Besluit van 4 juni 1996, houdende wijziging en afwijking van enkele formatie- en bekostigingsbesluiten
in verband met het aanscherpen van de voorwaarden voor toekenning van herbezetting
in verband met uitbreiding van arbeidsduurverkorting en toepassing van de regeling
bevordering arbeidsparticipatie ouderen
Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau,
enz. enz. enz.
Op de voordracht van Onze Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen van 17
april 1996, nr. 96009579/3700, directie Wetgeving en Juridische Zaken, gedaan mede
namens Onze Minister van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij;
Gelet op artikel 96a, eerste en tweede lid, van de Wet op het basisonderwijs, artikel
93a, eerste en tweede lid, van de Interimwet op het speciaal onderwijs en het voortgezet
speciaal onderwijs, de artikelen 84 en 85a van de Wet op het voortgezet onderwijs, artikel 69 van de Wet op de onderwijsverzorging en artikel 12.1.2 , tweede lid, juncto de artikelen 12.3.36, 12.3.38 en 12.3.39 van de Wet educatie en beroepsonderwijs;
De Raad van State gehoord (advies van 22 mei 1996, nr. W05.96.0166);
Gezien het nader rapport van Onze Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen
van 3 juni 1996, nr. 96014182/3700, directie Wetgeving en Juridische Zaken, uitgebracht
mede namens Onze Minister van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij;
Hebben goedgevonden en verstaan: