Regeling herplaatsingsprocedure BZK 2000

[Regeling vervallen per 06-04-2011.]
Geraadpleegd op 11-11-2024. Gebruikte datum 'geldig op' 25-08-2002.
Geldend van 25-08-2002 t/m 05-04-2011

Regeling herplaatsingsprocedure BZK 2000

De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties;

In overeenstemming met het departementaal georganiseerd overleg en gehoord de groepsondernemingsraad;

Gelet op artikel 49a, tweede lid, van het Algemeen Rijksambtenarenreglement en de Regeling procedure bij reorganisatie,

Besluit

§ 1. Definitiebepalingen

[Regeling vervallen per 06-04-2011]

Artikel 1:1

[Regeling vervallen per 06-04-2011]

In deze regeling wordt verstaan onder:

a. het ministerie:

het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties;

b. het bevoegd gezag:

het, krachtens de bij het ministerie geldende mandaatbesluiten, tot aanstellen bevoegd gezag van het dienstonderdeel waar de ambtenaar voor de aanwijzing als herplaatsingskandidaat was tewerkgesteld;

c. het voordragende bevoegd gezag:

het bevoegd gezag, bedoeld onder b, dat de herplaatsingskandidaat voordraagt voor plaatsing in een passende functie;

d. het ontvangende bevoegd gezag:

het tot aanstellen bevoegd gezag van het dienstonderdeel aan wie de herplaatsingskandidaat is voorgedragen voor plaatsing in een passende functie;

e. de herplaatsingstermijn:

de termijn, bedoeld in artikel 49g, eerste lid, van het Algemeen Rijksambtenarenreglement;

f. een passende functie:

een passende functie als bedoeld in artikel 49h, van het Algemeen Rijksambtenarenreglement;

g. de herplaatsingsadviseur:

de herplaatsingsadviseur, bedoeld in artikel 6:3.

§ 2. Aanwijzing als herplaatsingskandidaat en plaatsing op de herplaatsingslijst

[Regeling vervallen per 06-04-2011]

Artikel 2:1

[Regeling vervallen per 06-04-2011]

  • 2 In afwijking van artikel 1:1, onder b, wordt in dit artikel onder bevoegd gezag verstaan de secretaris-generaal, de directeur-generaal, de plaatsvervangend secretaris-generaal of het hoofd van de Algemene Inlichtingen- en Veiligheidsdienst.

  • 3 De aanwijzing als herplaatsingskandidaat vindt niet plaats dan nadat de directeur Personeel & Organisatie het voornemen heeft beoordeeld aan de hand van de geldende regelgeving en zijn bevindingen heeft medegedeeld aan het bevoegd gezag.

  • 4 Bij aanwijzing van de ambtenaar als herplaatsingskandidaat door het bevoegd gezag wordt deze op dezelfde datum door de directeur Personeel & Organisatie op de herplaatsingslijst geplaatst.

Artikel 2:2

[Regeling vervallen per 06-04-2011]

  • 1 De herplaatsingstermijn vangt aan op de dag waarop de ambtenaar is aangewezen als herplaatsingskandidaat.

  • 2 Over verkorting, verlenging of opschorting van de herplaatsingstermijn beslist het bevoegd gezag, na het schriftelijk advies te hebben ingewonnen van de directeur Personeel & Organisatie.

  • 3 De herplaatsingskandidaat wordt steeds tijdig schriftelijk geïnformeerd door of namens het bevoegd gezag over de herplaatsingstermijn en eventuele verkorting, verlenging of opschorting.

  • 4 De herplaatsingstermijn eindigt in ieder geval indien de herplaatsingskandidaat wordt geplaatst in een passende functie of wordt ontslagen.

§ 3. Het individueel begeleidingsplan

[Regeling vervallen per 06-04-2011]

Artikel 3:1

[Regeling vervallen per 06-04-2011]

  • 1 Het bevoegd gezag, de herplaatsingskandidaat en de herplaatsingsadviseur komen zo spoedig mogelijk in gezamenlijk overleg een individueel begeleidingsplan voor de herplaatsingskandidaat overeen.

  • 2 Het individueel begeleidingsplan wordt door het bevoegd gezag vastgesteld na ondertekening door de herplaatsingskandidaat en de herplaatsingsadviseur.

  • 3 Indien de herplaatsingskandidaat ondertekening van het individueel begeleidingsplan weigert, stelt het bevoegd gezag het individueel begeleidingsplan vast met vermelding van de bedenkingen van de herplaatsingskandidaat.

  • 4 De directeur Personeel & Organisatie stelt een model voor het individueel begeleidingsplan vast.

  • 5 Het bevoegd gezag draagt de kosten van het opstellen en het uitvoeren van het individueel begeleidingsplan.

Artikel 3:2

[Regeling vervallen per 06-04-2011]

  • 1 Het individueel begeleidingsplan, bedoeld in artikel 3:1, bevat een sterkte/zwakte-analyse van de herplaatsingskandidaat, tenzij in het individueel begeleidingsplan anders is bepaald.

  • 2 Het opstellen van de sterkte/zwakte-analyse wordt extern uitgevoerd, tenzij de in artikel 3:1, eerste lid, genoemde betrokkenen anders overeenkomen. De directeur Personeel & Organisatie coördineert de verlening en afhandeling van opdrachten tot het opstellen van sterkte/zwakte-analyses voor herplaatsingskandidaten.

  • 3 De herplaatsingskandidaat verleent medewerking aan het opstellen van de sterkte/zwakte-analyse en levert desgevraagd alle relevante informatie.

Artikel 3:3

[Regeling vervallen per 06-04-2011]

  • 1 Gedurende de herplaatsingstermijn draagt het bevoegd gezag zorg voor het uitvoeren van het vastgesteld individueel begeleidingsplan, bedoeld in artikel 3:1, daarbij ondersteund door de herplaatsingsadviseur.

  • 2 De herplaatsingskandidaat verleent actieve medewerking aan de uitvoering van het individueel begeleidingsplan.

§ 4. Zoeken naar een passende functie en plaatsing

[Regeling vervallen per 06-04-2011]

Artikel 4:1

[Regeling vervallen per 06-04-2011]

Gedurende de herplaatsingstermijn draagt het bevoegd gezag zorg voor:

  • a. het zoeken naar, en zo mogelijk voordragen van de herplaatsingskandidaat voor, een passende functie bij het ministerie en elders binnen de rijksdienst, met inachtneming van het vastgesteld individueel begeleidingsplan;

  • b. het tussentijds opdragen van werkzaamheden aan de herplaatsingskandidaat of het bewerkstelligen van tewerkstelling van de herplaatsingskandidaat elders, voor zover de herplaatsingsinspanningen van het bevoegd gezag en de herplaatsingskandidaat hierdoor niet worden belemmerd, onverminderd het bepaalde in artikel 2:2, tweede lid;

  • c. het tijdig informeren van de herplaatsingskandidaat over de voortgang van de herplaatsingsinspanningen en diens rechtspositie, daarbij ondersteund door de herplaatsingsadviseur.

Artikel 4:2

[Regeling vervallen per 06-04-2011]

  • 1 Indien een vacante functie voorhanden is of op korte termijn voorhanden komt, die voor de herplaatsingskandidaat als passend wordt beschouwd, draagt het bevoegd gezag de herplaatsingskandidaat schriftelijk voor plaatsing voor aan het ontvangende bevoegd gezag, daarbij desgewenst ondersteund door de herplaatsingsadviseur.

  • 2 De functie dient aan te sluiten op het vastgesteld individueel begeleidingsplan van de herplaatsingskandidaat, tenzij het voordragende en het ontvangende bevoegd gezag, de herplaatsingskandidaat en de herplaatsingsadviseur uitdrukkelijk met afwijking daarvan in het onderhavige geval instemmen en daarvan aantekening wordt gemaakt in het individueel begeleidingsplan.

