Directe belastingen, internationale inlichtingenuitwisseling; Italië

Geraadpleegd op 12-11-2024. Gebruikte datum 'geldig op' 01-01-2018 en zichtdatum 09-11-2024.
Geldend van 22-08-2014 t/m heden

Directe belastingen, internationale inlichtingenuitwisseling; Italië

De Staatssecretaris van Financiën maakt het volgende bekend.

Dit besluit bevat een bekendmaking van het in augustus 2014 tussen de Directeur-generaal Financiën van de Republiek Italië en de Plaatsvervangend Directeur-generaal Belastingdienst van Nederland gesloten Memorandum van Overeenstemming inzake wederzijdse administratieve bijstand op het gebied van belastingen. Het Memorandum heeft met name betrekking op de automatische uitwisseling van fiscale inlichtingen. Het gaat daarbij om de volgende categorieën inlichtingen: onroerende zaken, winst uit ondernemingen, dividenden, royalty’s, inkomsten uit zelfstandige arbeid, salarissen, lonen en andere soortgelijke beloningen, directeursbeloningen, inkomsten van artiesten en sportbeoefenaars, pensioenen en andere soortgelijke beloningen, alsmede overige inkomsten. Daarnaast bevat het Memorandum bepalingen over inlichtingenuitwisseling op verzoek en spontaan en over de aanwezigheid van belastingambtenaren op elkaars grondgebied. De eerste uitwisseling heeft betrekking op het jaar 2011.

Memorandum van overeenstemming tussen het directoraat-genraal belastingdienst van nederland en het directoraat financiën van de republiek italië inzake wederzijdse administratieve bijstand op het gebied van belastingen

Het Directoraat-generaal Belastingdienst van Nederland en het Directoraat Financiën van de Republiek Italië (hierna te noemen: ‘de Deelnemers’),

Met inachtneming van,

De bepalingen van de Richtlijn van de Raad nr. 2011/16/EU van 15 februari 2011 betreffende de administratieve samenwerking op het gebied van de belastingen (hierna te noemen: de ‘Richtlijn’), en

Artikel 27 van het Verdrag tussen de Italiaanse Republiek en het Koninkrijk der Nederlanden tot het vermijden van dubbele belasting en het voorkomen van het ontgaan van belasting met betrekking tot belastingen naar het inkomen en naar het vermogen van 8 mei 1990 (hierna te noemen: het ‘Verdrag’), en

De bepalingen met betrekking tot de uitwisseling van inlichtingen van het Verdrag inzake wederzijdse administratieve bijstand in belastingzaken, gesloten in Straatsburg op 25 januari 1988, zoals gewijzigd bij het Protocol getekend in Parijs op 27 mei 2010, en

De definities van inlichtingenuitwisseling gegeven in het Commentaar op lid 1 van artikel 26 van het modelverdrag van de Organisatie voor Economische Samenwerking en Ontwikkeling (hierna te noemen: ‘OESO’),

De toekomstige wijzigingen in EU-wetgeving inzake automatische inlichtingenuitwisseling,

Het algemene beginsel van wederkerigheid dat wordt beschouwd als een belangrijk aspect van de wederzijdse samenwerking en dat vereist dat een sfeer van vrije informatie-uitwisseling vallende onder de bepalingen van dit Memorandum steeds zou moeten worden gehandhaafd, teneinde te verzekeren dat bedoelde uitwisseling plaatsvindt op een passende en evenwichtige wijze, en

De wens van beide Deelnemers de bilaterale samenwerking in belastingzaken te versterken,

Zijn het volgende Memorandum van Overeenstemming (hierna te noemen: het ‘Memorandum’) overeengekomen:

Artikel 1

Bevoegde Autoriteiten

Voor de toepassing van dit Memorandum zijn de Bevoegde Autoriteiten:

In Nederland:

De Directeur-generaal Belastingdienst

Postbus 20201

2500 EE Den Haag

Nederland

In Italië:

De Directeur-generaal van het Directoraat Financiën

Ministerie van Economie en Financiën

Via dei Normanni, 5

00184 Rome (Italië)

df.dirgen.segreteria@finanze.it

Informatieverzoeken, en te verstrekken informatie op verzoek, spontaan en automatisch worden geadresseerd aan:

