Afkoopregeling

[Regeling vervallen per 01-01-2007.]
Geraadpleegd op 18-11-2024. Gebruikte datum 'geldig op' 09-07-1999.
Geldend van 09-07-1999 t/m 31-12-2005

Afkoopregeling

De Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid

Gelet op artikel 32, vierde lid, van de Pensioen- en spaarfondsenwet:

Gehoord de Verzekeringskamer:

Besluit:

Artikel 1

[Regeling vervallen per 01-01-2007]

In deze regeling wordt verstaan onder:

  • a. wet: de Pensioen- en spaarfondsenwet;

  • b. pensioenfonds: een pensioenfonds in de zin van de wet;

  • c. verzekeringsovereenkomst: een verzekeringsovereenkomst als bedoeld in artikel 2, vierde lid, van de wet.

Artikel 2

[Regeling vervallen per 01-01-2007]

Voor zover op een toezegging omtrent pensioen aan een persoon, die voldoet of heeft voldaan aan het bepaalde in artikel 2, derde lid, onderdeel c, van de wet, en het eerste lid van dat artikel niet van toepassing is, zijn voor pensioen of aanspraken op pensioen voortvloeiende uit die toezegging, de artikelen 15 en 16 van de Regelen verzekering overeenkomsten Pensioen- en spaarfondsenwet van overeenkomstige toepassing.

Artikel 3

[Regeling vervallen per 01-01-2007]

Mits het pensioenfonds of de verzekeraar daarmee instemt kan, in het kader van een verrekening van pensioenrechten bij echtscheiding respectievelijk scheiding van tafel en bed pensioen of aanspraak op pensioen op verzoek van een rechthebbende met instemming van diens gewezen echtgenoot respectievelijk diens echtgenoot worden afgekocht indien de afkoopsom bij dezelfde instelling wordt aangewend ter verwerving van eenzelfde of een ander soort pensioen ten behoeve van diens gewezen echtgenoot respectievelijk diens echtgenoot.

Artikel 4

[Regeling vervallen per 01-01-2007]

  • 1 Voor zover op een toezegging omtrent pensioen aan een persoon, die voldoet of heeft voldaan aan artikel 2, derde lid, onderdeel c. van de wet, het eerste lid van dat artikel niet van toepassing is of zou behoeven te zijn, indien die persoon een verklaring zou hebben afgelegd als bedoeld in het derde lid, onderdeel c. 2e, van dat artikel kan pensioen of een aanspraak op pensioen, voortvloeiend uit die toezegging, met instemming van de rechthebbende, worden afgekocht indien aan de volgende voorwaarden is voldaan;

    • a. de afkoop strekt ertoe het de rechthebbende mogelijk te maken om onder aanwending van de afkoopsom bij de in de Regeling van voorwaarden voor pensioentoezeggingen aan direct en indirect grootaandeelhouders, artikel 2, eerste lid , onder a, b en c omschreven rechtspersonen, pensioen of aanspraken op pensioen te verwerven;

    • b. de afkoopsom wordt rechtstreeks overgedragen;

    • c. aan de voorwaarden gesteld in het in onderdeel a, genoemde regeling, wordt eveneens na overdracht van de afkoopsom voldaan.

  • 2 Voor zover ingevolge een verleende ontheffing op grond van artikel 29 van de wet artikel 2, eerste lid, daarvan niet van toepassing is op een toezegging omtrent pensioen aan een persoon, wiens positie slechts verschilt van die van de persoon bedoeld in artikel 2, derde lid, letter c, van de wet in dier voege dat hij indirect door tussenkomst van een administratiekantoor, dat certificaten van aandelen uitgeeft en waarvan hij bestuurder is houder is van aandelen, kunnen pensioen of aanspraken op pensioen voortvloeiend uit die toezegging, met instemming van de rechthebbende, worden afgekocht indien aan voorwaarden genoemd in het vorige lid onder a, b en c is voldaan.

