Besluit mandaat en machtiging Kiwa N.V. (luchtvaart)

Geraadpleegd op 02-11-2024. Gebruikte datum 'geldig op' 12-12-2014.
Geldend van 26-08-2014 t/m heden

Besluit van de Staatssecretaris van Infrastructuur en Milieu van 16 augustus 2014, nr. A-0-14-0044.001, houdende verlening mandaat en machtiging Kiwa N.V. (luchtvaart)

De Staatssecretaris van Infrastructuur en Milieu,

Gelet op de artikelen10:3 en 10:4, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht;

Gelet op de Bekendmaking aanwijzing bevoegde autoriteit EASA 2014;

Gezien de overeenkomsten tussen de Staat der Nederlandsen en Kiwa N.V.,

Besluit:

Artikel 1

In dit besluit wordt verstaan onder:

  • a. de minister: de Minister van Infrastructuur en Milieu;

  • b. de Staatssecretaris: de Staatssecretaris van Infrastructuur en Milieu;

  • c. mandaat: de bevoegdheid om in naam van de Minister, onderscheidenlijk Staatssecretaris, bestuursrechtelijke besluiten te nemen;

  • d. machtiging; de bevoegdheid om, in naam van de Minister, onderscheidenlijk Staatssecretaris, handelingen te verrichten die een publiekrechtelijke noch een privaatrechtelijke rechtshandeling zijn;

  • f. overeenkomst: Overeenkomst overdracht van taken van de toenmalige Inspectie Verkeer en Waterstaat, thans de Inspectie Leefomgeving en Transport, aan Kiwa N.V., aangegaan tussen de Staat der Nederlanden en Kiwa N.V.

Artikel 2

De voorzitter van de directie van Kiwa N.V. wordt mandaat verleend om

  • a. besluiten te nemen ten aanzien van de in de bijlage genoemde bevoegdheden;

  • b. de in onderdeel a. genoemde besluiten te schorsen of in te trekken als niet meer wordt voldaan aan de voorwaarden die bepalend zijn voor de afgifte van de desbetreffende vergunningen;

  • c. de bij de ministeriele regeling vastgelegd tarieven te heffen met betrekking tot de in de bijlage genoemde bevoegdheden; en,

  • d. besluiten te nemen die een directe relatie te hebben met het besluitvormingsproces van hetgeen onder a., b. en c. is bepaald.

Artikel 3

  • a. De voorzitter van de directie van Kiwa N.V. is gemachtigd om handelingen te verrichten die een directe relatie hebben met de in artikel 2 omschreven bevoegdheden.

  • b. In situaties waarin besluiten worden ingetrokken of geschorst op andere gronden dan in artikel 2, onder b, zijn bedoeld, dan is de directeur van Kiwa N.V. gemachtigd om ten aanzien daarvan handelingen te verrichten voorzover de intrekking en of schorsingen betrekking hebben op de onderwerpen genoemd in de bijlage.

  • c. De voorzitter van de directie van Kiwa N.V. is gemachtigd klachten in behandeling te nemen als bedoeld in Afdeling 9.1.1. van de Algemene wet bestuursrecht over gedragingen binnen zijn organisatie met betrekking tot de uitoefening van de in dit besluit bedoelde mandaat en machtiging.

Artikel 4

De voorzitter van de directie van Kiwa N.V. neemt bij de uitoefening van het aan hem verleende mandaat en de aan hem verleende machtiging de instructies van de Minister, onderscheidenlijk de Staatssecretaris, in acht.

Artikel 5

  • a. De voorzitter van de directie van Kiwa N.V. is bevoegd ten aanzien van de hem op grond van dit besluit verleende bevoegdheden, ondermandaat en ondermachtiging te verlenen aan een of meer onder hem ressorterende functionarissen.

  • b. Als de voorzitter van de directie van Kiwa N.V. gebruik maakt van de onder a. bedoelde bevoegdheid, zal hij dit publiceren in de Staatscourant.

Artikel 6

De voorzitter van de directie van Kiwa N.V. voert bij de uitoefening van de aan hem verleende bevoegdheid een ordentelijke en voor de Minister transparante administratie.

Artikel 7

  • 1 Het in een document vastleggen van een besluit of hetgeen op basis van de machtiging wordt verricht, geschiedt op briefpapier waarop het desbetreffende Rijkslogo en het logo van Kiwa N.V. is geplaatst.

  • 2 Een document als bedoeld in het eerste lid, vastgesteld door de voorzitter van de directie van Kiwa N.V., vermeldt aan het slot:

    ‘DE MINISTER VAN INFRASTRUCTUUR EN MILIEU,

    namens deze,

    De voorzitter van de directie van Kiwa N.V.,’ gevolgd door de handtekening en naam,

    dan wel

    ‘DE STAATSSECRETARIS VAN INFRASTRUCTUUR EN MILIEU,

    namens deze,

    De voorzitter van de directie van Kiwa N.V.,’ gevolgd door de handtekening en naam,

  • 3 Een document als bedoeld in het eerste lid, vastgesteld door een functionaris, bedoeld in artikel 5, vermeldt aan het slot:

    ‘DE MINISTER VAN INFRASTRUCTUUR EN MILIEU,

    namens deze,’

    gevolgd door de functieaanduiding, de handtekening en de naam van de betrokken functionaris,

    dan wel

    ‘DE STAATSSECRETARIS VAN INFRASTRUCTUUR EN MILIEU,

    namens deze,’

    gevolgd door de functieaanduiding, de handtekening en de naam van de betrokken functionaris

Artikel 8

Dit besluit treedt inwerking met ingang van de dag na de dagtekening van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst.

Dit besluit zal met de bijlage in de Staatscourant worden geplaatst.

De

Staatssecretaris

van Infrastructuur en Milieu,
namens deze,
De inspecteur Generaal Leefomgeving en Transport,

J. Thunnissen

Bijlage bij het Besluit bevoegdheidverlening inspecteur Generaal Leefomgeving en Transport

Bevoegdheden verkeersleiders

   

Initiële afgifte bewijs van bevoegdheid leerling-luchtverkeersleider

Wet luchtvaart

art 2.2 of 2.8a

Besluit bewijzen van bevoegdheid voor de luchtvaart

art 17 en 18

Initiële afgifte bewijs van bevoegdheid luchtverkeersleider

Wet luchtvaart

art 2.2 en 2.8a

Besluit bewijzen van bevoegdheid voor de luchtvaart

art 17 en 18

Verlengen/wijzigen/vernieuwen/wederafgifte bewijs van bevoegdheid leerlingluchtverkeersleider

Wet luchtvaart

art 2.3

Besluit bewijzen van bevoegdheid voor de luchtvaart

art 24

Vernieuwen/wijzigen/wederafgifte bewijs van bevoegdheid verkeersleider

Wet luchtvaart

art 2.3

Besluit bewijzen van bevoegdheid voor de luchtvaart

art 24

Initiële afgifte bewijs van bevoegdheid vluchtinformatieverstrekker

Wet luchtvaart

art 2.2

Besluit bewijzen van bevoegdheid voor de luchtvaart

art 17 en 18

Wijzigen, vernieuwen, wederafgifte bewijs van bevoegdheid vluchtinformatieverstrekker

Wet luchtvaart

art 2.3

Besluit bewijzen van bevoegdheid voor de luchtvaart

art 24

Initiële afgifte bewijs van bevoegdheid luchthaveninformatieverstrekker

Wet luchtvaart

art 2.2

Besluit bewijzen van bevoegdheid voor de luchtvaart

art 17 en 18

Wijzigen, vernieuwen, wederafgifte bewijs van bevoegdheid luchthaveninformatie-verstrekker

Wet luchtvaart

art 2.3

Besluit bewijzen van bevoegdheid voor de luchtvaart

art 24

Schorsen van de bovenstaande bewijzen van bevoegdheid en bevoegdverklaringen

Wet luchtvaart

art 2.5

Opleggen van examenverplichting na schorsing van de bovenstaande bewijzen van bevoegdheid en bevoegdverklaringen