In Netherland:

Belastingdienst, Central Liaison Office, Postbus 378, 7600 AJ Almelo, Nederland

In Italië:

Voor informatieuitwisseling op verzoek, spontaan en automatisch:

Revenue Agency

Directorate for Tax Assessment

International Division

Exchange of Information Office

Via Cristoforo Colombo 426 C/D

00145 Rome (Italy)

dc.acc.coopint@agenziaentrate.it

Voor informatieuitwisseling op verzoek en spontaan:

Guardia di Finanza Headquarters

II Department – Analysis and International Relations

Viale XXI Aprile, 51

00162 Rome (Italy)

IIreparto.teletrattamento@gdf.it

Artikel 2

Uitwisseling op verzoek

Informatie wordt verstrekt op verzoek overeenkomstig artikel 27 van het Verdrag en de Richtlijn. De Bevoegde Autoriteiten verstrekken de informatie op verzoek zo spoedig mogelijk.

De uitgewisselde informatie kan ook informatie bevatten van banken, andere financiële instellingen, gevolmachtigden of personen die optreden als vertegenwoordiger of trustee, of informatie die betrekking heeft op eigendomsbelangen in een persoon.

Artikel 3

Automatische inlichtingenuitwisseling

  • 1 Op basis van artikel 8 van de Richtlijn en artikel 27 van het Verdrag verstrekken de Deelnemers elkaar automatisch de beschikbare informatie aangaande natuurlijke en rechtspersonen, met betrekking tot:

    • a. onroerende zaken als bedoeld in artikel 8 (1)(e) van de Richtlijn en artikel 6, lid 2 van het Verdrag (OESO code 6);

      voor Nederland: eigendom en waarde van onroerende zaken;

      voor Italië: eigendom van en inkomsten uit onroerende zaken;

    • b. voor Italië: winst uit ondernemingen, als bedoeld in artikel 7 van het Verdrag (OESO code 7);

    • c. dividenden, als bedoeld in artikel 10 van het Verdrag (OESO code 10);

    • d. royalty’s, indien beschikbaar, als bedoeld in artikel 12 van het Verdrag (OESO code 12);

    • e. inkomsten uit zelfstandige arbeid of andere activiteiten met een dergelijk karakter, als gedefinieerd in artikel 14 van het Verdrag (OESO code 14);

    • f. inkomsten bestaande uit salarissen, lonen en andere soortgelijke beloningen, als bedoeld in artikel 8(1)(a) van de Richtlijn en de artikelen 15 en 19 van het Verdrag (OESO codes 15 and 19);

    • g. voor Nederland: directeursbeloningen en soortgelijke betalingen, als bedoeld in artikel 8(1)(b) van de Richtlijn en artikel 16 van het Verdrag (OESO code 16);

    • h. inkomsten van artiesten en sportbeoefenaars, als bedoeld in artikel 17 van het Verdrag (OESO code 17);

    • i. pensioenen en andere soortgelijke beloningen, als bedoeld in artikel 8(1)(d) van de Richtlijn en de artikelen 18 en 19 van het Verdrag (OESO codes 18 en 19);

    • j. voor Nederland: overige inkomsten, als bedoeld in artikel 22 van het Verdrag (OESO code 21);

    • k. levensverzekeringsproducten, indien beschikbaar, volgens artikel 8 (1)(c) van de Richtlijn.

  • 2 In overeenstemming met de relevante kalenderjaren zoals vermeld in de bijlagen 1a en 1b van dit Memorandum, verstrekken de Deelnemers de inlichtingen als bedoeld in lid 1 van dit artikel. De inlichtingen worden electronisch verstrekt, in het overeengekomen EU/OESO electronische format.

  • 3 Indien mocht blijken dat de verstrekte informatie onjuist of onvolledig is, maakt de ontvangende Autoriteit dit zo spoedig mogelijk bekend aan de andere Staat. Hetzelfde geldt voor technische problemen of moeilijkheden bij de omzetting van de verstrekte gegevens. De Deelnemers onderhouden over deze aangelegenheden direct contact met elkaar.