Artikel 4a

[Regeling vervallen per 01-01-2007]

Indien sprake is van een afkoop als omschreven in artikel 4 kan het deel van de aanspraak op het pensioen dat op het tijdstip onmiddellijk voorafgaand aan het tijdstip van de afkoop uitgaat boven de begrenzingen, bedoeld in artikel 10c van het Uitvoeringsbesluit loonbelasting 1965, worden afgekocht en de afkoopsom aan de rechthebbende ter hand worden gesteld.

Artikel 5

[Regeling vervallen per 01-01-2007]

  • 1 In de statuten en reglementen van een pensioenfonds kan worden bepaald dat bij beëindiging van de deelneming anders dan door overlijden of het bereiken van de pensioengerechtigde leeftijd afkoop van premievrije pensioenaanspraken onder terhandstelling van de afkoopsom aan de gewezen deelnemer op diens verzoek mogelijk is, indien hij korter dan een jaar aan de regeling inzake ouderdomspensioen van dat fonds heeft deelgenomen, tenzij hij pensioenaanspraken heeft ingebracht. De afkoopsom bedraagt tenminste een bedrag gelijk aan de door de gewezen deelnemer betaalde bijdragen voor ouderdomspensioen. De statuten en reglementen van het fonds kunnen in plaats van het tijdstip van beëindiging van de deelneming een later tijdstip voor uitbetaling van de afkoopsom noemen, doch niet later dan twee jaar na het eindigen van de deelneming, noch later dan het tijdstip waarop de pensioengerechtigde leeftijd wordt bereikt.

  • 2 In de verzekeringsovereenkomsten kan een beding opgenomen worden ingevolge hetwelk bij het ophouden aan de onderneming verbonden te zijn op verzoek van de verzekerde afkoop van premievrije pensioenaanspraken onder terhandstelling van de afkoopsom aan de verzekeringnemer mogelijk is, indien de verzekerde binnen een jaar na ingang van de verzekering van ouderdomspensioen anders dan door overlijden of het bereiken van de pensioengerechtigde leeftijd ophoudt aan de onderneming verbonden te zijn, tenzij hij pensioenaanspraken heeft ingebracht. Het bepaalde in de vorige volzin doet geen afbreuk aan het recht van de verzekerde jegens de verzekeringsnemer op een uitkering gelijk aan de door hem betaalde bijdragen voor ouderdomspensioen.

  • 3 In die gevallen dat een toezegging omtrent pensioen wordt gedaan en artikel 2, eerste lid, van de wet niet van toepassing is, kunnen bij het ophouden aan de onderneming verbonden te zijn op verzoek van de persoon aan wie de pensioentoezegging is gedaan de premievrije pensioen-aanspraken worden afgekocht onder terhandstelling van de afkoopsom aan deze persoon, indien hij binnen een jaar na ingang van de verzekering van ouderdomspensioen anders dan door overlijden of het bereiken van de pensioengerechtigde leeftijd ophoudt aan de onderneming verbonden te zijn, tenzij hij pensioenaanspraken heeft ingebracht. De vorige volzin doet geen afbreuk aan het recht van de persoon aan wie de pensioentoezegging is gedaan op een uitkering gelijk aan de door hem betaalde bijdragen voor ouderdomspensioen.

Artikel 6

[Regeling vervallen per 01-01-2007]

  • 1 In die gevallen dat een toezegging omtrent pensioen wordt gedaan aan een persoon, die voldoet aan artikel 2, derde lid, onderdeel c, van de wet, en het eerste lid van dat artikel niet van toepassing is, is artikel 32, vijfde lid, van de wet, van overeenkomstige toepassing.

  • 2 Bij afkoop van het ouderdomspensioen ingevolge artikel 32, vijfde lid van de wet en bij afkoop ingevolge het eerste lid van dit artikel, heeft zowel de instelling jegens wie de aanspraak op pensioen bestaat zonder toestemming van de rechthebbende, als de rechthebbende zonder toestemming van de instelling jegens wie de aanspraak op pensioen bestaat, het recht tot afkoop van de bij het ouderdomspensioen behorende aanspraak op weduwen-, weduwnaars-, partner- of wezenpensioen onder terhandstelling van de afkoopsom aan de rechthebbende.