Besluit bewijzen van bevoegdheid voor de luchtvaart

art 36

Intrekken van de bovenstaande bewijzen van bevoegdheid en bevoegdverklaringen

Wet luchtvaart

art 2.6

Bevoegdheden vliegend personeel

   

Bewijs van bevoegdheid vliegers ATPL, CPL, CFEL, MPL

Wet luchtvaart

art 2.2

Besluit bewijzen van bevoegdheid voor de luchtvaart

art 2

Bewijs van bevoegdheid vliegers RPL, PPL en CPL-FB

Wet luchtvaart

art 2.2

Besluit bewijzen van bevoegdheid voor de luchtvaart

art 2

Verlengen, wijzigen of vernieuwen bewijs van bevoegdheid en bevoegdverklaringen

Wet luchtvaart

art 2.3

Bewijs van gelijkstelling en erkenning, uitgezonderd m.b.t. medische verklaringen

Wet luchtvaart

art 2.7 en 2.8

Conversie JAA bewijs van bevoegdheid

Besluit bewijzen van bevoegdheid voor de luchtvaart

artt. 38 t/m 41

Bevoegdverklaring instructeur (afgifte/verlengen/vernieuwen)

Wet luchtvaart

art 2.2

Besluit bewijzen van bevoegdheid voor de luchtvaart

art 3

Bevoegdverklaring LPE

Wet luchtvaart

art 2.2

 

Besluit bewijzen van bevoegdheid voor de luchtvaart

art 3

Algemene bevoegdverklaring (afgifte/verlengen/vernieuwen)

Wet luchtvaart

art 2.2

Besluit bewijzen van bevoegdheid voor de luchtvaart

art 3

Bevoegdverklaring algemeen/bijzonder (nultarief)

Ontheffing van de bovenstaande bewijzen van bevoegdheid en bevoegdverklaringen

Wet luchtvaart

art 2.1 lid 4

Schorsen van de bovenstaande bewijzen van bevoegdheid en bevoegdverklaringen

Wet luchtvaart

art 2.5

Opleggen van examenverplichting na schorsing van de bovenstaande bewijzen van bevoegdheid en bevoegdverklaringen

Besluit bewijzen van bevoegdheid voor de luchtvaart

art 36

Intrekken van de bovenstaande bewijzen van bevoegdheid en bevoegdverklaringen

Wet luchtvaart

art 2.6

Bevoegdheden technisch personeel

   

Afgifte AML

Wet luchtvaart

art 3.30

 

Besluit bewijzen van bevoegdheid voor de luchtvaart

art 2

Afgifte Part-66 AML

Wet luchtvaart

art 3.30

 

Besluit bewijzen van bevoegdheid voor de luchtvaart

art 2

Afgifte AML (motor)ZVT

Wet luchtvaart

art 3.30

 

Besluit bewijzen van bevoegdheid voor de luchtvaart

art 2

Afgifte bijzondere bevoegdverklaring AML

Wet luchtvaart

art 3.30

 

Besluit bewijzen van bevoegdheid voor de luchtvaart

art 2 en 5

Afgifte bevoegdverklaring Part-66 AML

Wet luchtvaart

art 3.30

 

Besluit bewijzen van bevoegdheid voor de luchtvaart

art 2 en 5

Verlengen bijzondere bevoegdverklaring AML

Regeling bijzondere bevoegdverklaringen AML en Part-66-AML

art 6

Vernieuwen/wederafgifte AML

Wet luchtvaart

art 2.3, lid 6

Verlengen bijzondere bevoegdverklaring AML (motor) ZVT

Regeling bijzondere bevoegdverklaringen AML en Part-66-AML

art 6

Schorsen en intrekken van de bovenstaande bevoegdheden

Wet luchtvaart

art 2.5 en 2.6

Besluit bewijzen van bevoegdheid voor de luchtvaart

art 36

 

art 10 en 11

Praktijkexamens

   

Praktijkexamens (toedeling ipex)

Wet luchtvaart

art 2.2

 

Examenreglement

art 15

Praktijkexamens (toedeling Minister)

Wet luchtvaart

art 2.2

 

Examenreglement

art 15