  • 4 De volgende gegevens worden toegezonden:

    Betreffende natuurlijke personen:

    • a) Naam (volledig, indien beschikbaar);

    • b) Geboortedatum;

    • c) Geboorteplaats, indien beschikbaar;

    • d) Adres in de woonstaat, indien beschikbaar;

    • e) Belasting Identificatie Nummer (TIN, in Nederland BSN) afgegeven in de woonstaat, indien beschikbaar, of BTW-registratienummer of persoonlijke identificatie code.

    Betreffende rechtspersonen:

    • a) Naam;

    • b) Zetel in de Staat van vestiging, en adres, indien beschikbaar;

    • c) Belasting Identificatie Nummer (TIN) afgegeven in de Staat van vestiging, indien beschikbaar, of BTW-registratienummer;

    Betreffende inkomsten:

    • a) Bedrag en valuta van de ontvangen inkomsten;

    • b) Het betrokken belastingjaar;

    • c) Vooruitbetaald bedrag ingehouden door de betaalagent (indien van toepassing).

Artikel 4

Spontane inlichtingenuitwisseling

De Deelnemers kunnen elkaar, zonder dat een voorafgaand verzoek nodig is, van informatie voorzien betreffende natuurlijke personen, rechtspersonen en elke andere groep van personen, die is verkregen bij de reguliere uitvoeringspraktijk.

Artikel 5

Andere categorieën

De Bevoegde Autoriteiten kunnen bij briefwisseling met elkaar overeenkomen andere dan de in artikel 3 genoemde categorieën automatisch of spontaan met elkaar uit te wisselen voor een bepaalde periode.

Artikel 6

Aanwezigheid van belastingambtenaren van de ene Staat op het grondgebied van de andere Staat

  • 1 Op basis van artikel 11 van de Richtlijn en artikel 27 van het Verdrag wordt in bijzondere gevallen een verzoek gedaan om belastingambtenaren van de ene Staat aanwezig te laten zijn tijdens een onderzoek op het grondgebied van de andere Staat. Het gaat hierbij met name om:

    • a) Gevallen waarin aanwijzingen bestaan voor grensoverschrijdende onregelmatigheden of het ontgaan van belasting;

    • b) Complexe gevallen die de aanwezigheid van de belastingambtenaren wenselijk maken;

    • c) Gevallen waarin termijnoverschrijding dreigt en waarin de aanwezigheid van de belastingambtenaren het onderzoek kan bespoedigen;

    • d) Onderzoeken in het kader van een overeengekomen bilateraal of multilateraal onderzoek.

  • 2 De Autoriteiten kunnen de aanwezigheid van belastingambtenaren van de ene Staat op het grondgebied van de andere Staat toestaan in andere gevallen dan die zijn genoemd in lid 1 van dit artikel.

  • 3 Inwilliging van een verzoek gebeurt in de veronderstelling dat de verzoekende Staat belastingambtenaren van de aangezochte Staat toelaat in vergelijkbare omstandigheden.

  • 4 Een verzoek tot aanwezigheid van belastingambtenaren wordt schriftelijk ingediend door de Autoriteit van de verzoekende Staat en maakt deel uit van een inlichtingenverzoek. In het verzoek wordt de wenselijkheid van de aanwezigheid van belastingambtenaren onderbouwd en wordt een korte omschrijving van de zaak gegeven. De Autoriteit van de aangezochte Staat neemt zo spoedig mogelijk, doch uiterlijk binnen twee maanden na ontvangst van het verzoek, een beslissing op het verzoek.

  • 5 Indien het verzoek is ingewilligd, bericht de Autoriteit van de aangezochte Staat zo spoedig mogelijk schriftelijk de Autoriteit van de verzoekende Staat over de tijd en plaats van het onderzoek en de ambtenaren die zijn aangewezen voor de uitvoering van het onderzoek.

  • 6 De bezoekende belastingambtenaren van de verzoekende Autoriteit, die aanwezig zijn tijdens administratieve onderzoeken, mogen individuen bevragen en documenten onderzoeken. De bezoekende ambtenaren komen de wetgeving en administratieve praktijk van de aangezochte Staat na.

