Stb. 2006, 216, datum inwerkingtreding 10-05-2006, bevat een wijziging met terugwerkende
kracht van dit artikel. Deze wijziging werkt terug tot en met 01-01-2006.
Omzetting voor tempobeursstudenten van lening in gift
1 Indien over een studiejaar de tempobeurs van een student op grond van artikel 10.7,
derde lid, eerste volzin, van de wet is omgezet in lening, en die student over dat
studiejaar op de voet van artikel 10.6, tweede lid, van de wet, ten minste 14 studiepunten
heeft behaald, zet de IB-Groep op aanvraag van de student het desbetreffende bedrag
aan lening alsnog om in gift indien de student aan de volgende voorwaarden voldoet:
-
a. hij heeft aan opleidingen waarop artikel 10.6 van de wet van toepassing is, een aantal
studiepunten behaald dat ten minste gelijk is aan de voor de laatst gevolgde opleiding
geldende studielast, en
-
b. dit aantal studiepunten is behaald binnen het aantal maanden, gemeten vanaf het tijdstip
waarop de student voor het eerst studiefinanciering ontving voor het volgen van hoger
onderwijs, dat de uitkomst is van de formule (studielast x 12 : 60) + 12.
2 Onder studielast, genoemd in het eerste lid, wordt verstaan de studielast, bedoeld
in artikel 7.4 van de WHW.
3 Het aantal maanden, bedoeld in het eerste lid, onderdeel b, wordt verhoogd met het
aantal maanden waarover de student recht heeft gehad op een financiële voorziening
als bedoeld in artikel 7.51, tweede lid, van de WHW. De in de vorige volzin bedoelde
verhoging omvat ten hoogste 12 maanden.
4 Indien de uitkomst van de berekening van het aantal maanden, bedoeld in het tweede
en derde lid, niet een geheel getal is, wordt zij afgerond op het naastgelegen gehele,
hogere getal.
5 Indien een student gelijktijdig meer dan een opleiding volgt, geldt de studielast
van de langste opleiding waarvoor studiefinanciering is verstrekt.
6 Bij de omzetting gaat de rente die over het om te zetten bedrag is opgebouwd, teniet.
7 Het eerste tot en met vijfde lid zijn van overeenkomstige toepassing, indien artikel
10.6, derde lid, van de wet is toegepast.
8 De omzetting kan jegens een student slechts eenmaal plaatsvinden, doch niet met betrekking
tot een studiejaar waarover de student te eniger tijd aanspraak heeft gehad op een
financiële voorziening als bedoeld in artikel 7.51, tweede lid, van de WHW. Indien
er ten behoeve van meer dan een studiejaar omzetting mogelijk is, geeft de student
aan ten behoeve van welk studiejaar de omzetting dient plaats te vinden.
9 De student zendt de aanvraag uiterlijk 3 maanden na het einde van de termijn, bedoeld
in het eerste lid, onderdeel b, verhoogd met het aantal maanden, bedoeld in het derde
lid, aan de IB-Groep. De aanvraag gaat vergezeld van gewaarmerkte verklaringen van
de instelling dan wel de instellingen, waaruit de studievoortgang blijkt.