Regeling inkoop dienstverlening Arbeidsvoorziening door gemeenten 1996

[Regeling vervallen per 22-09-2004.]
Geraadpleegd op 10-11-2024. Gebruikte datum 'geldig op' 01-01-1996.
Geldend van 01-01-1996 t/m 21-09-2004

Regeling inkoop dienstverlening Arbeidsvoorzieningsorganisatie door gemeenten 1996

De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,

Besluit:

§ 1. Begripsbepalingen

[Regeling vervallen per 22-09-2004]

Artikel 1

[Regeling vervallen per 22-09-2004]

  • 1 In deze regeling wordt verstaan onder:

    a. de Minister:

    de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid;

    b. de Arbeidsvoorzieningsorganisatie:

    de Arbeidsvoorzienings-organisatie bedoeld in de Arbeidsvoorzieningswet;

    c. uitkeringsgerechtigde:

    de persoon, die een uitkering ontvangt op grond van de Algemene bijstandswet (Abw), de Wet Inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werknemers (Ioaw) of de Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte zelfstandigen (Ioaz) dan wel een combinatie van deze regelingen;

    d. moeilijk plaatsbare uitkeringsgerechtigde:

    de uitkeringsgerechtigde, die

    • 1 jaar of langer een uitkering ontvangt op grond van de onder c genoemde wetten; of

    • 1 jaar of langer als werkloos werkzoekend is ingeschreven bij de Arbeidsvoorzieningsorganisatie.

  • 2 Voor de toepassing van het eerste lid, onderdeel d, 2°, worden:

    • a. dagen waarop de periode van inschrijving is onderbroken door het verrichten van arbeid of door een dienstverband beschouwd als dagen van inschrijving, mits het aantal dagen of gewerkte uren per jaar in totaal niet meer dan 50 respectievelijk 400 bedraagt; de voor de werkloos werkzoekende meest gunstige regeling prevaleert;

    • b. dagen waarop de periode van inschrijving is onderbroken door het ondergaan van hechtenis of gevangenisstraf beschouwd als dagen van inschrijving;

    • c. bij een onderbreking van de periode van inschrijving door het vervullen van de militaire dienstplicht of in de plaats daarvan vervangende dienst de perioden gelegen voor en na de onderbreking samengeteld als waren zij een ononderbroken periode;

    • d. dagen waarop een persoon na toestemming van de Arbeidsvoorzienings-organisatie, de bedrijfsvereniging of de gemeente onbetaalde arbeid verricht als vrijwilliger, dan wel een cursus, opleiding of scholing volgt, beschouwd als dagen van inschrijving.

Artikel 2

[Regeling vervallen per 22-09-2004]

Met een moeilijk plaatsbare uitkeringsgerechtigde kan worden gelijkgesteld een uitkeringsgerechtigde, die naar het gezamenlijk oordeel van burgemeester en wethouders en de Arbeidsvoorzieningsorganisatie in een vergelijkbare arbeidsmarktpositie verkeert.

§ 2. De bijdrage aan de gemeenten

[Regeling vervallen per 22-09-2004]

Artikel 3

[Regeling vervallen per 22-09-2004]

  • 1 De Minister verleent aan een in bijlage 1 bij deze regeling genoemde gemeente een bijdrage in de vergoedingen, waartoe het gemeentebestuur zich in het kalenderjaar 1996 bij de uitvoering van artikel 111, eerste lid, van de Abw en de artikelen 34, tweede lid, van de Ioaw en de Ioaz jegens de Arbeidsvoorzieningsorganisatie in een schriftelijke overeenkomst heeft verplicht, voor door deze organisatie verleende diensten gericht op het geschikt maken voor inschakeling in de arbeid, in het bijzonder door scholing, en voor bijzondere inspanningen voor de arbeidsbemiddeling, van moeilijk plaatsbare uitkeringsgerechtigden.

  • 2 Burgemeester en wethouders doen vóór 1 juni 1996 opgave van het bedrag waarvoor de in het eerste lid bedoelde diensten zijn overeengekomen met de Arbeidsvoorzieningsorganisatie. Deze opgave wordt ingericht volgens het bij deze regeling behorende model.

  • 3 Voor het kalenderjaar 1996 is het beschikbare bedrag 35 miljoen gulden. De maximale bijdrage per gemeente wordt op basis van dat bedrag vastgesteld naar evenredigheid van de aantallen uitkeringsgerechtigden op 30 juni 1995 in de in bijlage 1 bij deze regeling genoemde gemeenten.

  • 4 De bijdrage aan de gemeente is gelijk aan het in het tweede lid bedoelde bedrag, voor zover het in het derde lid bedoelde maximum niet wordt overschreden.

Artikel 4

[Regeling vervallen per 22-09-2004]

Indien uit de opgave, bedoeld in artikel 3, tweede lid, blijkt dat het bedrag, genoemd in artikel 3, derde lid, niet is voltekend, kan de Minister aan een in bijlage 1 bij deze regeling genoemde gemeente, een aanvullende bijdrage verlenen.

