Wet versterking positie ouders kinderopvang en peuterspeelzalen

[Regeling materieel uitgewerkt per 01-01-2018.]
Geraadpleegd op 22-11-2024. Gebruikte datum 'geldig op' 01-01-2019.
Geldend van 01-01-2016 t/m heden

Wet van 4 mei 2015 tot wijziging van de Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen in verband met de aanpassing van het klachtrecht voor ouders, de wijziging van het adviesrecht van de oudercommissie en enkele andere aanpassingen (Wet versterking positie ouders kinderopvang en peuterspeelzalen)

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Allen die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:

Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het wenselijk is de positie van ouders die gebruik maken van een kindercentrum, gastouderbureau of peuterspeelzaal voor de opvang van hun kind te versterken door de houders van kindercentra, gastouderbureaus en peuterspeelzalen te verplichten om zowel een interne- als een externe klachtenbehandelingsprocedure in te stellen en door het adviesrecht van de oudercommissie te wijzigen alsmede enkele andere aanpassingen aan te brengen;

Zo is het dat Wij, de Afdeling advisering van de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:

Artikel II. Inwerkingtreding

De artikelen van deze wet treden in werking op een bij koninklijk besluit te bepalen tijdstip, dat voor de verschillende artikelen of onderdelen daarvan verschillend kan worden vastgesteld.

Artikel III. Citeertitel

Deze wet wordt aangehaald als: Wet versterking positie ouders kinderopvang en peuterspeelzalen.

Lasten en bevelen dat deze in het Staatsblad zal worden geplaatst en dat alle ministeries, autoriteiten, colleges en ambtenaren die zulks aangaat, aan de nauwkeurige uitvoering de hand zullen houden.

Gegeven te

Wassenaar, 4 mei 2015

Willem-Alexander

De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,

L.F. Asscher

Uitgegeven de vijftiende mei 2015

De Minister van Veiligheid en Justitie,

G.A. van der Steur