Besluit van den 14 November 1827, betrekkelijk het beheer van gelden en goederen van
zeelieden, die, ter koopvaardij uitvarende, op de reis komen te overlijden of vermist
raken
Wij WILLEM, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, Groot-Hertog
van Luxemburg, enz., enz., enz.
Gezien de rapporten Onzer Ministers van Binnenlandsche Zaken en van Justitie, alsmede
van het Amortisatie-Syndicaat, op een verzoek van het weldadig zeemans fonds te Amsterdam,
omtrent de gelden en goederen van zeelieden, die ter koopvaardij zijn uitgevaren,
en op de reis zijn overleden of vermist geraakt;
Den Raad van State gehoord;
Gezien het nader rapport van Onzen Minister van Justitie, van den 24 Augustus l.l.,
n°. 43;
Den Raad van State nader gehoord;