Wijzigingswet Wet op de Bedrijfsorganisatie

[Regeling materieel uitgewerkt per 21-03-2012.]
Geraadpleegd op 15-12-2024.
Geldend van 01-10-1992 t/m heden

Wet van 24 juni 1992, houdende wijziging van de Wet op de Bedrijfsorganisatie

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:

Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het wenselijk is de positie van de publiekrechtelijke bedrijfslichamen ten opzichte van de overheid te verzelfstandigen, alsmede in de Wet op de Bedrijfsorganisatie enkele andere wijzigingen aan te brengen waaraan behoefte gebleken is;

Zo is het, dat Wij, de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:

Artikel XV

  • 1 Alle ten tijde van de inwerkingtreding van deze wet bestaande wetten en algemene maatregelen van bestuur, waarbij een hoofdproduktschap, een produktschap, een hoofdbedrijfschap of een bedrijfschap is ingesteld, alsmede alle koninklijke besluiten, houdende een voorziening met betrekking tot de bestuurssamenstelling van deze lichamen, blijven van kracht tot het tijdstip waarop in hetgeen waarin zij voorzien, wordt voorzien door een verordening als bedoeld in artikel 67, eerste lid, respectievelijk een besluit als bedoeld in artikel 74, eerste lid, van de Sociaal-Economische Raad.

  • 2 Zij worden geacht te zijn ingetrokken met ingang van de dag, waarop een verordening respectievelijk een besluit als bedoeld in het eerste lid, in werking treedt.

Artikel XVI

  • 1 De vervanging van wetten en algemene maatregelen van bestuur door verordeningen als bedoeld in artikel 67, eerste lid, laat onverlet:

    • a. de rechtskracht van de door een hoofdprodukt-, een produkt-, een hoofdbedrijf- of een bedrijfschap, dan wel door een lichaam als bedoeld in artikel 110 vastgestelde verordeningen en overige besluiten;

    • b. de rechtskracht van de door deze lichamen opgelegde heffingsaanslagen;

    • c. de rechten en verplichtingen van de voorzitters, de bestuursleden, de secretarissen en het personeel in dienst van de lichamen;

    • d. de ministeriële besluiten krachtens welke aan die lichamen taken in medebewind gegeven zijn;

    • e. vorderingen, tegen of vanwege die lichamen;

    • f. de ontvankelijkheid van beroepen ingevolge de Wet administratieve rechtspraak bedrijfsorganisatie tegen door die lichamen genomen besluiten.

  • 2 De vervanging als in het eerste lid bedoelde, laat alle overige bestuursbetrekkingen van de daar genoemde lichamen onverlet.

Artikel XVII

Zolang op een wet of een algemene maatregel van bestuur als bedoeld in artikel XV onder A niet het onder B van dat artikel gestelde van toepassing is geworden is op het lichaam dat daarbij is ingesteld de Wet op de Bedrijfsorganisatie van toepassing zoals deze voor de inwerkingtreding van deze wet laatstelijk luidt.

Lasten en bevelen dat deze in het Staatsblad zal worden geplaatst en dat alle ministeries, autoriteiten, colleges en ambtenaren wie zulks aangaat, aan de nauwkeurige uitvoering de hand zullen houden.

Gegeven te 's-Gravenhage, 24 juni 1992

Beatrix

De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,

B. de Vries

De Minister van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij,

P. Bukman

De Minister van Economische Zaken,

J. E. Andriessen

Uitgegeven de dertiende augustus 1992

De Minister van Justitie,

E. M. H. Hirsch Ballin