  • 3 De tijdelijkheid van een functie of de tijdelijkheid van plaatsing op een functie, doet niet af aan de passendheid in geval van plaatsing voor een periode van ten minste twee jaar.

  • 4 Een voordracht die niet tot plaatsing in een passende functie leidt, wordt niet aangemerkt als het aanbieden van een passende functie.

Artikel 4:3

[Regeling vervallen per 06-04-2011]

  • 1 Indien het ontvangende bevoegd gezag het voornemen heeft om de voorgedragen herplaatsingskandidaat te plaatsen, deelt deze dit schriftelijk aan de herplaatsingskandidaat mee.

  • 2 De herplaatsingskandidaat kan op grond van de Regeling procedure bij reorganisatie binnen twee weken na de mededeling zijn bedenkingen tegen het voornemen kenbaar maken bij het ontvangende bevoegd gezag.

  • 3 Indien door de herplaatsingskandidaat tijdig bedenkingen kenbaar zijn gemaakt, wordt de herplaatsingsadviescommissie, bedoeld in paragraaf 7, door het ontvangende bevoegd gezag schriftelijk om advies gevraagd, tenzij de commissie reeds ter zake heeft geadviseerd in welk geval het ontvangende bevoegd gezag het reeds gegeven advies betrekt bij zijn beslissing op de bedenkingen.

  • 4 Indien het ontvangende bevoegd gezag de bedenkingen gegrond verklaart, trekt deze het voornemen tot plaatsing in met inachtneming van artikel 4:4.

  • 5 Indien het ontvangende bevoegd gezag de bedenkingen ongegrond verklaart, plaatst deze de herplaatsingskandidaat in de functie.

Artikel 4:4

[Regeling vervallen per 06-04-2011]

  • 1 Indien het ontvangende bevoegd gezag het voornemen heeft om de voorgedragen herplaatsingskandidaat niet te plaatsen omdat de functie naar zijn oordeel niet passend is, overlegt het ontvangende bevoegd gezag met het voordragende bevoegd gezag. Het voornemen om de voorgedragen herplaatsingskandidaat niet te plaatsen behoeft de goedkeuring van het diensthoofd van het ontvangende bevoegd gezag. In dit artikellid wordt onder diensthoofd verstaan de secretaris-generaal, de directeur-generaal, de plaatsvervangend secretaris-generaal of het hoofd van de Algemene Inlichtingen- en Veiligheidsdienst.

  • 2 Indien het overleg niet tot overeenstemming leidt, wordt de directeur Personeel & Organisatie geïnformeerd. De directeur Personeel & Organisatie probeert in overleg met het voordragende en het ontvangende bevoegd gezag tot overeenstemming te komen.

  • 3 Indien het in vorige lid bedoelde overleg niet tot overeenstemming leidt, wordt de herplaatsingsadviescommissie, bedoeld in paragraaf 7, schriftelijk om advies gevraagd, tenzij de commissie reeds ter zake heeft geadviseerd in welk geval het ontvangende bevoegd gezag het reeds gegeven advies betrekt bij zijn voorgenomen beslissing.

  • 4 Indien het ontvangende bevoegd gezag het voornemen heeft om de herplaatsingskandidaat niet te plaatsen, al dan niet na toepassing van het tweede en het derde lid, wordt de voorgedragen herplaatsingskandidaat door het ontvangende bevoegd gezag hierover schriftelijk geïnformeerd. Het eerste lid, tweede en derde volzin, is van overeenkomstige toepassing.

  • 5 De herplaatsingskandidaat kan op grond van de Regeling procedure bij reorganisatie binnen twee weken na de mededeling zijn bedenkingen tegen het voornemen kenbaar maken bij het ontvangende bevoegd gezag.

  • 6 Indien door de herplaatsingskandidaat tijdig bedenkingen kenbaar zijn gemaakt, wint het ontvangende bevoegd gezag het advies in van de herplaatsingsadviescommissie, tenzij de commissie reeds ter zake heeft geadviseerd in welk geval het ontvangende bevoegd gezag het reeds gegeven advies betrekt bij zijn beslissing op de bedenkingen.

  • 7 Indien het ontvangende bevoegd gezag de bedenkingen gegrond verklaart, plaatst deze de herplaatsingskandidaat in de functie.

  • 8 Indien de herplaatsingskandidaat geen bedenkingen kenbaar heeft gemaakt of indien het ontvangende bevoegd gezag de bedenkingen ongegrond heeft verklaard, deelt het ontvangende bevoegd gezag per ommegaande schriftelijk aan de herplaatsingskandidaat mee dat hij niet in de functie wordt geplaatst.

§ 5. Vacatures

[Regeling vervallen per 06-04-2011]

Artikel 5:1

[Regeling vervallen per 06-04-2011]

  • 1 De leiding van een dienstonderdeel waarbij zich een vacature voordoet, doet hiervan mededeling aan de directeur Personeel & Organisatie, voordat de functie wordt opengesteld voor interne of externe werving.

  • 2 De directeur Personeel & Organisatie beziet binnen twee werkdagen na ontvangst van de in het eerste lid bedoelde mededeling of de functie mogelijkerwijs passend is voor een herplaatsingskandidaat op de herplaatsingslijst en blokkeert in dat geval de vacaturevervulling.

  • 3 Door of namens de directeur Personeel & Organisatie wordt van de blokkering van de vacaturevervulling direct mededeling gedaan aan de betrokken dienstonderdelen.

  • 4 Indien het bevoegd gezag van oordeel is dat de functie passend is voor de herplaatsingskandidaat, geeft het uitvoering aan artikel 4:2.

§ 6. Directie Personeel & Organisatie

[Regeling vervallen per 06-04-2011]

Artikel 6:1

[Regeling vervallen per 06-04-2011]

  • 1 De directeur Personeel & Organisatie:

    • a. beheert de herplaatsingslijst van het ministerie;

    • b. ziet toe op de uitvoering van deze regeling;

    • c. kan adviseren over de uitvoering van deze regeling en de onderwerpen die daarmee samenhangen;

    • d. kan een onderzoek instellen naar de wijze waarop uitvoering wordt gegeven aan deze regeling, waarbij de leiding van de dienstonderdelen en andere betrokkenen desgevraagd de benodigde inlichtingen verstrekken.

  • 2 De directeur Personeel & Organisatie kan een of meer medewerkers van zijn directie bevoegd verklaren tot het geheel of gedeeltelijk namens hem uitoefenen van zijn bevoegdheden op grond van deze regeling.

Artikel 6:2

[Regeling vervallen per 06-04-2011]

Bij een reorganisatie van de directie Personeel & Organisatie worden de taken en bevoegdheden van de directeur Personeel & Organisatie, bedoeld in de volgende bepalingen, uitgevoerd door of namens een lid van de Bestuursraad van het ministerie:

Artikel 6:3

[Regeling vervallen per 06-04-2011]

  • 1 De herplaatsingsadviseur maakt onderdeel uit van de afdeling Personeelmanagementondersteuning van de directie Personeel & Organisatie.

  • 2 De herplaatsingsadviseur heeft, onverlet de verantwoordelijkheden en taken van het bevoegd gezag, tot taak:

    • a) het bevoegd gezag te ondersteunen bij diens inspanningen ten behoeve van de herplaatsing van herplaatsingskandidaten;

    • b) de herplaatsingskandidaat te ondersteunen bij diens inspanningen in het kader van de herplaatsingsprocedure;

    • c) het verrichten van werkzaamheden in het kader van herplaatsing in opdracht van de directeur Personeel & Organisatie.

  • 3 De herplaatsingsadviseur voert ten minste eenmaal per drie maanden aan de hand van het vastgesteld individueel begeleidingsplan overleg met het bevoegd gezag over de voortgang van de inspanningen ten behoeve van de herplaatsing van de herplaatsingskandidaat.

