Wet van 2 november 1994, houdende wijziging van de Wet op het hoger onderwijs en wetenschappelijk
onderzoek en enkele andere wetten, houdende verbeteringen en aanvullingen van overwegend
technische aard
Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau,
enz. enz. enz.
Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:
Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het wenselijk is een aantal wijzigingen
van overwegend technische aard aan te brengen in de Wet op het hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek en in enige andere wetten, waarbij in een aantal wetten krachtens welke voor de uitoefening
van bepaalde functies het bezit van de titel meester is vereist, de mogelijkheid wordt
geopend bij algemene maatregel van bestuur nadere eisen te stellen aan de kwalificaties
van dragers van die titel;
Zo is het, dat Wij, de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal,
hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze: