4. EISEN TEN BEHOEVE VAN DE AANWIJZING
[Regeling vervallen per 19-07-2016]
4.5. Specifieke invulling beoordeling producten (drukapparatuur)
[Regeling vervallen per 19-07-2016]
Ten aanzien van de beoordeling van producten (drukapparatuur) conform NEN-EN-ISO/IEC
17020:2004 gelden de volgende criteria ten aanzien van de paragrafen 4.2, 6, 7, 8,
9, 10 en 13 uit deze norm als nadere invulling. Eisen die in het hiernavolgende gesteld
worden aan personeel gelden voor zowel eigen personeel als voor ingehuurd extern personeel.
Paragraaf 4.2 van NEN-EN-ISO/IEC 17020:2004: Onafhankelijkheid
De CKI moet onafhankelijk zijn in de mate die vereist is met het oog op de voorwaarden
waaronder ze haar diensten verstrekt.
Afhankelijk van deze voorwaarde dient ze te voldoen aan de minimumcriteria bepaald
in een van de normatieve typen: Type A of B.
CKI van type A (AAKI, AKI):
De CKI die als ‘derde partij’ diensten verstrekt, moet voldoen aan de volgende criteria
(normatief):
A.1
De CKI moet onafhankelijk zijn ten opzichte van de betrokken partijen. De CKI, en
haar personeel dat verantwoordelijk is voor de keuring, mogen niet de ontwerper, vervaardiger,
leverancier, installateur, inkoper, eigenaar, gebruiker of onderhoudsuitvoerder zijn
van de objecten die ze keuren, noch de gemachtigde vertegenwoordiger van een of meer
van deze partijen.
A.2
De CKI en haar personeel mogen zich niet inlaten met activiteiten die tegenstrijdig
kunnen zijn met de onafhankelijkheid van hun oordeel en hun integriteit met betrekking
tot hun keuringsactiviteiten. In het bijzonder mogen ze niet rechtstreeks betrokken
zijn bij het ontwerp, de vervaardiging, levering, installatie, het gebruik of onderhoud
van de gekeurde objecten, of van gelijksoortige objecten die ermee concurreren.
A.3
Alle geïnteresseerde partijen moeten gebruik kunnen maken van de diensten van de CKI.
Er mogen geen buitensporige financiële of andere voorwaarden worden gesteld. De procedures
volgens welke de CKI werkt, moeten op een niet-discriminerende wijze worden toegepast.
4.2.2 CKI van type B (AKVG, KVG)
De CKI die een afzonderlijk en identificeerbaar deel vormt van een organisatie die
betrokken is bij het ontwerp, de fabricage, de levering, de installatie, het gebruik
of het onderhoud van de objecten die door de CKI worden gekeurd, en die is opgericht
om keuringsdiensten te verstrekken aan haar moederorganisatie, moet voldoen aan de
volgende criteria (normatief):
B.1
Er moet een duidelijke scheiding tot stand worden gebracht tussen de verantwoordelijkheden
van het keuringspersoneel en die van het personeel dat in andere functies is te werkgesteld,
door identificatie van de CKI binnen de organisatie en doorvastlegging van de wijzen
waarop zij verslag uitbrengt binnen de moederorganisatie.
B.2
De CKI en haar personeel mogen zich niet inlaten met activiteiten die in conflict
kunnen zijn met de onafhankelijkheid van hun oordeel en hun integriteit met betrekking
tot hun keuringsactiviteiten. In het bijzonder mogen ze niet rechtstreeks betrokken
zijn bij het ontwerp, de vervaardiging, levering, installatie, het gebruik of onderhoud
van de gekeurde objecten, of van gelijksoortige objecten die ermee concurreren.
B.3
Keuringsdiensten mogen uitsluitend worden verstrekt aan de organisatie waarvan de
CKI deel uitmaakt.
Paragrafen 6, 7 en 8 van NEN-EN-ISO/IEC 17020: 2004: Organisatie en Personeel
Binnen de CKI zijn functies onderscheiden waaraan specifieke vakbekwaamheidseisen
worden gesteld. De CKI moet zijn personeel voor die te onderscheiden functies aantoonbaar
kwalificeren. Uit de beschrijving van de organisatie moet blijken dat de betrokken
medewerkers bij de uitoefening van hun taken beschermd worden tegen het optreden van
strijdige belangen.
In aanvulling op NEN-EN-ISO/IEC 17020:2004, par. 6 met betrekking tot organisatie
en management en par. 8 met betrekking tot personeel, is van toepassing hetgeen bij
de desbetreffende functieomschrijvingen is aangegeven in de bijlagen 1 en 2 van dit
schema.
Organisatieschema:
In of bij het organisatieschema dienen de namen van de beschreven functionarissen
en de namen van hun plaatsvervangers te worden aangegeven.
Het staat de CKI vrij aan deze functionarissen andere functiebenamingen toe te kennen
mits eenduidig een relatie wordt gegeven met de beschreven functiebenamingen.
Taken, verantwoordelijkheden en bevoegdheden:
In de vastgelegde procedures die de CKI hanteert moeten de verantwoordelijkheden en
bevoegdheden worden aangegeven voor de in de procedures beschreven taken.
Interne audits:
In de vastgelegde procedures moet voorzien zijn in een systeem van jaarlijkse interne
audits, welke er in resulteren dat in een periode van 3 jaar het volledige systeem
is geaudit, waarbij het managementreview en de klachtenafhandeling jaarlijks worden
beoordeeld.
Personeel:
In vastgelegde procedures wordt de competentie van de persoon (in de praktijk geconstateerde
kennis) vastgesteld.
Paragraaf 9 van NEN-EN-ISO/IEC 17020: 2004: Faciliteiten voor metingen en beproevingen
Voor de uitvoering van onderzoeken en beproevingen in het kader van het werkveld moet
de CKI beschikken over adequate faciliteiten. NEN-EN-ISO/IEC 17020:2004, par. 9 is
van toepassing op de voorzieningen en uitrusting. De faciliteiten die beschikbaar
moeten zijn, volgen uit de proefnemingen en metingen die voor de te onderzoeken drukapparatuur
zijn voorgeschreven, of gebruikelijk zijn. In de regel geven de in paragraaf 4.24
van het schema voor beoordeling van drukapparatuur de bedoelde normen en technische
maatstaven daarover de benodigde informatie. De uitrusting voor de beproevingen dient
in beginsel te voldoen aan NEN-EN-ISO/IEC 17025: 2005. Indien de CKI gebruik maakt
van voorzieningen en uitrusting van derden, dan dient de CKI een gedocumenteerde werkwijze
te hanteren welke borgt dat de gebruikte voorzieningen en uitrustingen geschikt en
toereikend zijn, waaronder een geldige kalibratie.
Paragraaf 10 van NEN-EN-ISO/IEC 17020: 2004: Keuringsmethoden en -rocedures
De CKI moet gebruik maken van de relevante keuringsmethoden en -procedures zoals beschreven
in hoofdstuk 4 van het schema voor beoordeling van drukapparatuur.
Paragraaf 13 van NEN-EN-ISO/IEC 17020: 2004: Inspectierapportages en verklaringen
De CKI moet inspectierapportages en verklaringen opstellen. In de hoofdstukken 4 en
9 van het schema voor beoordeling van drukapparatuur wordt dit nader uitgewerkt.
4.6. Specifieke invulling beoordeling systemen (drukapparatuur)
[Regeling vervallen per 19-07-2016]
Ten aanzien van systeemcertificatie conform NEN-EN-ISO/IEC 17021: 2011 gelden de volgende
criteria ten aanzien van de paragrafen 7.1, 7.2, 8.2, 8.4, 8.6.2, 9.2, 9.3.1 en 9.6
als nadere invulling en aanvulling op deze norm. Eisen die in het hiernavolgende gesteld
worden aan personeel gelden voor zowel eigen personeel als voor ingehuurd extern personeel.
Paragrafen 7.1 en 7.2 van NEN-EN-ISO/IEC 17021: 2011: Personeel
Binnen de CKI zijn functies te onderscheiden waaraan specifieke vakbekwaamheidseisen
moeten worden gesteld. De CKI moet zijn personeel voor die te onderscheiden functies
aantoonbaar kwalificeren. Uit de beschrijving van de organisatie moet blijken dat
de betrokken medewerkers bij de uitoefening van hun taken beschermd worden tegen het
optreden van strijdige belangen.
In aanvulling op NEN-EN-ISO/IEC 17021: 2011, par. 7.1 en 7.2 betrekking tot personeel,
is van toepassing hetgeen bij de desbetreffende functieomschrijvingen is aangegeven
in bijlagen 1 en 2.
Taken, verantwoordelijkheden en bevoegdheden:
In de vastgelegde procedures die de CKI hanteert moeten de verantwoordelijkheden en
bevoegdheden worden aangegeven voor de in de procedures beschreven taken.
Paragraaf 8.2 van NEN-EN-ISO/IEC 17021: 2011: Certificatie documenten
Op het certificaat moeten ook staan het KvK-nummer en het kenmerk van de aanwijzingsbeschikking.
In het kader van de richtlijn drukapparatuur dient tevens, indien van toepassing,
het NoBo identificatienummer op het certificaat te staan.
Paragraaf 8.4 van NEN-EN-ISO/IEC 17021: 2011: Gebruik van logo’s en beeldmerken
In de regel wordt door de instellingen op het werkveld ‘drukapparatuur‘ geen toestemming
voor het gebruik van logo’s en/of beeldmerken verleend aan derden. Voor zover die
wel worden verleend zijn de eisen uit paragraaf 8.4 van de NEN-EN-ISO/IEC 17021: 2011
van toepassing.
Paragraaf 8.6.2 van NEN-EN-ISO/IEC 17021: 2011: Berichtgeving van wijzigingen door
een CKI
Hier wordt aangegeven dat de CKI de certificaathouders moet berichten als de eisen
voor certificatie gaan veranderen. Belangrijk is de opmerking dat de CKI niet kan
bepalen op welke wijze bepaalde elementen uit het certificatieschema gewijzigd worden.
Er kan wel een wijzigingsvoorstel ingediend worden (door het CCvD-DA), maar de minister
van SZW zal deze beoordelen en bepalen of het wijzigingsvoorstel al dan niet ongewijzigd
overgenomen moet gaan worden.
Paragraaf 9.2 van NEN-EN-ISO/IEC 17021: 2011: Initiële audit en Certificatie
De procedure ten aanzien van de initiële audit is beschreven in het werkveld specifiek
certitifcatieschema [producten resp. systemen nummers documentcodes invoegen] .
Paragraaf 9.3.1 van NEN-EN-ISO/IEC: 17021: 2011: Controle en Toezicht
De procedure ten aanzien van Controle en Toezicht is beschreven in het werkveld specifiek
certitifcatieschema [producten resp. systeme nummers documentcodes invoegen]
Paragraaf 9.6 van NEN-EN-ISO/IEC 17021: 2011: Uitstellen, intrekken of beperken van
de omvang van de certificatie kavels
Voor de invulling zie het schema voor beoordeling van systemen.
4.7. Aanwijzingscriteria
[Regeling vervallen per 19-07-2016]
De CKI wordt in het kader van haar aanwijzing op grond van de regeling op de volgende
criteria getoetst:
De aangewezen CKI en de werknemers die met de keuringen of beoordelingen zijn belast,
voeren deze uit met de grootste mate van beroepsintegriteit.
Er is een integriteitsbeleid, dat waar nodig in duidelijke voorschriften is uitgewerkt.
Het personeel heeft zich aantoonbaar hieraan geconformeerd.
De aangewezen CKI treedt integer en niet buiten zijn bevoegdheden in de markt op.
Het personeel van de aangewezen CKI is aantoonbaar gebonden aan beroepsgeheim ten
aanzien van al hetgeen het bij de uitoefening van zijn taak in het kader van het besluit
ter kennis is gekomen, behalve tegenover de ter zake bevoegde overheidsinstanties.
De aangewezen CKI is bestuursorgaan in de zin van de Algemene wet bestuursrecht en
dient te voldoen aan bestuurswetgeving zoals de Algemene wet bestuursrecht, de Wet
openbaarheid van bestuur en de Archiefwet 1995.
De aangewezen CKI dient te beschikken over een WA verzekering die voldoende dekking
biedt voor redelijkerwijs te verwachten risico’s (niet van toepassing voor KVG’s).
De aangewezen CKI dient een procedure te hebben waarin geregeld is dat in geval van
ontdekking van een vermoeden van direct gevaar voor de veiligheid en milieu dit ogenblikkelijk
door de desbetreffende medewerker gemeld wordt, en waarin staat beschreven dat de
CKI z.s.m. de belanghebbenden informeert, waaronder indien van toepassing de betreffende
overheidsinstantie.
Bij beëindiging van de activiteiten door de aangewezen CKI, dient deze terstond de
minister van SZW te informeren. De minister van SZW bepaalt wat de (voorheen) aangewezen
CKI met de dossiers moet doen, de (voorheen) aangewezen CKI dient hieraan mee te werken.
Dit vrijwaart de (voorheen) aangewezen CKI niet van eventuele aansprakelijkheid voor
fouten in door haar uitgevoerde keuringen of beoordelingen.
De aangewezen CKI dient de volgende procedures op schrift te hebben gesteld: een zienswijzeprocedure
(afdeling 4.1.2 Awb), een bezwaarschriftprocedure (hoofdstuk 6 en 7 Awb) en een klachtenprocedure
(hoofdstuk 9 Awb).
De aangewezen CKI moet zich aantoonbaar laten vertegenwoordigen in het nationale overleg
van de instellingen.
De CKI is verplicht om het weigeren, opschorten of intrekken van verklaringen of certificaten
te melden aan de andere CKI’s respectievelijk NoBo’s en AI.
Voor zover in certificatieschema’s een sanctie- en maatregelenbeleid is vastgelegd,
dient de CKI zich bij de op te leggen sancties/maatregelen aan dit sanctie- en maatregelenbeleid
te houden. In geval van kennelijke onredelijkheid heeft de CKI op grond van de Awb
de bevoegdheid hier van af te wijken. Afwijking geschiedt alleen op grond van door
de certificaathouder aan te dragen argumenten. De onderbouwing voor de afwijking wordt
opgenomen in het besluit over de opgelegde sanctie. Afwijkingen worden geregistreerd
door de CKI.
Alle documenten en registraties in het verkeer met de overheid dienen in het Nederlands
te zijn tenzij anders met de overheid overeengekomen.
Het is de CKI verboden om de afgifte van certificaten en de daaraan voorafgaande beoordeling
en beslissing uit te besteden.
De (kandidaat) CKI sluit een overeenkomst met de Stichting CCvD-DA af.