaste beloning conform 4,30 uur per week in schaal 018 BBRA 1984, bijlage B, anciënniteit 10;

    • het arts-lid van de regionale toetsingscommissie euthanasie te ’s-Hertogenbosch, dhr. drs. B.R. Schudel, een vaste beloning conform 1,86 uur per week in schaal 017 BBRA 1984, bijlage B, anciënniteit 10;

    • het plaatsvervangend arts-lid van de regionale toetsingscommissie euthanasie te ’s-Hertogenbosch, dhr. drs. O.I.M. Gerats, een vaste beloning conform 2,63 uur per week in schaal 017 BBRA 1984, bijlage B, anciënniteit 10;

    • het plaatsvervangend arts-lid van de regionale toetsingscommissie euthanasie te ’s-Hertogenbosch, dhr. drs. J.H.M. Peerden, een vaste beloning conform 2,39 uur per week in schaal 017 BBRA 1984, bijlage B, anciënniteit 10;

    • het ethicus-lid van de regionale toetsingscommissie euthanasie te ’s-Hertogenbosch, dhr. dr. H. Wijsbek, een vaste beloning conform 2,33 uur per week in schaal 017 BBRA 1984, bijlage B, anciënniteit 10;

    • het plaatsvervangend ethicus-lid van de regionale toetsingscommissie euthanasie te ’s-Hertogenbosch, dhr. dr. R.H. Houtepen, een vaste beloning conform 3,38 uur per week in schaal 017 BBRA 1984, bijlage B, anciënniteit 10.

Artikel 2

Dit besluit treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin het wordt geplaatst en werkt terug tot en met 1 januari 2014.

De

Minister

van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,

E.I. Schippers.