§ 7. De herplaatsingsadviescommissie Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties

[Regeling vervallen per 06-04-2011]

Artikel 7:1

[Regeling vervallen per 06-04-2011]

  • 1 Er is een herplaatsingsadviescommissie Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties.

  • 3 Het voordragende of ontvangende bevoegd gezag wijkt bij de te nemen beslissing over de passendheid van de functie niet dan wegens zwaarwegende redenen af van het advies.

Artikel 7:2

[Regeling vervallen per 06-04-2011]

Het voordragende bevoegd gezag, het ontvangende bevoegd gezag, de herplaatsingskandidaat en de herplaatsingsadviseur zijn verplicht gehoor te geven aan een uitnodiging van de commissie om schriftelijke of mondelinge inlichtingen te verschaffen.

Artikel 7:3

[Regeling vervallen per 06-04-2011]

  • 1 De commissie adviseert binnen vier weken na ontvangst van het verzoek.

  • 2 Verdaging is mogelijk voor zover de herplaatsingskandidaat, het ontvangend bevoegd gezag en eventueel het voordragende bevoegd gezag daarmee instemmen.

  • 3 Het advies van de commissie wordt bij meerderheid van stemmen en zonder onthoudingen vastgesteld.

  • 4 Het advies wordt op schrift gesteld en ondertekend door de voorzitter.

  • 5 Indien de commissie betrokkenen mondeling heeft gehoord, bevat het advies een verslag van het horen.

  • 6 De commissie stuurt het advies aan het voordragende en het ontvangende bevoegd gezag, onder gelijktijdige verzending van afschriften aan de betrokken herplaatsingskandidaat en aan de directeur Personeel & Organisatie.

Artikel 7:4

[Regeling vervallen per 06-04-2011]

  • 1 De commissie bestaat uit een voorzitter (tevens lid), een plaatsvervangend voorzitter (tevens lid) en drie andere leden.

  • 2 Het hoofd van de afdeling Personeelmanagementontwikkeling van de directie Personeel & Organisatie is lid.

  • 3 Van de overige leden wordt één lid benoemd op grond van het deskundig zijn op het gebied van personeelsvoorziening en twee leden op voordracht van het departementaal georganiseerd overleg bij het ministerie.

  • 4 De leden worden benoemd en ontslagen door de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties.

  • 5 Het secretariaat van de commissie is ondergebracht bij de afdeling Personeelmanagementondersteuning van de directie Personeel & Organisatie.

  • 6 De commissie kan worden uitgebreid indien bijzondere omstandigheden daartoe nopen.

  • 7 De leden en de secretaris kunnen niet gelijktijdig lid of secretaris zijn van de bezwarenadviescommissie personele aangelegenheden Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties.

Artikel 7:5

[Regeling vervallen per 06-04-2011]

De commissie brengt jaarlijks schriftelijk verslag uit aan de secretaris-generaal. Een afschrift van het verslag wordt verzonden aan het departementaal georganiseerd overleg en de Groepsondernemingsraad.

§ 8. Overige en slotbepalingen

[Regeling vervallen per 06-04-2011]

Artikel 8:1

[Regeling vervallen per 06-04-2011]

Deze regeling treedt in werking met ingang van de tweede dag na de dagtekening van de Staatscourant waarin deze wordt geplaatst.

Artikel 8:2

[Regeling vervallen per 06-04-2011]

Deze regeling wordt aangehaald als: Regeling herplaatsingsprocedure BZK 2000.

Artikel 8:3

[Regeling vervallen per 06-04-2011]

De Regeling herplaatsingsprocedure (besluit van de Minister van Binnenlandse Zaken van 12 juni 1996, PZ96/U600) wordt ingetrokken.

Deze regeling wordt in de Staatscourant geplaatst.

De

Minister

van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties,

A. Peper