  • 7 De bezoekende belastingambtenaren mogen alleen aanwezig zijn tijdens onderdelen van het onderzoek in de aangezochte Staat, die relevant zijn of zouden kunnen zijn voor het onderzoek in de verzoekende Staat.

  • 8 De bezoekende belastingambtenaren kunnen betreffende het onderzoek suggesties doen of vragen stellen aan de ambtenaren die in de aangezochte Staat zijn aangewezen het onderzoek uit te voeren. Beslissingen aangaande zulke suggesties en vragen worden genomen door de Autoriteit of belastingambtenaren van de aangezochte Staat.

  • 9 De door de verzoekende Staat aangewezen ambtenaren, die ingevolge het eerste lid aanwezig zijn in de andere Staat, moeten te allen tijde een schriftelijke machtiging kunnen overleggen, waaruit hun identiteit en hun officiële bevoegdheid blijkt.

  • 10 De tijdens het onderzoek verzamelde inlichtingen dienen te worden uitgewisseld door de ambtenaren van de bevoegde Italiaanse ‘Agenzia delle Entrate’ en ‘Guardia di Finanza’, en de Central Liaison Office van Nederland en andere bevoegde Nederlandse belastingambtenaren, op basis van de bepalingen betreffende inlichtingenuitwisseling van hoofdstuk II van de Richtlijn en artikel 27 van het Verdrag.

Artikel 7

Taal van de inlichtingenuitwisseling

De inlichtingenuitwisseling vindt plaats in het Engels of wordt vergezeld door een Engelse vertaling van de relevante informatie.

Artikel 8

Diverse bepalingen

  • 1 De door de Deelnemers ontvangen inlichtingen worden gebruikt en ontsloten volgens de bepalingen van de Richtlijn en het Verdrag, inzake bescherming van de vertrouwelijkheid en de beperkingen bij de inlichtingenuitwisseling. Ingeval de verstrekte informatie onjuist is dan wel niet had mogen worden verstuurd, wordt de desbetreffende Bevoegde Autoriteit daarover terstond geïnformeerd.

  • 2 De inlichtingenuitwisseling volgens dit Memorandum vindt uitsluitend plaats via de Autoriteiten of de bevoegde ambtenaren van beide Staten.

  • 3 Indien noodzakelijk plegen de Autoriteiten overleg over de wijze waarop de verplichtingen die dit Memorandum meebrengt, worden uitgevoerd.

Artikel 9

Inwerkingtreding. Wijzigingen. Beëindiging

  • 1 Dit Memorandum treedt in werking op de dag volgende op de laatste datum van ondertekening door de Directeur-generaal van het Directoraat Financiën van Italië en de plaatsvervangend Directeur-generaal Belastingdienst van Nederland.

  • 2 Dit Memorandum kan op elk moment worden gewijzigd door een schriftelijke overeenkomst tussen de Deelnemers.

  • 3 Dit Memorandum wordt aangegaan voor onbepaalde tijd. Het kan worden beëindigd door een schriftelijke kennisgeving door een van de Deelnemers en houdt zes maanden na ontvangst van deze kennisgeving op van kracht te zijn.

  • 4 Dit Memorandum wordt vijf jaar na de datum van inwerkingtreding geëvalueerd, tenzij nieuwe EU-wetgeving een eerdere evaluatie noodzakelijk maakt. Vragen met betrekking tot dit Memorandum kunnen echter te allen tijde op verzoek van een van de Bevoegde Autoriteiten in behandeling worden genomen.

Gedaan in tweevoud in de Italiaanse, Nederlandse en Engelse taal, alle teksten gelijkelijk authentiek. Ingeval van verschil in interpretatie, is de Engelse tekst van toepassing.

Den Haag, 21 augustus 2014

Voor het Directoraat-generaal Belastingdienst van Nederland

T. Poolen,

plaatsvervangend directeur-generaal

Rome, 9 juli 2014

Voor het Directoraat Financiën van de Republiek Italië

F. Lapecorella,

Directeur-generaal van Financiën