Stb. 2011, 434, datum inwerkingtreding 12-10-2011, bevat een wijziging met terugwerkende
kracht van dit artikel. Deze wijziging werkt terug tot en met 01-10-2011.
1 Voor de toepassing van het bepaalde bij en krachtens de wet worden, onverminderd artikel 5 en artikel 7a, de leerlingen op een school meegeteld die:
-
a. op de teldatum op die school als werkelijk schoolgaand staan ingeschreven, of
-
b. in bij ministeriële regeling te bepalen gevallen tijdelijk buiten de school waar zij
staan ingeschreven zijn geplaatst.
2 Het eerste lid is niet van toepassing op leerlingen die vanaf het begin van het schooljaar
tot de teldatum meer dan de helft van het aantal schooldagen zonder geldige reden
hebben verzuimd.
3 Voor de toepassing van het tweede lid wordt ten aanzien van de leerplichtige leerling
als geldige reden aangemerkt een vrijstelling van geregeld schoolbezoek als bedoeld
in de Leerplichtwet 1969. Ten aanzien van de niet-leerplichtige leerling worden als
geldige reden aangemerkt dezelfde gronden als die welke leiden tot een vrijstelling
van geregeld schoolbezoek als bedoeld in de eerste volzin.
4 Indien de teldatum valt op een dag waarop geen onderwijs wordt gegeven, worden op
de eerstvolgende schooldag de leerlingen geteld, die op de teldatum als werkelijk
schoolgaand stonden ingeschreven.
5 Een leerling kan slechts op één school voor de bekostiging meetellen.
Stb. 2011, 434, datum inwerkingtreding 12-10-2011, bevat een wijziging met terugwerkende
kracht van dit artikel. Deze wijziging werkt terug tot en met 01-10-2011.
1 Voor de toepassing van het bepaalde bij en krachtens de wet worden, onverminderd artikel 5 en artikel 7a, de leerlingen op een school meegeteld die:
-
a. op de teldatum op die school als werkelijk schoolgaand staan ingeschreven, of
-
b. in bij ministeriële regeling te bepalen gevallen tijdelijk buiten de school waar zij
staan ingeschreven zijn geplaatst.
2 Het eerste lid is niet van toepassing op leerlingen die vanaf het begin van het schooljaar
tot de teldatum meer dan de helft van het aantal schooldagen zonder geldige reden
hebben verzuimd.
3 Voor de toepassing van het tweede lid wordt ten aanzien van de leerplichtige leerling
als geldige reden aangemerkt een vrijstelling van geregeld schoolbezoek als bedoeld
in de Leerplichtwet 1969. Ten aanzien van de niet-leerplichtige leerling worden als
geldige reden aangemerkt dezelfde gronden als die welke leiden tot een vrijstelling
van geregeld schoolbezoek als bedoeld in de eerste volzin.
4 Indien de teldatum valt op een dag waarop geen onderwijs wordt gegeven, worden op
de eerstvolgende schooldag de leerlingen geteld, die op de teldatum als werkelijk
schoolgaand stonden ingeschreven.
5 Een leerling kan slechts op één school voor de bekostiging meetellen.