Artikel 5

[Regeling vervallen per 22-09-2004]

  • 1 De Minister stelt de bijdrage vast binnen een jaar na ontvangst van de jaaropgave bedoeld in artikel 9, eerste lid.

  • 2 Indien de jaaropgave niet is ontvangen binnen 18 maanden na het kalenderjaar 1996, dan wel niet is voorzien van de verklaring, kan de Minister de bijdrage ambtshalve vaststellen.

§ 3. Bevoorschotting

[Regeling vervallen per 22-09-2004]

Artikel 6

[Regeling vervallen per 22-09-2004]

  • 1 De Minister betaalt aan de in bijlage 1 genoemde gemeenten op of omstreeks de vijftiende van de maand februari 1996 een voorschot van 80% van de maximale bijdrage, bedoeld in artikel 3, derde lid;

  • 2 De Minister verleent op of omstreeks de vijftiende van de maand september 1996 een voorschot tot ten hoogste 100% van het bedrag, dat is vastgesteld op grond van de artikelen 3, vierde lid, en 4.

§ 4. Administratieve verplichtingen

[Regeling vervallen per 22-09-2004]

Artikel 7

[Regeling vervallen per 22-09-2004]

Burgemeester en wethouders dragen zorg dat de administratie voor de uitvoering van deze regeling zodanig wordt ingericht, dat alle van belang zijnde vastleggingen en bewijsstukken ten behoeve van het besluitvorming-, uitvoerings-, controle - en verantwoordingsproces zichtbaar en controleerbaar zijn vastgelegd.

Artikel 8

[Regeling vervallen per 22-09-2004]

  • 1 Het toezicht op de uitvoering van deze regeling berust bij de Minister.

  • 2 Burgemeester en wethouders verstrekken desgevraagd aan de Minister kosteloos alle inlichtingen, die hij voor de uitvoering en de beleidsvorming met betrekking tot deze regeling nodig heeft en verlenen hem inzage in de administratie.

Artikel 9

[Regeling vervallen per 22-09-2004]

  • 1 Burgemeester en wethouders doen voor 20 september 1997 aan de Minister opgave van de met de Arbeidsvoorzieningsorganisatie over het kalenderjaar 1996 gesloten overeenkomsten en daaruit voortvloeiende uitgaven. Deze jaaropgave is ingericht overeenkomstig het bij deze regeling behorende model en wordt voorzien van een verklaring van een deskundige, belast met de in artikel 213 van de Gemeentewet voorgeschreven controle omtrent de juistheid van gegevens.

  • 2 De verklaring, bedoeld in het eerste lid, wordt gebaseerd op een controle die is uitgevoerd overeenkomstig het in de bijlage opgenomen controle- en rapportageprotocol.

§ 5. Intrekking van de toekenning en terugvordering

[Regeling vervallen per 22-09-2004]

Artikel 10

[Regeling vervallen per 22-09-2004]

De Minister kan de toekenning van een bijdrage geheel of gedeeltelijk intrekken en een reeds uitbetaalde bijdrage of voorschot terugvorderen, indien:

  • a. de bijdrage niet is besteed voor de vergoedingen, bedoeld in artikel 3, eerste lid;

  • b. niet is voldaan aan het bepaalde in artikel 9;

  • c. de gemeente onjuiste of onvolledige gegevens heeft verstrekt.

Deze regeling zal met de toelichting en de bijlagen in de Staatscourant worden geplaatst.

’s-Gravenhage, 5 december 1995

De

Minister

voornoemd,

A.P.W. Melkert

Bijlage 1. , behorend bij artikel 3

[Regeling vervallen per 22-09-2004]

Naam gemeente

Aantal personen met

uitkering ABW, Rww,

IOAW, IOAZ 1

Aandeel in populatie

doelgroep

Vergoeding

(x 1000 gld)

1

Amsterdam

64.580

24,56%

8.596

2

Rotterdam

51.238

19,49%

6.821

3

Den Haag

27.978

10,64%

3.724

4

Utrecht

15.377

5,85%

2.047

5

Almelo

3.949

1,50%

525

6

Arnhem

10.329

3,93%

1.375

7

Breda

6.372

2,42%

847

8

Deventer

2.878

1,09%

382

9

Eindhoven

9.722

3,70%

1.295

10

Enschede

7.972

3,03%

1.061

11

Groningen

14.840

5,64%

1.974

12

Helmond

3.659

1,39%

487

13

Hengelo (O)

2.781

1,06%

374

14

's-Hertogenbosch

5.111

1,94%

679

15

Leeuwarden

5.853

2,23%

781

16

Maastricht

5.951

2,26%

791

17

Nijmegen

11.915

4,53%

1.585

18

Tilburg

8.733

3,32%

1.162

19

Zwolle

3.696

1,41%

494

Totaal

 

262.934

100%

35.000

  1. personen < 65 jaar met uitkering per ultimo 2e kwartaal 1995, bron: kwartaaldeclaraties SZW ^ [1]