Artikel 6a

[Regeling vervallen per 01-01-2007]

Een pensioenfonds of een verzekeraar is bevoegd het deel van de aanspraak op het pensioen dat op het tijdstip onmiddellijk voorafgaand aan het tijdstip van ingang van het pensioen uitgaat boven de begrenzingen bedoeld in de artikelen 18a, zevende lid, artikel 18b, zevende lid, 18c, vijfde lid, 18d, 18e, 18f en 38a van de Wet op de loonbelasting 1964, af te kopen en de afkoopsom aan de rechthebbende ter hand te stellen.

Artikel 6b

[Regeling vervallen per 01-01-2007]

Een pensioenfonds of een verzekeraar is bevoegd het deel van de aanspraak op het pensioen dat op het tijdstip onmiddellijk voorafgaande aan het tijdstip waarop de deelnemer of verzekerde ophoudt binnenlands belastingplichtige te zijn uitgaat boven de begrenzingen bedoeld in de artikelen 18a, zevende lid, artikel 18b, zevende lid, 18c, vijfde lid, 18d, 18e, 18f en 38a van de Wet op de loonbelasting 1964, af te kopen en de afkoopsom aan de rechthebbende ter hand te stellen.

Artikel 7

[Regeling vervallen per 01-01-2007]

Met inachtneming van de volgende voorwaarden is bij afkoop van pensioen of aanspraken op pensioen Het besluit betreffende de aanwijzing van gevallen waarin afkoop van pensioen of een aanspraak op pensioen mogelijk is , zoals dit luidde op 4 februari 1994 van toepassing:

  • a. het verzoek tot afkoop is ingediend voor 5 februari 1994;

  • b. de berekening van de afkoopsom is gemaakt voor 5 februari 1994;

  • c. het onder a en b genoemde is met schriftelijke middelen aantoonbaar;

  • d. op 5 februari 1994 kunnen de instelling jegens wie de aanspraak op pensioen bestaat en de rechthebbende redelijkerwijs niet meer afzien van de overeenkomst tot afkoop;

Artikel 8

[Regeling vervallen per 01-01-2007]

Een pensioenfonds is bevoegd pensioen of aanspraken op pensioen op verzoek van de rechthebbende af te kopen en hem de afkoopsom ter hand te stellen indien aan de volgende voor-waarden is voldaan:

  • a. de statuten en reglementen van het pensioenfonds maken het mogelijk dat het pensioenfonds pensioen of aanspraken op pensioen kan afkopen ingeval de rechthebbende aannemelijk heeft gemaakt binnenkort te zullen emigreren;

  • b. de rechthebbende heeft voor de inwerkingtreding van dit besluit verzocht om afkoop van zijn pensioen en aannemelijk gemaakt binnenkort te zullen emigreren;

  • c. het verzoek tot afkoop is ingediend bij de beëindiging van de deelname van de rechthebbende aan het pensioenfonds of op een later tijdstip;

  • d. de berekening van de afkoopsom is gemaakt voor de datum van inwerkingtreding van dit besluit;

  • e. met de pensioenbelangen van de echtgenoot of gewezen echtgenoot wordt op redelijke wijze rekening gehouden.

Artikel 9

[Regeling vervallen per 01-01-2007]

Deze regeling treedt in werking de dag na publikatie in de Staatscourant doch niet eerder dan met ingang van de dag waarop de wet tot wijziging van de Pensioen en spaarfondsenwet en enige andere wetten (wettelijk recht op waarde-overdracht en enige andere maatregelen op het aanvullend pensioenterrein) in werking treedt. De regeling Aanwijzing van gevallen waarin afkoop van pensioen of een aanspraak op pensioen mogelijk is van 16 juli 1987 komt te vervallen.

Artikel 10

[Regeling vervallen per 01-01-2007]

Deze regeling wordt aangehaald als: Afkoopregeling.

's-Gravenhage, 15 juli 1994

De

Staatssecretaris

voornoemd,

J. Wallage