Invoeringswet Participatiewet

Wijziging(en) op nader te bepalen datum(s); laatste bekendgemaakt in 2016. Zie het overzicht van wijzigingen.
[Regeling materieel uitgewerkt per 16-07-2021.]
Geraadpleegd op 30-12-2024. Gebruikte datum 'geldig op' 01-01-2018 en zichtdatum 19-12-2024.
Geldend van 01-01-2018 t/m heden

Wet van 2 juli 2014 tot wijziging van de Wet werk en bijstand, de Wet sociale werkvoorziening, de Wet werk en arbeidsondersteuning jonggehandicapten en enige andere wetten gericht op bevordering deelname aan de arbeidsmarkt voor mensen met arbeidsvermogen en harmonisatie van deze regelingen (Invoeringswet Participatiewet)

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Allen die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:

Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het wenselijk is meer eenheid en duidelijkheid aan te brengen in de manier waarop mensen, die nu met toepassing van de Wet werk en bijstand, de Wet sociale werkvoorziening dan wel de Wet werk en arbeidsondersteuning jonggehandicapten een inkomensvoorziening ontvangen of met een re-integratievoorziening werkzaamheden verrichten, dat het evenzo wenselijk is om mensen die nu nog aan de kant staan meer kansen te bieden op regulier werk of op andere vormen van arbeidsbevorderende participatie en om gemeenten hiervoor meer instrumenten te geven;

Zo is het dat Wij, de Afdeling advisering van de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:

Artikel I. Wijziging van de Wet werk en bijstand

[Wijziging(en) op nader te bepalen datum(s); laatste bekendgemaakt in 2014. Zie het overzicht van wijzigingen]

[Red: Wijzigt de Wet werk en bijstand.]

Artikel III. Wijziging van de Wet werk en arbeidsondersteuning jonggehandicapten

[Wijziging(en) op nader te bepalen datum(s); laatste bekendgemaakt in 2016. Zie het overzicht van wijzigingen]

[Red: Wijzigt de Wet werk en arbeidsondersteuning jonggehandicapten.]

Artikel XIV. Wijziging van de Toeslagenwet

[Wijziging(en) op nader te bepalen datum(s); laatste bekendgemaakt in 2014. Zie het overzicht van wijzigingen]

[Red: Wijzigt de Toeslagenwet.]

Artikel XLIII. Wijziging van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering

[Wijziging(en) op nader te bepalen datum(s); laatste bekendgemaakt in 2015. Zie het overzicht van wijzigingen]

[Red: Wijzigt het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering.]

Artikel LI. Samenloopbepaling Wet revitalisering generiek toezicht

[Treedt in werking op een nader te bepalen tijdstip]

Dit onderdeel is (nog) niet in werking getreden; zie het overzicht van wijzigingen

Artikel LII. Grondslag lagere regelgeving Wet arbeidsongeschiktheidsvoorziening jonggehandicapten

[Treedt in werking op een nader te bepalen tijdstip]

Dit onderdeel is (nog) niet in werking getreden; zie het overzicht van wijzigingen

Artikel LIIc. Evaluatiebepaling

Onze Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid zendt binnen vijf jaar na de inwerkingtreding van deze wet aan de Staten-Generaal een verslag over de doeltreffendheid en de effecten van deze wet in de praktijk.

Artikel LIII. Inwerkingtreding

  • 1 Deze wet treedt in werking op een bij koninklijk besluit te bepalen tijdstip, dat voor de verschillende artikelen of onderdelen daarvan verschillend kan worden vastgesteld, en artikelen of onderdelen daarvan kunnen terugwerken tot en met een in dat besluit te bepalen tijdstip.

  • 2 In afwijking van het eerste lid, treedt artikel I, onderdeel Cc, drie jaar na het tijdstip van de inwerkingtreding van artikel I, onderdeel Cb, in werking.

Artikel LIV. Citeertitel

Deze wet wordt aangehaald als: Invoeringswet Participatiewet.

Lasten en bevelen dat deze in het Staatsblad zal worden geplaatst en dat alle ministeries, autoriteiten, colleges en ambtenaren die zulks aangaat, aan de nauwkeurige uitvoering de hand zullen houden.

Gegeven te

Wassenaar, 2 juli 2014

Willem-Alexander

De Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,

J. Klijnsma

Uitgegeven de vijftiende juli 2014

De Minister van Veiligheid en Justitie,

I.W. Opstelten